CHQWECKBIADÖpGED.GQ0nD5IA6 vööoDcZUID-HOLLÊnZEEUWSCliE EILATIDEn
STICHTELIJKE
OVERDENKING
Redactie en Uitgevers
Abonneert U in 1937.
Taarflan^
VRIJDAG 1 JANUARI 1937
No. 800
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
EERSTE BLAD
Gij bebt evenwel niet verlaten!
.jc uuil van tartnago.
Uit het Kijkvenster
W A A R I N SEDERT 1 NOVEM B ER 1935 OPGENOMEN HET BLAD „ONZE E I LANDEN"
aanvragen en-aanbiedingen van 1-6 regels 80 et Boek-aan- N,V. UltÖeVerSmaatSChappij «JcillanClCtl-tlietlWS
18e JAARGANG
niEuws
Advertentie-prijs 20 cent per regel. Reclames 40 et.Dienst-1 UlTOAVü VAN^
k"ndiging 10 cant per regel Contracten belangriik lager 1 Gevestigd te MIddelharnis - Prins Hendri^str. 122 C. Giro 167930 Postbox 8 Tel. 17
Abünnements-prijs 85 cent per 3 maanden bij vooruitbetaling.
Verschijnt lederen Woensdag en Zaterdag 2 maal per week.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Buitenland 8 gulden per jaar
Doch Gij, een God van vergevingen,
genadig en barmhartig, lankmoedig en
groot van weldadigheid, hebt ze even'=
wel niet- verlaten.
Nehemia 9 17t'.
Oudejaarsavond!
Welk hart btytt ongevoelig tegenover de
sl>rake, die van den laatsten avond des jaars
uitgaat?
De mate moge versdhillen, dodh ieder voelt
over zich komen iets weemoedigs, iets piijn»'
Hjks, iets teers, alsot mén afscheid neemt
van iemand, die men nooit meer zien zal.
Dat zit niet in den avond als avond.
Neen, hij gaat even snel ot even langzaam
voorbij als iedere andere. Dodh, het zit
in ons hiart op den oudejaarsavond. Wat
eens op een uurwerk stond gesdhrevem,
wordt dan doorleefd: „z4j (n.l. de uren)
gaan voorbij, dodhworden toegere*
kendl"
Vandaar dat we oip den laatsten avond
des jaars, 't liefst rustig zitten in stille
overpeinzing.
Ook Waar men in luidruchtigheid met
schelle stem en helle lach, Hj schuimende
beker en fonkelend nat in sdhitterend krisi»
tal iden avond doorbrengt, bevestigt men
het „toegerekend'^wordên" van den voor*
bSj geganen tijd. Het ïs de reactie op 's lé*
vens ernst, dodh in negatieven zin. Men
■wil er niet aan en daarom wat verzet en
afleiding gezodht. En wanneer de stem van
het geweten nóg niet zVijgt, dan glas na
glas geledigd. Men maakt zidh wijs, op
deze manier dat sombere gevoel kwijt te
raken en ruimer'^e kunnen ademen. Dodh,
o wee, als de roes' is uitgevierd, in yev"
dubbelde mate komenangstgevoel en be-"
z^aardheid terug, want de sprake Gods
tot het hart des menschen was tevergeefs,
d.w.z. de schuld vergroot!
Laten we een wijle stilzitten en terug"
blikken op het jaar, dat ging. Wat bradht
het ons?
Tranen zie ik leken langs de Wangen,
want daar zïjii er onder ons, die dierbare
panden moesten afstaan aan den dood.
De namen van hen, die gingen worden
zacht, maar weedomvol, gefluisterd, 't Leed
aan ziek<= en sterfbed gaat als een flits
voorbij, maar wordt opnieuw doorleefd!
Kranken hoor ik zuchten, 't is al zoolang
dat ik hier lig, wat al pSjinen gehad, vf- -
pelooze nadhten doorworsteld!
Zorgdragenden hoor ik opsow'
weinig ontvangen werd, hoe
uitgegeven, of dat het teru- „il^
DOOR GRIS VANELLUS
(Copyright hy Drukkerij Edecea te Hoorti,
■waar het in boekvorm verkrijgbaar is.)
15.
Dat vond deze blijkbaar te kras: „Wie
zegt dat ik niet meega?"
