CHDWECKBLADopGED.GD0nD5IAG vöÖRolZUID-HOairiZEEUWSCHE EILAflDEn mtmmm N.V. üiïGEVERSMAATSCHAPPIJ „EILANDEN-NIEÜWS" Uit het Kjijkvenster. Buitenland Wintersche kwalen? Dan Mijirhardtjes halen! STICHTELIJKE OVERDENKING neus en hoofd verstopt/ 12e Jaargang ZATERDAG 1 MAART 1940 No. 1122 Dit nummer bestaat uit 2 bladen „De geroepenen tot de bruiloft des Lams". WA A RIN SEDERT 1 NOVEMBE R 19 350 P G E N O M E N^ HET BLAD .ONZEEILANDEN" - 1 8E J A A R G AN G UITGAVE VAN Doch ook zal de Heere diegenen, die het zieleleven deelachtig zijn ge worden, niet van honger doen ver gaan of laten versmachten van dorst. Daarom als de geroepenen weten door gena, hoe en waar hun ziele verlost, gerechtvaardigd is, dan zal dat leven door God hun geschonken ook onderhouden worden. „En waar wordt nu dat zieleleven gesterkt?" De kinderen des Vaders zullen verkwikt worden aan den Disch des Zoons, dus aan het H. Avond- of Nachtmaal des Heeren. Ja, voorwaar zalig zijn de geroe penen tot het Nachtmaal des Heeren, want het is een voorsmaak van de bruiloft die wacht. Dus geachte lezer, allen die door ■den hemel het nieuwe leven deelach tig mochten worden, dat leven wordt gesterkt en dat geloof verkwikt, daar waar het sacr-ament recht be diend wordt. Neen niet allen die hier op aarde aan het H. Avondmaal gaan, zullen gevonden worden op de eeuwige brui loft hierboven. Want mogen onbege- nadigden het Heilige sacrament be dienen? En ztillen ongeroepenen ten disch treden? Immers hoe zal nu een mensch die Goddelijke inzetting bedienen, wijl hij niet eens kan zeggen een geroepene te zijn. En zal een ziel verkwikt worden aan Gods'Disch, die geen kennis heeft aan het.inwendige werk des H. Geestes Hoe kan nu een ziele verzadigd worden aan het H. Avond maal, terwijl er nooit een ware, gees telijke honger en dorst is naar het levende brood en water. Is het niet meermalen geschied dat menschen aan het Nachtmaal gingen wijl men zich niet eens verzoend had met zijn naasten? Hoe vreeselijk moet het dan zijn, hier op aarde aan- geschikt, doch hiernamaals gemist aan de eeuwige bruiloftsdisch des Lams, omdat zij niet konden gewa gen van de roepende genade daad. Maar in deze woorden welke Joh. vernam, wordt de gansche heerlijk heid en zaligheid beschreven derge nen, die de Heere heeft geroepen. Want het klinkt zoo dierbaar: Schrijf, zalig zijn zij, die geroepen zijn tot het Avondmaal, de bruiloft des Lams. Ja, bij dat Lam hooren al le geroepenen^ want zij kennen zijn stem, omdat Hij hun toch tot zich getrokken heeft met koorden van eeuwige liefde. O, die gelukzaligheid dat te mogen gelooven, dat dit eeu wig het deel zal zijn die geroepen zijn ten leven, dat doet hen vaak stille zijn. Hier op aarde wordt hun ziel ver kwikt aan den disch van den geeste- Hjken Melchizedek, Die hun ziel ver lost heeft en dezelve in deze woestijn komt sterken bij brood en beker. Hier niag de strijdende kerk de na bijheid des Heeren genieten, als de Heere hen roept met het: „Doe dat tot Mijne gedachtenis!" Ja, dan kunnen de bevoorrechten wel eens zingen een beurtzang in Gods wijngaard en kan zelfs in den nacht worden aangeheven: „Zing nu blij te moe, Machtig Opperwezen; omdat hun ziel overstelpt is vanwege die Godsweldaad hun geschonken. Welnu, zalig zijn zij die vanwege de inwendige, Goddelijke roeping 's Heeren genade deelachtig zijn ge worden. Want niemand vraagt van nature naar God en Zijn dienst en wie heeft nu bemoeienis met staat en toestand Zijner ziele? Maar omdat de Heere van eeuwig heid gedachten des vredes gehad heeft over Zijn