„EILANDEN-NIEUWS
Simon Gieke
Adverteert in dit Blad
Luchtbescherming.
Marktberichten
2e BLAD - ZATERDAG 9 SEPTEMBER 1939 - No. 1073
BINNENLAND
yi
Centrale veilingiVliddelharnis
Ter beveiliging van de Nederlandsche koopvaardijschepen is
men overgegaan tot het aanbrengen van de Nederlandsche
driekleur en de naam Holland. Het vlaggeschip van de Maat
schappij „Nederland", het motorschip „Oranje", dat naar
Indië is vertrokken, werd van naam en driekleur vooizien.
De ketter van Scherpenisse
Chr. Weekblad op Ger. Grondslag voor de Zuid-Holl. en Zeeuwsche EilandcD.
Uitgave van de N.V. .Ellandea-nleuws* Middelhamls. Tel 17. Giro 167930, PostbuiS
De ivreeiwdie vliegtuigen
boven ons land.
waardoor onze neutraliteit werd gesclionden
hebben heel wat stof doen opwaaien. De
regeering heeft zich onmlddellijlc gewend tot
Duitschland en heeft zich ook tot Engeland
gericht om hiervan kennis te geven en zoo
mogelijk na te gaan van welke nationali
teit deze vliegtuigen geweest zijn. Er zijn,
zooals men weet in het Duitsch gestelde
strooibiljetten aan onze Oostgrens aange-
troflfen die uit de vliegtuigen geworpen wa
ren. Dit heeft vast ,doen staan, dat het En-
gelsche strijdkrachten geweest zijn. De ,Dai
ly Telegraph" geeft er het volgende com
mentaar op:
Het Nederlandsch e bericht, dat
vliegtuigen in formatie waren waargeno-
men, doet de veronderstelling opkomen, dat
het hier Duitsche vliegtuigen betreft,
omdat bij de aanvallen op het nationaal-
socialistische gebied de B r i t s c h e vlieg
tuigen afzonderlijk vlogen. Groot- Brit
tan n i heeft aan de neutrale mogendhe
den de meest volledige waarborgen gege
ven, dat haar grondgebied zal worden ge
ëerbiedigd.
De mogelijkheid zal steeds bestaan, dat
een vlieger, die zich niet kan oriënteeren
een neutraal land zal passeeren, dich in de
instructies aan de vliegers zijn alle voor
zorgen genomen tegen het zich voordoen
van een dergelijke fout.
In deze aangelegenheid hebben de geal
lieerden er alle belang bij iedere overtre
ding van de overeenkomst, welke zij hebben
onderschreven te voorkomen. Frankrijk
en Groot-Brittannië hebben de wapens op
gevat voor de onafhankelijkheid van de klei
nere mogendheden en geen gedachte aan
eenig militair voordeel zal nu hen er op
eenig oogenbllk toe brengen bewust de neu
traliteit te schenden van die landen, die
verkozen hebben buiten het conflict te blij
ven.
Voor Nederland en België in
het bijzonder is een essentieel iets voor
hun positie, dat zij niet het tooneel
moeten worden van operaties, hetzij
te land of in de lucht.
D i t feit wordt door de bondgenooten
erkend, die, wanneer het noodig mocht
worden de vrijheid van de kleinere sta
ten zullen waarborgen, zooals zij er
naar streven die van Polen te behou
den.
Moellgldieilen uloor de Mobilisatie
De Duitsch-Poolsche oorlog geeft ona
land vele moeilijkheden. Zoo zijn een aantal
Nederlandsche schepen opgehouden ,in Brit-
sche havens, die hun Duitsche lading moes
ten lossen.
Ook de diensten van de K.L.M. op Lon
den ondervonden moeilijkheden. Verschillen
de diensten konden niet op tijd worden uit
gevoerd.