„Weinou, dan ga je mee, en nou geen
gekheid meer." De „Tikker" liep, dit zeg*
gende, meteen door.
„Maar 'kheb 'n voorwaarde," vervolgde
de ander.
„Nog voorwaarden ook, bromde de
„Krekel." t-.,
Mijn voorwaarde is, dat de „Tikker ons
onderweg 't verhaal verder vertelt.... je weet
wel, van „de geest in de blauwe grot."
Hjji is gebleven biiji de ijieren deur, die zoo
geheimzinnig openging.-; of nee, bij' die
trap zonder einde, die...., hoe was took
weer'.al maar dieper, al maar..
O "ial da's waar ook," viel hem opeens
de'„krekel" Hij; „Tikkertje" nou moet je
d'r aan gelooven; je hebt t beloofd; wan*
neer was 't. Maandag? nee.....'
„Toe, begin van voren at aani drong
de „Lange,"; „ik was 'r niet by.
waar die roepstem door den Heiligen Geest
Zaligmakend werd geheiligd en een nieuw
leven geschonken daarom hield de Heere
Zdjn eigen werk in stand.
Moeten -wiij allen niet uitspreken: Gij
Heere hebt niet verlaten?
Daar staat nog een woord in den tekst
bij nl. evenwel!
Dit enkele woord plaatst het niet=>verlaten*
des^Heeren in een gansch ander licht.
Wanneer ge Nehemia 9 voor uzelf na*,
leest, zult ge bemerken, dat dit het ge*
bed der levieten is.
Stad en tempel in beginsel herbouwd,
ziij'n Ezra en Nehemia er ten diepste van
overtuigd, dat het weldjn des volks af*
hangt van het houden van Gods geboden
en ordinantiën. De Wet des Heeren wordt
gelezen, waarvan 't ge-volg is, dat het volk
bitterlijk weent, omdat het tegen den Heere
heeft overtreden. Zij ervaren met Paulus
dat door de wet de kennis der zonden is.
De levieten zijn de tolken des volks,
wanneer ze uitspreken: „doch Glij' hebt
evenwel niet verlaten."
Zlij sdiuld met schuld vermeêrd, de Heere
heeft ze niet verlaten.
Zlij hun Weldoener vergeten, de Heere
heeft is niet verlaten.
Zij tegen een goed*doend God gezondigd,
de Heere heeft ze niet verlaten.
Breng dit over op ons land, volk, over*
heid, onderdanen, huisgezin en eigen per*
soon. Wat dan? Dan weet ik niet wat ik
'teerst noemen moet, Gods onbegrepen
goedheid of onze hooggaande schuld.
Dit weet ik wel, dat er voor ons allen,-
zónder' uitzondering, alle oorzaak is, als
schuldenaars te buigen aan de voeten van
?Iem, Die niet verliet, niettegenstaande ons
snood verlaten van Hem.
Wat heeft Nederland het Palestina van^
't Westen genoemd het er gruwelijk afgsn.
bracht. Op Zijn Woord geen acht geslagend
op Gods gerichten niet gelet, de r
stemmen afgewezen, Zijn Dag ontjaag van
Zijn Naam onteerd, opzettelijk -, de Per*
lldht en beter weten in bruut op f 75—
gediend en alzoo zich t'jjper gej vrijgesteld.
fiO voor een
den dag des gerichts. j g.—f 14.—
Hoe staat het in onze gftot een maxi*
daar een onvoorwaardeljk '55 per kind per
de Heere van ons vraagt' f 250 tot f 300,
eerbiedigen van het gezaf^
sel van 't schepsel, maar
is Hoe stond het met
gemeenschappelijke
!p Zoom werd een
Ging vader voor als r Hj opname van lij*
profetesse in 't ondervee ziekte naar den
Hoe met onszelf soneele belasting, zijnde
/^jritrt-L <^jg dier te betalen belas*
God? Hebben God?
daarboven, or naar een
gingen reeds in oj^jg gein.*fonds* en ver*
vonden Waren
God 'als onze T der hondenbelasting werd
len en om gen. aanslagen tot f 3 elk.
zou ook iemand, die God liever kreeg dan
zijn eigen zaligheid niet begeeren. ;Hli|
vraagt: „Heere mag ik zalig worden zóó,
dat al Uw deugden volle recht weder*
varen?" I
Weet ge hoe het wèl kan Wend dan u-w<
blik naar Golgotha en zie de Sdhoonste
aller mensdhenkinderen hangen aan 't vloek*
hout. Hoor,,waarom verlaten?"
