CmWEEKBIADÖpGED.GQOnDSIAGvöÖRnZUID-HOUBiZEElJWJCHEEI^^
Gebrs* de Waal
N.V. DiïGEVERSMAATSCHAPPU „EILANDEN-NIEDWS"
Heeft U
een nienwe vnlpeD noodig?
STICHTELIJKE
OVERDENKING
10e Jaargang
ZATERDAG 7 MEI 1^8
No. 936.
Dit pnmmer bestaat uit 2 bladen.
DE WARE EENHEID.
W. A. DE BAKKER
Uit het Kijkvenster
Een goedkoope vulpen
Betere vulpennen
De beste vulpennen
WAARIN SEDERT 1 NOVEMBER 1935 OPGENOMEN HET BLAD „ONZE EILANDEN" 18e JAARGANG
OUDDORP (Z.-H.) -
Tegen Slapeloosheid, Overspanning, Gejaagdheid, Onrusf en ZenuwachHgheid,
gebruike men de Zenuwstillende en Zenuwsterkende Mijnhardt's Zenuwtabletten
Wij hebben voor U:
met glazen pen reeds vanaf
70 Cf., mef gouden pen reeds
vanaf f 1.55
in'de prijs van f 3.75 4.25-5 50
Een prima vulpen met 5 Jaar
garantie.
als Swan, Parker, Waterman
in prijzen van f 7.73-850,900-
10.50-12 5013.50 16.00 en hoo-
ger met 25-jarige garantie.
Mogen wij U onze collectie eens
foonen
Markt St Maartensd^k
UITGAVE VAN
Gevestigd te MiddelhaniSs Fiins Hendiikstr. 122 G Giro 167930 Fostbox 8 Tel. 17,
Bjjkanfoor voor Zeeland: St. Maartensdijk, Markt, Telef. 59.
AdTerf^tie«pi^ 20 cent per regel. Reclames 40 et.; Dienst*
aanvragen en aanbiedingen van 16 regels 80 et.; Boek'aaOi»
kondiglng 10 cent per regel Contacten belangi^ Ii>8cr.
AbonnementsprQs 85 cent per 3 maanden vooruitbetaling.
Verschgnt lederen Woensdag en Zaterdag 2 maal per week.
Afsonderl^jke'nummers 5 cent Buitenland 8 guldenj)er ja».
Wie met-IVJjjj niet is, die is tegen Mij;,
en wie met Mij niet vergadert, die ver*
strooit. Mattli. 12 30.
Er is zeker geen tijd geweest, hoewel
er niets nieuws is onder de zon;, waarin
de -ierdeeldheid onder de menschen zulk
een omvang lieeft aangenomen, dan thans.
Alle menschen lijken wel factoren, d.w.z.
zelfstandige eenheden, te zijn. Ieder
dwingt OL verdrukt zijn medemensch, Er
is geen samenhang. Niets schijnt op eene
eerlyke Wijze tot stand te kunnen komen.
Men moe. zich met elkaar verbinden.
Daardoor is de enkeling weer gebonden iets
tegen zijn ge^veiteft te doen. En zoo zakken
allen ar. 't Geloof wordt verloochend. Men
stelt vleesch tot zijn arm. De' mensch
moet: redding brengen. God wordt gene"»
geerd. Zijn Woord bestaat niet voor de
gemeenschap. En voor den enkeling? Ook
niet. Is het niet vreeselijfc? De namen
„Christelyk" en „Gereformeerd" beloven
veel, doch het resultaat is: Met God en
Zijn Woord kan niet gerekend worden; de
tijden zijn zóó veranderd, datIs God
dan veranderd? Is Hij niet almachtig? Is
Hij niet reclitvaardig, goedertieren, barm*
hartig en heilig? Regeiert de Heere niet
meer? De ademtocht van Gods volk' wordt
afgesneden, dat leeft uit zijn geloof.
Het atheïsme heierscht. Het. materialisme
heerscht. De roomsche leer van Anselmus;
Credout intelligam, intelligo ut eredam, d.i.
ik geloof om te begrijpen, ik begrijp om
te gelooven; een samenvoeging van theoi^
logie en philosophic voert heerschappij.
