CHQ.WEEKBIADS?6ED.GQ0nD5IAG vöÖRDËZUID-HOLLinZCElJ^^ EIUUIDEn PRESTO KENMERKEN DOUWE EGBERTS N.Y. UITGEVERSMAATSCHAPPIJ „EILANDEN-NIEUWS" STICHTELIJKE OVERDENKING lie Jaargang ZATERDAG 6 MEI 1939 No. 1038 Dit nummer bestaat uit 2 bladen Een getrouw woord Uit het Kijkvenster WAARIN SEDERT 1 NfOV EMBER 1935 OPGENOMEN HET BLAD „ONZE EILANDE.g' DITGAVE VAN Adycrtentle*pi^ 20 cent per Kgel. RecUmes 40 et.; Dieiutii «anvragen en aanbiedingen van 1—6 regels 80 «t.: Boekmaan* kondiiing 10 cent pet regel Contracten belangtgl: lafK. Gevestigd te Middelliaznb i Friiu Hendrikstr. 122 C Giro 167950 i Fotbox T«l. 17, B^kanfoor voor Zeeland: St. MaartensdP, Markt, ïeleï. 59. 18e jaargang Abonnement3prJ[s 85 cent per 3 maanden b§ vooniitbetallng. V«Nch@nt lederen Woensdag en Zaterdag 2 maal ptat «eek, 1 A£zondeiIike aummcit 5 oeat Buitexdand 8fulde« jptr {aar Letten we nu op deze Goddelijke Naamdraging, Christus Jezus, de Ge zalfde, de Zaligmaker. Van den Vader gezalfd tot Profeet, Priester en Ko ning, en zulks waarom? ,,0m de zon daren zalig te maken.' Hoevelen zullen zich met dit Woord bedriegen, dat toch onomstooteUjk waar is en waar blijft. Hoe donker zijn de tijden waarin wij leven. Immers wat in de 17e eeuw na onze Dordtsche Synode werd uitge bannen, het wordt nu als zoogenaamd orthodox van de kansels gepredikt, dat dit nu van den mensch moet uit gaan. Voorzeker, de eisch tot bekeering komt tot allen die onder het hcht des evangeliums leven, en zoo zal de mensch om eigen schuld verloren gaan. Maar zalig en eenzijdig wonder die het mag beleven: om de zondaren za lig te m a k e n. Dit maken duidt dus een Godsdaad aan. Het woord zaligmaken wil zeg gen, volmaken. De mensch van natu re wiens blinde zielsoogen niet zijn ge opend, is vol, van alles hetgeen geen God is. Hij is satan toegevallen en doet de wil van satan. In de Romeinenbrief is in het 3de hoofdstuk zijn treurige toe stand geteekend, van welke kerkfor- matie hij ook zij. En alzoo is hij leeg van elke waar achtige beleving uit en van het God delijke Wezen, en is met de Efeziërs verklaarddat gij in dien tijd waart, zonder Christus, vervreemd van't bur gerschap Israels, vreemdelingen van de verbonden der beloften, zonder God en zonder hope en alzoo naar het Woord van onzen Godzaligen Hellen- broek: geen ongelukkiger schepsel, naast satan, dan de onwedergeboren mensch. Uit die poel van jamnaer zou de Heere nu zalig maken, die riaar Zijn eeuwig voornemen geroepen worden. Het is in dat uur der pinne dat zij met hun gemis worden bekend ge maakt, en door den Heiligen Geest de droefheid leeren kennen naar God, die werkt de onberouwlijke bekeering tot zaligheid. Hier begint de waarachtige bekeering en niet bij de rechtvaardig- making. Hoevelen eigenen zich in deze tijden die gezegende weldaad der vrije recht vaardiging des zondaars toe in be spiegeling, "zonder door de poort der wedergeboorte te zijij ingekomen in het geestelijk koninkrijk. Bedenk lezer, ge hebt slechts ééne ziel, overdoen kimt ge het niet meer en de Heere is een God van orde. De levensvraag waar het op aan komt is deze: Is de Heere uit dat een zijdige zalig maken met mij be gonnen Ben ik in die rechterlijke handen Gods gevallen en heb ik geleerd, naar het program Zijner eeuwige liefde: