CHQWECK&IAD^GED.GROnD^AG vöÖRolZUID-HOIlErtZECUWSaiE CHAnDEM
PRESTO
Simon Gieke
N.Y. UITGEVERSMAATSCHAPPIJ „EILANDEN-NIEUWS"
Buitenland
I
10e Jaargang
WOENSDAG 16 MAART 1938
No. 922
De mooiste reclame voor Uw zaak
De Uien-Export in Februari
WAARIN SEDERT 1 NOVEMBER 1935 OPGENOMEN HET BLAD „ONZE EILANDEN" 18e JAARGAN
De Reorganisatie
der Ned. Hervormde Kerk.
vin.
lis'. 1^'.^.
I IJ
VOOR WAS EN VAAT
3&c^ 5cés:/iei/ztz4,
HET LAAGST lb( PRIJS EN
BOVENAAN IN KWALITEIT.'
De Icetter van Sclierpenisse
KBBHBBra
mat
iWmSM -mvim'}
niEuws
Advertentie'prijs 20 cent per regel. Reclames 40 et.; Diensf
aanvragen en aanbiedingen van 1—6 regels 80 et.; Boek»aan'
kondiging 10 cent per regel Contracten belangnijk lager.
UITGAVE VAN
Gevestigd te Middelhamis Prins Hendrikstr. 122 C Giro 167930 Postbox 8 Tel. 17,
Abonnementspr9[s 85 cent per 3 maanden bg vooruitbetaling.
Verschiynt lederen Woensdag en 2Uterdag 2 maal per wede.
A£zonder1^c nummers 5 ceat Buitenland Smulden per jaar
Be«waren legen de S.O.
Om helt streven naar reorganisatie der
Hefrvormde Kerk goed te verstaan, is het al^'
leteerst noodig de bezwaren te kennen, die
op principieele en practische gronden tegen
de Synodale Organisatie kunnen worden in-^
gebracht. Na alles, wat wij over die organisa'
tic zelve, over de door haar geschapen toef
standen en over de eischen eener Gereforf
meerde Kerkorde gezegd hebben, zal het dui''
delyk geworden zijn, dat zij van Schriftuur"
lijk standpunt bezien, in geen enkel opzicht
de toets der critiek kan doorstaan.
Vange^n wij aan met onze principieele
bezwaren, dan moeten we allereerst erop wij*
z^n. dat de heele Syn. Organisatie in onge=<
rechtigheid geboren werd. De Koning imi«
mers had in 1816 geenszins de bevoegdheid
aan de kerk een organisatie op te leggen?
de, grondwet gaf hem daartoe ni^t het'
refcht. Alle bekende juristen, van wat staats»
kundlse o': goisdens'ige richting ook, Groen
van Prinstetrer, Thorbecke, Van Houten,
De Savornin Lohman, Fabius en Van Apel*
doorn, zy allen hebben de onbevoegdheid
des Konings duidelijk in het licht gesteld.
Aan del geboorte der S.Q. kleeft dus een
vitium originis; zij is tot stand ge(komen op
onvelttige wijze met verkrachting van het
recht der kerk.
Wat de organisatie zelve betreft, zij is ge"
basiejerd op de gedachte, dat de Kerk een
vereeniging is van menschen, die zich vrij*
willig aange;sliOten hebben tot bevrediging
hunner godsdienstige behoeften. Het be*
hoeSft geen betoog, dat dit kerkbegrip ten
efenenmale onschriftuurlijk is «n van de kerk
e'en menschelijke instelljing maakt. Deze
gansch verkeerde Kerkbeschouwing bracht
meie, dat er besturen werden ingesteld als
iti een vereeniging, plaatselijke, gewestelijke
ei^ landelijke, die boven de kerk staan en
haar ook van bovejnaf regeeren. Dit zijn
alle klieine bestuurscolleges, di<e een aristo*
cratisch karaktet dragen en eer thuis be''
hooren in een antocratie dan in een kerk^'
waarin allen rechtens gel|ijk zijn. Deze bef»
sturen vertegenwoordigen ook de kerk niet,
al worden zij zoogenaamd door de kerk bij
gejtrapte verkiezingen gekozen. Immers de
leden ervan stemmen zonder lastbrieven,
zoodat de Synode, wier leden langs drie
trappen door de „kerk" worden aangew6|*
zen, geen waarborg biedt, dat zij bij haar
be^Ussingen de stem der kerk doet hooren.
