CriDWECKBIADopGED.GD0nDSIA6 vöÖQDcZUID-HOainZEClJW^ EHAHDEn Wat zal Italië doen? Pachtzaken i 12e Jaargang WOENSDAG 15 NOVEMBER 1939 No. 1092 De buitenlandsche toestaDd en de positie van Nederland. W AA RIN SEDERT 1NOVEMBER 1935 OPGENOMEN HET BLAD „O N Z E E I L A N D E Z^" 1 8E J A A Q A N Q UITGAVE VAN ^^■■^^■(^^^■■■^■i^^Bi^^""^""^"* N.V. UITGEVERSMAATSCHAPPIJ „EILANDEN-NIEUWS" Lanl^lgre» "^ticd^en'Tl'i-e «U so et.. Lk-aan* W. A. DB BAKKER voor Handel, Bedrijf en OUDDORP Particulier niEuws Gevestigd te Middelliamis Prins Hendrifotr. 122 C Giro J67930 Postbox 8 Tel. 17, I feondiging 10 cent per regel Contracten belang^jlc lager. Bykantoor Toor Zeeland: St. Maartenadigk Marlet, Telef. 59. ^^^^^^^^^^^^^■■I^^^^^^^^^HBI^^^^^^^ Abonnementsprtjg 90 cent per 3 maandenbg vooruitbetaling. Verschünt lederen Woensdag en Zatprdag 2 maal per week. Afzonder^ike nummert 5 cent Buitenland 8 gulden per jaat Er zijn in het huidig conflict tusschen Duitschland en ,dfi Geallieerden allerlei fac toren, die het zeer moeilijk maken, de af loop ervan te .voorspellen,. In 1914 bij het begin van de krijgsverrichtingen was dit ook zoo. Hoewel het scheen, dat Duitsch land en Oostenrijk-Hongarije een oorlog op twee fronten niet zouden kunnen door staan, bleek alras, dat op het Westelijk front de Duitschers al spoedig tot dicht bij Parijs doordrongen en de Russen bij de Ma- surische meren een groote nederlaag leden. Toen in de loop van de Wereldoorlog de partijen zich steeds meer gingen afteeke- nen en bijna de geheele wereld met de Cen- tralen in oorlogstoestand verkeerde, was het echter niet moeilijk meer de einduitslag te profeteeren. Duitschland moest toen wel capituleeren. Na twee maanden oorlog staan de zaken er nu echter toch nog veel minder overzich telijk voor dan toen in 1914 de oorlog twee maanden aan ,de gang was. Toen immers vochten reeds mee Engeland, Frankrijk, Duitschland, Oostenrijk-Hongarije, Rusland Servië, Bulgarije, België en Turkije. Italië en de Vereenigde Staten hebben zich pas later bij de GealUëerden aangesloten, even als Japan en Roemenië en vele Zuid-Ame- rikaansche Staten. Thans evenwel is het getal der oorlogvoerenden slechts drie en uit alles blijkt, dat de andere groote en kleine mogendheden weinig lust hebben zich mede in het oorlogsavontuur te storten. De einduitslag van het conflict hangt van allerlei factoren af, vrter werking thans riog moeilijk of in het geheel niet te voor spellen is. Zal Duitschland economisch een langdurige oorlog kunnen doorstaan? Zul len de gebeurtenissen al dan niet leiden tot een hlnnenlandsche omwenteling? In hoeverre zal Rusland liet Duitsche Rijk steu nen met grondstoffen en voedingsmiddelen? Zal het misschien op de duur ook militaire steun aan Hitler verleenen? Of is de kans zeer groot, dat de Duitsch-Russische vriend schap slechts Van tijdelijke aard is? Hoe zullen de krijgsverrichtin,gen verloopen? Zullen tenslotte Turkije en de Vereenigde Staten zich aan de zijde der Geallieerden in de oorlog werpen? En wat 2!al Italië doen? Het zijn altemaal vragen, waarop mo menteel geen positief antwoord gegeven kan worden. Ook op de laatste, die we in dit artikel onder het oog vrillen zien, niet. De aigemeene verwachting was, dat Italië, toen Duitschland met de Westersche mo gendheden in oorlog geraakte, zich zou scharen aan de zrjde van ziijn asgenoot. Im mers, zoowel Hitler als Mussolini, hadden de laatste jaren in steeds sterker en krach tiger bewoordingen, de onverbreekbaarheid en soliditeit van de as-Rome-Berlijn in het licht |gesteld en zoo was de wereld in