De Minister van economische zaken heeft
bekend gemaakt, dat hem, ondanks de
waarschuwingen daarte,gen ernstige klach
ten hebben bereikt over onnoodige prijsver,
hoogin,gen. Hiertegen zal, wanneer deze ver
hooging niet is gemotiveerd, ernstig worden
opgetreden.
De luchtdienst op Indië is ook ernstig
gestagneerd. De gewone route op de gewo
ne tijden kunnen niet worden gevlogen.
Vrijdagmorgen zal een extra-vlie,gtuig naar
Indië vertrekken, met passagiers en post
aan boord.
De Zwitsersche legatie heeft nieegedeeld
dat alle buitenlanders, (ook Nederlanders)
die naar Zwitserland willen een Zwitsersch
visum moeten hebben.
Verlof aan gemobiliseerden kan op de ve.
Ie verzoeken die binnenkomen niet worden
gegeven. Dit geldt slechts in zeer bijzonde
re gevallen en dan slechts voor 1 of 2 da
gen. Verzoeken moeten de militairen richten
tot hun onmiddellijke commandant.
Door velen is de vraag gesteld in welke
volgorde eventueel verder op te roepen mi
litairen zullen worden opgeroepen, b.v. aan^
vullingsreserve, leeftijd, vrijgeloten, vrijge
stelden wegens broederdienst, afgekeurden
enz. Hieromtrent is echter niets bekend.
De oproep ,die deze week is gedaan op
het groene biljet om de wagentroepen,
houdt geenszins in, dat uitbreiding aan
de mobilisatie is gegeven. Dit zijn in hoofd
zaak vaklieden, straatmakers enz, welke
men bij den aanvang der mobilisatie direct
niet kon inschikken. Het betreift er slechts
enkele honderden over het geheele land.
Over de „Veldpost" komen van de mili
tairen veel klachten. Dat verloopt nog niet
vlot. Men weet, dat men aan de militairen
niet de plaatsnaam mag adresseeren, maar
alleen de naam, het battallion, waaronder
„Vel4post." De brieven komen echter zeer
laat, soms dagen daarna in bezit, soms in
het geheel niet. De „jongens" maken nu
van omwegen gebruik, om toch hun corres
pondentie met thuis, zoo vlu,g mogelijk te
doen geschieden. Ze laten dan de brieven
adresseeren aan particulieren, waar ze hun
post gaan afhalen. Natuurlijk gaat dat niet
voor alle soldaten, zoodat het wel zaak is
dat de verzending en bezorging door de
veldpost beter geregeld wordt, waarmee een
nationaal belang wordt gediend.
Spoed-ioritwerpen van wet
Bij de Tweede Kamer is ingediend een
spoed-ontwerp van een wet op het gebruik
van vervoermiddelen. Eveneens een wets
ontwerp: ..regelen met betrekking tot den
invoer van goederen in tijden van oorlog,
oorlogsgevaar of andere buiteAgewone om
standigheden."
Oproep aan de Ijoeren en tuinders
D© moeiiyikheden moeten overwwnen
worden.
De drie Centrale Landbouworganisaties,
te weten de Chr. Boeren- en Tuindersbond,
de Kath. Ned. Boeren, en Tuindersbond, het
Kon. Ned. Landbouwcomité, doen een op
roep aan de boeren en tuinders, waarin zij
allen oproepen de moeilijkheden vastbera
den tegemoet te treden en zoo mogelijk te
overwinnen.
Deze moeilijkheden zijn vooral van drie
erlei aard:
1. wij zullen zooveel mogelijk moeten
voortbrengen, terwijl het mogelijk is, dat er
•zal zijn aan wat wij voor een zoo groot mo
gelijke productie noo.dig hebben;
2. De Regeering zal nog meer dan in de
afgeloopen jaren moeten regelen, wat nog
grooter verlies van bedrijfsvrijheid zal mee.
brengen;
3. deze welhaast bovenmenschelijke taak
zal door menschen, feilbare menschen,
moeten worden volbracht met de kans op
het maken van fouten.