verkoren Kerk, roept Hij de Zijnen, opdat zij het leven Gods deelachtig zouden worden. Welk een weldaad hebt gij, begena digd volk, ervaren, die door genade en geloof daarvan kimt spreken. Ja dan zal Uw belijdenis zuiver zijn; want dan wordt het een geloovig be lijden met hart en mond. En zal Uw ziel aan Gods Disch hier op aarde verkwikt worden, omdat Uw Herder dit voor U heeft achtergelaten, het is slechts een voorsmaak van hetgeen de Heere beloofd heeft allen die ge roepen zijn met een Goddelijke roe ping. En al wordt vaak Gods volk, dus ook gij, gesmaad of bespot, weet o kind des Heeren wat heeft raèn niet aan het groene hout gedaan, wat zal dan U geworden? Miaar eenmaal zal het eeuwig zalig genoten worden door allen, die het leven Gods om Christi wille deelach tig zijn geworden. Hij Uw Herder wacht U, gij geroe penen des Heeren ter eeuwige brui loft en zal nooit meer bestrijding aanwezig zijn, geen valsche tong zal U meer terneer drukken, doch eeu wigdurende zaligheid zult gij, o volk van God genieten. Want daar zal ook aan U, aan de gansche bruidskerk vervuld worden: „Zalig zijn zij, die geroepen zijn tot het Avondmaal om eeuwig te genieten, de bruiloft des LamS;- - j."; :..- Zijn vrouwen fvcrkelijlc voor „pijn''' gelioren? Tabletten j go cent niEUiia Aboimementsprüa 90 cent per 3 maandenbij vooruitbetaling. Verschifnt lederen Woensdag en Zaterdag 2 maal per \«ek. Afzonderlijke Bummer» 5 eeat Buitenland 8 gulden per Jaar Gevestigd te Middelhamis Prins Hendrikstr. j 122 G Giro J67930 Postbox 8 Tel. 17. BS^amtoor voor Zeeland: St. |!ilaartensid!yk Marfet, Telef. 69. Advertentie*prBS 20 cent per regel. Reclames 40 et.; Dienst» aanvragen en. aanbiedingen van 16 regels 80 et.; Boek'aan* kondlging 10 cent per regel Contracten belangrijk lager. (Openb. Joh. 19 9a.) „Én hij zeide tot mij: Schrijf, zalig zijn zij, die geroepen zijn tot het avond maal van de bruiloft'des Lams." (VERVOLG EN SLOT) DE NIEtrWE LEENING VAN 800 MTLLIOEN. Weer zal door de Regeering eeni beroep woorden gedaan op de geldmarkt om. een groote leening te sluiten. Het gaat dezen keer weer evenals de vorige maal om een leening van 300 millioen. We schreven bo ven, dat een beroep zal worden, gedaan op de geldmarkt. Beter kunnen we zeggen op het Nederlandsche volk. Het slagen van deze leening moet een volksbelang van de eerste grootte worden genoemd. We twijfe len er niet aan, dat zoo algemeen wordt in gezien, dat het slagen van deze leening een volksbelang moet worden genoemd ze ze ker zal volteekend worden. Faalde de vorige leening, doordat zeke re groepen zich afzijdig hielden, genoemd werden de groote particuliere beleggers en de Institutioneele beleggers, Indien alge meen ingezien wordt het groote belang van het slagen van deze leening, dan zal ze zeker wel slagen. Niet vergeten mag wor den dat bij deze leening de stok achter de deur staat. 't Is een Vrijwillige leening, mits ze slaagt, anders feal een gedwongen leening volgen. Een gedwongen leening met minder gunstige condities. Allereerst zal de rente, welke nu 4 procent bedraagt bij een eventu- eele gedwongen leening slechts 3 procent bedragen. Zoo de Regeering over moet gaan tot een gedwongen leening (Jan wordt van ieder die in de vermogensbelasting 19401941 een vermogen heeft van meer dan dertig duizend gulden geeischt aan de leening deel te nemen. Het is intusschen te hopen, dat het niet zoo ver behoeft te komen, maar dat deze leening ruim volteekend moge worden. Moet het onverhoopt komen tot een gedwongen leening, dan verdiende het alleszins