CHDWECKBIADÖpGED.GD0nD&lAGvöSRDlZUID-H0UEnZCCUW3CI1EEIlA^^
Indien gij maaglijder zijt,
N.V. üiïGEVERSMAATSCHAPPIJ „EILANDEN-NIEÜWS" «».-'-»-». .-»«*«*»
STICHTELIJKE
OVERDENKING
Üe Jaargang
ZATERDAG 28 JANUARI 1939
No. 1010
w
Pil Dammer bestaat uit 2 Maden
Wind en zee Christus
gelioorzaam.
Uit het Kijkvenster
De Uienmarkt
AARIN SEDERT 1 NOVEMBER 1935 OPGENOMEN HET BLAD „ONZE EILANDEN" - 18e JAARGANG
unCAVE VAN 'vam&mmmÊÊtmÊ^tmmmÊ^ÊÊÊm^mm^mmmÊ^
Deze woorden zijn een gedeelte van de
storm op zee, welke de discipelen heb
ben medegemaakt toen Jezus bij hen
was in het schip. Christus had den
dag zooals altijd doorgebracht in de
dingen Zijns Vaders. Door vele gelij
kenissen had Hij de schare geleerd
over het Koninkrijk Gods. Den
mensch in alles gelijk zijnde, uitge
nomen de zonde, was hij vermoeid ge
worden. Hij heeft het verlangen Zijn
discipelen te kennen om met hen over
te varen. De schare wordt heenge
zonden door de discipelen, terwijl dat
Christus gaat in een hunner schepen.
In den achtersteven legt hij zich te
slapen en kiest als hoofdpeluw een
kussen, zijnde wellicht een bank met
lederen opgevulde zitting. Andere
schepen vergezelden het schip waar
in Christus Zich bevond. Nauwelijks
wordt de zee echter door hen bevaren
en bevinden zij zich in het midden der
zee, of een opstekende storm overvalt
hen plotseling. Voor dergelijke stor
men staat die zee of meer van Gene-
zareth bekend. De schepelingen ko
men door dien storm, die van zeer
groote hevigheid is, in groot gevaar.
Christus slaapt temidden van dit
noodweer. Geen golfslag maakt Hem
wakker. Hij rust, vermoeid zijnde van
de dagtaak in den wil Zijns Vaders.
Dat rustige slapen begrijpen Zijne dis
cipelen niet. Wie kan er met zulk een
ontzettend weer in een scheepje op
die onstuimige zee nog slapen? Zij be
grijpen Hem niet. Hoewel zij reeds
zoo lang met Hem omwandelen, ken
nen zij Hem toch niet. Zij erkennen
Hem wel, dat Hij de Zoon des leven
den Gods is, en toch weten zij bij lan
ge na niet wat dit inhoudt. Job heeft
ook eens gezegd, dat hij dingen ge
sproken had die hij niet verstond.
Zoo gaat het elk kind des Heeren.
In dagen van vrede en welvaart kan
men heel wat zeggen, hetgeen straks
in de stormen des levens nog moet
worden in practijk gebracht. Dan
toch leert men hoe weinig men van
de wegen Gods verstaat. Zoo ging het
ook de discipelen. Zij bevinden zich in
het midden van de grootste gevaren
wegens den geweldigen storm. En Je
zus slaapt onder dat alles rustig door.
Wisten zij toen ten volle wie Hij is,
zoo zouden zij zich om die stormen
niet bekommerd hebben. Immers de
Zone Gods kan in eeuwigheid niet
vergaan. Mitsdien konden zij het door
dien storm ook niet. Zoolang Chris
tus in hun midden was, waren zij
hoogst veilig, kon geen leed hen dee-
ren. Maar zoo dachten zij niet. Zij be
wezen Christus wel te erkennen, doch
niet te kennen. Wat is op dat terrein
ons verstand toch vaak beneveld. Wat
is de voortdurende openbaring van de
kennis van den Zone Gods toch noo-
dig. Wat blijkt het telkens hoe gering
onze geestelijke kennis is na ontvan-
.gen genade van God en goddelijke za
ken. De discipelen hebben veel liefde
voor hun Meester, maar weinig ge
loof in Hem. Uit liefde laten zij Hem
zoo lang mogelijk rusten. Zij hopen
nog altijd dat de wind gaat liggen en
zij Hem niet behoeven te storen in
Zijn zoete rust. Hadden zij geloof in
Hem gehad, dan hadden zij Hem niet
alleen niet willen wekken uit liefde,
maar het tevens niet gedaan terwille
van het kinderlijk betrouwen in Hem.