de waan gebracht, dat het lot van den één on afscheidelijk met dat van den ander ver bonden was. Inderdaad heeft Italië aan Duitschland diplomatieke steun verleend bij de inbezitname van Tsjecho-Slowakije, heeft het toegestaan, dat Oostenrijk werd geannexeerd en Week het ook het Duitsche standpunt ten opzichte van Polen te dee- len. Anderzijds heeft Duitschland de zijde van Italië gekozen, toen dit land Abessynië en Albanië vermeesterde. Doch het merk- waardigde is, dat de as wél zeer sterk bleek, zoolang op een gebiedsuitbreiding geen oorlog volgde, maar toen tengevolge van de Duitsche inval in Polen ,de Euro- peesche oorlog uitbrak, gebeurde, wat nie mand had verwacht:. Italië bleef neutraal en laat op dit moment Duitschland alleen strijden. Het ligt voor de hand, dat men hiervoor naar een aannemelijke verklaring zoekt. Sommigen zeggen: Italië is nu eenmaal on betrouwbaar. In de wereldoorlog is dit ook gebleken, want het had een verbond met Duitschland en Oostenrijk, terwijl het in- plaats van hen bij te staan, op 24 Mei 1915 hen de oorlog verklaarde en zich daarmee schaarde aan dezijde der Entente. Het i^oii nu ook wel weer zoo gaan. Italië kijkt de kat uit de boom en wacht af, hoe de si tuatie Verloopt om dan zich te scharen aan de zijde, waar het meeste voordeel te ha len is. Wij gelooven echter, dat dit niet zoo behoeft te zijn^ Het is immers bekend ge worden, dat Italië in een geheime clausule van het Drievoudig Verbond der Centralen in enkele opzichten een voorbehoud had ge maakt, waardoor de kwalificatie van ver raad, in 1915 gepleegd,' te sterk zou zijn. Evenzoo kan het ook nu zijn; Wij weten er niets van, maar het lijkt waarschijnlijk, dat Mussolini van meet af bezwaar gemaakt heeft, terwille van Danzig en Polen zich aan de zijde van Duitschland in een Euro- peesche oorlog te storten en voor speciaal Duitsche- verlangens mogelijk zijn land en Volk' te ruïneeren. Daarbij komt nog, dat het verbond van Hitler met StaUn in Italië, evenmin als in Spanje, met geestdrift is begroet. Het is wellicht niet al te gewaagd, de meening te poneeren, dat Mussolini hierin een zeer groote politieke fout en in ieder geval een bedreiging ziet voor Europa én met name ook voor de Italiaansche belangen. De ex pansie van Rusland, het voortdrjngen van het bolsjewisme naar de Oostzee, doch voor al de gevaren, welke van die zijde dreigen op de Balkan, die door Italië veelal wordt beschouwd als zijn speciale invloedssfeer, zijn ongetwijfeld mede oorzaajk van de Ita liaansche afzijdigheid. Mussolini ducht blijk baar een te groote invloed én van Duitsch land én van Riisland in Roemenië en Bul garije en wijzigde daarom ook zijn politiek tegenover Griekenland en Turkije, welke meer tegemoetkomend werd. Bovendien moet Mussolini rekenin,g hou den met het feit, dat het Italiaansche volk zielf niet bijster Duitschgezind schijnt te zijn en door zijn sterk Katholieke inslag, mede als gevolg van de invloeden van het Vaticaan, zeer anti-bolsjewistisch is, waar door fiet Duitsch-Russisch verbond voor dit volk een absurditeit moet zijn. Indien Mus solini als „Dritte in Bunde" zich hierbij had aangesloten, zou hij ongetwijfeld zijn positie hebben verzwakt. De voornaamste reden .voor het tijdelijk of wellicht definitief afzijdig blijven van Italië ligt echter, gelooven wij, meer op strategisch-militair gebied. Immers ItaUë is in een oorlog met wereldmachten als Engeland en Frankrijk, territoriaal be schouwd, veel kwetsbaarder dan Duitsch land. Dit laatste land vormt een afgerond geheel, met slechts 300 km. grens, die ver