Doch het geloof vat het geestelijke, dat on"»
begrijpelük is. En de gansche dienst Gods
is geestelijk, dit is een buigen voor Gods
Woord, het einde aller tegenspraak, en een
leven uit Gods Woord, door den Heiligen
Geest. Is het te verwonderen, dat de
grootste verdeeldheid heerscht, door de
gansche weteld? Hoe kan er eenheid be<
staan zonder geloof? Het geloof verbindt
God en mensch, mensch en mensch,
ouders en kinderen, meester en leerling,
heer en knecht, koning en onderdaan aan
elkaar. ZeltS de verhouding van den
mensch tegenover het dier (de rechtvaar*
dige kent het leven van zijn beest) wordt
door het geloof bepaald. De volken onderf
ling worden door het geloof aan elkaar
verbonden; want de komst van Chris*"
tus' ryk onder alle volken, is de hope, die
uit het geloof, door de liefde werkende,
voortspruit. Neemt het geloof weg uit druk
en kruis, vijandschap en vervolging, alles
staat in lichte laaie. Dtoor het ongeloof
stort het gansche gebouw der menschheid
ineen, en worden de gevaarlijkste wapef
nen gesmeed tegen al wat leeft: onna«=
tuurliJK, zedeloos en moorddadig. De aarde
zal bezwijken van schrik, als de oorlog
der toekomst, ontbrandt. Het ongeloof
de harde Farao, die wreed het volk des
Heeren verdrukt en hun zaad in de ge^
boorte. verstikt. Het geloof is de edel'' en
zachtmoedige E)iavid, die de minste wil
zijn en wacht, dat God hem recht doet.
Farao zei arrogant; Wie is de Heere, wiens
stem ik gehoorzamen zou? David had God
en Z^'ne Wetten lief en weendie over zijn
volk, da; om zijn zonden moest lijden.
Welke is de ware eenheid?
Onze tekst geeft aanleilding tot de behan*
deling van dit punt. Er staat: „Die met
Christus niet is." Verondersteld wordt
dat er zijn, die met Christus zijn. Die ware
eenheid is met Christus te zijn.
Als Wfl onzen tidn van onkruid zuiveren,
dan wordt wat boven den grond staat ge''
wied; maar het onkruid, dat onder den
jp-ond is, blyft zonder stoornis zijn sec»
woestend werk verrichten. Heeft- men een
stuk land, dat onvruchtbaar en vervuild
is vanwege het onkruid, dan wordt het ge*
ploegd, en dat niet eens maar verschei*
dene malen, om het kruid in den wortel
te raken, opdat het sterft:. Db Heere bc
veelt, door den mond van Jeremia, de
mannen van Juda en Jeruzalem; „Braak'
u een braakland en zaait niet onder de
doornen." Het onkruid en de doornen zijn
een beeld van de zonden. Onder een god*
deloos volk werpt de godsdidnst geen
vrucht af. Hef zaad van Gods Woord ver*
stikt door de heerschende goddeloosheid.
Onder een goddeloos volk moet de Wet
ernstig gepredikt wordeM, opdat de zon*
den in den wortel wordew geraakt en ster*
ven. Het is niet genoeg de zonden, als on^
kruid dai boven den grond groeit, te be*
dwingen, neen, de ploeg van de Wet moet
door het land, niet eens maar herhaalde*
lijk.
Satan heeft het onkruid, al in het Para*
dijs in het hart van den rechtgeischapen
mensch gezaaid. De mensch geloofde den
leugenaar Satan en God maakte hij tot
een leugenaar. Diep viel de mensch. De
mensch raakte verdeeld met God, Adam
ixiit Eva. Beiden streden tegen den weg
van vrije genade en zochten heil in hunne
werken. De eerste doodslag van Kaïn, die
zijn broeder Abel ombracht, uit vijand*
schap tegen diens geestelijke leven, is de
baarmoeder geweest van een wereldstrijd,
die niet opgehouden heeft en twintig jaar
geleden losbarstte en weer dreigt uit te
breken.
