Ct1DWEEKBLADÖpGED.GR0nDl51AG vöööolZUID-HOainZEEUWJCHE EHATtDEn
Indien gij maaglijder zijt^
N.V. DITGEVERSHAATSCHAPPU JILANDEN-NIEDWS"
Buitenland
STICHTELIJKE
OVERDENKING
lie Jaargang
ZATERDAG 17 DECEMBER 1938
No. 999
Dit Dummer bestaat uit 2 bladen
Zalig zijn de armen van geest
'n Winter zonder verkoudheden
Uit het Kijkvenster
WAARIN SEDERT 1 NOVEMBER 1935 OPGENOMEN HET BLAD „ONZE EILANDEN" 18e JAARGANG
UnCAVE VAN
Nadat de Heere Jezus Zijne disci
pelen verkoren had, is Hem een groo-
te schare gevolgd. De wonderen door
Hem verricht, hebben belangstelling
veroorzaakt. Uit de verschillende dee-
len des lands hebben zij zich opge
maakt en onder die schare ziet de
Meester Zijne discipelen.
Hij is geklommen op een berg. Wel
ke, is voor ons verborgen gehouden,
als voor onze zaligheid niet noodig
zijnde te weten. Dit leert ons dat we
ons wachten zullen voor de spitsvon
digheden onzer dagen, om onze ge
dachten niet te laten afleiden door
bijzaken. Toch heeft ons deze berg
wat te zeggen bij het licht des Heili
gen Geestes. Op den Sinai moest eens
de dienaar der Heilige Wet klimmen
om onder de ontzaggelijke teekenen
van de Majesteit Gods, aan het volk
Israël, bij de machtige sprake van den
levenden berg, die bediening te ont
vangen, waarvan de inhoud was:
„Vervloekt is een iegelijk" die niet
blijft in alles wat de H. Wet deed hoo-
ren; in het: gij zult, en gij zult niet.
Zal nu ooit het mysterie in den
Christus kunnen beleefd worden, dan
zal er kennis van Mozes moeten erva
ren worden.
Op den berg der verheerlijking za
gen de discipelen eerst Mozes, toen
Blia en daarna Jezus alleen.
Wet, belofte, vervulling.
Zijne discipelen dan kwamen tot
Hem. Dat komen tot Hem is immer
uit de zuigkracht Zijner eeuwige lief
de, waar Hij tot hen gesproken had
en altijd maar de eerste is dit te her
halen: „Volgt Mij na."
ZaUge bediening voor deze discipe
len, die het hadden mogen beluiste
ren als levenservaring: ,,Zie het Lam
Gods, dat de zonden der wereld weg
neemt".
Hij, de voor hen aldus de niet on
bekende, opent Zijn mond. En uit die
mond klinkt het: zalig".
Van den Sinai de vervloeking, van
dezen berg uit Zijn mond het „zalig".
O, onpeilbaar wonder, op deze aar
de, om onze doemschuld, in Adams
bondsbreuk onder de vervloeking het
zalig.
Ten dage als gij daarvan eet zult
gij den dood sterven, en nu door en
in Dien gezegenden Immanuël het le
venswoord: „zalig." Rampzaligheid,
moed- en vrijwillig geëigend, en zaUg
toegesproken.
Deze zaligspreking was persoon-
1 ij k, in het „gij." Het zijn dus de van
eeuwigheid verkoornen. De van eeu
wigheid gekenden en in het uur der
minne zaligmakend geroepenen. De
van den Vader aan den Zoori gegeve-
nen, opdat zij straks den Vader zou
den voorgesteld worden met 't reine
kleed Zijner gerechtigheid omhangen,
om zich eeuwig in een Drieënig God
te verlustigen.
Zij, arme visschers in zichzelf, maar
rijk, in Hem, die ze van eeuwigheid
liefde, om er den dood voor in te
gaan.
Die personen worden omschreven
als armen van geest. Geen schepsel
is dit van nature. Dan is de mensch
geteekend: "Rijk en verrijkt en aan
geen ding gebrek."
Zoo sprak de tusschen de zeven
gouden kandilaren Wandelende en de
zeven sterren hebben de in Zijn rech
terhand tot Laodicea: „Gij weet niet
dat gij zijt arm, en jammerlijk, blind
en naakt."
Tot die wetenschap moet de
mensch, onverschillig tot welke uiter
lijke kerkformatie hij behoort, komen
door de belichting des Heiligen Gees-
teê. Dan is het door dat licht, dat bij
den aan- als bij den voortgang ge
leerd wordt: „arm van geest." Dit is
dus iets anders dan arm van ver
stand.
