Simon Gieke Plaatselijk Nieuws Wat er op de bon te krijgen is. Nederlandsche Uien- Federatie Landbouw VLASTELERS. GOEDEREEDE De ketter van Scherpenisse de op het vaste land winnende partij ,,Ik zie geen reden tot voortzet- „ting van den oorlog." Wil dat zeggen, dat Engeland dan zelf niets zal moeten afstaan of verliezen als het vrede wordt. O.i. niet. Maar wel dit, dat de eischen welke ge steld zullen worden in het licht van de hui dige toestand, niet van zoodanigen aard zijn, dat voortzetting van den oorlog ge wettigd is. En nu zou naar onze meening. Engeland dit eerst moeten onderzoeken. Waren de eischen naar Engelands oordeel niet te aanvaarden, het zou tegenover eigen volk veel sterker staan, en ook in de andere lan den meer steun nog ontvangen. Zouden daartegenover de eischen te bil lijken zijn, hoe zwaar ook hier of daar, wat zou er dan op tegen zijn de oorlog te be ëindigen. Men vergete niet, Duitschland van nu is niet het Duitschland van voor den oorlog. Zouden de beide partijen tot elkander komen, dan is het gevaar in het Westen voor Duitschland gekeerd. Hierin ligt dan tevens opgesloten, de po sitie van Noorwegen. Denemarken, Neder land, Belgïë en Frankrijk. Nu vormt deze kuststrook een bedreiging op het hart van Engeland. De positie in de Middellandsche Zee, hoe penibel ook, alsmede de Koloniale eischen, ze worden geregeld. Heel het complex overziende zegt de Führer, de regeUng van al die moeilijke problemen is van uit mijn gezichtspunt zoo danig, dat er geen reden is, daarvoor te vechten. Is dit aanbod alvorens het af te wijzen eerst geen onderzoek waart? Wordt het afgewezen, dan zijn er naar menschelijke berekening drie mogelijkhe den. Laten wij ze voor Duitschland maar het ongunstigst stellen. 1. Engeland overwint. Denkt U dat eens in. Duitschland niet alleen geen kans om in Engeland te komen want daarmee is de oorlog niet gewonnen, maar Duitschland, hetzij militair, of om welke andere reden ook, gedwongen een op gelegde vrede te aanvaarden. Duitschland vernietigd. Welk een verlies aan menschenlevens welk een verlies aan burgers, welk een vreeselijke vernieling, armoede en ellende, als God het niet verhoed, zal dat teweeg brengen. Ook in ons eigen land. Zal Engeland dan slechts met een buil en met een schram eraf komen. Of zullen de toegebrachte slagen ook Engeland een onherstelbaar verlies hebben toegebracht? 2. Duitschland komt niet in Engeland, maar Engeland kan Duitschland op het "Vaste land niet klein krijgen. Beide par tijen geven het op. Ook hier weer, wat een enorme verliezen en verwoestingen als hierboven geschetst, en uiteindelijk, praten en overleggen, het zelfde wat thans door Duitschland wordt aangeboden. 3. Duitschland overwint. Dan ligt het machtige Albion terneder, dan is het met zijn wereldheerschappij ge daan, maar hoe zal dan de wereld er uit zien, want zullen dan Japan en Amerika ja de koloniale gebieden er buiten blijven? Daarom welk een ontzaggelijk verant woordelijk antwoord. Wordt het gegeven in groothartigheid en hoogmoed steunende op de ontzaggelijke macht welke Engeland meent te hebben, hoe is het dan te vreezen dat God de hoog moed zal vernederen en beschamen. Stelde Engeland eerst een. onderzoek in, en bleek het dan dat de eischen niet in te willigen waren. dan zou de Engelsche regeering voor God, haar