aanbeveling, dat men niet alleen op de vermogens, maar ook op de hooge in komens lette om die te dwingen aan de In schrijving deel te nemen. Moge de vrijwilli ge leening slagen. Dat is beter voor het prestige van ons volk, ook tegenover het buitenland. De kunst van .juisteren Shake- spiere en Bunjan De stad Men- schenziel en d^ oorpoort De oude van den Sing« en twee sluipmoor denaars H<|»rders en daders des Woords. Onder de vijf zintfiigen die we hebben, neemt het gehoor wa een zeer belangrijke plaats in. Hoor epen inzonderheid luisteren moestjonder ons, raenschen, meer in practijk worden gebracht. Nu is de kunst van luistere» niet iedereen aange boren. Wij moeten, om zoo te zeggen, „lee- ren luisteren." Als wn dat meer deden, zou dit ons leveni verdiepMi. Neem b.v., dat iemand ons van zijn smart of zijn vreugde mee(J^elt, en we laten het maar langs ons" gllppfen, we h o o r e n al leen maar en we luisteren niet naar wat we hooren'. Wat'een onaangenamen indruk zal dat van ons aan*den verteller geven! Zwijgend luisteren, edht meeleven met het misschien voor ons Onbelangrijke verhaal van een ander, zal'|bij vreugde dubbele vreugd en bij smart 'frat van het verdriet wegnemen. f Er zijn Ouders, die-nooit eens de moeite nemen, echt naar hun kinderen te luis teren. In hun kinderbelangetjes intens mee leven, meevoelen in de kleine dingen die voor hen een belevenis zijn, wordt zoo vaak nagelaten. /l^'^"'*j'K Dan Darhpo inwrijven en inademen. ^ij-'4 «/!^j Wonderlijk zooals dat helptl CCk -%-'y'Pot 50 ctf. Tube 40 et. Doos 30 et. „Ja. toe maar hoor, je Moeder heeft geen tgd!" en als het kind wat aan Vader vraag^ geeft hij, in zijn krant gedoken, een tegen gesteld antwoord, zonder goed gehoord te hebben, wat het eigenlijk vraagt of vertelt. Het kan niet anders, of het kind zal be merken, dat Vader en Moeder niet „echt" luisteren, maar slechts doen „alsof" En het zal daardoor minder gaan thuis ver tellen; het zal omdat het geen gretig ge hoor vindt, eenzelvig worden of, buiten Vader en Moeder om, een ander zoeken, aan wie het zijn belangetjes kwijt kan. Wanneer we niet echt luisteren, zal dat oorzaak geven tot kwetsing otf het opwek ken van minderwaardigheidsgevoelens. Ieder verhaal is belangrijk, wel niet altijd voor dengene, die luistert, maar wèl voor wie het vertelt. Komt er iemand bij ons met zijn'belevenissen, laten wij dan de tijd ne men om het met interesse aan te hooren en er niet tusschen te schieten met: „hoor's ik heb het eens zus of zoo beleefd." Dan vindt men; alleen zichzelf belangrijk. Daar zit wat in, om ons tot luisterende menschen op te voeden. Niet uit nieuwsgie righeid of om het gehoorde weer direct verder te vertellen, maar ons werkelijk een oogenblik verdiepend in hetgeen gezegd wordt of verteld, Dé,t is luisteren! Shakespiere heeft eens gezegd: „Geef aan elkeen Uw oor." In het kader van de voor beelden, die we genoemd hebben, past dat gezegde wonderwel, hoewel we niet aan alles en| aan elkeen het oor kunnen en mogen leenen. Immers is de mensch geneigd lichter naar datgene te luisteren wat het oor streelt, dan om naar het woord van den Spreukendichter naar de bestraffing des levens te hooren. Onze verdorven natuur geeft daar gereede aanleiding toe. Naar het woord der Heilige Schrift zijn wij van nature höorende doof. Bunyan vergelijkt de mensch in zijn boek: „The Holy war" de Heilige oorlog bij een stad, de stad Menschenziel. Deze stad is geheel ommuurd en voorzien van vijif poorten, waarvan de voornaamste de Oorpoort is. Daarvoor melden zich zoowel de boodschappers