Dan hadden zij tot elkander gezegd:
waar Hij rust, kunnen wij ook rusten.
Dan hadden zij zich één geweten met
Hem en in Hem.
Maar zoo ver was het liog lang niet
Sraks als Chrstus Zijn hoogepriester-
lijk en borgtochtelijk werk had ver
richt en Hij den Trooster had gezon
den, nadat Hij heengegaan was tot
Zijnen Vader, zouden zij dit geloofs
leven, zooeven genoemd in beoefening
brengen. Die nauwe geestelijke ver-
eeniging met Hem kenden zij thans
nog niet. Zij kenden Hem thans nog
te veel naar het vleesch. Daarom kon
den zij het tenslotte niet langer uit
houden. In den nood maakten zij Hem
wakker. Zij roepen uit den angst tot
Hem: „Meester, bekommert het U
niet dat wij vergaan?" In dat woord
ligt verbazing, zoo niet een zachte af
keuring. Zij kunnen Hem niet volgen.
Zij begrijpen Hem niet. Zij kunnen er
niet inkomen dat Hij met zulk nood
weer rustig slaapt. Tegelijkertijd ho
pen zij echter dat Hij het gevaar zal
kunnen afwenden. Misschien wel door
een goede raadgeving.
Op het oogenblik dat Hij wordt aan
gesproken zegt Hij nog tot hen niets.
Hij zal het door daden bewijzen wie.
Hij is.
Dat doet de Heere nog telkens. Als
Hij met ons een weg inslaat, waar de
gevaren ons omringen en "toch weten
op goede gronden dat Hij met ons is,
dat Hij Zelf ons in dien weg geleid
heeft, zoo moeten wij feitelijk rustig
dien weg vervolgen. Maar wij worden
dan gewaar hoe ons geloof zoek is.
Wij worden op de proef gesteld en
kunnen dien proef niet doorstaan.
Dan verstaan wij des Heeren doen
niet. Verbazing en verwondering ver
vullen het hart. Een zwijgend God en
benauwende omringende gevaren.
Een vertroosting neemt de angst niet
weg.
De Heere spreekt dan door de da
den. Zoo ook hier. Christus bestraft
den wind en zegt tot de zee: „Wees
stil!" Dé wind gaat liggen en de zee
wordt kalm. Hij neemt dus de oor
zaak va,n hun angst weg. Maar nu
komt ook de bestraffing. Wat zijt gij
zoo vreesachtig? Hoe hebt gij geen
geloof? O, als de Heere redt, dan ver
nedert Hij tegelijk. Diepe ontdekking
gaat met gezegende uitredding ge
paard. Daarom doet het steeds onbe
hagelijk aan, wanneer Gods volk uit-
reddingen vertelt en de diepe verne
dering des harten als vrucht dier uit
redding verzwegen wordt. Men gaat
dan op die uitredding prat. Men
toont Zijne bekeering daarin. De Hee
re wordt er niet in verheerlijkt. De
rechte vrucht is diepe schaamte. Im
mers in den nood kwam het uit, dat
men ontbloot was van het ware kin
derlijke betrouwen op den Heere. Ons
vermeend geloof bleek niet aanwezig
te zijn. En als dan de Heere toch
krachtens Zijne trouw verlost, zoo
wordt men daaronder diep beschaamd
De stille bestraffing die daaraan
ten grondslag ligt vernedert ons in
het stof.
