AKKERTJE
Iratura
CHQWEEK&LADÓpGED.GD()nD51A6 voÖRDlZUID-H0U1nZEElJW3CI1E EHAHDEn
N.V. ÜITGEVERSMMTSCHAPPU „EIUNDEN-NIEÜWS"
STICHTELIJKE
OVERDENKING
Filips uan Marnix-
10e Jaargang
WATERDAG 18 JUNI 1938
No. 947
Dit Dummer bestaat oil 2 bladen
Verlost van den vloek der Wet.
Uit het Kijkvenster
GARANTIE Zl^^l^tA^É^.
WITTE DE WITHSTRAAT 49
WAARIN SEDERT 1 NOVEMBER 1935 OPGENOMEN HET BLAD „ONZE EILANDEN" 18e JAARGANG
Ds. n.:
heer van St. Aldegonde
Neem dadelijk 'n
en die migraine trekt weg!
Binnen 'n kwartier voelt Ge U als her
boren. Ge hebt Uw dag gered! Wer
ken verrassend snel. Onschadelijk!
Per koker van 13 stuks -12 stuivers.
Per doos van 2 stuks - 2 stuivers.
Bij Examens en Openbaar Optreden, Gejaagdheid, Onrust en Zenuwachtigheid
gebruike men de Zenuwstillende Mijnhardt's Zenuwtabletten. Buisje 40 en 75 et-
.01*1114MK^VM^IM SPECIAALZAAK
A. BLOEMENDAL
niEuws
UITGAVE VAN
GevesÜgd te MiddelhagmJs Fiins Hendiikstr. 122 C Giro 167930 Fostboz 8 Td. 17.
Bijkantoor voor Zeeland: St. Maartensdijk, Markt, Telef. 59.
Adverteiitie<7>r$i 20 cent per regel. Reclames 40 et.: Dienst*
jumyragen en aanbiedingen van 16 regels 80 <A.\ Boek«aimx
koodigiDg 10 cent per regel Contracten belangrgk lager.
Abonnemencsprys 85 cent per 3 maanden b|g vooruitbetaling.
Verscbjgnt lederen Woensdag en Zaterdag 2 maal per «eek.
Afzonderlyke nummers 5 cent Buitenland Sguldffii pet jaai
ChMsttus heeft ons verlost van den
vloek deiT Wet, een vloek geworden
zijnde voor ons, want er is geschrc
ven: Vervloekt is een iegelijk die aan
het hout hangt.
Gal. 3 13.
Het was van oude tijden een kunstgreep
van Satan om het Woord Gods het
bevel Gods bij de menschen verdacht!
te maken en in plaats van dat een ge*
heel tegenstrijdige en valsche voorspiegel"
ling van Gods woorden de menschen voor
te stellen. Zoo deed Satan reeds bij onziq
eerste moeder Eva door te zeggen: gij
zidt ,niet sterven, maar pod gelijk worden
als ge van dien (verboden) boom eet.
Geen wonder dat na den val, als God
de vervulling van de Paradijsbelofte in
de komst van Zij'nen lieven Zoon ver^^
wezenlijki had. Satan met alle macht dat
groote verlossingswerk zoekt te verdon*
kerem en bij de menschen verdacht te
maken. Ook de x^postelen moesten dat in
hooge mate ervaren. Pas waren ze uit de
gemeenten vertrokken of sommige hand>»
langers van Satan zochten de gemeenten
door valsche verdachtmakingen, van
de leer en de persoon des Aposfiels af
te trekken van de eenvoudigheid die in
Christus is. Datzelfde legt ook de Apostel,
de gemeente van Galatië ten laste. Hoofd'
ett& 1 6; Ik verwonder mij dat gij zoo
haast wjkende van degenen die u in de
genade van Christus geroepen heeft, over*
gebracht wordt tot een ander Evangelie.
Duidelijk doet hij vervolgens in de
gansche strekking van den brief uitkomen
waarin de valsche leer, die zij het volk
zochten op te dringen, bestond, namelijk
dat ze de Wet en het Evangelie óf ondeir
elkander vermengden, óf Wet en belof*
tenisse Gods in strijd achtten met elk'an*
der. Zoodat ze de menschen opdrongen
de Wet te houden tot hunne rechtvaardig*^
heid en zoo Christus in Zijne verdienende
liefde buiten te sluiten. Sterk en krachtig
tireedt de Apostel hiertegen te velde. Hij
haalt uit het Oude Testament de Schrif*
tuuiplaatsen bij (vers 11), dat de recht*
vaardige uit den geloove zal leven; ver^»
Maaxt hun dat niemand door de Wet voor
God kan gerechtvaardigd worden, maar
dat Christus Zijn volk van den vloek der
Wet heett *verlost, een vloek geworden
zyinde voor hun. Christus voldeed dus aan
al de eischen van Gods heilige Wet; Hij
deed' dat plaatsbekleedend voor Zijn Volk.
