Eilanden^nieuws
P.
De Buit van Carthago.
BINNENLAND
Muziek
Vervolg verh aal
2e Blad ZATERDAG 14 NOV. 1936 No. 788
Handen rood en ruw
Centrale veiling Middelharnis
CHR.WEEKBLAD op GER. GRONDSLAG tooi de ZUIDHOLL. en ZEEUWSCHE Ett.ANDEN
UltgaT* Tan de N.V..EiUirden-nieawt". Gereitigd te MiddelhernU. TeL 17 Giro 167930 Postbus 8
Ete storm van de laatste dagen, die met
vernieuwde kracht over onze lage landen
is losgebroken, heeft gelukkig geen nieuwe
slachtoffers geëischt. Wel verkeerden weder*
om eenige schelpen in nood op onze zeeo
mondingen en bracht dit vanzelfsprekend
t>eryckel \3La levensgevaar mee. Maar rampen
als Mjl de eerste stormi, die dan ook in
hevigheid veel sterker was, kwamen geluk*
kig niet voor.
Velen hebben zidh weer naar de kust
gespoed, om' de uitwerking der elementen
te zien, het madhtige schouwsipel, de aan*
rollenae metershooge zeeën die oip de pie*
ren en zeeweringen uiteenslpatten. Waarbij!
dan een zekere sipanning komt, wanneer
door di^ branding een groot sChip, met
moeite wordt binnengebracht.
Wij' denken zoo, bij het schrijven van
deze regelen, het mensdidom' is toch van
een eigenaardige, dikwijls tegenstrijdige ge*
steldheid. Daar, in die kokende zeeën, pro*
beeren menschen een wissen dood te ont*
snepen, terwSji op hetzelfde moment ap
een andere plaats in een heksenketel van
rook en zweet, twintig menschen in razende
vaart achter elkaar aanstellen o!p de fiets,
zes dagen en nachten achtereen. Alsof hun
leven er van afhing. We bedoelen
ide Zesdaagsdhe
te Rotterdam, die nu weer tot het verleden
behoort. Daar staan ook menschen bij, net
als aan 't strand. Twintig afgejakkerde dood^
vermoeide fietsersvierduizend toe*
schouwers. Plaatsen zSjln er bij van 6—8
gulden. De welefbaa.n is verlicht met sterke
schijbwei'pers, dag en nadht tolt het door
Dag en nacht zijln er kijkers.
Kan het dwazer? Het was MJ een der
vorige „Zesdaagsche" dat een der rijders
moest uitvallen en kort daarna, aan een
longziekte overleed. Men vergt het uiterste
van het lichaam, men rijldt als 't ware zijn
dood tegemoet. En er zijb. zoovele dwa*
zen, die dit „aantrekkelijke" schouwspell
bewonderen.
Als èn de renners èn de toeschouwers
een recht inzicht van hun dwaasheid kregen
te zien, zou er wel een ander jachten ge*
boren worden, n.l. een haasten en spoeden
om huns levens wil. En de lïjld zou voorts
kort zijn.
Het imnsel(j!ii; 'auwelijk,
In afwijking van alle data die tot dusver
werden genoemd voor bet huwelijk van
de prinses is deze thans gesteld op 7 Janu*
aii. Het zal dan juist 58 jaar geleden zijn,
dat koning Willem III met konnigin Em*
ma in het huwelijk trad.
Het burgerlijk huwelijk zal worden vol*
trokken door den burgemeester van de resi«
dentie mr. S. J. R. de Monchy op het
Haagsche stadhuis. De kerkelijke inaegening
heeft plaats in de Groote kerk.
Allerwegen is men bezig voorbereideïide
maatregelen te treffen. Men verwacht een
enorm aantal bezoekers in de residentie en
het is te voorzien dat deze in de weeik van
7 Januari een ongekend beeld zal vertoo*
nen. Ei" worden hooge sommen genoemd
voor plaatsen langs den weg waar langs
de stoet zal tijden.