dedigd moet worden. Koloniën, die afge nomen kunnen worden, bezit het M^t meer. Italië daarentegen zou in geval van oorlog met de GealUëer4en in een zeer moeilijke positie komen. Met zijn leger zou het wei nig kunnen beginnen, daar de grens met Frankrijk loopt over de zeer hooge en bree. de West-Alpen, die een offensief van weers kanten Vrijwel uitsluiten. En wel beschouwt het de Middellandsche Zee als de „mare nostrum," als ,,onze ,zee'„ dus als een Ita liaansche binnenzee, maar dit sluit niet uit, .dat ook Engeland, Frankrijk en Turkije door middel van hun vloten er groote in vloed uitoefenen. Vooral het Britsche Rijk heeft hier groote belan,gen te verdedigen: Gibraltar, Malta, Cyprus, Palestina, het Suez-kanaal. En ook Frankrijk met zijn Afrikaansche koloniën Marokko, Tunis en Algerië heeft belang bij een verbinding met de overkant. In geval van oorlog zou Italië van zeer verschillende zijden aangevallen en bemoeilijkt worden, vanuit Frankrijk, Cor sica, Tunis, Algerië,, Turkije, Egypte. Zijn Afrikaansche koloniën liepen direct groot gevaar, met name Abessynië, dat .dadelijk van'het moederland zou worden gescheiden. Natuurlijk zou Italië ook Engeland en Frankrijk groote moeilijkheden in de weg leggen, vooral .door een duikboot, en lucht oorlog, maar daartegenover staat, dat zjijn handel en scheepvaart evenals die van Duitschland oogenblikkelijk zouden worden afgesneden Deze strijd zou volornamelijk ter .zee worden uitgevochten. De vloten van Frankrijk en Italië zijn ongeveer even sterk. Frankrijk moet echter zeker .de helft van zijn vloot i^ de Atlan tische Oceaan houden, doch daartegenover staat, dat de Engelsche Middellandsche Zee vloot dit tekort gemakkelijk kan aanvul len. Een Italiaansch offensief in eenigerlei richting zou echter zeer moeilijk zijn en zeer gecompliceerde posities in het leven roepen. Militair-strategisch zou het voor Italië zeer riskant ;^ijn, zich in de oorlog te werpen en met name het behoud der ko loniën zbu zeer te bezien staan..^ Wat de economische hulpbronnen betreft waarover Italië beschikt, deze zijn zooda nig, dat het een langdurige oorlog nog min der zou kunnen weerstaan als Duitsch land. De goudvoorraad is zeer miniem. Ze bedraagt volgens betrouwbare gegevens slechts 140 millioen guldens (Duitschland 180 millioen en Nederland 1300 millioen terwijl de Vereen. Staten aan de top staan met 27000 millioen) Over deviezen beschikt het dus niet en het kan daarom slechts evenals Duitschland door een soort ruil handel aanschaffen, wat het noodig heeft. Voedingsmiddelen brengt het tamelijk wel in .voldoende hoeveelheid voort, daar het een echte landbouwstaat is. Het voornaam ste bezwaar is echter, dat Italië niet rijk is aan mineralen; steenkool en petroleum wor.dt er vrijwel niet gevonden, zoodat de ze producten (met bijproducten als ben- zjine) moeten worden ingevoerd. Ook voor ijzer en andere metalen is het grootendeels op de invoer aangewezen, zoo dat in oorloigstijd de positie van Italië in dit opzicht spoedig zeer precair zou worden Het staat dus economisch niet heel sterk en doordat het zeer gemakkelijk overzee af te sluiten is, was het op zichzelf aange wezen. Wellicht zijn het al dezie en nog andere overwegingen geweest, die de Italiaansche regering heeft doen besluiten, buiten het conflict te blijven, uiteraard is er geen ze kerheid of ,dit zoo blijven .zal. Dit zal, naar het zich laat aanzien, afhangen van de loop der gebeurtenissen. Ontwikkelt de toe stand zich in ongunstige zin voor Duitsch land, dan zal de geneigdheid van Italië om zijn asgenoot bij