Dat de^e S.O. geheel en al in strijd is
met de Schriftuvulijke Kerkregeering, bl:gkt
ook wel zonneklaar uit de leervrijheid, welke
zij toleireert en waarbij wy uitvoerig hebben
stilgeistaan. De belijdenis heeft zij op nonj*
activiteit gezet, de leertucht schandelijk ver*
waarloosa en daardoor ruim baan gelaten'
voor de ontwikkeling van allerlei richtin*
gein, die in een scherpe en dikwerf zeer on«'
g«;^stelijkc partijstrijd de kracht der Kerk
velrteren, die tegen elkander evangeliseeren
<|n bij verkiezingsacties de kerk tot een aan*
iluiting maken. In plaats van de belijdenis
als accoord van gemeenschap te handbag
v^, stelt zü haar reglemeiitenbundel als
keirkelijk richtsnoer en treffen haar straffen
niejt degenen, die van de belijdenis afwijken,
doch hen, die een reglementsartikel over'
freden. Zoo is fleZe S.O. een band, die geen
gejoofseenheid, doch slechts een reglementai*
rd leenheid omvat. En' hieruit is een groot
depl der kerkelijke ellende geboren, die wij
in de voorgaande artikelen hebben geschetst.
Richtingen, die principieel lynrecht tegen*
oveir elkaar staan, worden door de S.O. tot
samenwonen gedwongen. En dat niet alleen;
wie in gehoorzaamheid aan Gods 'Woord
w^rgert de Synodale wet te eerbiedigen,,,
wordt uitgeworpen, doch de vijanden van de
Waarheid laat men rustig hun kerkontbin;*
dend en verwoestend werk voortzetten. Zelfs
tolereert de Synode, dat socialistische en
communistische predikanten hun marxistisch
vergif door middel van de kerkelijke or*
ganen vrijuit kunnen verspreiden en werkt
zij aldus door haar nalatigheid de revoliuf»
tionaire machten zoowel in de Kerk als
in de Staat welbewust in de hand.
De S.O. verhindert door haar onschriftuur
lijke reglementen de ontplooiing van het
waarlijk gereformeerd geestelijk, godsdien*
stig en kerkelijk leven. Zij heeft de ware
kerk, die nog onder haar dak aanwezig is,
in boeien geslagen, zij is, zooals ds. Zeydner
het in zijn pas verschenen brochure: „De
Hervormde Kerk op de tweesprong" uit*
drukt „de constitutioneele belemmering van
de normale functie der Kerk als lichaam van
Christus." Zij is de oorzaak geworden van
een permanente strijd der belijdende groepen
tegen een organisatie, die geheel en al tegen
het wezen der Kerk indruischt en daa,r|*
door heeft zij in haar ruim 120fcjarige bis*
torie vele conflicten veroorzaakt, waarin zij
tenslotte wel heer en meester b]|eef, doch
welke uiteindelijk tengevolge hadden, dat
het gereformeerde volksdeel in Nederland in
verschillende kerkelijke groepen werd ver*
brokkeld. Voor een niet gering de^l is de
versplintering der gereformeerden en hun
kerkeliJKe gescheidenheid het gevolg van de
destructieve werking der S.O., waardoor con*
flicten als de Afscheiding en de Doleantie
ontstonden en zij is mede één der machten'
die een hereeniging der gerefoxmeierden op
de grondslag der belijdenis belemmeren,
want zonder vernietiging der S.O. is geen
gezond kerkelijk leven denkbaar.
Ook op vele andere punten kan de S.O.
de toets der critiek niet doorstaan. Aan de
zelfstandigheid der plaatselijke gemeente
heeft zij een eind gemaakt: de plaatselijke
kerken zijn slechts afdeelingen van het ge*
nootschap. Met name bij de in* en doorvoe*
ring van het Reglement op de Predik*'
kantstractementen is dit duidelijk gebleken,
want daarbij werden de rechten der gel*
meenten aangetast en haar autonomie zelfs
inzake het Beheer vernietigd.
Zoo is ook de degradatie van de Classi*
cale vergadering, wier bevoegdheden groo*
tendeels overgingen naar het Classicaal be*
stuur, geheel en al verkeerd. Evenzoo de ge*
ringe vertegenwoordiging van het leeken
(ouderlingen) element in de besturen. De
leden der Hervormde Kerk worden blijkbaar
niet voldoende mondig geacht om aan de
verkiezing der ambtsdragers en het besturen
der kerk deel te nemen. Dit laatste geschiedt
grootendeels practisch geheel door
de predikanten. Zoo is er een dominocratie
een predikantenregeering ontstaan, die
tot hoogst ongewenschte toestanden voert.