Hoe zal s c h ij n van z ij n hier
moeten onderscheiden worden. Hoe
velen zullen met verstandsweten
schap zich trachten toe te eigenen
wat eens blijken zal voor de eeuwig
heid nagemaakt werk te zijn.
Hoe noodzakelijk is hier zelfonder
zoek, aangezien onze ééne ziel hierme
de gemoeid is. Straks zal geen herstel
meer mogelijk zijn. De naleving van
arm van geest tezijn is toch alleen
het bevindelijke werk door de bear
beiding des H. Geestes. De mensch
toch, die in Adams bondsbreuk een
ex-koning is geworden, haakt naar
begeerlijkheid der oogen, grootheid
des levens en begeerlijkheid des
vleesches en is een aardsvijand van
deze armoede des geestes. Maar als
de Heere vijanden onderdanen maakt
brengt Hij ze ter schole om deze ar
moede meer en meer te leeren ken
nen.
Arm van geest. Wat houdt zulks in?
Eerstens en vervolgens beleving van
de nieten: Ik weet niet. ik kan niet,
ik heb niet, ik wil niet, ik deug niet.
Alle nieten, naarmate Gods Geest
ze regelt, die de Heere de Zijnen leert,
ten spijt van de snelle loopers dezer
tijden die zich verzetten en spotten
met het bevindelijke werk dat de rei
ziger naar Sion beleeft.
Deze armen van geest worden geen
praatchristenen, om zich met deze ge
leerde armoede boven anderen te
plaatsen, maar krijgen beleving uit
't eeuwige, eenzijdige wonder, uit het
Kabinet van oneindige ontferming:
„Maar Ik zal doen overblijven een
arm en ellendig volk."
Daarom en daaruit zullen er
zulke armen van geest zijn en blijven
tot de laatste van dat volk is ingeza
meld.
Nu is het arm van geest bij den
aanvang: Ik heb God beleedigd, zoo
lang volgehouden, erger dan anderen
tegen een goeddoend God gesproken,
wijk van mij, 'kheb geen lust in de
kennis Uwer wegen.
Ds. Br.
(Wordt vervolgd.)
niEuws
Gerestlgcl (e MlddeUunnJs Frins Headrilotr. 122 C Giro 167930 i Fostbox 8 Tel. 17,
Bykantoor voor Zedbmd: St. Maartensdgk, Markt, Telef. 59.
AdTerlen(ie«pr§i 20 cent per legeL RecLunes 40 et.; Dtenst*
fuuavragen en aaBbiedlngea van 1—6 regels 80 cf.; Boelvaan'
fcondlging 10 cent per regel Contracten belangr^i: lager.
Abofflnementspr^s 85 cent per 3 maanden bQ Tooruitbetaling.
Verschjiat lederen Woensdag en Zaterdag 2 inaal per wcdc
Afzomderljike nummert 5 cent Buitenlaiid B gulden jmk jaar I
Zalig- zijn de armen van geest, want
hunner Is het Koninkrijk der hemelen.
(Matth. 5 3.)
meer mlllioenen noodig om alle uitgaven
te dekken.
Het gevaar der tekorten klemt te meer,
als er voor verre toekdmst vi'ettelijke ver
plichtingen zijn aangegaan. Zoo is het b.v.
met de pensioenfondsen. De Overheid moet
een goed voorbeeld geven en mag den man
die haar zijn leven lang gediend heeft,
maar niet zonder meer als hij oud is, aan
den dijk zetten. Men kon nu, zoo als vóór
1890 geschiedde, die pensioenen gewoon uit
de kas betalen, maar pien heeft de voor
keur gegeven aan aparte administratie
De pensioenen der Rtjks; gemeentelijke-
provinciale- en waterschiapsambtenaren
worden betaald uit de ingehouden deelen
(10%) van het loon plus 4%% van de
overheid zelve. Aan:gezien men vrij nauw
keurig weet, hoe oud deze ambtenaren
zullen worden door dezoogenaamde sterf-
tetafel te raadplegen, weet men evenzeer
hoeveel elke gepensionneerde zal kosten.
Welnu, zóó bekeken, kan het Burgerlijk
Pensioenfonds in de toekomst niet aan zijn
verplichtingen voldoen. Dat wil zeggen, als
er geen gunstige omstandigheden optre
den, dan is er in de toekomst het geld niet
om de thans in dienst zijnde ambtenaren
hun pensioen te betalen.
De balans van het Burgerlijk Pensioen
fonds had in 1933 een tekort van ruim 151
milUoen gulden.