Ondertusschen brengt Prins Bemhard
steeds bezoeken aan allerlei bedrijven om
zich op de hoogte te stellen. Men ziet er
hieunaast een foto van. Op 28 November
zal hijl met de prinses een bezoek bremgen
aan Eindhoven om daar den eersten steen
te leggen voor het sterrekundig observa*
torium dat dr. A. F. Philips aan de afdee*
ling Eindhoven en omstreken van de Ne*
derlandsche vereeniging voor weer* en ster*
rekunde aanbiedt. De prinses zal op dien
dag aldaar het radio*monument onthullen
dat de gemeente door een Comité uit de
burgerij is aangeboden.
Oiure Konii^n.
Onze koningin heeft verleden week een
treffend blijk van meeleven mét haar volk
gegeven. In de Julianakefk te Scheveningen
heeft rij de nagelaten betrekkingen van de
in den vorigen storm omgekomen schippers
ontvangen om hen te troosten in hun
verlies en hun persoonllglk de verzekefring
te geven van haar meeleven.
De rflfesbegTootiiiig voor 1937.
In de memorie van antwoord aan de
Tweede Kamer inzake de rijksbegrooting
voor 1937 verklaart de regeering dat zij
zich blijft stellen op het standpunt van een
vr|ije meeningsuittng als nationaal bezit, en
dat dit bezit niet mag wonden prijsgegeven.
Voorloopig blijft nog de noodzakelijkheid
V3.n aanpassing, doch de regeering spreekt de
hoop uit dat er nu minder bezwaren tegen
zullen worden geopperd, daar de aanpas*
sing voor een deel reeds is verkregen door
de depreciatie van den gulden. Vanzelfsprej'
kend ziet de regeering deze depreciatie niet
als het alleen goeddoende genepsmiddeJ,
Zij is er tenslotte toe gedwongen. Wel ziet
zij in dat er voordeelen aan verbonden,
kunnen zijn, maar tot dusver heeft zij nog
weinig verruiming van het goederenverkeer
geconstateerd. De nieuwe waarde van den
gulden zal voorloopig nog niet worden
vastgesteld.
De Nederlandsche Zuivelcenirale.
In verband met het komende Kersjtfeeist
en hulpverleening aan de armen heeft de
Nederlandsche zuivelcentrale haar medewer*
king verleend en de mogelijkheid geopend
om evenals verledeii jaar bak* en braadvet,
gesmolten rundvet, gesmolten reuzel en*of
onvermengde margarine vi'ij van heffing te
verstrekken. De verstrekking zal moeten ge*
schieden door vereenigingen of instellingen
van liefdadigheid. Alleen die personen ko*
men voor deze uitdeeling in aanmerking
die op geenerlei wijbe steun, heitzij in
geld of in natura, van rijks* of gemeentewe*
ge ontvangen, en niet reeds op grond van
bestaande bepalingen voor de verstrekking
van onvermengde margarine tegen lageren
prjijs in aanmerking komen.
Het onderWijs.
Het voorloopig verslag van de Tweede
Kamer over de begrooting van onderwijs,,
kunsten en wetenschappen maakt melding
van een groot aantal klachlben over over*
lading van leerprogramma's bij het onderwijs
Verschillende leden dringen aan op het be>=
noemen van een commissie van deskundigen
om deze klachten te onderzoeken en zoo
mogelijk een verbetering tot stand te brefn*
gen. Ook wordt aangedrongen op een re*
geling waardoor onderwijzers die in een be*
paald jaar hun acte hebben behaald eerst
in aanmerking komen voor een benoeming
en niet gepasseerd worden voor hen die
later zijn gereed gekomen. Het verwonder^
vele leden dat de itegeering eenerzïj!ds de
onderwijizersopleiding beperkt en ander*
zijds het staatsexamen onbelemmerd laat
bestaan, zoodat de eerste regel eigenlijk
weinig nut heeft.
£«Q request.,
De Algemeene Mihtairp Peiuioenb'ond
heeft aan den minister van defensie een
verzoekschrift gericht in verband met de
militaire pensioenen. De toestand van de
gepensionneerden van voor 1920 wordt zeer
onvoldoende geacht. Wel is er sinds jaren
een toeslagnegeling, waardoor aan de aller*
aransten een kleine toeslag kan worden ver*
leend, doch in deze maatregel' zijn verschil*
lende gebreken, waarbij wel het sterkst uit*
komt de achterstelling van de gepension*
neerden van vóór 1920 bij de andere. Het
adres wïjist er op dat een wïjizi^ing meer
dan ooit noodzakelijk is door de gewij*
zigde omstandigheden en verzoekt den mi*
nister maatregelen te willen nemen voor
gelijkstelling van gepensionneerde militairen
van vóór 1920 met de andere.