ik zal mijn Rechter om genade bidden? Dezulken worden zalig gemaakt. Gemaakt door de bediening des Heili gen Geestes, bij den aanvang in de keuze. Maar zal dit waarachtig werk zijn, zulks zal moeten blijken, door dit maken, dat ze aan hun ledigheid ontdekt, leeren vragen hoe zij weer in gemeenschap komen kunnen. Hoe mocht Paulus getuigen en hoe had het een weerklank in de ziel van Timotheüs: Het heeft Gode behaagd Zijnen Zoon in mij te openbaren. Vleeschelijk wist Paulus het wel, dat er een Jezus was, wat had hij een wederpartijdige dingen gedaan om dien Naam ongedaan te maken. Maar zie, toen hij als een radelooze geen raad wist en als een reddelooze geen redder, en als een redelooze het niet met het verstand klaar kon ma ken, toen leerde hij bij den aanvang en immer bij den voortgang het: om de zondaren zalig te maken. Dit wordt nu bij Geestesbediening een getrouw woord, en alle aanneming waardig, niet door een greep, die de mensch doet, maar waartoe dat volk door Jezus Christus gegrepen is. Bij Hem gebracht, als een noodzakelijke tweede Godsdaad, als we de eerste noemen mogen de levendmaking door den Heiligen Geest, zijn ze nu door dien Profeet, Priester en Koning in bearbeiding om genade als genade te leeren kennen. Wees hun het werkverbond naar bo ven, nu wijst dat genadeverbond hen naar beneden, ze moeten nu hun dood uitleven. O, wat is dat zalig maken nu tegen yleesch en bloed in. Geen grond meer in het beweeglijke, maar een grond buiten hen. En toch zalige be diening. Want niet Hij kan, maar Hij zal zalig maken, volkomen zalig ma ken, die door Hem tot God gaan. Za lig maken, geworden tot wijsheid, rechtvaardigmaking, heiligmaking en volkomene verlossing. Dat blijven schepselen die nu uit die bediening moeten leven. Door den Christus, door dien Jezus tot den Vader. Paulus mocht zich in een Drieëenig God ver hezen. Uit die volheid mocht hij le ven, maar let wel, hij besluit niet met hetwaarvan ik de voornaamste was maar ben. Imnier had hij gemeen schap, bediening noodig, immer opdat ik Hem kenne. Eerst werd die bede vervuld, de tijd zijner ontbinding, losmaking van het lichaam der zonde genaakt en bij Geestestoepassing perst het heimwee des verlangens uit zijn ziel^ Voorts is mij weggelegd de kroon der overwin ning, en niet alleen mij, maar allen die Zijne verschijning hebben lief gehad. Kennen we, lezer of lezeres iets van die bearbeiding des Heiligen Geestes bij persoonlijke beleving? Doorzoekt u nauw, ja zeer nauw. Geestesbediening worde ons daartoe geschonken. Ds. V. Br. Mijnhardt's Zenuwtabletten meer last PRESTO ZEEPPOEDER SLECHTS 5 CENT PER PAK "daaraan U ieder pak „Echte Friesche Heeren-Baai" kunt herkennen. Ie. De prima kwaliteit (zacht, geurig en goed brande id) A- 1To5 2e. Het D.E. merk, dat op leder pak staat. 6?