De oproep besluit aldus:
Wij weten, dat voor tijden van vrede en
voor tijden van oorlog geldt het oude psalm
woord de Heer regeert. In dat besef vinden
wij de kracht voort te gaan met het vaste
voornemen onder alle omstandigheden on
zen plicht te doen.
Deze week had het ongewone gebeuren
plaats van
Tiitwisseling ivan geizanten
in de stad Rotterdam. Het betrof hier Sir
Nevile Henderson gekomen uit Berlijn, en
den Duitschen zaakigelastigde Dr. Kordt uit
Londen. Sir Nevile Henderson met de leden
van de Engelsohe legatie, hebben eenige da
gen in den Haag en Scheveningen vertoefd
en zijn Donderdagmorgen vroeg, met de Ba,
tavier V, naar Londen doorgereisd.
MILITAIRE VBACHTAUTO
VERONGELUKT.
Een Idler in^itteniden militairen op
slag 'gedood.
Gistermidda,g om vijf uur is een militaire
vrachtauto, welke tusschen Holwerd en
Leeuwarden reed, bij het nemen van
een scherpen bocht tegen een lichtmast ge
reden en vervolgens in een langs den weg
loopende sloot geraakt.
In den wagen bevonden zich drie mili
tairen, van wien een in den laadbak was
gezeten. Deze, zekere Jansen uit Utrecht,
was op slag dood. De overige twee zaten
in de cabine; een van hen liep ontvellingen
op.
ETTEN, 6 SEPTEMBER 1939.
De aanvoer op de heden alhier gehouden
veemarkt bedroeg 181 stuks.
De aanvoer van melkvee was ruimer, de
handel kalm en de prijzen onveranderd.
De aanvoer van muntig vee was voldoen
de, de handel vlug en de prijzen hooger.
De aanvoer van jong vee was normaal,
de handel matig en de prijzen als vorige
week.
De aanvoer van vet vee was voldoende, de
handel levendig en de prijzen vast.
De aanvoer van biggen was klein, de han
del lui, en de prijzen onveranderd.
Prijzen: Kalf koeien van f 140.------260.
Kalfvaarzen van f 125.-------240.—; Melk
koeien van f 150.------265.mager vee van
f 115.------190.Graskalveren van if, 40.
95.Vet vee van f 0.310.38 per Hg. (le
vend gewicht), en biggen van f 13.17.—
per stiuk.
TJli.enveUing van Dinsdag 5 September 1939.
Gewone uien f 3.473.48; Drielin,gen f 1.16;
Picklers f 1.83; Tweede soort f 1.Stek-
uien f 0.500.51. Alles per 100 kg. Aan
voer 40.000 kg.
Veiling van Woensdag 6 September 1939.
Stokprincessen f 11.60; Stoksnijboonen f
6.------12.90; Dubbele Princessen f 11.80
13.30; Savooie kool f 6.-------6.40; Roode
kool f 4.504.70; Claps Favorite f 13.90
15.Dourandeau f 4.------7.10; Transparan
te de Croncels f 3.------10.Keswick f 4.80
Bergamotten f 7.90; Beurré Hardy .f 7.90
17.70; Beurré de Merode f 7.909.80;
Bon Louise d'Avrances f 11.------15.Tri
umph de Vienne f 15.20; Williams Duchesse
f 6.70; Tomaten t 4.------4.20; Postelein f
5.------6.20. Alles per 100 H?.
Meloenen f 8.-------14.70; Andijvie f 2.90
3.60; Natuursla f 1.201.50; Perziken f2.
------5.50; Komkommers f 1.------2.Bloem
kool f 2.105.Alles per 100 stuks.
Reine Victoria f 2.608.90; Blauwe Prui
men f 5.906.20; Frankenthaler f 9.70
10.90; Alicant f 10.10. Alles per 100 pond.
Bospeen if 2.903.70 per 100 bos.