Hij heeft de verlating- borgtodhtelïjk' door*
proefd, doorleden, doorboet, opdat Zijii
volk in Hem de schuld „van*God verlaten"
verzoend kreeg. Daar komt God, Die van
Zijn recht geen afstand doen kan, openbaar
als „een God van vergevingen,
genadig en barmhartig, lankmoe*
dig en groot van weldadigheid."
Hier ziijn de levieten niet oorspronkeEjk,
Gelukkig niet oorspronkelijk, want hun
schuld en afwtij'king is gelukkig in 't Woord
terug te vinden, 't Komt dus meer voor!
In Exodus 33 en 34 kunt gij het vinden.
Israel heeft 't zwaar voor God verzon*
digd. Mozes vraagt na zlijli tusschen*treden
„toon mij n u Uwe heerlijkheid."
De 'Heere hoort en veriiooH hem. En
wanneer de Heere „evenwel" todh voorbije
gaat, dus daarin metterdaad bewijst, dat Hij
met Israel weer y/4r"doen wil bebben, dan
roept Mozpj Gods verbonds*namen, die
tevens Zijn deugden zijn, uit.
Tegenover des volks bonds^bre u ken,
komen Jods bonds*d e u g d e n te staan,
zalig opfplos't in den bonds*M id delaar
Jezus Christus.
Elk dier bondsdeugden is een overden*
king wa'jrd.
Bepcins ze stuk voor stuk!
Elk is een stuk honigraat, vol zoetigheid.
Elk is een psalm in den nacht.
Elk is een evangelie voor sch,"'j^gg^ Ban^s
jiaif 'ain voor een léuge<2ar houdt, dan ben
.c in gOed gezelschap. Dan zijn de Voor*
,,dtter, de Sectetaris en Weth. Lindhout ook
leugenaars!
Weth. DANEEr is een uitspraak gedaan.
De meerderheid van den raad beeft besHst.
En ik heb altijd gehoord, dat men zich
heeft neer te leggen bij de meerderheid. Het
deert mij niet ot de Voorz., de Sec*, of de
lodo*Burgemeester van ander gevoelen zijin.
De meerderheid beslist.
Dhr. HEIJBOER: Er is geen voorstel ge*
daan!
De VOORZ.: Ik acht het punt nu vol*
doende toegelidht.
De notulen worden voorts goedgekeurd.
Het raadslid, dhr. v. Dienst heeft monde»
ling meegedeeld verhinderd te djta de zit*
ting bijl te wonen.
Prodes*verbaal-kasopname. In de gemeen*
tekas f 13.813.10; versdhil 1 cent. (Het batig
slot 1934 was 1 dt. te hoog).
De jaarwedde*regeling betreffende de fund
tie van Seer, en Ontvanger, ingezonden
door Ged. Staten,, wordt goedgevonden.
Verzoek van den Bond om gedurende
de wachtweek steun door te betalen en
de Kerstgave te verstrekken. (Geteekend J.
J. Franken enz.).
De VOORZ. antwoordt, dat de Kerstgave
j.I. Maandag reeds is verstrekt en de wadht*
week zoo mogelijk zal worden doorbetaald.
nieuwe voorstellen, waaraan twee geheime
clausules verbonden waren. Dit werd echter
door prof. Visscber verworpen. Spr. meen*
de, dat voor deze en verdere samenwer*
king op ds. Kersten een groote veranfwoor*
deljkheid rust en meent eenige Prinzipiën*
reïterei bij' de S.G.P. te bespeuren.
Bij de bespreking, waaraan door zeer
velen met groote belangstelling werd deel*
genomen, bleek, dat schier algemeen be*
treurd werd, dat men niet tot een accoord
met de S.G.P. had kunnen komen. De na*
druk werd er echter op gelegd, dat de C.