Gij moet onder den grond zijii. Zelfis
de godsdienst is vergiftigd. De godsdienst
moet ontgrond worden, Kaïn, de wer*
ken*man, kan God noch Zijn Woord ver*
dragen en streed tegen het werk van vrjjjfe
genade.
Paulus zegt: „Gedenkt dat gy, die eer*
tijds Heidenen waart in het vleescW
dat gij in dien tijd waart zonder Christus."
(Efeze 2 Ha en 12a). Wy zijn zelfs nog
erger. Wij zijin met Satan en kinjdereln
des duivels, met de zonde en de wereld,
en zóó één er mee, als een lid met het
lichaam. Het ligt geheel in ons natuur*
lijk wezen begraven, de zonde te dienen,
de wereld na te jagen en den dujvel ge*
hoorzaam te zijn. Jacobus zegt van de
wijsheid der onwedergeborenen, dat zij
a a r d s c fa is, of wereldsch, n a t u u
lijk; naar de natuur des menscheai, is
duiv-elsch: ingegeven van den duivel.
Wat is dus van den mensch te verwach*
ten? I>e godsdienst zuivert, het onktuid
boven den grond uit; maar het onkruid
onder den grond maakt dat, hoevele ge*
voelens en meeningen in secten en par*
tijen belichaamd, er op godsdienstig ge*
bied gevonden worden, zij alle één. zijn
in het strijden tegen Ch'ristus,
waaruit blijkt, dat wij van nature vgan*
den van. God en onzen naaste, en v^jani*
den van Christus zijn en nergens toe ge*
neigd en bekwaam dan om dei zonde te
dienen, de wereld na te jagen en den
duivel gehoorzaam te zijn..
Wat beteekemt het dan, met Christus te
zijn?
In de eerste plaats, dat wij door Gods
Geest zaligmakend overtuigd zijn, dat wij
van nature het tegenovergestelde zyn van
„met Christus te zijn." Gods volk kent een
tijd, da. Christus maar een naam voor hen
was en dat zij Zijn persoon niet kemden.
Zij waren verloren. Eerst zochten zij door
godsdienst en deugd tot Christus te ko*
men, doch zij raakten al verdeir van Hem
verwijderd, tot de hel hun eenige verwach*
ting was. l>ie crisis was hun geluk. Veletn
spreken van verloren gaan. Diaarin ligt
nog geen hoop op behoud. I>e werken hou*
den hen boven water. Hun belijdenis is
papegaaienwerk. Te een of anderen tijd
vallen zij in de handen van kWakzalveirs,
die hen voor vroom verklaren. En zq; gaan
naar den hemel, hoewel, hun ziel in de
hel is.
Met Christus zijn is in de tweede plaats,
dat de verlorenen, in den tyid det minne
vast raken aan Christus. God komt Z^n
Zoon in hun hart te openbaren,. H«t- gaat
hun gelijk een aardbeistruik, die zijn lo*
ten uitschiet, aan welkeir einde worteltjes
en blaadjes zijn. Zij zwerven over de
aarde, tot de worteltjes vast raken in den
grond. De blaadjes sterven wel, maar er is
een nieuwe plant gezet, die weldra blade*
ren en vrucht draagt.
(Wordt vervolgd.)
Van haren en streken.
Mag men de socialisten gelooven, dan is
er al heel wat bij hen veranderd.
Vroeger waren het republikeinen van het
zuiverste water.
Voor ons Koningshuis en deszelfs taak
hadden ze ni.ets dan verachting. Smaad en
spot zich zelfs uitend op kleine wijze, zoo*
dat ze er zich wel voor wachten om het
woord Koningin met een hoofdletter te
schrijven. Het Koningshuis was hoogstens
voor hen „een ornament," aan ons staat*
kundig gebouw. Verder van- geen beteeke*
nis. Daarin is bij de hoofden, bij de leiders
der socialisten de laatste jaren groote ver*
andering gekomen. Vroeger was iedere sos
cialist internationalist van professie, het na:
tion4lisme daarmee hadden ze afgedaan. Al*
len broeders, geen landgrenzen zelfs een
gezond nationalisme werd al spoedig voor
engzuchtig chauvinisme uitgekreten door de
socialisten. Dat alles is wel zeer veranderd.