Veiling van Donderdag 7 Sepiteanber 1939.
UIEN:
Gewone uien f 3.63; Drielingen f 1.28; Pic
klers f 2.62; Tweede soort f 0.651.05;
Stekuien f 0.36. Alles per 100 kg.
Aanvoer 60.000 kg.
EIEREN:
Kipeieren 40 kg. f 2.24; Kipeieren 48 kg. f
2.91: Kipeieren 56—58 kg. f 3.663.80;
Kipeieren 59—61 kg. f 3.934.02. Alles per
100 stuks.
Mededeellngen van de Afdeelimg Mid-
delharnis ider Nedierlandsehe Vereeni-
igifflg voor Luichtjbescherming.
Wat iedtereen weten moet!
Lichttdoovtng.
Indien in deze ernstige tijden de lichtdoo^
ving zou worden gelast, of het verbod tot
lichtuitstraling zou worden gegeven, betee-
kent dit dat elke uitstraling van licht uit
de bewoonde huizen .geheel zal moeten wor
den voorkomen.
IEDEREEN ZONDER UITZONDERING
ZAL DAN MOETEN MEDEWERKEN!
Dit beteekent dat in elk huis, winkel of
bedrijf moet worden nagegaan, in welke
vertrekken men noodzakelijkerwijs des
avonds moet verblijven. In deze vertrekken
worden alle vensters, ramen, dakramen,
bovenlichten, glazen dakpannen, shed-daken
in fabrieken, luchtroosters, brievenbussen,
kortom alles waardoor licht naar buiten
kan treden, ^.tgeschenmd met niet-llchtdoor
schijnend materiaal. In alle overige vertrek
ken waar men dus bij avond niet hoeft te
zijn, schroeve men de lampjes uit de fit
tings. Men moet dan tevens zorgen dat geen
licht bij het openen van deuren of ramen
naar buiten straalt, en dat indirect geen
licht wordt weerkaatst door op den grond
liggende voorwerpen, gebroken glas of spie.
gels of waterplassen.
HOE BEREIKT MEN DIT OP EENVOU.
DIGE WIJZE?
Ie. Neerlaten van alle beschikbare rol
gordijnen, blinden en' jaloeziën.
2e. Dichttrekken of neerlaten van gordij
nen (aan alle kanten over de raamomlijs-
ting heen vastmaken met punaises of op
andere geschikte wijze.)
3e. Afdekken van bovenlichten, dakven-
sters, e.d. met ondoorschijnend zwart pa
pier, karton, triplex-platen e.d. (ook indien
de gewone gordijnen licht blijken door te la
ten.)
4e. Het aanbrengen van afschermkapjes
(In den handel algemeen verkrijgbaar) om
electrische peertjes, of het aanbrengen van
speciaal vervaardigde peertjes, die zeer
weini,g (blauw licht verspreiden, of slechts
een enkel punt belichten (eveneens in den
handel.)
5e. Nimmer deuren of ramen van een
verlicht vertrek openen (eerst licht uitdoen
of voor een z.g. lichtsluis zorgen.)
Men heeft dit alles reeds in huis, of kan
het gemakkelijk aanschaffen. Het komt hier
aan op de zorg die men besteedt eni ook be
steden moet. Men heeft dan ook, indien
overtreding wordt geconstateerd, geen en
kele verontschuldiging.
HET DAGELIJKSCHE LEVEN IN HUIS
MOET GEWOON DOORGAAN.
Llchtdoovin,g in deze tijden is niet meer
een oefening voor eenige uren die men ont
gaan kan, doch zij kan een maatregel zijn
voor zeer vele dagen achtereen. Gij moet
in huis steeds licht noodig hebben; denk
daarbij aan de verzorging van kinderen,
zieken of gebrekkigen en aan ongevallen
die in het volkomen duister mogelijk zijn.