Hij representeerde het volk' van God voor
den Vader in de betaling voor de schuld,
zoodat er niets voor hun te betalen over*
bleef. Neen, geen ééne kWadrantpenning
moesten zij meer voldoen niet met
hunne tranen, gestalten of goede hoe*
danigh'eden het is gedaan; bet is voil*
biadht, al wat zlij te volbrengen schuMigj
waren. En zoo representeert Hij ook al
Zijta volk in het volbrengjen van de Wet;
Hy werd hun tot wijsheid', rechtvaardig*
making, heiligmaking en tot een volko»
mene verlossing.
Zooals nu de Wet eenmaal door de En*
Sélen besteld werd in de handtn van den
ceremonieele middelaar Mozes (vers 19),
z<y(i is de Wet in handen van den Midde*
laar des N. Testaments gesteld om dezelve
geheel te voldoen en de vloek deszelven
voor Z>jn volk te dragen.
Aan elke overtreding der Wet was een
vloek gehecht; daarom moest Christus
een vloek' worden een vloek Hy, de
Gezegende des Vaders, werd een vloek,
droeg dien vloek jIs een gehangene aan
het hout, om gevloekte schepselen van
den toom Gods en de eeuwige verdoeme*
nis, die op hen lag, te verlossen, De Vloekk
drager gaat voor hun aangezicht, opdat
zij de zegeningen Abrahams, die tot de
verre Heidenen komen zouden en de be^
lofte des Geestes verkrijgen zouden door
het geloof (vers 14). O, onuitputtelijke
Bron van eeuwige zondaarsliefde! Diat
deed God de Vader met Zijn eigen, Zijn
geliefden Zoon; Hem overgeven en stellen
als een vloek, opdat in Hem de Wet en(
alzoo ai Zijn deugden en volmaaktheden
tot zijn recht zouden komen en dat volk
met behoud en opluistering van al Zijn
deugden, de eeuwige zaligheid uit genade
geschonken kon wordejn. Dat deed de
Zoon uit zuivere zondaarsliefde. Zich*
zelven gevende tot een losprijs voor hunne
schuld en verwervende voor hun een recht
tot het eeuwige leven door Zijn dadelijke
gehoorzaamheid. Hoe noodig dan voor
hen, die in die groote losprijs begrepen
zijn, dat ze hun vloek len doemschuld voor
God leeren kennen. Noodig, ja volstrekt
noodig is het, dat zij weten een slangen*
zaad, een adderengebroedsel te zijn, kin*
deren des toorns en der vervloeking, dSièj
met de slang, dat gevloekte schepsel, in
relatie getreden zijn en zich aan hem
verkocht en overgegeven hebben. Noodig
is het dat zij weten en voor zichzelf be»
vindelijk leeren kennen, dat zij nooit de
vermoimde sporen van een verbroken
werkverbond meer op kunnen richten om
eenigie beschutting of veiligheid daarin te
verkrijgen. Noodig is het voor hun dat ze
al hunne gerechtigheid en zaligheid alleen
uit en door Hem verkrijgende, nu dage*
lijksch van hun wettischen zuurdeesem
uitgezuiverd worden en wanhopen aan
hunne zaligheid buitep dien gezegenden
Heere, Dlie alles deed en opbracht voor de
zoodanigen, die geen zucht tot hunne
zaligheid kunnen toebrengen. --
AARDBEVINGEN.
Vorige Za.erdag en de daarop volgende
dagen is de bevolking onzei eilanden opge*
schrikt door eenige aardschokken.
Over het algemeen komen aardbevingen
in ons land uiterst zelden voor. In den
regel komen ze meer voor in bergstreken,
speciaal waar het gebergte van vulkanische
oorsprong is.
Streken waar de aardbevingen veelvuldig
voorkomen zijn vooral Oost*Azië, onze
Oost, Zuid*Amerika en W<ist*Indië.
De mensch staat immce gereed met het
zoeken van verklaringen en zeker de Heere
werkt middellyk. Men heeft dan in den
loop der ecuwen nagegaan dat aardbevingen
vooral daar veel voorkomen waar de vorm
der aardkorst zeer geaccidenteerd is, dat
wil zeggen waar naast hooge gebergten diepe
insnijdingen in de aardkorst voorkomen in
den vorm van steil afdalende diepe zeeën,
zooals dat in Oost*Azië, onze Oost en Zuid*
Amerika veel voorkomt.