eigen volk en de geheele wereld kunnen betuigen dat het een gerechtvaardigde voortzetting van den oorlog voerde. Maar, en zie dat is onze slotzin, dan zou het eerst hebben willen luisteren. Een luisteren waarin voor de beide strij dende partijen geen vernedering ligt. Daarom nogmaals, een ontzaggelijk ver antwoordelijk besluit, waar de Engelsche Regeering, thans voorstaat. Brood: Bons 71 tot en met 80 (broodbon- boekje) geldig van 22 t.m. 28 Juli, rechtge- vende op totaal 2000 gram brood of 2500 gram roggebrood. Thee of Koffie: Bon 85 (algemeen dis tributieboekje.) Geldig tot en met 2 Au gustus, recht gevende op pond koffie of ons thee. Bloem of Balcmeel: Bon 90 (alemeen dis tributieboekje). Geldig tot en met 9 Au gustus, recht gevende op 2% ons tarwe bloem, tarwemeel, boekweitmeel, rogge- bloem, roggemeel of zelfrijzend bakmeel. Bon 75 blijft voor dezelfde hoeveelheid nog geldig tot en met 26 Juli. Suiker: Bon 80 (algemeen distributie boekje). Geldig tot en met 25 JuU, recht gevende op één kg. suiker. Petroleum: Petroleum „Periode 3," voor hen, die over geen andere kookgelegenheid beschikken, dan met petroleum. Geldig van 15 t.m. 11 Augustus recht gevende op 2 Liter petroleum. Bon Periode i" is ongeldig verklaard. Boter of Margarine of Vet: Bon 67 en 68 (algemeen distributieboekje.) Geldig van 15 t.m. 28 Juli, elk recht gevend op 250 gram boter of margarine of vet. Grutterswaren: Bon 95 (algemeen dis tributieboekje.) Geldig van 22 Juli tot en met 11 Augustus, elk recht gevende op 250 gram rijst of rtjstemeel. Bon 100 (algemeen distributieboekje). Geldig van 22 Juli tot en met 11 Aug. elk recht gevende op 250 gram havermout, ha- vervlokken, gort of grutten. Bon 105 (algemeen distributieboekje). Geldig van 22 Juli tot en met 11 Septem ber, elk recht gevende op 100 gram mai- zena, griesmeel of puddingpoeder. Bon 110 (algemeen distributieboekje). Geldig van 22 Juli tot en met 11 Septem ber, elk recht gevende op 100 gram mac- caroni, vermicelli of spaghetti. OP WELK TIJDSTIP DE ERWTEN ZICHTEN. Het is in de praktijk bekend dat de kleur en de kwaliteit van verschillende partijen erw ten soms sterk uiteen kunnen loopen. Som mige partijen hebben een frisch groene kleur en weinig wormstekigheid, andere daareentegen zijn bleek, bevatten verkalk- te en soms wormstekige zaden. Naar gelang de erwten op het veld rij-, per worden zakt het stroo en tegelijk daar mede de peulen vaster op den grond. Het gewas blijft langer vochtig en het gevolg is dat de zaden, welke in de op den grond liggende peulen .zitten, gaan verkleuren. De wormstekigheid wordt veroorzaakt door de rupsen van de erwten bladroller Grapholita dersans. Deze rupsen kunnen alleen hun verwoestingen voortzetten zoo lang de zaden nog week zijn. Zoodra de erwten hard worden verlaten zij deze om zich in den grond te verpoppen. Hoe eer der de erwten dus rijp zijn, des te minder beschadiging deze rupsen kunnen aanrich ten. In de practijk is gebleken, dat erwten, welke groen worden gemaaid, in 't alge meen een betere kleur behouden en belang rijk minder door wormstekigheid zijn aan getast dan die, welke rijp worden geoogst. Het juiste tijdstip van maaien kan niet worden aangegeven, doch wel is gebleken, dat dit zonder bezwaar kan geschieden, wanneer de peulen nog groen ,iijn. De erwten moeten na het