In 1922 was het tekort 254 millioen gul
den; er schijnt dus eenige verbetering in
te zitten, maar daar staat tegenover, dat
1937 en 1938 door den lagen rentestand
weer zeer ongunstige inkomsten te zien
zullen geven.
Omdat er nog jaarlijks vele mlllioenen
aan premiën inkomen, kan men nog lang
voortgaan de beloofde pensioenen uit te
keereri, maar boekhoudkundig (dus prac-
tisch) zit de zaak zoo vast als een muur.
Met de pensioenen van de Spoorweg-
mannen staat het al evenzoo. De balans
van het Spoorwegpensioenfonds wijst de
volgende tekorten aan:
1925 191 milloen gulden
1930 2T5 iiylluen gulden
1935 309 milloen gulden
Hier is dus een tekort doorloopend stij
gend.
Door uit de inkomende premiën een
fonds te vormen, heeft men gemeend alle
uitkeeringen te verzekeren, doch de uit
komst stelt teleur.
Men is met de verzekering'en al hope
loos vastgeloopen. Wie ooit in het nadeel
van den verzekeringsafgod durfde spreken,
werd als een achterlijk, dwalend mensch,
uitgekreten. De tijd stelt dezulken echter
Dit is misschien te veel gezegd, maar het staat vast, dat bij een regelmatige verzorging vanden
mond met de antiseptische vorol tandpasta, deze gezuiverd wordt van bacteriën en daardoor het be-
smetingsgevaar van griep. Iieelpijn en verkoudheden zeer vermindert. Tube 60,40, 25 et Ooos20 et.
Ooed en kwaad gerucht. De pensi
oenfondsen. D© belastingen van de
Provincie Zutd-HoUand Roosje van
school gestuurd.
Men zegt, dat het niet goed is als er in
de kranten altijd maar somber gestemde
artikelen staan. Het publiek leest liever
iets van verblijd'enden aard, dat geeft de
menschen doorgaans meer moed.
Ik meen, dat onze tijden het moeilijk
maken om veel opbeurende dingen te ver-
nvelden. Ook houd ik het er voor, dat de
lezers van ons blad vóór alle dingen de
waarheid wenschen te vernemen. Als dus
de tijden slecht zijn, dan kan er moeilijk
in de krant geschreven worden, dat alles
er zoo mooi voorstaat. Niettemin is er
oorzaak tot blijdschap als de krant een
boodschapper van goede tijding mag wezen
Zoo verkeert Uw Waarnemer ditmaal in
de gelegenheid van droeve en van blijde
dingen te mogen rapporteeren. Al moet ik
(opdat niemand te vroeg Juiche) er direct
aan toevoegen dat het gunstige berichtje
in het niet zinkt bij het minder gunstige.
Reeds vele jaren zijn onze ooren ge
wend te hooren van tekorten op de staats-
begrooting zoowel als op Gemeentebegroo-
ting. Onze Spoorwegen maken er geen
uitzondering op, ook deze worstelen al ja
ren lang met een groot tekort. Het gevaar
bestaat nu, dat de burgerij er gewoon aan
wordt van tekorten te hooren gewagen en
er bij denkt: het schijnt niet erg te hin
deren, want alle dingen blijven in hun
ouden trant voortgaan.
Het is er echter mede als met een huishou
den, waar moeder de vrouw wel wat geld
in de linnenkast heeft liggen, maar er
wordt toch elke week meer uitgegeven dan
vader verdient. Dan staat het als een paal
boven water, dat het ééns vast moet loo-
pen. Zoo is het nu ook met onze overheids
kassen gesteld. Er komen mlllioenen aan
belastingen binnen, maar er z^jn nog veel
in het geltjk, de ongunst der bezoekingen
Gods treft ook onze verzekerdheden en
daar staan wij nu. Bijzonder pijnlijk zal
het geval worden, als men ooit zonder con
tant geld geraakt; want, deze pensienen
zijn bij de wet beloofd. Niet denkbeeldig
is, dat men eens zal moeten zeggen: jon
gens, die pensioenen kunnen we niet meer
honoreeren, wij zullen er eens 20 of 30%
afdoen. (Als 't daar dan nog bij blijft). Na
tuurlijk, het zal met fraaie woorden moe
ten worden ingekleed en niet in zoo'n bur-
germans' taal als de Waarnemer gebruikt,
maar, het zal wel op hetzelfde neerkomen.