te springen er zeker niet grooter op worden. Het is voor Italië ook niet gemakkelijk om met inzet van zijn geheele nationale, economische en culturee- le leven benevens zijn koloniën een strijd in te gaan, welke per slot van rekening is ontketend, om specifiek Duitsche be langen. Het zou niet te verwonderen zijn, als men daarvoor in Italië zeer weinig zou gevoelen. SOMBERE CIJFERS. Oud-minister .de Wilde heeft voor het Departement Utrecht van de Ned. Mij. voor Nijverheid en Handel dezer dagen een rede gehouden over onze Staatsfinanciën. 't Zijn leerzame cijfers, hoewel uiterst somber. We geven er een en ander van door. Vooral in mobilisatiedagen, getuige de vorige mobilisatie, komt er vaak een geest van oppervlakkigheid en onverschil ligheid in allerlei opzicht, niet .het minst in financieelen zin. „Het komt wel terecht," is een uitdruk king die in zijn omvorwerping van zooveel oude soliede waarden, getuigenis aflegt van een funeste opvacting ook in financieel o.pzicht. Daar is allereerst zijn mededeeling, dat we sinids 1931 igeen sluitend biidg«t hebben g«)ha|cli, idluls dat seiflert 1931 aUe jaren met een te kort is 'geeinia|gd. Sedert 1931- der halve een opstapeling van tekorten, een lyennieerdef ing van onze schuld) met een mil liard 'gtujden, iflat is dlu^na mijlioen gul den. Gedurende al ,die jaren hebben we ge hoord van het sluitend maken van de Rijks begrooting. Men ging er de verkiezingen mee in en zie nu blijkt dat er nimmer een sluitende begrooting is geweest. Ook bij de waterschappen, de provincies en de gemeente zijn de laatste jaren de schulden enorm toegenomen, zoodat ze naar de spreker meedeelde over de drie milliard zijn gestegen. Van 1931 tot 1936 heeft een voortdurende daling van de in komens en de vermogens plaats gehad. Voor de gewone, de normale uitgaven ver toont de begrooting Van 1940 in feite een te kort van f 55 millioen en voor den dienst van 1941 zal dat te kort nog f 60 millioen hooger ,zijn, dus niet minder dan f 115 millioen. En ,daar staat tegen over dat de verhooging van de belastingen slechts f 50 niillioen" zal opbrengen. De belastingen die I toch al zoo hoog zijn moeten nog weer met dat bedra,g verhoogd worden: En nu nog de buitengewone uitgaven. Reeds nu kost de mobilisatie f 200 milli oen. Dat is nog maar een begin. Als men rekent dat de vorige mobilisatie niet min der dan f 2.3 milliard heeft .gekost. Wat bovendien zoo ongunstig is: bij het begin van de vorige mobilisatie hadden we een schuld van if 1154 naillioen. Thans be ginnen we de mobilisatie met een schuld van f 4000 millioen of ongeveer 3% maal zooveel schuld. Dat ^ijn sombere cijfers. Die er op wijzen dat er aangepakt moet worden. Niet met de handen slap gaan zitten, maar aanpakken. Versobering van den staatsdienst is noodig. Bezuiniging op uitgebreide schaal en doortastend. Dat is groote noodzaak. Komt er een financieële instorting dan zijn de gevolgen niet te overzien. Het fi- nancieëele probleem is van het uiterste be lang. Om dat in orde te krijgen zullen fi nancieële offers gebracht moeten worden. En wie zou die niet willen brengen, voor- aï als de Regeering een goed voorbeeld geeft,door niet flinkheid naar .versobering van haar dienst en naar de uiterste zuinig heid te streven. STAAT HET CHRISTELIJK ONDER WIJS WAT VORDERINGEN BE TREFT ACHTER BIJ 'T ZOOGE NAAMD NEUTRAAL? Wie op onderwijsgebied geen onbekende is, weet, .dat soms smalend gesproken wordt over de vorderingen, die kinderen op .de Christelijke School maken. De orthodoxe onderwijzers schijnen dus hun werk maar zoo, zoo te