Waarom? Omdat ze van beginsel zijn ver»
anderd. Hef verkeerde van hun vroegere
beginselen hebben ingezien? Geen sprake
van. De drang der omstandigheden. Anders
niet. Veranderen de omstandigheden, dan
veranderen ook hun beginselen. Vroeger
sprak men van de zweep van Troelstra.
Thans worden de socialisten gedreven door
de. zweep van het fascisme. Een veranderde
hóüdiftg tegenover het Koningshuis, tegen»
t>ver het lege,r is er hct-gevolg van. Men
aanvaardi ridderorden en menige roode
borst wordt door een ridderorde gesierd.
Men woont de opening van de Kamers bij,
men schrijft arakeien van waardeering over
de leden van ons Koiningshuis. Kortom
men heeft zijn reipublikeinsche gevoelens
afgezworen en de republikeinsche plunje
opgeborgen. Althans vele leiders doen zoo.
Evenwel de breede schare van „de rooden,"
van de bewusten kan niet zoo vlug meeko*
men met al die veranderingen. Op hun
zijn medeburgers hebben en anderzijds er
op mogen rekenen, dat de winkelier ons
dan ook billijk bedient, want de klant is
ten slotte toch vrij te gaan daar waar hij
voorkomend behandeld wordt.
Ik had een opmerking gemaakt over het
inkoopen in eigen gemeente door het Gte*
meentebestuur en inzender bestrijdt mijn ge*
voelen niet. Hij schrijft: „of en zoo ja, in
welke mate de Gemeentekas kan
profiteeren en dat bij een juist be*
heer en overzicht van B. en W?".
Nu, die vraag kan ik niet beantwoorden,
zulks zou men eens^ bij een wethouder of
een raadslid moeten informeeren. Wie in
een Gemeenteraad zit zal daar meer van
weten dan de ^Waarnemer.
Inzender ontpopt zich nu als degene, die
voor enkele weken een stukje inzond over
de rondvraag in de Gemeenteraden. Ook
door mij is die rondvraag aangeroerd. In*
dien ik er nu weer iets van moet zej
dan doe ik dat aldus:
Inzender spreekt van rondvraag die an*
derhaU uur duurt. Als het eene lid iets
vraagt, gaaf de ander er een half uur over
praten. Is er geen grens en waar is het
reglement van orde? Mijn antwoord is dit:
Of er aan die rondvraag geen grens is, dat
moet een raadslid aan den voorzitter vragen
en waar het Regl. van Orde is, zal de Secre*
taris wel weten te vertellen.
Mijns inziens is de rondvraag dienstig om
een kleinigheid even aan te roeren, meer
niet. Er is een agenda en die dient afge*
werkt. Van verrassingen in den Raad
heb ik een afkeer. Een voorzitter kan
wel degelijk een rondvraag inperken. Maar
nu eens de keerzijde van de medaille.
De raad staat aan het hoofd van de
Gemeente. B. en W. voeren het dagelijkSch
beleid. Nu komt de raad samen en de
raadsleden hebben er hun tijd voor over
om wat lang te vergadereji. Welnu, dan
sluit de Voorzitter er zich bij aan en laat
de heeren eens praten. Waarom zou hij de
raadsleden" ook altijd als een wijze groot*
vader met waarschuwingen en vermaningen
omringen? 's Lands wijs, 's lands eer. De
raad schijnt het aldus te willen ende
Burgemeester heeft den tijd.
Maar, wanneeer die rondvraag verloopt in
gepraat in de ruimte, wanneer dit enkelen
raadsleden verdriet, die hun tijd beter kun*
nen gebruiken, dan kunnen zij dat in den
raad of in 's Burgemeesters kamer te sprake
brengen en verzoeken om wat bondigheid.