Ik vrijs er nu ten overvloede op, dat uit
dezen gang van zaken wel blijkt, dat ons
verzekeringssysteem, waarop wij bouwen,
niet veilig is voor Gods slaande hand. Als
de welvaart onder het volk zóó lang kwijnt
kwijnt ook ons fonds. Dit is een waarheid,
waarmede men nooit heeft willen rekenen,
maar die zich nu in al haar beangstigende
werkelijkheid aan ons opdringt. Moge over
heid en volk er uit leeren en er toekomen
om zijn betrouwen van alle schepsel af, te
trekken en op den Heere te stellen, zooals
de Heidelberger ons leert over de bede:
Geef ons heden ons dagelijksch brood.
En nu dat andere, dat iets hoopvoller
klinkt. De belastingen over 193711938 zul
len hooger opbrengst geven dan in de ja
ren kort daarvóór.
Er is korten tiju een opleving te bespeu
ren geweest in handel en nijverheid, en ter
wijl deze opleving helaas weer voorbij is,
int de Overheid nog haar centjes van de
gemaakte winst. De Provincie Zuid Holland,
die in 1936 nog f 1.777.000 aan Inkom
stenbelasting ontving, rekent voor 1938 op
bijna 2 millioen gulden en voor 1939 nog
op 17000 gulden méér. Komt de verwach
ting voor 1939 uit, dan geeft dat in 3 jaren
een hoogere opbrengst alléén op Inkomsten
belasting van 240 duizend gulden.
Die centjes vallen, als ik het eens een
voudig mag zeggen, op een gloeiende plaat.
Want in de hoofden van vele Statenleden
spoken alweer voor duizenden gulden plan
nen. De een wil subsidie voor dit, de ander
voor dat. Als er honderd gulden in kas is
hebben velen voor vierhonderd gulden praat
Gedeputeerde Staten zelve stellen voor, om
het geneeskundig Schooltoezicht maar wat
ruimer te subsidieeren, ofschoon de Staten
in 1929, toen dit subsidie werd ingevoerd,
besloten dat het in een zeker aantal jaren
geheel zou ophouden.
Ik kan niet breedvoerig over dit genees
kundig Schooltoezicht schrijven maar geef
als mijn meening te kennen, dat de zorg
voor de gezondheid der kinderen op de
ouders rust en niet op de school. Zoo neen,
men kon met evenveel recht alle menschen
eens of twee maal per jaar laten onderzoe
ken; wie weet, wat er er dus dan aan het
licht kwam.
Ook mag ik niet nalaten te herinneren,
aan wat een achtbaar man uit Sassen-
heim vertelde. Br werd daar een meisje,
Roosje geheeten, van school gestuurd, met
een briefje van de juffrouw; ,,dat Roosje
zoo st....k." Prompt kwam het kind terug
met een briefje van de moeder waar in te
lezen stond: „Roosje gaat niet naar school
om aan te ruiken, maar om te leeren"
Al wil ik niet zeggen, dat het vraagstuk
van geneeskundig schooltoezicht hiermede
kan worden afgedaan.
Om voorts de Noordsche Buurten Polder
bij Gouda droog te leggen wil de Provin
cie f 85.000.betalen. De iets ruimere in
komsten vinden door deze uitgaven al da
delijk emplooi. En Gedeputeerde Staten
hebben zelve er op gewezen, dat zij vree
zen, dat de vermeerdering van inkomsten
niet zal aanhouden. Reden te meer om
maar zuinig met de centjes om te springen
zou 'k zoo zeggen.
Ik besluit met er op te wijzen, dat in
zeven jaren tijds, de opbrengst van belas
tingen van de Provincie Zuid Holland met
de helft is gedaald. Bracht één opcent op
de Rijksinkomstenbelasting in 1930 nog f
305.000.op, in 1937 zal dit maar zijn
f 147.700.Er is dus allerminst oorzaak
om, als er over één jaar een zeer geringe
verbetering verwacht wordt (let wel, ver
wacht) maar finantieele bokkesprongen te
gaan maken. Sociale en christelijke demo
craten zullen dus hun gemak nog wat moe
ten houden. Aldus is het gevoelen van den
WAARNEMER.
KERSTDAG.
De hemielsche herauten moesten mieldetn
De wiondere geboorte van Gods Zoom;
GezwSnde geesten, dieineinid voor den Troon,
Zijin neergedaald in Efraths donkYe veliden.
Door 'themelsdi Ucht de heirdens zeer
(omtsteldien,
Ze hoorden zingen op vormaakten toot»,
Door 't zalig koor van heil'ge hemelboón.
De wiondierschoone zang der kloeke helden.