Dat lezen wij ook in het verdere
van dit geschiedverhaal. Zij vreesden
met groote vreeze. Zij kregen een
diepe indruk van de hoogheid en ma
jesteit Gods. Dat deed hunne nietig
heid tegenover Hem beseffen. Tot
Hem durfden zij geen woord op dat
oogenblik zeggen. Diep ontzag voor
Hem vervulde hunne harten. Zij spra
ken slechts tot elkander: „Wie is
toch Deze, dat ook de wind en de zee
Hem gehoorzaam zijn?" De wónder-
macht van Hem kunnen zij niet be
vatten, de diepte van Zijn wegen kun
nen zij niet peilen. Als Zone Gods
openbaart Hij zich en niet als htm
meester. Dat Hij sterk van vermogen
is, werden zij nu een oogenblik ge
waar. Straks zou Hij dat nog geheel
anders bewijzen, door den dood te
verslinden tot overwinning, door den
ontzaglijken toorn Gods te dragen,
door satans kop te vermorzelen, door
het leven af te leggen en het weder op
te nemen. Doch dat alles was toen
nog onbekend. Zijne profetiën, die
daarop doelen, begrepen zij niet. Zij
zouden het na dezen verstaan.
Wat ligt in dit alles toch een lee
ring voor Gods volk. In onze dagen
van oppervlakkig Christendom wordt
Jezus algemeen beleden, zonder maar
iets van Zijne kracht tot redding te
verstaan. Leeringen worden daar niet
het minst verkregen. Dit is alleen
weggelegd voor het ware volk Gods,
dat door Woord en Geest is wederge
boren. Zij leeren bij het licht des Hei
ligen Geestes zich al langer hoe meer
kennen als onkundige schepselen.'Op
de leerschool der heilige zaken komt
de onkunde voor den dag. Zij toch
worden geleid in wegen waar hun nie
tigheid en des Heeren grootheid aan
het licht komen. Zelfs een leven onder
de belofte, of wilt gij na de ontslui
ting van den weg tot zaligheid in
Chrstus, is een wej, niet enkel van
zielsgenietingen in de gemeenschap
met Hem, maar ook, van geloofsoefe-
ningen. De Heere leidt Zijn volk in
zulke wegen waarin de vroegere ver
troostingen en beloften moeten uitge
leefd worden Dan trekt de Heere Zich
inzake de gevoelige tegenwoordig
heid van Zijn volk terug. Men moet
dan leeren uit het geloof te leven.
Stormen des levens moeten worden
doorleefd. Gevaren beangsten het
hart. Ja, stormen van binnen en van
buiten. Men vraagt 'zich dan wel eens
af: Is dat nu de wég? De raadselen
des levens vermenigvuldigen. Onder
dat alles wordt het gevaar steeds
grooter dat men daaronder zal omko
men. Weg is ons geloof. Kwijt zijn wij
ons vertrouwen.
Zou nu de Heere ook nog weten
van ons verdriet? Bekommert Hij
Zich niet over onze ellende? Zullen
dan nu Zijne beloftenissen hare ver
vulling missen. Ach had men toch
maar nooit iets inzake de beloften
verteld. Het zal immers toch alles op
fiasco uitloopen. Doch de angst voor
omkoming doet roepen tot God. O, de
Heere doet het water wel eens aan
de lippen komen. Hij laat de nood wel
eens hoog klimmen. De benauwdheid
doet het hart ineen krimpen. De Hee
re doet op het noodgeschrei wonde
ren. Hij begeeft Zgn volk nooit. Hij
legt de stormen der ziel het zwijgen
op. Hij doet de zee van druk en ellen
de kalmeeren. Als Hij door Zijn
Woord en Geest het hart stilt, zoo
stilt Hij dan ook de golven van tegen
spoed. Hij doet nimmer half werk.
Waarom leidt de Heere soms in zulke
wegen? Om aan ons ongeloof en wan
trouwen ontdekt te worden. Om in de
laagte te verkeeren. Om ons diep te
verootmoedigen voor Hem in het stof.
Opdat wij straks in heilige bewonde
ring en aanbidding voor Hem zullen
neerknielen en stamelen: „Wie zijt Gij
o liefderijk en getrouw God in Chris
tus, dat U alleen de winden en golven
van geweldige tegenspoeden gehoor
zaam zijn?"