N. A. als gelijkwaardige partij met de S.G.P.
moet onderhandelen en dat in geen geval
de indruk mag gevestigd, dat de C.N.A.
bij de S.G.P. onderdak krij^gt. Er werd op
aangedrongen, nu de zaken zoo staan, zelf*
standig uit te komen met eigen lijst met
piof. 'Visscher als lijstaanvoerder en de on*
derhandeÜAgen ter bevorde|ring van de een*
heid zoo mogelijk voort te zetten, desnoods
na de verkiezingen. Tenslotte werd geen
definitief besluit genomen, doch besloten
dat het Bestuur na de gehoorde bes'prekin*
gen der leden binnen enkele weken met
voorstellen zal komen omtrent de houding
bijl de a.s. veikiezingen.
De..,Zeer geanimeerde vergadering werd
door prof Visscher met dankzegging ge*
sloten.
Ou'dejaarsavond!g».peins De Ouden
vain Dagen Een goed vooruitzicht
v»n een uitgeleefideis d<imlné.
Armbest.
Oudejaarsavond. Daar -"^ 1- J- H. Mees;
avond op welken zulk -rstgenoemde zit er
pel drukt. Een avor-'-ge»icandidaten züj'n de
wachten, en tor'i-^ïjboer en P. Polderman,
brengt hi;"-'^'^ stemming ontvangt dhr. J. H.
jjj._..s 3 stemmen; van Gorssel 1, A. C.
rfeijboer 1 stem, plus 1 stem- ongeldig CC.
Mees). Volgt 2e vrije stemming, waarbfijl
dhr, J. H. Mees 4 stemmen ontvangt en
aldus is benoemd.
Volgt nu stemming vacature M. P,,„.y.
d. Stel, welke met 6 stemmen wordt be*
noemd.
4. Sdhrijiven van dhr, M. P, van Wet,
arts, houdende mededeeling dat hïj zijb
practSjk neerlegt en zïjta oipvolger. Dr.
Lindenberg, voor de uitoefening der vac*
dnatie aanbeveelt.
B, en W. stellen voor dhr. v. Wet eer*
vol te ontslaan en Ajn. opvolger te be*
noemen. Hiertoe wordt besloten.
5. Aanvragen voor vergoeding reiskosten
volgens art. 13 L.O.*wet door Jobs. Lind*
hout en M. P. v. d. Welle voor hun leer*
plichtige kinderen. De gebruikeMjfce ver*
goeding, dent p. K.M., wordt toegestaan.
6. Schrijven van Ged. Staten houdende me
dedeeling tot vaststelling verordening be*
smetteïïjke ziektewet. Hiervoor is eensdhe*
ma bijgevoegd, waarnaar de verordening
wordt vastgesteld.
7. Vastgesteld wordt de verordening ge*
leidingen radio*distributie.
Dhr. HEIJBOER vraagt of een particu*
duller moet toelaten, dat over iijn eigen*
dom draden worden gespannen.
De VOORZ, antwoordt, d** dit niet ge*
eisdht kan worden.
Dhr. HEIJBOER informeert hoe hoog
de belasting is.
De VOORZ.: Voor elke draad over een
kruising van den weg 25 cent.
werjscheji abonné's bij de wisseling
des jaars, zoowel stoffelijk als geeste*
lijk, Gods onmisbaren zegen toe.
Middelharaiis, 1 Japuari 1937.
ge dien ouden dominé, die b.v. in Rot<i
terdam zeker niet onbekend -was. .Van
pure ouderdom is zijta geheugen versleten,
zïjii levenslampje flikkert nog maar wat.
Hij keert weder tot rij'n kinderleeftijd, want
hij wordt zoo hulpbehoevend als een kind.
En hij zit, evenals 80 jaar terug, in een ta*
felstoel. Een veel jonger medebroeder in
de heilige bediening komt hem bezoeken.
Maar het gesprek vlot niet erg, de oude
dominé weet ternauwernood wien hij' voor
zidh 'heeft. Totdat de jongere het over
een anderen boeg gooit en zegt: maar
vertel ine nu todh eens, heb je nog al een
goede hoop op den hemgl? En nu ziet
de oude hem ineens strak in 't gelaat, en
zegt, terwijl hij' de handen omhoog steekt:
„ja zeker, dat is alles wat ik heb, mijin
God en Koning laat de werken van Zijln
handen nooit varen." En met groote hel'
derheia 'van geest Spreekt hij nu van de
levende hoop, die in hem' is, om straks^
van een Uchaam der zonde v—' -
volmaakt en eeuwig. +p -"is al meer gebeurd.