Immers in de Kerkeraad heeft de predikant
een „domineerende" positie, in de besturen
zitten tweemaal zooveel predikanten als ou*
derlingen; op deze wijze stellen de predikan*
ten de kerkinrichting vast en de regies
mentswijzigingen, zelfs via het Regl. op de
Pred. tractementen ook hun salaris. Met
recht kan daarom het predikanteintorpX
zeggen: „de kerk, dat zijn wy." Wormser
heeft dit eens zoo uitgedrukt: „De gemeen*
teleden zijn de lijfeigenen der predikanten
geworden." en Groen zei: „In 1816 werd
onder het opperbestuur der regeering een
bestuur van predikanten over de gemeenten
aangesteld." Geen wonder is het daarom,
dat over 't algemeen de predikanten zich
steeds groote voorstanders der S.O. heb<
ben betoond; deze heeft hen schier onafl*
hankelijk van de kerkeraad gemaakt en hen
de kerkelijke heerschappij in handen gege*
ven. Overigens moet ons hierbij de opmerf
king van het hart, dat al heeft de S.O. deze
dominocratie zonder twijfel in de hand ge*
werkt, de kerken met een gereformeerde)
kerkenorde er ook lang niet vrg van zijn.
Behalve deze dominocratische regeerings*
vorm, die wel wat gelijkt op de priestetf
heerschappij der Roomsche Kerk is er nog
iets, dat aan deze Kerk doet denken, n.l. de
pyramidale opklimming der besturen met aan
de top de Haagsche Synode. Deze bestuuii*
lijke hiërarchie is in wezen geheel on*prof
testantsch en ds. Heldring had in 1854 wel
gelijk, toen hij schreef: „De Ned. Herv*.
Kerk is de eenige Hervormde Kerk op aar*
de, die onder de banden^der hiërarchie ge*
kluisterd ligt."
Ook heeft de S.O. de ambten krachtö
loos gemaakt, doordat zij aan de eischen van
Go'ds Woord voor het ambt geen recht liet
wedervaren. Doordat zij alle mogeKjke scha*
keeringen van godsdienstig leven dulde, kon
zij in haar bestuurstaak, die de handhaving
der leer en het beroep op de Schrift uit*
sloot, slechts in hoofdzaak administratief
werk verrichten en moest de arbeid, waartoe
de Kerk eigenlijk van 'sHeeren wege geroe*
pen is, o.a. ook de zorg voor de; zending,
worden nagelaten. Wel zgn voor dit laatste
vereenigen opgericht, doch dit is abnormaal;
de kerk zelve behoort hiervoor zorg te dra*
gen. Zoolang echter de>S.O. bestaat, is dit
onmogelijk.
We meenen hiermede ons requisitoir tegen
de S.O. gevoeglyk te kunnen besluiten. We
zouden het kunnen samenvatten in de scher*
pe woorden van Groen van Prinsterer, die
een groot deel van zijn leven gestreden
heeft voor het recht der belü'denis, „De Syn.
Organisatie is een bestuur, dat alleen schijnt
te bestaan om de gemeenten kerkelijk te
gronde te richten." De destructieve, desori=
ganiseerende en ontbindende werking dezer
organisatie, vooral voor het waarlijk Geref»
formeerd kerkelijk leven is, dunkt ons, in
het bovenstaande voldoende aangetoond. ■En
daarom behoeft het niemand te verwon»'
deren, dat ieder, die de Hervormde Kerk'
gaarne wederom in haar oude geestelijke
kracht zou zien herrijzen, zal instemmen
met de roep: 'Weg met de Synodale Orga?
nisatiel i i
(Wordt vervolg.)
is propaganda maktn in een krant.
Dan komt Uw naam, 'Uw artikel in.
één slag onder het oog van duizenden,
Adverteer daarom in „Eilanden*
Nieuws" het gerenommeerde plaatsen
lijke Blad.
Het exportseiz)'oen van uien is dit jaar
reeds vroeg ten einde en majg zloowq(I voior
ijroducenten als voor exporteurs uitermate
gunstig genoemd wiorlden.