maaien zoo spoedig mogelijk, doch in ieder geval goed droog op de ruiters worden gezet. Het resultaat van deze werkwijze is, dat men erwten oogst met een mooie kleur en weinig wormstekigheid, terwijl tevens het minimum wordt beperkt. De Hoofdcontroleur van den K.Z.H., G. A. V. d. WAAD. Lijst van de luien- en sjalottenproefvelden in Nederland in 1940. In de onlangs verschenen Med. 10 in de serie gele boekjes van de Directie van den Landbouw, Landbouwvoorlichtingsdienst, vinden we op pag. 161 ook opgenomen de lijst van uien- en sjalottenproefvelden in Nederland, aangelegd in samenwerking van Rijksland- en tuinbouwconsulenten met de Nederlandsche Uien-Pederatie. In de eerste plaats wordt hierin melding gemaakt van een vrij groot aantal BEMESTINGSPROEVEN. Stlkstofbemestingsproeven, die tot deel hebben de meest gunstige hoeveelheid stik stof voor uien op te sporen, hetgeen mede in verband met een eventueele gevoeligheid voor koprot van het product van belang is, zijn gerangschikt naar de volgende voor uien gaarne gebezigde voorvruchten, aardappelen, suikerbieten en cichorei en aangelegd in opklimmende giften van 0-10 balen Kalkammonsalpeter (kas) per H.A. Reeds thans valt aan de reactie van con trole-(nulveldjes) goed te zien, dat de stik stofbehoefte van uien met cichorei als voorvrucht grooter zal zijn, dan die met beide eerstgenoemde gewassen. Zeer fraai blijken sjalotten te reageeren; evenals bij de uien is het gewas op de nul veldjes geel, terwijl ook bij een gift van 4 baal kas de kleur een nog grootere stik stofbehoefte verraadt. Kaliproeven demonstreeren het verschijn sel van kaligebrek bij uien; het gewas ver toont een eenigszins gedrongen beeld, daar bij komen de doode omlaaghangende blad einden, die een scherpe overgang met het nog groene deel daarvan vormen. Later zullen de veldjes met kaligebrek opvallen door een hoog percentage dikhalzen, uien die geen bol vormen en derhalve waarde loos zijn. Wat voorts betreft de RASSEN -EN SELECTIEPROEVEN, vragen vele proefvelden onze aandacht. De beste inlandsche uienselectie wed ijveren hierop met elkander. Zij zijn inge deeld naar het tijpe waartoe zij behooren in het Rijnsburger, het Zeeuwsche bruine en het N. Hollandsche stroogele; voorts in Hoofdrassen en Facultatieve. De Hoofdrassen vindt men in de 16e Be schrijvende Rassenlijst van het Instituut voor Plantenverdeeling opgenomen. Het zijn van het Rijnsburger-type „Favoriet" van de N.V. Wed. P. de Jongh te Goes, de selectie „Johaji van Nieuwenhuijzen" van J. A. van Nieuwenhuijzen te Ooltgens- plaat, „Galathee" van M. C. van Nieuwen huijzen te Achthuizen en de selectie „Van Zielst" van M. van Zielst te Nieuwe Tonge. Van het Zeeuwsche bruine-type „Perijka" van het Centraal Bureau te Rotterdam en de selecties „Voogd" van P. Voogd te Goe- dereede en „Ir. Mijs" van Ir. J. B. Mijs te Sommelsdijk. Van het Noord-HoUandsche stroogele-ty- pe tenslotte „Bela" van Jacob Jong te Noordscharwoude. NOG STEEDS GEBRUIKT MEN MAAR AL TE VAAK GOED KIEM- KRACHTIG UIENZAAD, ZONDER ZICH OM RAS OF SELECTIE TE BEKOMMEREN. De selectiewedstrijden toonen echter maar al te zeer aan, hoe groot de verschil len in opbrengst, roodkleurig, tijdstip van afrijpen en houdbaarheid tusschen de ver schillende typen en zelfs vaak ook tus schen de vertegenwoordigers van één type onderling