verstaan. Dit stokpaardje, reeds jaren bereden, wordt nog wel vaker bere den, dan oningewijden denken, ja, hoe men soms opzettelijk of bij vergissing de zaak verdraaid, is frappant. Nu valt het reusachtig moeilijk om aan die smaadtaal afdoend bewijs te leveren. Het rapportboekje van het kind zegt niets. De eene onderwijzer geeft hooge, een ander lage cijfers. Dezer dagen zagen we de officieele uit slag van den M.U.L(.0. examens 1939. Dit examen wordt afgenomen door leerkrach ten, zoowel van 't openbaar als van 't christelijk onderwijs. De Roomschen heb ben een apart examen. Het schriftelijk werk, dat de leerlingen zoowel van de openbare als christelijke U. L.O. scholen krijgen is precies gelijk en wordt tegelijk gemaakt onder toezicht van anderen. Het wordt gewaar.deerd door per sonen, ,die vaak in een andere streek van ons landje wohen, naar één van te voren opgesteld correctie model, opgemaakt door de Regelingscommissie. Bij het mondeling examen komen de candidaten voor hun on bekende examinatoren. Kinderen van Openbare Scholen worden vaak door leerkrachten van Christelijk ge^ exmineerd en omigekeerd. De examinatoren weten niet vanwaar de candidaten komen, bij gevolg ook niet of ze een openbare dan wel een christelijke school bezochten. En wat bleek nu in 1939 Neutraal M.U.L.O.: Aant. Cand. Geslaagd In proct. Voor A 5192 Voor B 916 Aanvullingsexamen 307 4156 80.05% 791 86.35% 249 81.11% Christelijk M.U.L,0.: Aant. Cand. Geslaagd In proct. Voor A 4065 3255 80.07% Voor B 541 465 85.95% Aanvullingsexamen 326 270 82.82% Men ziet, er is bijna geen verschil. En dit is niet alleen in 1939. Maar elk jaar dekken de cijfers elkaar. De leerlingen, die een U.L.O. bezoeken, hebben eerst een lagere school bezocht. Ook dien opbouw wordt verder gewerkt. De uit slag van de U.L'.O. examens laat duidelijk zien, dat .die onderbouw bij 't christelijk onderwijs even stevig is, als bij 't openbaar. NERVEUZE STEMMING AAN DE GRENS. ONGEGRONDE GERUCHTEN. Door opgewonden berichten in de buiten landsche pers en in .de radio is in Ne derland, vooral in de grensstreek, een ner veuze stemming gekweekt. De meest wild ste geruchten deden de ronde, te meer, daar van regeeringszijde .geen mededeelin- gen kwamen en van militaire zijde voor zorgsmaatregelen werden genomen. Zoo was b.v. Zaterdagavond het telefo nisch verkeer met ^^le plaatsen in ons land verbroken, wat er toe bijdroeg de ner vositeit te verhoogen. Bovendien is door het A.N,P. een onjuist bericht .door de radio gegeven, over het grens-incident bij Venlo, wat niet niet de werkelijkheid strookte. De toenemende spanning was echter hoofdza kelijk te wijten aan de stilzwijgend der re geering, die toch het Nederlandsche volk op de een of andere wijze wel had kunnen geruststellen. De Engelsche pers heeft over ons land alarmeerende berichten verspreid, als zou den wij en eenige andere neutrale lan den gevaar van Duitschland te duchten hebben. De Engelsche pers baseert dit op de Duitsche troepenbewegingen naar onzje grenzen. Men Heeft echter van Dujtsche zijde verklaard, dat zij de berichten, die van Engelsche zijde worden gelanceerd, niet telkens meent te moeten weerleggen De Duitsche pers neemt ten opzichte Van ons land een rustige houding aan. De cri- tiek die er was, liep hoofdzakelijk op de Engelsche blokkade, waaraan ook Neder landsche schepen zich moeten onderwerpen Het is evenwel niet mogelijk daaraan te ontkomen, al doet nien van onze zijde zoo veel mogelijk om onze vrijheid te water te verdedigen en te behouden. In Duitsche politieke kringen is opnieuw verklaard, dat