Toen t' ,?<"^- voorts geheel aan bij het*
.j^ggr i_ur. Jeroense gezegd heeft en MJ wil
^...attegen protest aanteekenen.
Weth, DANE zegt nog, dat het ook be*
sproken is in de Wethoudersvergadering.
Een besluit nemen, niets af te trekken, is
toch waardeloos. Voor dragers -worden meest
arme menschen genomen, "die feitelijk geen
loon verdienen maar uit piëteit tegenover
de overledene eenig geld verdienen, Spr.
betreurt, dat er niets van overschiet;
De Raad hoopt dat de aftrek van twee*
derde op éénderde zal gesteld worden.
Dhr, JEROENSE beklaagt zidh dat uit
de gSsloten zitting wordt geklapt. Hem
is gezegd, dat hij de man was, die er voor
had gezorgd, dat geen aardappelen op de
Polderkade mochten geladen worden, Spr.
zegt, dat dit niet anders kan, o£ dit moet
uit de besloten kring zijh (uitgebracht.
De VOORZ, meent, dat hïj er nog iets
van in het openbaar heeft gezegd.
Dhr, JEROENSE bestrijdt dit. Hij is er
niet door gekleineerd maar heeft gevraagd
aan die persoon wie het hem had verteld.
Dit zou hij pas over een jaar weten.
De VOORZ,: Dian is het het beste, dat
die man U dat mededeelt en U zoolang
wacht.
Dan gaat de vergadering in domité tot be*
spreking van subsidie voor de Oranje»"
feesten.
Na heropening deelt de VOORZ, mede,
dat besloten is f 100, te voteeren voor
uitdeeling armen en ouden van dagen in
de gemeente. Voor de schoolkinderen zal
i 50 worden uitgetrokken. Nader zal bc*
paalci 'worden, wat de Oranje*ivereeniging
zal worden verstrekt om op dezen national
len dag feest te vieren.
Sluiting.
Er was een talrijk publiek op de tribune.
De aldus bestookte verklaarde gewoon»
weg: „dat hij er niet aan dadht; daarvoor
nam hïj ze niet mee." Maar nog vóór ze
den stadswal achter zidh hadden was het
pleit al gewonnen en er voor niets anders
aandacht meer dan voor het verhaal van
den „Tikker,"
Zoowel verteller als toehoorders waren
zóó in beslag .genomen door die geheim»
zinnige geschiedenis, dat geen van allen er
erg in had boe hen een tweetal volgde, dat
ze ergens bij een straathoek gepasseerd wa*
ren, zonder dat 't hun opgevallen was hoe
'n paar oogen vorsdhend op den woordvoer*
der gericht werden.
Op de buitenwegen was 't-vtój stil, maar
ludht en ruimte deden weldadig aan. Rustig,
hier en daar 'nzeil meenemend, vlotte de
Amstel tussdhen z'n groenende oevers stads*
waarts, blij dat 't lente was. De jongens zou*
den er ongetwijfeld ook bij om- geweest
^jö, maar ze hadden 't nou te druk met
■wat anders, „Die „Tikker"! die had 'r nog
slag van; die kon 't nog beter dan de
""rik,Hij kon vertellen, dat 't kriebelde
o» je haarwortels en 't je koud langs den
rug liep. En dan de gesticulaties, die hij 'r
bij maakte,,.;..]"
Enkele voorbijgangers keken met bevreem*
ping naar het troepje en..., liepen door, zoe*
kend
waar ze den draad van hun eigen ge*
dadhtengang hadden' losgelaten,, om- dezen
weer verder te kunnen spinnen. Aan den
öerm lagen twee opgesdhoten jongens, waar*
van, bij de nadering van het viertal, er een
overeind kwam en zidh op z'n knieën
plantte, met het gezicht naar den weg, ter*
wijl z'n vingers zich onledig hielden met het
leggen van knoopen in 'n eindje touw, -
Als de „Tikker" zijn oogen den kost ge*
geven had, zou hij hier 'n goeie bekende ont
dekt hebben, maar hij was met z'n ver*
haal juist aan 'n kritiek gedeelte gekomen.
Z'n omgeving bestond eenvoudig voor hem
niet, zoodat de sdhaterladh, die hem naklonk
en dien hiji onder alle andere omstandig*
heden zou herkend hebben niet tot z'n
bewust^jn doordrong.