Lezer, hebt gij ook in uw leven iets
van deze les verstaan?
R.
Ds. Gr.
niEuws
Advertenae*pri$ 20 cent per regel. Reelmos 40 et.: Dtenst»
«mvragen en aanbiedingen van 1-6 tegeb 80 d.; Boekmaan-
boodlging 10 cent per regel - Contracten belangrijk la«er.
Gevestigd te Mlddelhainls Frlns Hendrikstr. 122 G Giro 167930 i Fo««boz 8 Ttl. 17.
Bijkantoor voor 2Ceeland: St. Maartenisdök, Markt, TeleE 59.
Voschint lederen Woensdag en Zaterdag 2 maal per week
Afoonderlüke nummeni 5 cent Buitenland 8 gulden pn Jaai
Wie ia toch deze, dat ook de wind en
de zee Hem gehoorzaam zijn?
Markus 4 41b.
Een ingekomen ,klaclit Dwarre
lende sneeuwvlokken en belijdenis
van Gods VoorzienigheidChristen
dom zonder het woord.
Daar is een klacht ingekomen over den
Waarnemer.
Een brief van de Ver. „Zonnestraal," in
hoogst-eigen persoon onderteekend door
den Voorzitter, den bekenden heer Jan van
Zutphen. Ook heeft genoemde heer een ar
tikel tegen den Waarnemer geschreven in
het Maandblad der vereeniging. De brief
en het artikel van dien voorzitter komen
hierop neer, doe Zonnestraal en zijn voor
zitter recht!
In overleg met onze redactie wijdt ik aan
deze kwestie de volgende regelen.
Niet gaarne zouden wij de stem van te
genstander of criticus smoren; de meening
van dhr; v. Z. zal ik hier dus wedergeven.
De heer v. Z. verzoekt ons onze lezers van
zijn verweer in keimis te stellen. Dat doen
vrij hier. Niet woordelijk, maar zakelijk.
De zaak is aldus.
Mijnheer van Zutphen had omstreeks 21
December een groet per gedrukte brief
kaart aan de patiënten en vrienden van het
Sanatorium Zonnestraal gezonden, waaruit
ik de hoofzaak in het Kijkvenster overnam,
n.l., dat voor- en tegenspoed ons als sneeuw
vlokken zouden overkomen en dat die rus
tig dienen te worden afgewacht.
Méér over te nemen achtte ik niet noo-
dig óók niet wegens beperkte plaatsruim
te.
Ik verbond daaraan de opmerking, dat
dit een uiting was van heidendom, van nood
lotsleer en dat vyg onder zulke menschen,
die de waarheid van Gods Woord verzwij
gen, niet tliuis behooren.
Nu beweert de heer v, Z. dat ik opzette
lijk het volgende wegliet:
„Het zijn de geluksvlokken, hoe wei-
„nig ook in aantal, die ons daartoe de
moed en de kracht brengen."
Ik zie niet in, dat de zaak hierdoor ver
betert; het is al zeer droef gesteld als de
mensch zijn moed en kracht moet putten
uit zijn gelukkige ervaringen. Ik noem dat
een schrale troost. Ik stel er tegenover
het gelootf in Gods Voorzienigheid, buiten
Wiens wil zelfs geen haar van ons hoofd
valt en Die Zijn kinderen troost met Zijn
Vaderlijk meedoogen in Zfln geliefden Zoon.
Dat is dus heel iets anders.
Ook is dit belangrijk, dat ons leed ons
overkomt om onzer zonden wil; vsrg hebben
ons rechtvaardig alle straffen waard ge
maakt door de zonde; daar lees ik in de
gedrukte briefkaart niets van.
Een tweede bedenking voert Zonnestraal's
Voorzitter aan. Waarnemer heeft bewust
gelogen als hij Zonnestraal ontraadt voor
patiënten van Christelijken huize. Want een
hoofd van een Chr. School gaf te kennen,
dat hij in het Sanatorium Zonnestraal „de
waarachtige Christelijkheid door de daa8
had leeren kennen." Protestanten, Room-
schen en Joden immers sympathiseeren met
Zonnestraal, zoo schrijft mijnheer van Zut
phen.