Duitschland Idle neutraliteit van Nederland «al e^Wedigen, natuurlijk onder de voorwaarde, dat ook de andere partij dit doet. Een herhaling van de bekende officieele verklaring, inzake de. 2(e eerbiediging wordt van Duitsche zij,de ni(6t noodig geoordeeld, omdat er immers niets geschied is, waaruit iets anders zou kunnen blijken. Beheer en Administratie .van vaste goederen Makelaardij Taxatie (Beëedigd) Vermogens- en Beleggingsbeheer. (Ook Voor de Zeeuwsche eilanden.) Berlijn eeal het aanbod, van goedle diens'ten bestudeeren. De Duitsche gezant heeft Zaterdag in opdracht zijner regeerin,g aan minister .van Kleffens medegedeeld, dat de inhoud van het telegram, dat Hare Majesteit de Ko ningin en Zijne Majesteit de Koning der Belgen verleden Dins,da.g j.l^ tot den Rijks- kanselier hebben gericht, zorgfVuldig zal worden onderzocht. Minister Spaak van België en mi- nlfs^ter Kleffens confereieren të Bre- ida. Breda was Zondag onverwachts het cen trum van politieke bedrijvigheid. De mi nisters van Buitenlandsche Zaken van Bel-- gië en Nederland confereerden met elkaar te Breda. Zij waren .vergezeld van sec retaris-generaal van hun departement. Omtrent de conferentie zelf is niets be kend. BUITENLAND 1 SCHERPE REDE VAN CHURCHILL. Uit Londen: Churchill heeft een zeer scherpe radio-rede uitgesproken oVer „10 weken; oorlog." Hij zeide onder meer, dat tengeland zoolang de strijd zal yoeren, tot Duitschland er genoeg van heeft. Hij be toogde, dat de „tien weken respijt" Enge land in staat hebben gesteld, zijn kracht op te voeren, en uitte zijn vreugde over de hou ding van Italië, Japan en Turkije, terwijl hij de Sovjet-Unie noemde ,,een rem voor Duitschland in Oost-Europa." Churchill betichtte Duitschland, dat door haar thans de kleine staten in West-Euro,- pa werden bedreigd. Engeland gaat onver poosd verder met de handel ter zee: 4000 schepen zijn steeds onderweg, terwijl de Duitsche schepen liggen te roesten of zjijn in neutrale havens gevlucht. Göbbjalis ri(ch!t z^ch tegen de En gelsche poUtiek. Minister Göbbels heeft Voor het perso neel der Osram-fabrieken te Berlijn een re de gehouden, waarbij hij zich keerde tegen de Engelsche politiek. Hij beschuldigde En geland er van, dat het opnieuw er op uit is, een volk te scheiden van zijn leiding en het weerloos aan Britsche willekeur uit te leveren,. Staten, die Midden-Europa als hun kolo nie beschouwen, zien het ontstaan .van een blok van 90 millioen Duitschers als een be dreiging en .daarom hebben zij den oorlog ontketend. Het is de taak van eiken Duitscher, zoo beëindigde Goebbels zijn rede, voor dezen oorlog zijn krachten in te spannen. Wan-i neer deze oorlog, die Engeland vrtlde, ge wonnen is en wij weten dat hij gewoimen zal worden dan beteekent dat de defi nitieve bevrijding van ons .volk en de be vestiging van ons nationale leven van alle tijden. INSTELLING VAN EEN BUREAU ONT- RUIMING VAN HET RIJKSBUREAU VOOR DE VOEDSELVOORZIENING IN OORLOGSTIJD. Van officieele zijde vernemen wij: In onderling overleg tusschen de Minis ters van Defensie en van Econ. Zaken is als onderdeel van het Rijksbureau .voor de Voedselvoorziening in oorlogstijd ingesteld! een Bureau Ontruiming. Aan dit Bureau is opgedragen de Voorbereiding en de even- tueele uitvoering van den afvoer ,van vee en landbouwproducten, wanneer uit bepaal, de streken des lands daarvan onder bepaal .de omstandigheden afvoer noodzakelijk zou blijken. Het Bureau is gevestigd aan het Lange Voorhout No. 3 te 's Gravenhagej

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1939 | | pagina 1