Smokkelen.
Indien men over smokkelaars spreekt,
denkt men op het oogenblik gemeenlijk
aan de Pyreneeën, waar Baskische smok*
keiaars beide strijdende partijen in Spanje
druk van wapens voorzien. Dat er echter
op dit gebied ook in ons lan^d nbg wiel
wat te koop is, ziet men echfter over hlet
hoofd. Toch wordt er op het oogenblik in
Twente aan de Nederlandsche*Duits:he grens
drukker gesmokkeld dan ooit, en mag men
alle berichten gelooven, dan heeft zich daar
een regelrechte smokkelindustrie ontwikkeld.
Dit is min of meer het gevolg van de deva*
luatie van den gulden. Het eigenaardige ge*
val heeft zich namelijk voorgedaan, dat
in de grensstreek de koers van den Mark
ongeveer dezelfde is gebleken als voor de
devaluatie. Daardoor is het smokkelen nu
veel loonender geworden. Zoo kost ge*
never in Duitschland ongeveer de helft,
van wat deze dr,ank in Nederland kost.
Maar ook radiotoestellen, rijlwielonderdee*
len, en geld zijn voorname handelsartikelen.
Door dit alles is het noodig geworden),
de grenscontrole aan beide zijden van de
grens zeer te verscherpen. Bovendien is men
vooral in Duitschland den smokkelaars veel
strengere straffen gaan toedienen. Maar voor
loopig valt er nog geen verbetering in
den toestand, waarvan de bonafide bande*
laars de dupe zijn te bespeuren. De risico
is wel groot, maar de verdiensten zijn voor*
loopig nog hoog genoeg om de smokke»
laars niet teveel af te schrikken.
Aanwinst voor de Nederlandsche
wetenschap.
Zij tenslotte nog vermeld, dat de Uni*
versiteit te Parijs onzen Professor de Blé*
court heeft geëerd, door hem het eere*doc*
toraat van genoemde universiteit aan te bie*
den, en dat Dr. A. F. Philips een sympa* j
tieke geste tegenover de Nederlandsche we*
tenschap heeft ondernomen, door Eindhoven
een sterrekundig observatorium ten geschen*
ke te geven.
Nederlandsche Visscherijcentrale.
De Minister van Landbouw en Visscherij
heeft benoemd tot voorzitter der Nedebrland*
sche Visscherijcentrale Mr. J. H. Kiewit de
Jonge, advocaat en procureur te_ 's*Graven
hage.
I^Q maakt ze gaaf en zacht
Doos 30, Tube 45 et. Bij Apoth. en Drogisten.
ONTSTAAN EN ONTWIKKELING DER
EVANGELISCHE KERKZANG.
Achteruitgang van de Figuraalmuziek.
In de tweede helft der 18de eeuw geraak*
ten in de meeste deelen van DiuitsChland
de scholen voor de kerkkoren in verval.
Deze instellingen waren vanaf de reforma*
tie voor de kerkelijke gezangkunst van
het 'grootste belang geweest en deze ver*
waarloozing vond onmiddellijk weerslag op
het gehalte der kunstmuziek fijUens de eere*
dienst. Niet alleen was het dus het koraal
dat, zooals in 't vorige artikel beschreven,
door de iSjldgeest beïnvloed werd, maar
ook de koren traden steeds meer op den
achtergrond en het technische gehalte ver*
minderde zeer. Maar wat ernstigr was en
waardoor ook volgende generaties bena*
deeld Verden, de componisten schoten in
hun werk te kort, gaven koorwerken het aan
zijn die alle diepte en overtuiging misten
en welke een bespotting waren van de ar*
béid die Bach in dienst van het kerkelijk
liea had verricht. De vormen, zooals wij ze
hebben leeren kennen verstarden in dorre
schema's, zooals b.v. de cantate|. Bij! allen
begon deze met een aanvangsk'oor over
een bSjbelspreuk, gevolgd door eenige aria,s
voorzien van nietszeggende woorden, welke
als overdenking van het schriftgedeelte
Prins Bemhard bracht een bezoek aan de Fokkerfabrieken te Am*
sterdam. Het vertrek van den Prins na de bezichtiging der fabrieken.