^^FRIESCHE HEEREN-BAAI en BAAI-TABAK niEuws Dit is een getrouw woord en alle aan neming waardig, dat Christus Jezus in de wereld gekomen is om de zondaren zali.g' te maken, van welke ik de voor naamste ben. 1 Tim. 1 15. (slot). ïlur 7iinnwon ^otóen gekalmeerd en UW iiCUUWCU gesterkt en Uw slaap wordt weer rustig door het gebruik van Glazen Buisje 75 et Bij Apoth. en Drogisten De por'trettentafel In «Jien kring üer geslachten De groote familie. Het mag niet meer! Portretten zijn uit de mode. Er behooren geen foto's meer aan den muur o£ op een tafel. Daar had uw Waarnemer zijn groote map, vol portretten, voor den Aag gehaald omdat er toch iets mede gebeuren moet, en kwam hij al spoedig tot 3 of 4 stuks, die heusch een lijstje moesten hebben, maar daar is oppositie tegen gekomen. Zoo dikwijls de map in mijn handen komt, beschuldig ik mijzelf. Van al die hier afge beelde personen geldt, ,dat zij mij met hun beeldtenis vereerd hebben, die ik dankbaar heb aanvaard en nu, daar liggen zij nog... zeker, goed bewaard, maar toch zóó be waard, dat ik ZB niet dikwijls meer onder het oog krijg. Ja, die veranderende gewoonten in de aankleeding van ons huis! Niet al wat vroeger was zou ik angstvallig willen be houden, maar er waren toch weleer din gen in de huizen, welker afwezigheid ik als gemis voel. De woningen zijn tegen woordig er,g modern ingericht, maar 'tis bij veel menschen of de huiselijkheid met de oude meubeltjes verdwenen is. Nu moet opgemerkt, als 'tover portret ten gaatJ, dat er ook een teveel kan zijn. Vroeger jaren vond men in menige huis kamer of in de ,mooie" kamer, een tafel tje of een ladekast, gansch volgezet met portretten - in lijst. Die moesten dan tel kens afgestoft worden en als het tafeltje erg glad was, viel er vaak zulk een pronk stuk-achter-glas stuk. En niemand is zoo veelzijdig van geest, dat hij vele intieme vrienden kan hebben. Intieme vrienden zijn dun gezaaid, geluk kig maar, want door een groot aantal zou de spanning van ons vriendschapsleven te groot worden. Goed dan onder de vele portretten op het tafeltje waren toch maar enkele intieme vrienden of vriendinnen, de rest bestond uit „kennissen;" verren of na- bijen. Dan neefjes en nichtjes al of niet met hunne \'!erloofden, en zoo werd de kring al wijder en wijder en zoo kwam men tot foto's waarvan men als eerlijk mensch moest zeggen, dat de voorgestelde perso nen ons weinig of niet interesseerden. Ik noemde nog niet op het portret van Vader en Moeder of van de grootouders, want die behooren altijd de eerste plaats in te nemen, wie zsou daartegen durven opkomen? Maar, mèt nnijn penanttafeltje en de heele mikmak van nichtjes en vriend jes zijn ook de portretten van de voor ouders weggestopt. De oorzaak daarvan is uit verschillende ,,aanleidende oorzaken" samengesteld. Allereerst is daar bij ons geslacht te con- stateeren verslapping van den band aan het verleden. Onbekendheid met wat voor 50 en 75 jaren was, leidde tot verkoeling jegens vorige generaties; men kent hunnen personen niet dan bij geruchte en men kan ook hun arbeid en liefde niet recht meer waardeeren. Dan is er nog de ouderwets heid van de ifotografie zelve, die wel solide was getuige de scherpheid na zooveel jaren maar toch niet aoo fraai als men thans kan leveren. Voorts openbaart ons jeugdig volkje zijn afkeer van „den langen baard van dien man", met wien zij hun Overgrootvader bedoelen. De anderen gi- chelen weer om „die ideote jas die zoo hoog dichtgeknoopt is" en ook de satijnen lange rokken van Opoe en Tantes moeten het ontgelden. Het valt aan kinderen heel moeilijk om te verstaan dat, wat wij in 1939 heel raar vinden, in de vorige eeuw of zelfs nog vóór 25 jaar, algemeen deftig geacht werd. En de moderne aankleeding