Priijtoen 'voör uien, die, zonder overdryV
ving, de naam' y,%nciy" verdienen, heb&êi|
gedurende "dit seiaoen gegfólden en ziilfen
de belanghebbenden moed voor de toekfomst
geven.
Niet, dat wïj verwachten weer spoedig
zUlke hooge pilj'zen te zien, maar aangetoond
is, dat de teelt van uien h|i^r tei l!a'n|d^i
haar levensvatbaarheid heeft behouden, het*
w'elk' in de abïnormale omstand%h«den, waar
in wij vcrkeeren, toch een factor van belang
is.
De concurrentie op de Engelsche markft is
dit jaar van bij'zionderen aard geweest. Lan;»
den, welke in vormale jaren ntót aan export
van uien denken, waren thans aan de markt)
en het zal moeten worden a^fcwaidit, of wtjt
in 'komende jaren daarvan verschoond tuh
len bljijlven.
Ont^enzeggelijk zal bij" een lager pr^s*
niveau de uitvoer van uien van vera^geiegeix
Einden {j>iet goed mogëMjk' züjfn, maar w^^i
mioeten o.i. rekening houden met het &At,
dat thans enkele van onzie concurrenten, ani*
mo hebben gekregen, zidh op den export
van uien naar Engeland toe te leggen.
Wij ?ullen deze concurrentie het hoöfld
moeten bieden met den export van een prima
product, hetgeen ons 'beste wapen is tot he^
houd van ons afzetgebied.
Onderstaand vermelden wlij' de uitgevoerd^
hoeveelheden in k.g. in Feteujiri, gesplitsl
naar de productiegebieden en'de landen van
ibjestemming
Febituari FeJjirufiri;
1938 1937
Zeeuwsch*Vlaanderen 17.000 257.000
Tholen St. Philipsland 665.000 2.175.000
N.*"Z.*Beveland
Walcheren 420.000 2.711.000
Sdhouwtn Duiveland 908.000 2.283.000
Goeree Overflakkee 6.026.000 10.440.000
Noord^'Holland 42.000 1.823.000
Limburg 31.00C» 73^000
Groningen en Friesland
GeHiderland i
Rotterdam 57.000 225.000
Amsterdam 19.000 174.000
Westland
Zw!ijndrecht 1 1.000 3i.000
Totaal S.il87,000 20.164.000
Engeland
7,298u000 14.597.000
België Luxemburg
498.000 11118.000
Ierland
.327.000 645,000
West'Afrika -
16.000 llétOOO
Duitschknd i
13.000 2,837.000
Noorwegen
12.000 61i.000
West'Indië
12.000 279.000
Zweden
6.000 356.ooq
Gibraltar
3.000 i '-■
Finland
1.000 12.000
Zwitserland
37.000
Amerika
48XX»
Diversen
58.000
Totaal
8.187.000 20.164.000
*DE TUINDERIJ"
OVERZICHT.
Er heeft sinds Vrijdagavond, toen wg
ons laatst verschenen nummer afdrukten,
'heel wat plaats gegrepen in het wereldpo*
litiekegebeuren.
Onze overzicht*schrijver heeft er op g^
wezen dat bondskanselier Schussnigg in Oos*
tenrijk Zondag j.l. voornemens was een
volksstemming te houden, die op deze vraag
neerkwam, of de Oostenrijkers zich by
Duitschland willen aansluiten ja dan neen.
Vermoedt werd, dat de overgroote meerder*
beid er tegen zou zijn, en men een 'vrij
en onafhankelijk Oostenrijk wilde.
Eer het echter zoover kwam, heeft Hitler
den handigen zet van Dr. Schussnigg voor*
komen door Duitschland een ultimatum te
stellen, houdende uitstel der volksstem*
ming tot een later tijdstip; verder aftreden
van den bondskanselier en samenstelljing
van een nieuwe regeering, door Hitler»
President Miklas weigerde, waarby men mee!»
deelde, dat dan de Duitsche troepen Oosten*
rijk zouden binnenrukken. i
De laatste radiO'tede van Schussnigg
Bewogen heeft Schussnigg van den toe*
stand der zaken mededeeltng gedaan.
„Ik verklaar," zoo zeide de bondskanselier
„voor de geheele wereld, dat de berichten,,
die in Oostenrijk zijn verspreid, als zouden
arbeiders onrust hebben verwekt, dat stroo»
men bloeds zouden zijn gevloeid en dat de
regeering den toestand niet meester zou
z^n, dat dit alles van a tot z uit de, lucht
is gegrepen." i
„De bondspresident heeft my opgedira'
gen het Oostenrijsche volk mede te deei»
len, dat w'ij votojr hlet geiwfflld wijkei^.