moesten dienst doen, tenslotte een eenvou*
dig koraal en de Cantate was klaar. Als
rORn naast deze holle klanken Badh's werk
beluistert, dan is er geen overdrijlving in
het opsdhrift boven deze' regelen de
achteruitgang van de kerkmuziek.
Ook de Passion kreeg het stemipel van
maakwerk en werd een aaneenschakeling
in woord en toon van uiterlijke klankeA
en gedachten en was tevens doorspekt met
over*sentimenteele aria's die iets theater*
achtigs aan het geheel gaven. Naast boven*
staande twee vormen kwam' een samensmel*
ting, de passion*cantate, steeds meer in
zwang. Deze stond kunstzinnig en religi*
eus dp een nog lager peil. Alleen de oude
motet kwam er met de minste kleerscheuren
af. Deze leent zich er uitstekend voor, dank
üj de polyphonisdhe bouw, om te toonen
dat de componist vakman was en de leer
van het contrapunt beheerschte. En dat is
nu juist het kenmerk van deze periode;
routine, theoretische bekwaamheid verdron*
gen geloofsinspiratie. Zeker het waren goede
musici BaCh's zonen, Graun, Homilius enz.
maar geen genieën.
Graun is bekend om zijb Passionscantate
„Dier Tod Jesu" waarvan ook thans nog nu
en dan een uitvoering plaats vindt. Uit
dit werk spreekt echter duidelijk de opera*
componist. Wilhelm Friedeman Badh was
een bekwaam organist en liet 20 Kerkcan*
taten van weinig beteekenis na. Het wérk
van Carl PhiHplp Emanuel 'Badh staat op
een enkele uitzondering na in het teeken
van gelegenheidswerk. Van grootere waarde
is het in 1778 geschreven „Heilig" voor
dubbelkoor en orkest en een Magnificat
voor koor, solo stemmen en orkest. Hómi*
lius, ook al theater*componist„ heeft met
zijb cantaten, passie en Kerstkoorwerken
voor de kerkmuziek nog de beste prestaties
geleverd van dezen rationalistischen tijd'.
ierWij'i Johann RoUe zich uitte in sim*
pele, vlakke muziek. Al deze musici waren
stuk voor stuk btkwame organisten. Ook
uit hun spei sprak techinsche bekwaamheid
maar hiermede deed eveneens het banale
jJiin intrede fVogler speelde met groot sue*
Ces: ,..De belegering van Tericho" en „Een
'pleiziervaart op de Rlijn door onweder on*
derbroken!").
Tijdens de godsdienstoefening onderging
de taak van den organist een uitbreiding.
Tot op heden zong de gemeente de koralen
zonder instrumentale begeleiding en speel*
de het orgel met het koor en in afwissel*
ling der gemeentezang. In deze jaren ech*
ter werden de koralen ook door het orgel
geaccompagneerd.
F. A. BERNARD.
Veilingbericht van Dinsdag 10 Nov. 1936,
Savoye kool 1.1.60, Roode kool li.20
1.60, Witlof 8.—14.50, Spinazie 3.40—4.20,
Kroten 0.90—1.—, Blauwe druiven 17.60—
30.—, Tomaten 5.40—6—, Boerekool 1.50,
Giezerwildemans 16.50-18.—, Kleiperen 14.
—16.—, Goudreinetten 9.20—16.80, Bloem*
zoete 18.50, Campagners 16.50—18—, Nou*
veau Pateau 13.5016.50, Comtesse de Paris
16.10, Bergamotten 13.70—14—, alles per
100 kg.
Andijvie 0.50-0.80, Bloemkool 1,50-5.70
iper 100 stuks.
Eierenveiling van Donderdag 12 Nov. '36.