Gedipl. Recbiskundige en Belasj
tingconsulent Vramooischi^ctmr
Requesten. Contracten. Huur en
Verhuur. Koop en Verkoop.
Boekhoudingen enz. Advies f O J5.
(Ook voor Thoien en Omstreken.)
mij persoonlijkeen goede ure. En zoo is er
no^ meer denkbaar. Maarde raads*
vergadering is er niet om naar de persoon*
lijke belevenissen van den Büi^emeester te
vragen.
Als nu de heer T. nog mejer zaken aan*
snijdt als: electriciteitsvoorziening, wafeti*
leiding, werkverschaffing, overleg met de
E.M.G.O. dan herhaal ik, dat als een raads*
lid daarover inlichtingen wil hebben, hij die
in den raad zeer zeker kan vragen. Ook kan
hij (opnieuw) Inzage van rapporten en con*
tracten vragen. Mij dunkt, wie zou hem dan
kunnen afpoed'eren met een nietszeggend
antwoord. En, waar dere dingen tamelijk
ingewiskeld zijn, is de beste methode; stuk*
ken thuiszenden. De raad neme tot die
methode eenvoudigweg het besluit. I3laar
houdt dan alles mede op.
Ik besluit nu met een algemeene op*
merking over de tarieven van de waterleiV
ding. Inzender meent, dat de gegoeden te
weinig en de andere inwoners te veel be«
talen. Het aanzien en groote der woning
acht hij „niet in alle opzichten" de juiste
maatstaf voor de bepaling van den prijs.
Zie eens hier, geachte inzendier, U hebt
gelijk. Want een prijsbepaling of een belas*
ting die „in alle opzichten" en voor eHcen
ingezetene volstrekt billijk is, bestaat niet.
Geen enkele directe of indirecte belasting
is volstrekt rechtvaardig toe te passen. Van
geen twee gezinnen is de draagkracht preci«
gelijk. Men moet dus altijd „zoo billijk
mogelijk" laten betalen. Best mogelijk dat
b.v. de waterleiding wat onevenredig drukt.
Maar is b.v. 22 cent per Mn voor een iedet
billijk? Of moet er betaald worden naar
het inkomen?
Aan belastingen en tarieven zit heel wat
vast. Uitvoerige bespreking er van zou mij
te ver voeren. Als de raadsleden de zaken
tijdig bestudeeren voorkomt dat veel vragen
achteraf.
Wanneer U nu nog „den ondefgrond
jongste congres was er spot en hoon over de
Oranjemannen der socialisten. Ja zelfs een
motie gaande in de richting om die Oranje*
liefde at te keuren werd met ruim duizend
stemmen aangenomen. Een republikeinsche
nagalm uit de dagen van weleer. De so*
cialisten hebben geen vaste beginselen. Hun
beginselen zijn gegrond op het drijfzand
van het materialisme en geworteld op de
vermolmden stam van het humanisme. Ijt
worden voortgedreven door den drang der
omstandigheden en verliezen daarbij vaak
wel de roodé haren, maar de roode stre*
ken niet. Daarom z^'n ze ni,et te vertrou*
Mijnheer T. wascht de. ruiten voor
iden Waarnemer. D©Gemeent^e*
raad- en de rondvtaag. Gemeen»
tepoütiek. Eleciriciieit en Water»
^leiding.
Zekere T. heeft zich, gedrongen gevoeld
in ons no. van 27 April I.l. per ingezonden
stuk ie.s op te merkeSn aanhet adres
van den Waarnemer em hem tevens enkfele
vragen te stellen.
Het zou onbeleefd wezen, wanneer ik
daarop niet antwoordde,, al zal ik dat in
beknopten vorm moeten doen, terwijl ook
de betoogtrant van den inzender niet overf»
al even duidelijK is.
Inzender schrift: „een- winkelier die een
groote keus aanhoudt, is aftandsch." Ik
twijfel niet of de inzender is met den!