zijn! Uit den aard der zaak brengen deze proefnemingen, waaraan steeds bewaar- proeven worden gekoppeld, de beste uien- selecties naar voren; laat men dan ook ge- brmk maken van hun resultaten en in het vervolg doelbewust slechts uien telen van origineel of Ie nabouw goedgekeurd zaad der hooldrassen, die men in de rassenlijst vindt omschreven! Buitenlandsche rassen worden eveneens op vrij groote schaal beproefd, met het oog ook in ons land een ui te kunnen telen. die den Spaanschen in zachten smaak zal kunnen evenaren. Daaronder bevinden zich onder meer de eertijds uit den Spaan schen ui in Engeland geteelde Monarch, Prizetaker, en Reliance, die zich daar heb ben gehandhaafd en opvallen door hun zachten smaak. Misschien zullen deze ras sen .zich gemakkelijker aan ons klimaat kunnen aanpassen, dan de het vorig jaar beproefde Amerikaansche rassen, van in Amerika uit den zoeten Spaanschen ui ge kweekte soorten; waarvan de houdbaarheid zeer veel te wenschen overliet. Thans worden naast de genoemde „En- gelsch-Spaansche" uien niettemin ook we derom eenige ,,Amerikaansch-Spaansche" soorten beproefd en wel de Yellow Valen cia, Sweet Spanish Colorado en Babosa. Het onderzoek te trachten een ZEER VROEGEN UI te telen levert zeer goede resultaten op. Zooals men weet, worden hiertoe door zéér dik te zaaien (100 kg. per H.A., rijen afstand 20 cM.) in het eerste jaar kleine uitjes (15-20 mm.) gewonnen. Zij worden begin Augustus geoogst, droog bewaard tot het volgend voorjaar en dan tegelijk met het zaaien der gewo ne uien, geplant. Omstreeks half Juli heeft men dan een volwaardig gewas leverbare uien. De bewarinsgtemperatuur van het plant goed is van veel belang in verband met een ongewenschte mate van pijpervorming', uien die een bloemstengel vormen en zoo goed als waardeloos zijn, in het jaar van uitplanten der uitjes. Prof. Blaauw onderzoekt den invloed van de bewaringstemperatuur van het plantgoed op dit verschijnsel, waarbij blijkt dat door btewaring hij een juiste tempera tuur deze pijpei-vorming practisch geheel kan worden vermeden. Plantgoed van hetzelfde ras en nauw keurig dezelfde maat vertoont thans een pijpervorming uiteenloopend van 0%90% al naar de temperatuur, die gedurende de bewaring heeft geheerscht. RIJENAFSTANDSPROEVEN bij afstanden van 15, 171/2, 20, 221/2 en 25 om der rijen, worden voortgezet. Het vorig jaar gaven ,Zij uitgevoerd bij evengroote zaadhoeveelheid per zelfde oppervlakte, zoowel in totaal-opbrengst als in de onder verdeeling daarvan naar de grootte der uien, slechts onbeduidende verschillpn. Ziektebestrijdingsproeven bepalen zich tot bestrijding van de aantasting door de made van de uienvlieg d.m.v. Calomel, waarmede reeds het vorig jaar veelbelovende resulta ten werden bereikt. Thans geven de proe ven ook weer aanleiding tot tevredenheid. Over het algemeen is dit jaar de aantas ting buitengewoon hevig en zouden bij meer algemeene toepassing van het bestrij dingsmiddel talrijke perceelen, die thans geheel of gedeeltelijk vernietigd zijn door de maden dezer vlieg, behouden zijn ge bleven. De onkosten der behandeling, die om streeks f 30.per H.A. bedragen bij voor- oorlogschen prijs van het Calomel, zouden in veelvoud uit de verkregen meerop brengst zijn teruggewonnen. Losse exemplaren van de lijst der uien- en sjalottenproefvelden voor dit jaar zijn voor ieder, die daarin belang stelt op aan vraag gratis bij mij te verkrijgen. IR. C. W. C. VAN BEEKOM, Landbouwkundig Ingenieur bij de Nederlandsche Uien- Federatie. MIDDELHARNIS. 