Kippeneieren 58—59 kg. 5.45—5.60
idem 55—57 kg. 5.15—5.40
idem 48-50 kg. 3.90-4
Eendeneieren 4.10
DOOR CRIS-VANELLUS
(Copyright bij Drukkerij Edecea te Hooiin,
waar het in boekvorm verkrijgbaar is.)
„Buurvrouw, is je jongen thuis!?...."
„Is je jongen thuis?" herhaalde de stem
na geen tien tellen tusschenruimte; maar nu
zonder verheffing, want moeder en dochter
waren gelyk opgesprongen en naar voren
gesneld.
Het was vrouw Haenekot van'drie deuren
verder.
„Nee, vrouw Haenekot," zei moeder ge*
jaagd, met heesche, gedempte stem; „hij is..."
iO, ik kom je maar waarschuwen; de
mijne is thuis gelukkig. Hij was nogal dichb<
bij toen ik 'm ging zoeken
„Waarom!.... wat is 'rmet 'm
„Ja, zie je.... Fientje kwam 'rmee thuis...
Ik schrok me 'nknoetje. Moeder, zeit ze,
d'r zijn twee jongens in 't water gevallen,
aan de Hooge sluis en ze zijn allebei
verdronken. Ik de straat op om paar Sander
uit te zien
Moeder Dirksz werd zoo wit als 'nlijk,'
en over haar lippen kwam 'n kermend ge*
luid, dat in 'nsnik eindigde. Haar oogen
staarden angstig naar het gezicht van de
spreekster.
„Ja, ik dacht" verontschuldigde deze
zich, toen ze de uitwerking zag dlie haar
woorden hadden „uw Steven is nogal 'n
haantje de voorste ;als die 'rmaar niet bij
is; daarom
2^ar er werd al niet meer naar haar ge^,
luis.terd. Moeder wilde voorbij haar heen
de straat op. „Ik moet naar m'n jongen;*
kermde ze, toen Lijs haar wilde tegenhou*
den. „Zei ik 'tal niet? "kHad 'r immiers 'n.
voorgevoel van. Laat me gaan; ik mo|e!t 'm
opzoeken
„Wees toch verstandig, moe," trachtte Lijs
haar te overreden; „waar wilt ge 'm zoeken
't Is toch nog heelemaal niet zekter, da,t
Stef er bij; isHij aal wiel zoo thuisko*
men.... als ie honger begint te krijgen..,...";
maar haar stem trilde; en ze zag minstens
even wit als moeder.
Grootje was er ook bijgekomen; die moest
'p 't hare van hebben. Ze was gauw op de
hoogte van wat er aan 't handje wasi ;en y^
klaarde met haar plechtigste gezicht: „dat 't
haar niets, niemendal zou verwonderen. Vaji
daag of morgen moest zooiets tóch gebfett*
ren"; wat moeder nog meer van streek
maakte en Ltjs tot 'tuiterete opwond. Ze
had 'n krassen uitval op lippen, maar hieW
dien in; ze had nu genoeg mlet moeder te)
stellen. Het gelukte haar me(t hulp vam
vrouw Haenekot de vertwijlelde de kam«r
in te krijgen en op 'nstotel te doen plaajts
nemen; Grootje er plechtig achteraan, zon
der 'n hand uit te steken.
Nu Was 't daarbinnen 'n droevig tafereel.
Moeder zat zenuwachtig te snikken en wilde
telkens van haar stoel opstaan, waarin zö
beurtelings door vrouw Haenekot en Lijs
verhinderd werd, onder 'nkruisvuur van
sussende en opwindende toespraken, welke
laatste Grootje voor haar rekening nam.
En kleine Lotte, die buiten 't gedrang ge*
bleven was, zat luid te schreien op' haar
stoofje, de oogen wrijvend xaeX beide knuis*
tjes, waarvan er een nog de kaneelballetjes
nu tot ,'n klompje geknepen vasthield.
Niemand bemoeide zich met haar.