Een electrische handlamp of zaklantaarn
(met blauw afgeschermd licht) kan van
groot nut zijn.
Men zie verder de brochure, vlugschriften
en Gids 1939 van de Nederlandsche Ver-
eeniging voor Luchtbescherming.
SEPTEMBER 1939.
De gesel van de oorlog
Trekt weer Europa door.
De trotse legermachten
Ontwikkelen hun krachten
Op 't bloedig oorlogsspoor.
We horen weer berichten
Van jammer, rouw en smart;
Van doden en gewonden.
(Gevolgen van de zonden
Van 't menschdom, zo verhard.)
Wij hebben nü nog vrede,
Ons land is nog gespaard.
Wat zal de toekomst baren?
Zal God ons langer sparen?
Wij zijn het toch niet waard?
Dat deze tijd van oorlog
Ons tot d'erkenning bracht:
Wij zijn niet beter, Heere;
Ach, mocht Gij ons bekeren
Tot U door 's Geestes kracht.
OOM KO.
TWEEDE DEEL.
De verdr\Jving van d« Spanjaarden van
onze eilanden.
Door MEVAHOR.
Naar een oud dagboek.
Auteursrechten voorbehouden.
40.
„Gelukkig, hij is er niet bij."
„Dan is er ook nog wel kans, dat hij
heeft, verder zijn de Spanjaarden niet geko
men," zegt Arjaan.
„Verderop is niet gevochten, zoo ver ik
weet."
Haastig loopt men verder.
En als men een paar honderd meter ver.
der is gekomen verhaast Arjaan nog zijn
schreden: ,,Daar ligt hij, och hij is dood,"
zoo roept de schippersknecht.
Weldra knielen Lievenszoon en zijn
knecht bij Simon neer.
Gelukkig, ze merken spoedig, dat hij nog
leeft.
Ook is er geen wonde te bespeuren.
Gauw haalt Arjaan wat water uit de
sloot.
Men maakt zijn voorhoofd en slapen nat.
In 't zelfde oogenblik opent Simon reeds
zSn oogen.
„Waar ben ik," zoo vraagt hij.
De bezwijming wijkt spoedig.
O, ik weet het aï, ik kon de troep niet
volgen.
'k Werd zoo moe en toen ben ik gevallen
en hierheen gekropen."
Neen, ik ben niet gewond, heb geen zorg,
'kwas alleen onvermoeid.
Reeds heeft hij zich in zittendehouding
opgericht.
Nog eenige oogenblikken en gesteund
door Lievenszoon en zijn knecht Arjaan kan
hij loopen en naar Veere terugkeeren.
Hartelijk werd hij bij zijn thuiskomst
door vrouw Lievenszoon en eenige andere
vrienden begroet.
Toch is de doorstajie vermoeidheid en in
spanning te groot geweest, zodat hij naar
rust verlangd en hij begeeft zich dan ook
weldra naar zijn legerstee.
Den avond van dien dag is voor de be
woners van Veere een blijde avond. Het ge
vaar is nu wel afgewend.
De laatste Geuzen en visschers zijn van
de vervolging van de Spanjaarden terugge
keerd. Nu pas beseft men hoe hachelijk het
er 's-morgens bij had gestaan. Aan welk
groot gevaar men ontkomen is.
Immers indien de vijand de stad had ver
overd, hoe deerlijk zou haar lot geweest
zijn. Een voorproef had men er deze voor
bijgegane week al van ondervonden en hoe
deerlijk had de Spanjaard ook gewoed E^an
den Noordkant.
Alles wat hem in handent was gevaljen
had hij doodgeschoten.
Een zelfde lot zou hij ook den burgers
van Veere getroffen hebben.
Maar de Heere heeft het gevaar afge
wend en de vijand in zijn raadslagen verhin
derd.
Indien hij had doorgetast zeker was de
stad verloren gegaan. Alleen zijn moord en
plunderlust bot vierend had hij de kans om
de stad geheel te bezetten verloren laten
gaan.