Het „Kotje", 'n verwaarloosd huisje van
planken, waar even voorbij ze 'n dtj^eg*
getje zouden inslaan, was in 't gezidht,
toen het geheimzinnige tweetal, dat hen
al vanaf de stad volgde dodh op 't laatst
den pas versneld had hen passeerde. Ook
dit viel iJiet op; evenmin als het feit, dat
nu 'n ander tweetal de adhterhoede had
overgenomen, dat namelijk, hetwelk even
tevoren nog aan den berm gelegen en van
de eerste twee 'n wenk gekregen had
Zoo naderde men het „Kotje" en het
verhaal z'n ontknooping, de spanning haar
hoogtepunt: „De man durfde bSjna geen
voet meer te verzetten in de gapende duis*
temis. Hij tastte met zijn degen naar een:
volgende trede,,,' maar die was er niet!
daar Was niets meer niets----- Opeens
wat was dat!?Een gedaante dook
voor hem op
„Wat je zegt! Maar nou geen gekheid,
We hebben mekaar, g'loof ik, meer gezien.
wat?"
_j,Je hebt gelijk!zei de „Tikker" droog,,
„maar dat kun je me op 'npaar el afstand^
óók zeggen," en meteen sloeg hij den -vuist
weg, die hem tegen- z'n sdhouder geduwd
werd; „mot je daarom voor m'n voeten
loopen?" Zonder merkbare verbazing keek
Mj in 'n gezidht, dat met den hoonend
vertrokken mond 'n mengeling te zien gaf
van spot, uidaging en nijd.
„Komaan," vervolgde de „Tikker" onze
eerste ontmoeting viel in 't water, als ik me
goed herinner, wat zal 't nou wezeni"
Hij stond met de armen over z'n borst
gekruist, terwijl zijn makkers zidh 'n paar
passen van hem verwfyderd hadden en van
d' een naar d' ander keken, niet wetend
hoe ze 't hadden,
,,Wat je maar wilt," beet het „Schipper*
tje'' terug en mat hem van 't hoofd tot de
voeten. Op drie passen achter hem wachtte
z'n metgezel, blijkbaar zidh verkneuterend
op wat stond te gebeuren. De „Tikker"
zagen herkende, 't Was de „Paling*
moot"
,,Ha, Mootje! ben jij daar ook? Hou je
maar wat op ziij,"
Maar nu zag hij opeens meer bekende
gezichten, want het andere tweetal was
intussdhen genaderd en sloot zidh gnuif*
lachend biji de „Palingmoot" aan, 't Waren
zoowaar de „Sproet" en de „Halve duit,"
waarmee nu het oude stel compleet was.
De; „Tikker" had met één oogopslag de
situatie overzien e'n gedonstateerd, dat er nu
op die ouwe makkers niet te rekenen viel.
Dat deed hem achteraf genoegen, 't Zou
geen verhouding geweest zïjn.
Het „Schippertje" wachtte blijkbaar op
wat zijn tegenpartij van plan was te doen.
Deze overlegde niet lang, „Komaan!" riep
bijl, „de weg dient -vrijgemaakt," en 't vol*
gend oogenblik was 'hij als een stormram
op de versperring ingevlogen.
Door het plotselinge van den aanval kbm
het „Schippertje" zich niet op de been
houden, kapsijsde en sloeg tegen den grond,
echter niet zonder in den greep van zijn
beide armen het hoofd van zïjin aanvaller
gekneld te houden. Spoedig lag nu 'n ver*
wa^de hoop armen en beenen in het zand
heen en weer te rollen.
'Wel gelukte het den „Tikker" z'n hoofd
-vrij te maken, maar de tegenpartij hield
hem nieltteinin vast en 'm tijdje viel er
niets van te zeggen wie van de twte in 't
voordeel was. Toen even daarna het
„Sdhippertje" onderlag en 't scheen, dat
de „Tikker" zidh zou loswerken, sdhoot de
„Palingmoot'' toe, blijkbaar met de bedoe*
ling dit te verhinderen. Hier trad hem edhter
de „Lange" in den weg, wat tengevolge
had, dat de gedwarsboomde 'n aanvallende
houding tegenover dezen aannam.
„Wat mot jij, kale puthaakl' en met z'n
eenen scliouder vooruit drong hïj op.
(Wordt VervolgdO