Toch is da. alles maar menschelijk gere*
deneer. Het constatceren van feiten. Boven
dat alles staat de Heere God. Die de Schep*
Iper en onderhouder is van al het gesCha*
pene. Bij -Wie de ijiensch en alle menschelijk
kuinnen en weten als niets geacht is. DSe
tot ons spreekt op majestieuze.wijze uit de
wolken en Die door den donder zijner
mogendheden al het geschapene doet beven.
Ook in de aardbevingen toont Hij een
stipje van Zijn macht en alvermogen. Hoe
angstig is de mensch wanneer de aarde
beeft en kraakt. Wat komt hij dan in zijn
nietig:heid openbaar. Düt we het meer be*
denken mochten. En deelachtig zochten te
worden dat vertrouwen in God, d'at ons
niet verlaat ook al zal dft' aarde vergaan.
De vireeae Gods is ee*i sterke toren, die ons
niet zal" verlaten, ook dan -afenneer de he*
melen als een doek zullen worden opge*
rold en de aarde met al wat er olfy en in \:i
zal vergaan.
Die te zoeken moest ons alles vervullende
werkzaamheid zijn.
Toezicht in het vrije kwartiertje. y
In den Raad van Sint*Maartensdijk kwam
ter sprake het toezicht op de schqolkin*
deren in het vrije speelkwartier.
Er bleek dat er geen toezicht was.
Dat de kinderen in hoofdzaak op het
marktplein spelen.
Evenwel zonder toezicht. Maar dat is on=
verantwoordelijk. Dat zoo'n zaak gewoonte
is van jaren hen neemt de onverantwoorde*
Ijjkheid niet'weg.
Het personeel gaat koffie drinken, de
jeugd sipeelt, ongeveer driehonderd kinde*
ren, zonder toezicht.
Nogmaals, we noemen dat onverantwoor«l
deijk.
We weten te Sint*Maartensdijk is de toe*
stand moeilijk. Er is geen speelplaats. Maar
indien er geen geschikte speelplaats is dan
geen vrij speelkwartier. Dat is afdoende.
Kan men geen behoorlijk toezicht houden,
dan boude men de kinderen binnen. Maar
dan allerlei ipaedagogische bezwaren tege;<
gemis van het vrije ^kwartiertje. Overdreven
gepraat. Zeker het vrije kwartiertje heeft
voordeden. Ook wel groote. Maar als men
de jeugd zonder meer loslaat, dan zijn de
nadeelen grooter.
Nu gaat de jeugd naar de markt. Geen
ideale speelplaats. Maar wil men dit stelsel
behouden, waarom dan de jeugd er niet
heengeleid en onder behoorlijk toezicht ge*
houden. Zeven man personeel kan dat
todh wel regelen. En wil men dat niet, erj
zijn meer mogelijkheden. Een wandeling
onder leiding van den onderwijzer. Of beide
sfelseb vereenigd en ora. beurten toegepast.
B..V. Drie klassen spelen op het marktveld,
op een bepaald gedeelte onder voldoend
toezicht er heen geleid en daar onder toe*
zicht gehouden. Andere vier klassen een
wandeling onder leiding van hun personeel.
Maar dat kost bet kopje koffie. Geen
nood, het ipersoneel z'al de eerste zlijn om;
dat te willen opoffaren in het belang
van de schooljeugd. Een vrij kwartiertje,
best, maar er zij toeöicht.
De aardbeving in Nederland Tee'
kenen der tijden.
Op den laatstleden Zaterdag hebben velen
onzer 'een gew'aarwöMmg beleefd, welker
aard hun daarvóór vreemd was. Die' aard!*
schok van 1931 immers was van veel min*
der krachi en waar door weinigen gevoeld.
Een aardgolving heeft onzen bodem beroerd
en deed huizen en getimmerten beven opi
hun grondvesten. Zij, die binnenshuis waren
hebben de golving van den vloer het dui*
delijkst bemerkt. En zoozeer is de mensch
te land aan een onbewogen grondvlak ge*
wend, dat deze bewegelijkheid, die twee maal
voorkwam binnen één minuut, velen een
gevoel van onpasselijkheid gaf. Groote vrees,
dat ons huis, werkplaats of kantoor boven
ons hoofd zou instorten, bezeitte ons. Ge*
lukkig zijn er geen ongelukken van betee*
kenis geschied.