Blijdschap was er in Veere. Maar ook
droefheid.
Van de burgerij waren er verscheidene
gesneuveld en aan den Noordkant waren,
alle burgers voor zoover ze niet gevlucht
waren zonder onderscheid wreedaardig ver
moord.
In menig gezin keerde de vader of een
zoon of eenig ander bloed,verwant niet
weer.
Het verlies van de Spanjaarden was zeer
,groot.
In de onmiddellijke omgeving van de stad
en aan den Noordkant werden niet min<jer
dan vijf honderd lijken van Spanjaarden
geteld en zeker waren er bij de schepen,
en bij de vlucht naar Middelburg meer dan
twee honderd om het leven gekomen.
Dien avond vinden we eenige vrienden in
het huis van Lievenszoon vereenigd.
Men kan het hen aanzien dat er een
groot pak van hun hart is gewenteld.
't Is een heete dag geweest, zegt Lievens
zoon. De stad is wonderlijk bewaard.
De Spanjaarden zijn geheel verslagen.
't Stond er hachelijk voor.
We kunnen wel zeggen, dat de visschers,
die de schepen van den vijand in den brand
staken onze stad hebben gered.
Toen kwam de schrik er bij den Span
jaard in.
En toen de aanval van die bende in hun
weg, toen keerde de kans. Wat onze bur
gers zich te weer hebben gesteld.
Jammer, dat er ook bij onze visschers de
Geuzen menig doode is te beteuren.
Maar Arjaan vertel ons toch eens, hoe
Simon bij dien trap kwam, die de schepen
in brand staken?"
Ja, hoe hij er bij gekomen was, dat wist
hij ook niet te zeggen, maar wel weet ik
had Arjaan gezegd, dat hij juist op het be
slissend oogenblik aan dek van het admi-
raalschip kwam. Daar was voor ons de
overmacht te groot.
Plotseling staat Simon naast ons op het
dak en in 't zelfde oogenblik richt zijn strijd
bijl verwoestingen aan onder de Spanjaar
den. Toen nog enkele anderen van ons aan
boord kwamen was de strijd spoedig beslist.
Maar vechten kan hij en: als hij heelemaal
hersteld is, dan behoeft hij zeker voor geen
enkele Geus in moed en kracht onder te
doen," zoo besluit hij zijn mededeelingen.
„Een Geus is hij zeker, zegt de bakker,
maar hij zal zich wel niet bij hen voegen,
daartoe zijn velen onder hen te ruw. En
met mannen als onzen chirurgijn meester
Adriaan zal hij wel niet te doen willen heb-
ben.
't Is schande, wat die heeft gedaan.'
Ook de anderen spreken er hun afkeuring
over uit. Alleen Arjaan is daarvan nog niet
overtui,gd.
„Zij hebben het er naar gemaakt, zegt
hij, eenvoudig.
't Is zoo als meester Adriaan zegt, op die
wijze moeten de Spanjaarden hun wreed
heid afgeleerd worden."
,,Neen, zegt de visschersknecht van Wou.
tersen, zoo is het niet.
De toorn van den man werkt Gods ge
rechtigheid niet.
In den Heere zij onze kracht.
Zoo de Heere niet met ons optrekt is te
vergeefs.
Maar dan moeten onze mannen niet in
dezelfde wreedheid vervallen, die we in de
Spanjaarden zoo aifkeuren.
Wie waarlijk uit den grond der harten
voor de zaak des Heeren strijdt, die zal be
waard blijven voor zulke daden van wreed
heid. Strijden voor Gods Woord, Arjaan be
teekent ook strijden naar Gods Woord.
Anders laden we den toorn Gods op ons
en dan zal de Heere niet optrekken met on
ze heirscharen.
En wat die leuze aangaat Van meester
Adriaan, „oog om oog en tand om tand,"
die is uit de hel.
(Wordt vervolgd.)