van de ka-' mer doet de deur dicht! Het zij zoo. In den opkomst van de fotografie streeifde een ieder er naar zes, twaalf of vierentwintig afdrukken van zijn pjgrtTtet rond te dee- len. Het tafeltje met al' die portretten be geer ik niet terug, maar een enkele er van is mij toch dierbaar. Ja, daar gaat het Uw Waarnemer nu om. Velen laten zich fotografeeren en zenden de foto rond, ongevraagd. Daar zit een flink tikje ijdelheid in. Weinigen laten hun por tret maken omdat anderen er zoo op aan dringen. En die laatstbedóelden zijn mij de besfjen. Die er niet om malen of de ifoto „mooi" is „z^tj is precies zooals ik toen was" zeggen zij en daar gaat het om. Een foto moet niet jokken. Ik verwerp de fotokunst niet, wel het verkeerd gebruik, dat men er van maakt. En zoo ben ik nog blij met menige foto, die mij welbekende trekken toont. En vooral de beeldtenis dergenen, die niet meer in leven zijn, behoudt bijzondere aantrekke lijkheid. In den 'kring van onzfe familie heeft, elk lid der vroegere generatie voor ons beteekenis. Ouders en Grootouders, zoo wel naar de dijde van den man als die der vrouw, hebben onder Gods Voorzienigheid ons aanzijn en dat van onze kinderen be paald. Eerbied voor 's Heeren leiding moet ons hier reeds van onverschilligheid ver doen weigblijven. De Catechismus wijst er op: dat het Gode belieft ons door hunne hand te rejgeeren. Zoodat het laatdunkend spreken over ons voorgeslacht bewijs is van weinig inzicht in het vijfde Gebod. Zijn er van die ouden (of jongeren) met blijde hope van hier gereisd, dan brengt de aanblik van hun beeldtenis ons ook de hun geschonken genade te binnen. In die persoonlijkheid hebben wij hen gekend, in dat lichaam was de ziel gehuisd, die van levensvernieuwing door den Geest spreken mochtj van genade die bewezen was en zoo menigmaal leidde tot den verootmoedi- genden uitroep: niet ons, maar Uwen Naam geef eere! En in die verschijnin,g, thans gelegd als in de kleedkamer des doods, zal eenmaal, verheerlijkt. God eeuwig worden grootgemaakt. Zalig zijn de dooden, die in den Heere sterven van nu aan!' En zoo gezien, dan is het volkomen waar, dat het portrefi toch op de tweede plaats komt. De persoonlijkheid van sommigen dergenen die ontslapen zijn kan zoo diep in onze ziel gezonken zijn, dat geen foto noo dig is om ons hunner al ons leven te blijven herinneren. Gelukkig niet. En als wij dan met hen eenzelfde genade deelachtig zijn. dè.t is het allergrootst^. Dat geeft levende hoop op een zalig, altoosdurend wederzien. En daar openbaart zich de familierela tie met al het uitvjferkoren volk van Adam's dagen af. Daar is 't ontbreken van het portret geen gemis! WAARNEMER. CORRESPONDENTIE. De rubriek voor onae Jongens en Mieisjes moest wegens ruimtegebrek, tot een volgend nummer blyven overstaan. PRO }9-041,9,A~^ Eervol ontslag verleend aan Dr. P. Boot, Geneesheer-directeur van het Paulina- v. Weel-Ziekenhuis te Dirks land. Met ingang van 1 Augustus 1939 is aan den geneesheer-directeur van het „Paulina- van Weel-" Ziekenhuis en Ziekenhuis ,,Bet- hesda", de heer Dr. F. Boot, eervol ontslag verleend, .wegens reorganisatie" en veran dering in de medische staf. Het ligt n.l. in de bedoeling om naast een bekwaam chirurg, in de vacature Dr. J. de Laive een