Onder dit tumult had geen van allen ge*
merkt, dat er nóg iemand was, die trouwens
geen leven maakte, alleen maar verwonderd
toekeek. Die iemand was juist binnengeko*
men; 't geluid van de deurklink was ditmaal
niet gehoord. Pas toen Lotte van haar jstoof*
je opspiong en op dien stillen getuige toei*
liep, onder 'troepen van „Tef! Tef! daar
is Tef!" draaiden vier paar oogen tegelijk
dien kant uiten 'n oogenblik was 'ton;
natuurlijk stil. 'n Oogenblik maar, want moe*
ders gezicht was plotseling verhelderd; en
met 'n blïjen uitroep sprong zte op eri drukte
haar zoon, zoo nat als ie wlasiyi aan, haar
hart.
„Hij heeft warempel tóch in 't water gele*
gen!" kwam Oj's verstoord tusschenbeide.
„Jongen! ga hier de kamer uit: je druipt
waar je staat. Kijk eens op dien vloer!...."
,'kZal, 'm droge kleeren geven," zei moe*
der; „hij zou ziek worden
„Onkruid vergaat niet," zei Grootje.
„Stuur 'm naar bed," viel Lijs uit, "voor*
dat vader thuiskomt. Hij heeft nog straf...."
„Heb je geen honger, m'n jongen?" in*
formee.rde moeder.
„Nou, en of!" 't Was 'teerste wat de
„Tikker" kon zeggen. „Ik rammel
„Daar ben je te nat voor," mterkte Lijls^
op. „Wat wou jij rammelen
Toen vader Dirksz dien avond thuiskwam,
ontdekte hij niets ongewoons, behalve dan
dat Grootje zich in den huiselijken kring
bevond. Steven was, nadat hij zijn honger
gestild en zich verschoond had, naar boven
gestuurd. Lotte sliep en vrouw Haenekot
was vertrokken. In de huiskamer waren
althans voor 't uiterlijke rust en stemmig*
heid teruggekeerd, zoodat de man bij' zijn
binnentreden geen vermoeden had van wat
hier kort tevoren was afgespeeld. Hij zou
echter niet lang onkundig blijWn, daar
zorgde Grootje wel voor
Maar boven, op zijn kamertje onder de
pannen, lag er een cue zich al heel wejnig
scheen te bekommeren over wat dreigde als
vader werd ingelicht. Hij had heel w,at an*
ders aan z'n hoofd. Aan slapen viel voor*
eerst niet te denken; dat Turksche schip
met die zwarten zat hem dwars. „WarenJ zie(
nu maar meteen er op af gegaan; ze haddejn
het zonder de ,,PaIi'ngmoot" wel kunnen
stellen. Wat 'n dwaasheid ook om op 'n
schuit te liggen wachten die van Ouwerkerk
moest komen. Op die „Palingmoot" kon je
immers nooit rekenen.... Maar geen nood,
hij had al lang 'n plan voor elkaar en nam
zich voor morgenochtend vroeg biji de hand
te zijn, nog voordat er iemand wakkfeij
was. Hij zou de „Sproet" uit z'n bed trom*
taelen en dan gingen ze er samen op of'.
Zóó vroeg vertrekt zoo'n schip nieten
om er bij te komen.aan het IJ waren
roeibootjes genoeg. Nou maar gauw op één
oor en de luikjes toe; niet meer siiffeï», dan
ging je vanzelf onder zeil. Hij mocht zich
niet verslapen, want vader was in deb leg^l
ook vroeg op en dan moest hij' er tusschen
uit zijn
'Jawel, 'hij! had nog geen vijf minutein stil
op z'n rechterzij gelegen met de ooge|n
stijf toegeknepen, of hiji lag al wieer op z'n
rug en even daarna op ir'n andere flank.
„Maar nee, op die zij kon hij! immers nooit
in slaap kommen.'"'n Kwart slag terug
en hij had weer het midden; wat ook al'
niet hielp, want op je rug bfeeif je vanzelf
niet liggen.
Hij' was zoo wakker als 'n uil te midder*
nacht en z'n oogen stonden zoo klaar alsof
hij al 'n heelen nacht geslapen had.
„Onwijs ook; wie kon 'rnou slapen als
't nog klaar dag was." Hij' geeuwde en
wierp het dek van zich' af. „Pw^^... 'twas
warm ook.... Wat 'n wonder, op de pannen
had den heelen dag de zon gieschen)c|n;
(Wordt vervolgd.)