15 Juli 1940. De Landbouw-Crisis-Organisatie voor Zuid-Holland maakt bekend, dat vlastelers, die hun vlas verkoopen, binnen 5 dagen na den datum van verkoop, hiervan een verkoopbriefje in moeten dienen bij den Secretaris van hun district, alwaar zij ook het verkoopbriefje aan kunnen vragen. Evenzoo dient bij levering van het vlas binnen 5 dagen na den datum van levering een afleveringsbewijs te worden ingediend. Ook hiervoor wende men zich tot den Secretaris van zijn district. MIDDELHARNIS In den nacht van Zondag op Maein- dag is er weer een bom gevallen te Mid- delharnis. Er werd dien nacht verbazend veel gevlogen en het was merkbaar, dat de snelle Duitsche jagers een of meer Engel sche vliegtuigen, die waarschijnlijk hier of daar een aanval wilden ondernemen op de vlucht joegen. Op verschillende plaatsen in het eiland kwamen bommen in het land terecht die geen schade veroorzaakten. Ben is er mid den in de Centrale Proeftuin terecht ge komen. De bom viel op een houten loodsje, waarin 's-winters witlof wordt gekweekt. Er ontstond veel glas-schade aan de al daar staande warenhuizen en druivenkas- sen. Een bomscherf trof het in zijn bedje liggend 6-jarig zoontje van den heer de F. Hoofd der Chr. U.L.O. School videns wo ning aan de Proeftuin grenst. Het ventje is naar het Paulina van Weel Ziekenhuis te Dirksland overgebracht. De hooge boomen, die rondom de Proef tuin staan hebben voorkomen dat vele rui ten zijn gesprongen. Tot directeur der R.H.B. S. alhier is benoemd de heer v. d. Emden thans leeraar aan de H.B.S. te Delft, De heer C. Soete- man, leeraar aan de R.H.B.S. alhier is be noemd tot leeraar aan de gem. H.B.S. te Delft. Zaterdagavond 7 uur hoopt voor de Geref. Gemeente alhier op te treden. Ds. Lamain van Rotterdam (Z.) De Weduwe T. Blok had het ongeluk in haar woning te vallen en haar been te breken. De dokter achtte opname in het zie kenhuis noodzakelijk. Zondag zal in de Ned. Herv. Kerk in beide diensten extra collecte worden ge houden voor de kerk. De heer J. Wielaard slaagde met gunstig gevolg voor zijn toelatings examen voor de Slagersvakschool te Utrecht. Ouders die hun kinderen Zondag wenschen te laten doopen in de Chr. Geref. Kerk kunnen daarvan aangifte doen aan de Pastorie Hoflaan bij Ds. Visser. Mej. M. Zoon is naar het gesticht Bloemendaal gebracht om daar ter verzor ging te worden opgenomen. DIRKSLAND A.s. Woensdagavond half acht hoopt voor de Geref. Gemeente alhier op te tre den Ds. Lamain van Rotterdam (Zuid.) Zondag a.s. zal D.V. in de Ned. Herv. Kerk bediening van het H. Avondmaal wor den gehouden. HERKINGEN Vrijdagavond 8 uur torentijd hoopt voor de Geref. Gemeente alhier op te tre den Ds. Lamain van Rotterdam (Zuid.) Na kerktijd aangifte van de H. Doop. A.s. Zondag hoopt voor de Geref. Gemeente driemaal op te treden Ds. La main, s morgens H. Avondmaal, 's middags H. Doop en sav. Nabetrachting. Geboren: Sipke, zoon van S. K. J. Tuin- stra en A. Snijder. STELLEND AM Van Zondag op Maandagnacht zijn buiten de gemeente midden in het land en kele bommen gevallen, welke weinig scha de veroorzaakt hebben. Ds. de