Wij hebben ons leger bevolen, in geval
van het binnenrukken der Duitsche troei*
pen, zich zonder tegenstand terug te treki*
ken." „God bescherme Oostennijk!"
PRO. 21 0205 A
Ntir een oud D a e b o e k
.Autenrsrecht voorbebonden
(24.)
Beurtelings wilde Simon dat hij wat zeggen
2iou< tegen hem, en dan weer wenschte hiji
dat hij niets tegen hem zou spreken.
Spoedig waren ide mannen gereed. Evenwel
voor' ze de hut verheten knieiyien de pre>
diktr) neer om Go^S hulp en büjlstand af
td smeeken.
Zulk spreken had Idie ruwe man nooit ge*
hoord en Mj vergat het zïfn Tieele leven niet,
Simon liep eenige schreden vooruit. Jurien
en, Franke volgden samen. De weg; was niet:
gemakkeËjk. Zooveel mogelljjik werden d©
wegen vermeden. Nieman|d anders dan Si*
mon had hier als gids kunnen dienen. Na
een uur bereikte men de Zui|dkant van
Sdherpenisse. Tot ioover zou de jager mee;*
gaan. Hier werd af!schei|d genomen. Kort.
Beide mannen gaven Simon cfe hand, die hij
niet[ afwees.
„Ziti ge in moeilyikheden, ga naar bïoer
Dingenus in Westkerke en hij| zal; je helpen"
sprak Franke.
En de vreemidleling hield .Simon's hand
m%t warBiti» emkneld m aei ,,Vrieii!d, van
harte dank voor je hulp, me tweemaal ge*
bbden. Hoe gaarne zou ik het j,e vergelden,
ik kan het helaas niet. De Heere vergélde het
u en zegene u. Bedenk steefdjs dit God u
altijd] ziet, diat ge van all'ss retónsohap zulti
moeten geven. Verlaat uW verkeerd en goicl|ai
deloos 1 even, en beldfenk dit ge sterven moet
en voor God verschijnen. Bijd den Heere omi
genadel."
'tWas! Simon wonderlijk' te moeide. Zijn
hand terugtrekken, neen, dat durfde, dat
Wildel hy niet. Hij, dfe ruwe man, die tot;
nog toe het leven van een dier hajd geleid,
vond geen woord tot afscheid, hij! stond nog
op dezelfde plaats, lang nadat de beide man*
nen uit het gezicht verdwenen waren en het
geruid hunner voetstappen Weggestorven,
w'as.
Zonder eenige verhindering bereikten de
mannen de woning van Dingenus. Groot was
de blijdschap over het wederzien. Veel was
er te bespreken. Dingenus w'as goed op do
hoogte, van hejn vernamen 2e de toedracht
van zaken. Uit wat hij meedeelde bleek wet
dat men niet op het eiland blïjiven kon, nu
dit was overgegeven aan de vtijandscfaap van
Anthonio en de Spaansohe soldaten. Van
Dingenus hadden ze ook gehoord, dat de
soidaten bïj enkele vooraanstaande broeder^
huiszoeking hadden verri^t. Gelukkig had
de een de ander nog kunnen waarschuwen,
intijds hadden ze nog kunnen vluchten met
achterlating hunner goederen. Men zou van
hier probeereii met een schip naar Engeland
over t« stelwn, om daar den H*er» invt'ijheid
te kunnen dienen maar Zijn Woord. Nog
dezen savond verwachtte men Schellaart, die
op kondschap was geweest of de schipper
van Reimerswaal 'bereid was hen over* te
varen. Sche'laart kVam eenigen (Jijd later bin»"
nen en meldde dat het schip overmorgen 's
avonds om tien uur zoo dicht mogelijk bij'
de sluis zou komen om de vluchtelingen aan
bioord te nemen. Nu wtrden de plannen ver*
der 'besproken. Eenige bnren zouden nog det»
zen nacht op stap ga>in om: de broeders!