Het ontbreeKl niet aan beschouwingen
en verklaringen van deze aardschokken. Uit
bet binnenste der aarde werkfen schokken
irechts'tandig omhoog. Waar deze trillingen
het oppervlak der aarde bereiken is de be*
ving het sterkst, daar gaat het aardopper*
Heerci er intrek nemen zal onder de in de
natuur zichtbare teekenen van Zijn Al*
macht. En Paulus die den twieieden tempel
gekend heeft en wien de Zoon Godte als
laatste der apostelen nog is verschenen,
breidt Haggaï's woord uit tot dien dag
die komende is, als de Heere ten oordeel
wederkeeren zal. Nog eens zal die aarde
bewogen worden, AI hief beweeglijke zal be*
wegen. Maar het onbeweeglijk Koninkrijk
zal ge\\orden aan allen die God vreezen.
Een onbeweeglijk rijk, dat zal het deel van
Gods kinderen zijn. Wel hem en haar die
onder dat regiment leven. Als zij de teeke*
nen van 's Heeren wederkomst zien behoo*
ren zij hunne hoofden opheffen, „Want
Uwe verlossing is nabij."
Israël Wie is U gelijk?
WAARNEMER.
1538 - 1938.
Vijf jaren geleden is overal in den lande
herdacht het geboorte*jaar van Willem van
Oranje, den Vader des Vaderlands. Het was
400 jaar geleden, dat de grondlegger vain de
Nederlandsche Staat het levenslicht zag. Nu,
in 1938, is het vier eeuwen geleden dat
één van de weinige vrienden van den Prins
geboren welrd. We bedoelen Philips van
Marnix, heer van St. Aldegonde, wiens naam
onafscheidelijk verbonden is aan den tijd
toen Nederland zich vrij ging worstelen
van het Roomsche en Spaaaische geweld.
Welk een kritieke tijd! Hoe straalt het
licht van Gods Woord weer helder op
de kandelaar! Hoe komt de Heere aan Zijn
eer, maar ook.... hoe steekt de groote draak,
de oude slang, zij^n kop op, om vlejtiwoöd
te keeren wat tot eer ueiHeeren strek^
Brandstapels rooken ein velen bezegelen
hun geloof met hun bloed. Het werk des
Heeren is niet tegen te houden: het bloed
van de martelaren is het zaad der Keirk.
De Noorden* en Zuidenwind doorwaaien de
hof van Neerland en de specerijen vloeien
uit!
Zoo is de tjjd waarin Marnix van St. Al*
degonde leefde en streed, werkte en wor*
stelde.
Deze merkwaardige figuur uit de 16e
eeuw werd in 1538 geboren te Brussel,
gesproten uit een adellijk Savooisch geslacht.
Hij wordt leerling van de beroemde hooge*
school te Geneve, waar de groote hervor*
mer Calvijn soms les gaf aan 6000 studenten.
Aan zijn vrienden schreef Calvijn: „Zendt
ons hout, en wij zullen er pijlen van snij*
den."
Er is hout gezonden, en er zijn pijlen ge*
sneden. Behalve Marnix zijn leerlingen van
Geneve's academie geweest: Lodewijk van
den Prins gehoorzaamheid bteloofd. Men
verbond zich den Prins „gehouw en getrouw
te wezen om de landen te bevrij'dbn van
de Albaansche en Spaanschfe tirannie, ten
dienste van Z.M. als Graaf van Holland."
Als in 1581, als een antwoord op heit in
de ban doen van Prins Willejm, die Staten*
Generaal Fibps II plechtig vlerklaren ver*
vallen te zljti van zijn Reef schappij, is het
Marnix die schrijft: „Wij verweiplen den
Koning, ook dewijl hij, gezworein vijand van
de ware Reügiie en van Gods Woord', in|
g6ene;rlei manier het bestuur des Lands
hebben wil dan op voorwaarde van hiet
Rïjk van Jezus Ghristus te kunnen uit*
roeien."' t
In 1583 wordt Marnix door den Prins
benoemd tot burgemeester van Antwerpen.
Parma, de landvoogd, had op deze rijke
koopstad het oog. Hij wilde de bijl aan die
wortel van de boom stellen; de Schelde
werd gesloten door een schipbrug van 1300
voet. Het beleg duurde van 3 Juü 158417
Aug. 1585.
Marnix werd, na de moedige verdediging
deze 13 maanden lang, miskend. „Alle zijne
daden werden ten kwaadste geïnterpreteerd,"
schreef Bor.