Valk, Geref. Predikant alhier, is beroepen te Katwijk a. d. Rijn. Overleden: Jan Klink 65 jaar echtgen. van Pietertje den Engelsman. Toen de huisvrouw van G. N. van morgen een pan kokend water van de kachel wilde halen had .ze daarbij het on geluk uit te glijden en de pan met het hee- te water over haar gezicht te krijgen en groote brandwonden op te loopen. Attestatie is ingekomen van dhr. G. van Walbeek van Krommenie en van Mevr. P. C. M. Slagter van Batavia. OUDDORP A.s. Donderdagavond half acht toren tijd hoopt voor de Geref. Gemeente alhier voor te gaan Ds. Lamain van Rotterdam (Zuid.) TWEEDE DEEL. De Terdr\)vlng van ide Spanjaarden van onze eilanden. Door MEVAHOR. Naar een oud dagboek. Auteursrechten voorbehouden. 93. 't Is zwaar werk en het loon is laag. Maar t' houdt althans den honger uit de deur. 't Zijn twee arme, arme slavers van daglooners. Ternauwernood hebben ze genoegzaam kleeren aan om hun naaktheid te dekken. Voor de koude is hun kleeding.al zeer on voldoende. Twee menschen die eigenlijk het leven leiden van een dier Werken van den mor gen vroeg tot den avond laat. Geen hoogere idealen vervulden hen dan rust en voedsel, voedsel en slapen. Hun lichaam verslijten onder de zwaren arbeid voor hun groote gezinnen. Roomsch waren ze ja maar hun zwaar leven van arbeid heeft hen Aai en onver schillig gemaakt. Op zeer lagen trap van ontwikkeling staan ze. Alleen de vrouw van Davidszoon kan gebrekkig lezen. Ze diende bij den schout. Deze man goed en vriendelijk van aard heeft haar het lezen geleerd. Maar wat zou ze lezen? Getrouwd had ze er weldra geen tijd meer voor. De tijd voor het bestaan liet geen tijd voor lezen. Op zekeren dag tegen het vallen van den avond heeft een ruw uitziend man, maar die zeer vriendelijk met haar sprak haar een boek gegeven. En daar is ze in gaan lezen. Op Zondag wanneer het werk stil lag. Dat lezen Is haar gezin tot zegen ge worden. En niet alleen haar gezin maar ook dat van Kreliszoon. Een ander leven heeft zich voor beide mannen geopend. Het afgestompte haast dierlijke leven van eten en drinken, van slapen en werken is voorbij, 't Is in hun leven alles nieuw geworden. Een hoogci', een geestelijk leven is hun deel geworden. In stilte leven ze voort. Samen luiste rend op Zondag, in de lange winteravon den, ja soms wel in den nacht, naar het gebrekkige lezen van vrouw Davidszoon. Arm ,zijn ze. Ja naar deze wereld. Maar in werkelijkheid zijn ze rijk. Rijk in God. Vrede met God smaakt hun ziel. Zoo goed als slaaf zijn ze van baas Ba- rends5Soon, maar vrij, vrij zijn ze als kin deren Gods. Vrij van de heerschappij der zonde en des doods. In stilte gaan ze hun weg en doen ze hun werk. Oppervlakkig is er zoo goed als geen verandering gekomen in hun leven. Maar toch de verandering die over hen kwam is groot. Ook in het dagelijksche le ven. Hun geest is niet meer dof en onver schillig en afgestompt. Ze bezien nu het leven gansch anders. Hun horizon is verwijd en hun geest klimt op ver boven lucht en wolken. Smartelijk is voor hen de goddeloosheid van hun baas. Zijn vloeken en spotten dringt hen door merg en been. Maar ze durven niet tot hem spreken. Want dan worden ze weggejaagd en dat beteekent honger en kommer voor hun ge zin. Nu zijn ze aan het dorschen van tar we. Het is schafttijd. De baas komt het hen zeggen. Naar