Hierop antwoordt ik, dat ,,de waarachtige
christelijkheid dan toch allerminst blijkt
uit de briefkaart, waarin goede en slechte
tijden worden verklaard ons toe te komen
even grillig als de sneeuwvlokken. Nu kan
de christelijke Bovenmeester getuigen van
„christelijkheid van de daad" maar dan wijs
ik er op, dat het er niet alleen om gaat,
d4t God gediend moet worden, maar ook,
hoe Hü gediend moet worden, namelijk
naar Zijn Woord. Een daden-godsdienst
buiten Gods geopenbaarde Woord om is
door de Christelijke Kerk als onvolkomen
in alle eeuw aifgewezen.
De plechtige Kerstviering in „Zonnestraal"
is mij volgens mijn opponent, ook al onbe
kend. Ik vraag: wat is het voorwerp van
Uw Kerstfeest? De Christus der Schriften,
voor verloren zondaren in de kribbe gelegd;
God en mensch in één persoon, een schuld-
betalende Borg voor al wie Hem door 't ge
loof aanvaardt?
Dit geboren Kindeke schrijft ZiJn wet in
de harten der geloovigen en ontsteekt in
hen de lust om Hem, Zijn Woord, Zijn Kerk
en Zijn volk lief te hebben. Dan blijft er
voor toevallige gebeurtenissen in ons leven
geen plaats over!
Ten slotte raadt de heer v. Z. mij aan de
gelijkenis van den barmhartigen Samari
taan te lezen, want deze hielp den ongeluk
kige terwijl de Leviet, gebeden prevelend,
voorbijging. Ik constateer, dat mijnheer
v. Z. deze geschiedenis, deze gelijkenis niet
oplettend heeft gelezen (en misschien zeer
lang geleden gelezen) want van een gebe
den prevelende Lieviet staat er niets. Bo-:
vendlen accepteer ik deze verwijzing gaar
ne, omdat wij hier bij den Bijbel uitkomen
en daar wil ik,,Zonnestraal" heen hebben,
het Woord moet in het middelpunt staan.
Laat de heer v. Z. maar zeggen of dat in
het Sanatorium „Zonnestraal" zoo is.
Het ligt voor de hand, dat ik mijn ge-
achten opponent geen gelijk kan geven. Im
mers, ik houd vol, dat voor- en tegenspoed
ons uit de Gods hand tegenkomen, dat dit
de troost is voor allen, die God vree
zen, hetgeen volstrekt het tegenovergestel
de is van de dwarrelende sneeuvsrvlokjes
en het zonnefeest van 21 December, dat
mijnheer van Zutphen blijkens zijn ove
rigens goed bedoelde briefkaart aan
hangt. Noodlotsleer is heldensch.
WAARNEMER.
Een, warme, dikke jas en een óiV!ke. shaWi
is goed voor rheumatisdbe pijln^.
Möaar als het zoo eenvoudig was, zou men
U in de apotheek immers geeta fléfschjer
meegeven, maar een warme jas! Want U
kunt nieit zooveel aantrekken of U hett
het todi weer zoo tie pakken, omdat eettif
rheumatieklijder door de bij rheumaüschei
aandoeningein optredende storing in dé huid
functie overgevoelig is voor koude, vocht
eitc. Wees verstandig en nesem serieus dfé
blestrij-ding van de oorzaak ter hand, die
ligt in het onvoldoende werken van dei
liever, nieren en ingewanden, waardoor a6«
Valstoffen gelegenheid krijlgen zich op te
hoopen. Wat ge noodig hebt is een bloed)*
zuiverende Icuur met Kruschen Salts, dat
Uw organisme reinigt van heit oveitüIUge
urinezuur, dat Uw pijnen veroorzaakt. En
alk U Kruschen trouw blij%, zullten Uw
pijnen gleleidelijk verdwijnen, om nooit terug
te keeren. Kruschen Salte is uitsluitend vett»
krijgbaar bij alle apothekers en drogisten
a f 0.40, f 0.75 en f 1.60 (extra groot pak.)