Z' aanschouwden straks een teeder Wicht,
(gewonden
In doeken, in een beestenstal gelegd.
Geen beter plaats werd vooir Gods Zoon
(gevonden,
De herberg werd aan 'tGod'Iijk Kind
(ontzegd.
Hij* werd Vernederd om dte snoodb zon'dlen',
Voldoenend aan het Goddelijke Recht.
M. NIJSSp.
1 „Mijnhardtje" 5 et. - 12 „Mijnhardtj»s" SO et
Kerstmis 1938, zou er, naar de dwaze op
vattingen die men buiten Gods Woord «r
van heeft,
vrede tn Ihtrop*
zijn. De vier grootste mogendheden warw»
het eens, en zouden liefjes met elkandar
verder beraadslagen, zoo vermeldde m«n in
September j.l.
Het is nog een week voor Kerstmia, Ut
lees nu eens de couranten.
Minister
CharabariatH
heeft Dinsdagavond te Londen aan het Olnéc'
aangeboden door de bultenlandsche per*'
vereeniging een groote rede gehoudaa,
waarnaar de staatslieden van Europa swer
nieuwsgierig waren.
En waarom?
Wel Italië en Engeland z^jn nu pas zulke
goede vrienden, én (lees dit nu goed), wcmr
neer er tusschen Frankrijk en Italië oorlog'
zou uitbreken, wat zou dan Engeland doen?
De rede van Chamberlain, hoe keurig ook
van stijl en bezielend voor de optimisten,
heeift toch teleurstelling gewekt.
Chamberlain wees hoe voorheen Enge
land en Amerika, in oorlog waren, hoe tó
zijn eigen leven een oorlog met Prankr^k
dreigde uit te breken, en hoe nu
Amerika zoowel als FrankrSfe
tot de beste vrienden behoorden en een oor
log schier onmogelijk geacht werd.
Waarom nu de moed verloren en het Ter-
trouwen laten zakken. Néén, zoo niet, de
bezwaren zijn groot en vele; maar de be
zwaren onder de oogen zien en recht op het
doel afgaan, is de aangewezen weg.
Chamberlain deelde het pessimisme fmn
veler zijner landgenooten niet.
Inzake
Dultscblaaa
heeft Chamberlain zijnleedwezen uitgespro
ken over den toon der Duitsche pers, en
hij keurde het af, dat enkele bladen zelfs
scheldwoorden hebben gebruikt, tegen
Baldwin, de voormalige minister-president.
laai dan Uw eten weer smakken! Hoe kunt U eten en drïnken zonder m
last van te hebben? Lees wat hier volgt 1
Een wetenschappelijk saamgesteld medic^n heeft wonderen op medisch gebied
verricht, in zoo vergevorderde ziekten stadia, dat de lijders zich aan een operatis
zouden moeten onderwerpen.
Duizenden zijn er nu, die getuigen, dat ze zich voorstelden niet meer te kta*«
nen genezen, totdat ze begonnen met C. R. Maagtabletten, die spoedig hun pynen
lenigden, en hen brachten op den weg der genezing. Het mediqjn verlost van de
folterende pijnen, veroorzaakt door brandend maagzuur, waardoor ZEER DIKWIJLS
DARMi EN MAAGZWEER ONTSTAAT, welke in korten tijd genezen na trouw
gebruik der maagtabletten. Door het innemen der tabletten ^unt U weer een \as*
tig maal gebruiken, zonder last van hinderlijke gevolgen te hebben. Als L) last
hebt van Uw maag, is dit 'n waarschuwing van de natuur, dat het belangr^ld'
ste orgaan van Uw lichaam niet in orde is, dat het voedsel in plaats van te ren*
teren, gist. Dat vergiftige stoffen in Uw bloed geraken, die allerlei kwalen t««
wee^ kunnen brengen. Evenwel is dit een van de meest voorkomende kwaleo,
maar.... zé kan genezen worden. Dit is Het groote NATUURLIJKE g«Deetmid<
del, het heeft uitkomst gebracht aan duizenden Maaglijders en is door H.H. M«^
dici erkend als het meest afdoende middel tegen maagkwalen, en kunnen te»
zeerste worden aanbevolen, daar er geen medicijn bekend is, dat genezende! verU
dan deze C R. tabletten. Prijs per doos van 20 tabletten f 1.90 plus 15 et. porto,
per doos van 60 tabl. f 5.50, porto vr^'. Giro 281457. Gebruiksaanwqiing bH
elke doos ingesloten. Alleen verkoop Imp. M. C. GERMAN, Hareiutr. 99, R'dam.