Winkelstand bekend, dat blijkt uit beel z^jn
stuk. Welnu, de Waarnemer heeft gaarne
„keus" in den winkel. Als de wïdkelier
mij echter veel keus biedt, noemt T. hem
aftantbch. Hij schijnt de knepen van het vak
goed te kennen; ik voor my zou zeggen,,
dat juist een klant die maar koopt zonde(r
redelijke keuze te krijgen, aftandsch js. 06»
schoon het mijn gewoonte niet is het den
winkelier moeiUjk te maken.
Wat nu aangaat het koopen van^ het pu*
ibliekin eigenwoonplaats, daar. is alles
voor te zegden. Men. moet eenig hart voor
Die hier naar orde en regelmaat streeft heeft
het bij het goede eind. Dat de Gemeente*
raad zoo maar eens een of ander onden*
werp bü den kop neemt om eens over te
praten, lijkt mij onjuist. En dat gebeurt
op onze eilanden maar al te vaak. Wat baat
een redeneering, die niet in een voorstej-
en een besluit eindigt? Niets. Aan praten
van anderen is geen enkel raadslid gebon
den; alleen met een besluit is de ge*
meente te besturen. En een besluit behoort
men niet te nemen dan nadat het op( de
agenda als voorstel is opgenomen; natuur*
lüfc, tenzij het een amendement of veran*
dering is dat een raadslid biji een. der agenp
dapunten indient*)
Is een raad gewoonweg onwillig om in!
de rondvraag tot zekere orde te komen,
ja, dan is er niet veel aan te doen. Dfe ge*
gemeente heeft dan den gemeenteraad die
zij verdient De kiezers kunnen tenslotte
de veelpraters nog wel eens aan den tand
voelen. Er ligt in dezen meer schuld bij
den raad dan bij den Burgemeester, of*
schoon ik meen, dat ook de burgemeesters
wel eens méér moeite konden doen om den
raad te overtuigen, dat breedsprakigheid-
vooral buiten de agenda om den raad
niet siert In den scheerwinfcel is dit 's Zat»
terdagsavonds heel geizellig in den raad.
behoort het niet thuis.
Inzender T. schrijft nu: Kijk' u eens door
't venster, de ramen zijn gezeemd.
Ja, dat begrijp ik', hij zeemt de rameni
en laat mij dan kijken en schrijven. Is dat^
even leutig? Maar als vakman zeg ik: een
Kijkvenster moet wel eens een tikje beslas
gen wezen en een goed opmerker leest
wei eens tusschen de regels door. Dfe heer
T. bijvoorbeeld, kan zich voorstellen dat
een raaïlslid in Middelharnis bij de rondK
vraag uit des Biirgemeesters mond wil we^
ten: „of de opening van de nieuwe ver«
keersvoorziening te den Bommel een mooi
verloop had?"
Wat kan de Burgemeester daarop antwoor<«
den? Wel allerlei. Allereerst kan hij zeg?
gen; die vraag raakt het gemeentebelang niet
rechtstreeks. Of hij zegt: Dat hebt U in dei
bladen kunnen lezen of acht U die verslagen
over, de plechtigheid niet uitvoeri.g genoeg:
had er nóg iets vermeld moeten, worden?
Een^.derde Antwoord- kon zjjn: Het was
en den opbouw" van de E.M.G.O. wilt be*
kijken, welnu de raadscommissie in Middel'
harnis beert toch zeker rapport uitgebracht?
Laat de Raad dat rapport eens aan de bladen
aanbieden, dan lezen wij 't allemaal. En Gë*
meenteradeij buiten. Flakkee zouden er
misschien nog iets uit leeren.
WAARNEMER.
*)i P.S. Die agenda bevat uiteraardeen
opsomming der ingekomen stukken. Over
die stukken, althans over de wijze waarop
men die zal afdoen, kan elk raadslid spre»
ken.
Bij reglement van orde kan men de rond*
vraag heel goed afschaffen. Maar daar zal
men op onze dorpen niet voor voelen. Men
'toone zich dan meestejs' in de beperking
Bij de behandeling van de begrooting is er
gelegenheid voor najaar5*opTuiming.