Ons werd verzocht of dat wij ook deze
week, een overzicht vrilden geven van het
verloop der uienmarkt, en al is het schoor
voetend, gelet op de belangrgkheid van de
zen handel in de streek waarin ons blad
verschijnt, vrtllen wij hieraan voldoen.
Nadat de ongemotiveerde prijsdaling 14
dagen geleden tot stilstand was gekomen
herstelde de markt zich langzaam. De vo
rige week bg het ter perse gaan van ons
blad konden vrij hiervan nog juist melding
maken.
De prijs was Vrijdagmorgen nag f 3.75
en Vrijdagavond f 8.
Op if 3.werd afgegeven doch niet vol
doende om aan de behoefte te voldoen.
Daarom stegen de prijzen Maandag op
nieuw
f 3.35; f 8.50; f 4.—; t 4.35; t 4.50.
per 60 K.G.
Op f 4jis heel wat verkocht, en o.l.
was dat een verstandige daad.
Is het dan niet beter te wachten op f 6
of f 8.dan voor f 4.te verkoopen.
Néén.
De handel in uien is zeer speculatief.
H\j wordt dikwijls zoo Juist gekarakte
riseerd.
Vandaag goud
Morgen koper.
Wanneer nu een teler voor zijn product
een zoodanige prijs krijgt, dat zijn arbeid,
meer dan riJk beloond wordt, dan mag hij
o.i. zijn bestaan niet in de waagschaal stel
len. Zou het onverhoopt mis loopen, dan
kan hij aan zijn verplichtingen niet voldoen,
en zou hij door zijn speculatie zucht, zich
weer dieper in schulden steken, en zijn ge
zin het hoog noodige brood en stukje spek
onthouden.
Speculeeren met de hoognoodige gezins'
behoeften en het geld dat anderen nog vart
laat dan Uw eten weer smaken 1 Hoe kunt U eten en drinken zonder er
last van te hebben? Lees wat hier volgt 1
Een wetenschappelijk saamgesteld medicijn heeft wonderen op medisch gebied
verricht, in zoo vergevorderde ziekten stadia, dat de lijders zich aan een operatie
zouden moeten onderwerpen.
Duizenden zijn er nu, die getuigen, dat ze zich voorstelden niet meer te kun»»
nen genezen, totdat ze begonnen met C3. R. Maagtabletten, die spoedig hun pijnen
lenigden, en hen brachten op den weg der genezing. Het medicijn verlost van de
folterende pijnen, veroorzaakt door brandend maagzuur, waardoor ZEER DIKWIJLS
DARM. EN MAAGZWEER ONTSTAAT, welke in korten tijd genezen na trouw
gebruik der maagtabletten. Door het innemen der tabletten kunt U weer een har*
tig maal gebruiken, zonder last van hinderlijke gevolgen te hebben. Als U last
hebt van Uw maag, is dit 'n waarschuwing van de natuur, dat het belangrijk»
ste orgaan van Uw lichaam niet in orde is, dat het voedsel in plaats van te ven*
teren, gist. Dal vergiftige stoffen in Uw bloed geraken, die allerlei kwalen te*
weeg kunnen brengen. Evenwel is dit een van de meest voorkomende kwalen,
maar.... zé kan genezen worden. Dit is Hei groote NATUURLIJKE geneesmid«
del, het heeft uitkomst gebracht aan duizenden Maaglijders en is door H.H. Me»
dici erkend als het meest afdoende middel tegen maagkwalen, en kunnen ten
zeerste worden aanbevolen, daar er geen medicijn bekend is, dat genezender werkt
dan deze C. R. tabletten. Prijs per doos van 20 tabletten i 1.90 plus 15 et. porto,
per doos van 60 tabl. 5.50, porto vrij. Giro 281457. Gebruiksaanwijzing b^
elke doos ingesloten. Alleen verkoop Imp. M. C. GERMAN, Havensir. 99, R'dam.