over .'het heele eiland te waarsdhuwen. Djan
zouden ze zooveel mogelijk langs den omWeg
van de Noordpolders, langs den zeediijk naar
een bepaalde plaats komen Waar Sdhellaarc
en Dingenus ze zouden overvaren naar Wes^
kerke, vanwaar ze dan verder naar het schip
konden worden gebratiht. De noodige her<i
kenningsteekens werden afjgesproken en ook'
het Waarschuwingsteeken, indien er gevaar
dreigde. Nadat alles zorgvuldig besproken
was <en de leeraar over de plannen Gods
zegen had afgesmeekt, gingen drie mannen}
de 'broeders waarsdhuwen, een hield zidh
aan de Zeedijk in oostelijke richting om de
Thoolsche broeders te waars<ihuwen, een
werd een eindweegs door Schellaart voorfe'
geleid om de vludhteilïngen in het Westen te
Waarschuwen, ,inzionderheid Dignus Jansz.
Waarheen ook de broeders uit Scherpenissei
waren gevludht en een ging naar het overige,
gedeelte van het eiland om daar de voorge*»
nomen plannen bekend te maken.
Op den beipaald'en tijd wiaren een twintig,
gezinnen k^«m. van het gelte*!» eiland. Caiuts
en nog eenigen van Poortvliet, Comelis Zou»'
tevis Dignus Jansz. Martin Engels en nog
eenigen meer uit St. Maartensdijk, Franke
en Adriaan Thomas, Johan Ma,rinus en Daa
vid Barbier van Sdherpenisse en meer andes*
ren uit de anddre dorpen. Het was een
droevig gezicht, d::ze mannen en vrouwen
bijeen te zien om straks als ballingen t©
moeten gaan rondzwerven. Alle vaste goe^
deren hadden ze moeten adhterlaten, die:
werden later door Alva verbeurd verklaard
voor Zoover v5j'andige Roomsdhe buren ze
zich hadden toegeëigend. Gelukkig hadden
de meesten tijdig maatregelen kunnen ne*
men, zo.odat ze niet geheel berooid' Waren.
Toch zou men zich vergissen als men meende
hier een gezelschap mensdhen bijeen te vin*>
den die in wanhopige smart bijeen zjateir
en verplet waren vanwege de verdrukking!
en de berooving hunner goederen. Integen*-
deel allen waren bemoedigd' in 'sHeeren
wegen. De berooving hunner goederen kon*
den ze met blijdschap dragen, omdat ze zich-
burger Wisten van een beter, van het hemel*
sche vaderland. Jurien en Dingenus hadden'
langen ;tijd met elkaar gesproken over de
zaken van Gods koninkrijk op het eiland;.
Jurien taxi zidh ook inschepen naar Enge*^
land. Het gevaar was te groot. Bovendien
Was zïjn lichaamskradht verteerd in den dienst
van den Heere. Hij was niet in staat om; dt
vermoeide dienst op het eiland ie blflvett
waarnemen al gingen velen vluditen, en wel
de 'bekendste, die vanw«ge hun bekendheid
ot' omdat z« Idoor Roomsche burj* of .ajj4eis*
zins wiaren aangeklaagd gewoijden, zocSlat zfl
gevaar liepen ©Ik oogenblik gevangen te -wor*
den genomen; verreweg de meesten bleven
en heimelijk bleven de consistoriën werk^
iaam en waakzaam over de kudde des Hee*:
ren. Daarover was het, dat Dingenusi ent
Jurien ,lang hadden gespi-oken, de geheime>
inrichting van de gemeenten des Heeren op h'ef
eiland. Dingenus nam op zidh te zorgen., dat;
de instructies en raadgevingen door den
leeraar \^ooveel mogelijk dezer dajgien pp
schrift gesteld door alle broeders 2ouden ge*
lezen worden.
De inscheping van deze menschen had
zkJinder stoornis plaats. Het Wairen moieilijke|
öogenblikken, maar ze Waren 'bemoedi>gd
en getroost, de b'allingen die uitgeworpen»
en verjaagd werden vanwege het Evangc]i,el
van den Heere JezMs Christus. Sdhellaart en
Dingenus hadden samen met den sdhippet
allen aan boord geroeid. Nu Zaten deze man*
nen nog eenige oogenblikken miet elkaar t»
spreken. Zouden ook zSj eenmaal zoo, moeten
vluchten? Ot zouden ze gegrepen worden
door de dienaren der inquisitie en op -vrees©*
IjÖkei ^wSjae liun beligdenis met hun bl'oe4
moeten iverzegelen? Ze zagen de toekomst
donker in. De omstandigheden, waarin se
verkeerden Waren ook zoo ha«heli(j!k.