van Koning El-SchaddaJ als de dienaren van den reus Diabolus. En omdat de stad aan den laatste het oor leende, hielp ze zichzelf ten onder. De oorpoort des menschen is dus een be langrijk, ding en „luisteren" is èen belang- rijk werkwoord. ïk hoorde eens een dominé tegen zijn gemeente zeggen: „preeken" is een werkwoord en „luisteren" Is een werk woord. Ik moet preeken, maar de gemeente Is verplicht, nauwlettend te luisteren. Hoevelen zitten meer te „wachten" on der de preek, tot het „Amen" weerklinkt, dan actief te luisteren! Dat is niet alleen krenkend voor hem die spreekt, maar ook een miskenning van het Woord dat ge bracht wordt. Ds. Bernardus Smytegelt, die van 1695 —1739 predikant was te Middelburg, placht voor zijn preek vaak te zeggen: „Spant U eens wat in ,het is wel de pijn der moeite waard, er naar te luisteren. Uw ziels-za ligheid kan er aan gelegen.^ liggen." Ds. Smytegelt was er de man niet naar om een blad vooi zijn mond te nemen; „Hij had een stem als een klok waarom hij in ze ker grafschrift ,,een felle donderszoon wordt genoemd. Eens liet de Magistraat van Middelburg hem roepen, om een drei gend oproer te bedwingen. Toea hij op het stadhuis kwam hield hij eerst een sermoen tegen de heeren regenten, die hem, nu ze in de benauwdheid zaten wel vsdsten te vinden, maar hém anders niet het oor leen den. Daarna ging hij naar het bordes om het volk toe te spreken, en wist een op roer te voorkomen. Ja, voor „de oude van den Singel" zoo als men hem noemde, had men wel ontzag. Ik wil U daar meteen iets van vértel len. Op zekeren nacht werd hij, zooals zoo vaak gebeurde, uit zijn bed geklopt. Hij moest dadelijk bij een van zijn gemeentele den komen, die ernstig ziek was gewor den. Haastig kleedde hij zich en begaf zich op weg. 't Stormde vreeselijk en hij kwam geen levende ziel tegen. Ja toch, bij een brug zag hij twee mannen staan, die zich niet om het weer schenen te bekonvme- ren, zeker varensgasten, op weg naar hun schip. Hij komt waar hij wezen moet, maar tot zijn verbazing brandt er geen licht. Op zijn herhaald kloppen wordt eindelijk de deur geopend en verneemt hij, dat ér een vergis sing in het spel is. Men, heeft hem niet la ten roepen. Twee jaar later wordt dominé Smytegelt weer in het holle van den nacht gewekt. Dringend verzocht men hem mee te gaan iemand die tot voor kort een zijner bit terste vijanden was, ligt op sterven. Do miné Smytegelt rept ziehen als hij. bij den stervende komt vertelt deze hem, dat hij het was die hem in dien stormnacht ge roepen had en naar buiten gelokt, met het vaste voornemen om hem, met behulp van zijn vriend, over de brugleuning te werpen Maar toen Smytegelt de brug naderde, had hij duidelijk aan beide zijden van den die naar Gods eeni wacht van engelen gezien, die hem begeleidden. Daardoor werd hun voornemen een mislukking. Wij laten in het midden of deze „wacht van engelen" werkelijk werd gezien, maar zéker is, dat de Heere Zijn knecht hier keni- nelijk bewaarde. „Ziet dan hoe gij hoort" mocht ons de vies wel zijn. Wat door het oor ingaat, hebben vrij van binnen te verwerken en we hebben ons te realiseeren wat we hooren. Daar is veel aan gelegen. Dat we niet al leen hoorders des Woords mochten zijn, maar ook daders. WAARNEMER. Wanneer vrij dagelijks onze krent ter hand nenien^ is het eerste waarnaar onze belangstelling uitgaat, het oorlogsnieuws. En bij het lezen van de berichten der oor logvoerende landen moeten we wel tot de ontdekking komen, dat men vooralsnog niet van zins is om vrede te sluiten. Inte gendeel: de