Zijn burgemeesterschap was uit, en Marnix
trekt zich nu op Walcheren terug. Daar,
in West Souburg, aan de drukke verkeers*
vlak op en neer. Rondom die plaats wer*
ken de bewegingen als golvingen voort.
Er bestaan dan ook vele geleerde hypothesen
of veronderstellingen omtrent den aard en
het ontslaan van aardbevingein maar uiter*
aaird is het binnenste der aarde aan ons
menschelijk naspeuren onttrokken. Zoo blijft
ons met over dan de erkentenis, dat God
al deze dingen doet, want Hij is en blijft
de Heere van Zijn schepping..
In den Bijbel worden op menige plaats
oorlogen, geruchten van oorlogen en aard*
bevingen ons beschreven als begeleidende
het einde aller dingen. Men behoeft nogj
niet een aanhanger te zijn van het Chiliasme
(leer van de wederkomst des Heeren en het
Duizendjarig Rijk) om toch te erkennen,
dat aardbeving een der verschijnselen is die
de Heere als tot Zijn wederkomst behoo*
rende, genoemd heeft. Uit dien hoofde
zou de 'ervaring van de|ze lichte beving
op ons indruk moeten maken, en ons plaats»
sen voor de vraag of die onverwachte komst
des Heeren ons tot heil of tot oordeel zal
zijn. Tot die betrachting kan ons de Heere
alleen voeren; in ons is van nature niets
dat naar God vraagt, of ons Hem recht voor
oogen kan stellen
Dat klinkt niet aangenaam, maar het is
toch Schriituurlijk'. Het geloof is een gave
Gods en anderzijds heft de waarheid hiervan
onze verantwoordelijkheid niet op. Tusschen
deze beide wordt de mensch gedrongen. Het
gebod worde ons tot gebed; I^eere bekeer
Mij, dan zal ik bekoejrd zijn.
Met eene verwijzing naar Haggaï's profetie
herinnert dei Apostel Panlus in Hebreen 12
aan de aardbevingen bij de Wetgeving op
den Sinaï. Toen bewoog Gods stem de aarde
Haggaï verkondigt, dat de tweede tempel
een plaats des vr^des wezen zal en de
Nassau, Guido de Bres, Diatheen, Modet,
allemaal mannen, die moedig de banier
van het zuivere Evangelie ophieven.
Onder invloed van Calvijn wordt Marnix
een vurig aanhanger van bet Calvinisme.
Als hij in 1560 in ons land teruggekeerd
is, sluit hij zich by de edelen aan, die iq
verzet gekomen waren. Het bekende smeeki*
schrift, dat door de verbonden edelen aan
de landvoogdes Margaretha van Parma in
1566 werd overhandigd, had Marnix opgek*
steld.
Als Alva komt, wijkt Marnix met zoovele
anderen naar Diuitschland, waaruit hij in
1571 terug keert, op verzoek van den Prins
vaa Oranje. Het volgemdte jaar (1572) ver*
tegenwoordigt hij den Prins op die beroemde
Statenvergadering te Dordrecht. Tegenover
Bossu had een deel der Staten van Hollanld
weg tusschen Middelburg en Vlissingen,
staat de Marnixschool, ter gedachtenis aan
hem, die hier in stilte heeft gewerkt.
In 1594 vestigt Marnix zich te Leiden,
waar Mj door de Staten wordt opgejdjragen
het opnieuw vertalen van de Bijbel. Zij
legden hem daarvoor een jaarlijksch eeregeld
van f2800 gulden toe. Oldenbarnevelt ge*
tuigt na Marnix' dood over deze toelage:
„De Staten hadden echter dit hooge jaar;
geld aan Marnix minder tot belooning van
zijn geleerden arbeid, dan uit erkentelijkheid
voor zijn diensten den lande bewezen,,
toegelegd."
Behalve de staatsman, krijgsman en god*
geleerde, is Marnix ook bekend geworden
als dichter en proza*scbrijve,r. Zeer geroemd
wordt zijn Psalmvertaling uit het He*
breeuwsch. Petrus Datheen vertaalde de PsaI*
SPÉCIAAL^CHOEISEb^
VOOR NORMALE VOETEN,
8REEDE VOETEN, SMALLE VOETEN.
PIINLIIKEN KNOK,.HOOGE EN LAGE WREEF
9EHEEL VRIJ LIGGEN I
UW TEENEN IN DE
FORMA NATUM SCHOENER
Art. 604 Zwart f 9.50
Art. 605 Bruin f 10.-
ROTTERDAM - TELEFOON 13802
ONTWERPER DER F.N. SCHOENEN
FABRIKANTEN J. MANNAHIS niBUIG