gewoonte en ook naar gewoonte blijft hij bij hen staan, om na korte oogenbhkken hen te zeggen, dat de schafttijd voorbij is en dat ze weer aan het werk moesten. Beide mannen staken hun werk en vlijen zich tegen het stroo om hun schamel stuk droog brood te eten. Maar wa:t doen ze daar? Nog nooit hadden ze het gedaan in tegenwoordigheid van hun baas, nooit had den ze het gedurfd, dezen morgen gaan de naar het werk hebben ze het elkaar be leden. En nu doen ie het. Eerbiedig heb ben ze het oude vervlekte hoofddeksel van hun hoofd genomen, de oogen gesloten om te bidden. Maar zoo ver komen ze niet. „Wat is dat, wat zijn dat voor nieuwe kunsten?" zoo klinkt vergezeld van vree selijke vloeken en verwenschingen de stem van den boer. Zijn woede en drift uit zich in schelden en wenschen en het uitbraken van de mees te felle spot en smaadredenen. Dreigementen van wegjagen en de meest honende spot wisselen elkaar af. De man, die er prat op ging niets te gelooven duldt het niet in zijn daglooners, dat zij bidden. Ha dat zijn ketters, gruwelijke ketters. Wegjagen zal ik je. Verbranden en hangen zullen ze je. Ik zou ketters in mijn schuur dulden. Aanklagen zal ik je. Op zulk een wijze gaat de onmensch voort. Den beide mannen is de schrik om het hart geslagen. Hun ziel krimpt ineen onder de felle woorden van Godslastering en spot. 't Is hun niet langer te dragen. Plotseling staat Kreliszoon op. Waar schuwend heeft hij den vinger opgeheven. Och op eerbiedigen toon waarschuwt hij den boer. Zegt den boer, dat hij zich moet bekeeren. Spreekt van den poel des vuurs,. waar weening is der oogen en .knersing der tanden. Och, zoo ootmoedig en vriendelijk spreekt Kreliszoon. Zoo onderdanig vraagt hij den boer toch niet te vloeken en Gods Naam toch niet te lasteren. Verwonderd heeft de boer gezwegen. Dat had hij niet verwacht. Zijn daglooners mochten nooit iets tot hem spreken dan wanneer ze iets gevraagd werden. En deze Kreliszoon hoe, durft hij En hem den boer nog wel waar schuwen. „Ketters," sist de boer en het leer van de hondenzweep, die hij altijd bij .zich droeg striemt het gelaat van den trouwen man. Deze geeft een kreet van schrik en pijn en treedt haastig terug. De boer verwijdert zich vloekend en razend en de beide man nen hervatten weer de arbeid. Van eten komt niets. Ieder oogenblik verwachten ze de terugkomst van den boer. om hem weg te jagen. Maar deze laat zich niet zien. Ook niet als de donker reeds gevallen is en het voor beide mannen meer dan tijd is huis waarts te keeren. Dus nog niet wegge jaagd. Maar een ander gevaar dreigt. Aangeklaagd te worden door hun baas als ketters. Onder het naar huis gaan spre ken de beide mannen geen woord. Hun hart is daartoe te vol, te bedrukt en te beangst. Als ze het dorp hebben bereikt, zijn in getreden aan welks beide zijden de schame le woningen zijn, eigenlijk half in het dijks- lichaam ingebouwd en ze den hoek hebben bereikt waar de weg scherp rechts afbuigt naar Tholen slaan ze een nauw steegje in en staan ze weldra voor eenige schameler huisjes dan die ze gepasseerd zijn. 't Zijn niet veel meer dan hutten, rustend aan de helling van wat vroeger de water- keering was. Een afscheid zonder woorden maar Da vidszoon drukt de hand van zijn buurman. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1940 | | pagina 2