internist- Röntgenoloog voor interne ziekten te benoemen. Geruchten van corruptie. Dit eervol ontslag houdt geenszins ver band met de op ons eiland in omloop zijnde geruchten over corrupties, die aan het Zie kenhuis te Dirksland zouden zijn gepleegd. Wel heeft het z.g. groote Bestuur", (d. w.z. de gezamentlijke Besturen van het Paulina v. Weel en Bethesda-Ziekenhuis, bestaande uit Burgemeester Visscher als Voorzitter en de voltallige raad, benevens Ds. V. d. Wal en zijn Kerkeraad) een en andermaal tot diep in den nacht vergaderd, waarbij het gespannen naar toe schijnt ge gaan te hebben. Over hetgeen er is afge speeld is het Bestuur stilzwijgendheid op gelegd en bestaan slechts gissingen. Doordat de -chirurg Pr. v.-Noord te Enk- huizen, welke in de vacature als chirurg had gesolliciteerd, heeft bedankt, is het Bestuur tot de conclusie gekomen naast de te benoemen chirurg een internist-röntgeno- loog voor interne ziekten aan te stellen, waaraan tot heden op dit eiland gebrek was. Voor speciale ziekten (oog-, neus-, oor-, keelziekten enz.) behoeft men in het vervolg niet meer naar een specialist, maar kan men op advies van den huisarts aan het ziekenhuis te Dirksland terecht. Dr. P. Boot, hoewel een bekwaam arts, was geen internist, dus is dit op zichzelf een verbe tering. Wat nu de geruchten over corruptie be treft, is het jammer, dat het publiek in on zekerheid tast en men allerlei praatjes in omloop brengt. Uit de genoemde vergade ringen is zooveel uitgelekt, dat het op sen satie beluste publiek daaruit verkeerde ge volgtrekkingen maakt. Zoo zou de chirurg Dr. de Laive ontslag 'hebben genomen om de gespannen verhou ding die aan het ziekenhuis heerschte maar niets is minder waar dan dat. In me dische krin,gen was het al lang bekend, dat Dr. de Laive slechts een jaar of vijf zou blijven om elders promotie te maken. Deze rustige, hoogstaande figuur staat boven dien boven de omstandigheden. Het is bekend dat Z.Eerw. Ds, v. d. Wal tengevolge van hetgeen zich aan het Zie kenhuis schijnt te hebben voorgedaan, voor eenigen tijd met ziekte-verlof is. Ook daar uit trekt men verkeerde conclusies. Beter ware het daarom geweest dat het Eestuur aan de plaatselijke pers een exposé had verstrekt om het lanceeren van ver dachtmakingen te voorkomen. Het Ziekenhuis te Dirksland is een groot belang voor het eiland en we zijn blij dat het er is. Dat over dit voor het platteland zeldzaam mooi in,gerichte Instituut, waar we trots op kunnen zijn, geruchten van malversaties loopen, betreuren we diep. Het Ziekenhuis te Dirksland is eigentlijk een bezit van de gemeenschap, alle fami lies op ons eiland hebben er op zijn tijd mee te maken. O.i. zou wat meer openbaarheid gewenscht zijn, om de goede naam én faam van hen die met het beheer zijn belast, niet in het gedrang te "brengen. P.S. De over bovenstaand onderwerp ontvangen Ingezonden stukken" worden niet opgenomen. Redactie. VAN 8 TOT IS MEI wordt gecollecteerd voor de actie ,,WERK MAAKTSTERK" van de Centrale voor Werkloozenzorg. Als Gij U daarvoor op geeft wordt de mogelijkheid om een ton bijeen te brengen grooter. HONDERDDUIZEND GULDEN IS NOODIG. Stsudhouderslaan 43-43, Utrecht. Postrekening 234919.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1939 | | pagina 1