strijd wordt hoe langer hoe nauwer toegespitst. Men is nu begonnen om den vrede te be werkstelligen, ook de Paus van Rome er in te betrekken. Twee Amerikanen zijn door President Roosevelt van Amerika naar Europa gezonden om het terrein te verken nen. De heeren Summer Welles en Myi-on C. Tai lor zó'n naar den Paus afgevaardigd, Sumner Welles is onder staatssecretaris van buitenlandsche zaken en Taylor, de staalmagnaat, is presidents' Roosevelt persoonlijken gezant bij het Vati- caan. De eerste heeft direct bij zijn aan komst in Italië een onderhoud gehad met graaf Ciano en ook met Mussolini. Daarna is hij via Zwitserland naar Berlijn gereisd om von Ribbentrop en daarna Hitler te ont moeten, wien hij van President Roosevelt persoonlijk een brief moet overhandigen. Het schrijven dat de President aan den "b Ouderwetsche gedachte! Een moderne vrouw bestrijdt perio dieke pijnen afdoende met een WITTE KRUIS. En wat zoo prettig is, WITTE KRUIS poeders, tabletten of ca chets zijn gemakkelijk in te nemen, daar ze practisch smakeloos zijn en ook de gevoeligste maag zal er geen hinder van ondervinden. per koker'jan 12 s'"" per koker van 24 stuB Dntim Oegstgeest Paus gericht heeft, vestigt de aandacht op Taylor die het verbindingspunt zou kun nen worden van hetgeen de Paus en Roose velt zouden kunnen doen in het belang van den vrede onder de Europeesche volken. Het lijkt er dus op, dat men langs andere banen een oplossing zal trachten te vinden. De taak van Sumner Welles is van deli cater aard: hij moet de politieke heethoof den in zijn vaarwater zien te krijgen. Rome is ten dezen hoopvoller dan Berlijn, waar men alleen in de diplomatieke wereld iets van de komst van Sumner Welles af weet. Uit den aard der zaak zal uit de besprekin gen te Berlijn nieta worden gepubliceerd. De Paus van Rome is bij de ontvangst van Myron C. Taylor in de kleine troonzaal gefotografeerd. Zooiets kwam tot heden niet voor, maar immers nu, moet de aan dacht op den Heiligen Vader worden geves tigd. Zal hij den vrede moeten bewerkstel ligen? Het zal een ijdel vertrouwen zijn, dat men op hem vestigt. De Springader des Levenden waters is verlaten, met God heeft men afgedaan, men zoekt het dan In den Volkenbond, nu weer bij den Paus, maar het zullen rietstaven blijken te zijn, die geen steunsel bieden, maar de hand doorboren. Winston ChurchiU heeft zich deze week ook weer in een rede laten hooren. Men weet, dat hij kort gele den zich de wrok der neutralen op den hals heeft gehaald, door het termoen dat hij hield over de plichten der neutralen. Bij de indiening van zijn begrooting in het La gerhuls heeft hij zijn verontwaardiging er over uitgesproken, dat de neutrale pers in vlam geraakte over zijn rede, waarbij hij de neutralen op hun plichten wees, méér dan over Dultschland's onwettigen oorlog en het torpedeeren van neutrale schepen. Hij kan niet inzien dat hij een ontactische diplo matieke fout beging (en weer begaat door het nog eens op te halen, en voelt zich ge griefd dat zijn zedepreek zoo ongunstig is ontvangen. ChurchiU stoort zich niet aan het oordeel van de wereld, het is zijn over tuiging dat hij gelijk heeft. Voor een En gelsman is het moeilijk te begrijpen, waar om de neutralen geen duidelijker onder scheid maken tusschen de wijze waarop Bij Griep, Koorts, Kou, Rheumatische pijnen. Spit, Pynlijke ledematen. Ziek en han- gerig gevoel. De echte zgn niet rond, maar hartvormig. 12 stuks 50 et., 2 'st. 10 et. Bij Apoth. en Drogisten.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1940 | | pagina 1