Eilanden^nieuws De Boheemsche Dokter^ BINNENLAND Hoe werden zij groof Benito Mussolini. r 2e Blad ZATERDAG 22 AUGT. 1936 No. 764| ^J CHR.WEEKBLAD op GER. GRONDSLAG voor de ZUIDHOLL. eii ZEEUWSCHE EILANDEN Uitgave vao de N.V..EiUnden-nieuwt*, Geveitigd Ie Middelharnin. Tel. 17 Giro 167930 Postbus 8 Wijziging in de steunregeling Pro» testen. Komen ook de middenstanders hierdoor in de knel? Ook Kruide' niers protesteeren Muggen op Urk Stijgende uitvoer landbouwproduc» ten "Varia. Door den Minister van Sociale Zaken, Mr. Slingenberg is per 31 Juli aan alle gemeen* ten in ons land een circulaire gezonden, bevattende ;,een samenstel van maatregelen inzake steunverlaging en werkverschaffing." De eigenlijke itihoud van het rondschrijven houdt in de afschaffing van den huurbijslag en het verlagen van het standaardloon, waar» naar de steun wordt berekend- Vooral in de werkloozen:<centra in onze groote steden is hiervan met ontstemming kennis genomen. Uitgedrukt in cijfers be» duidt de wijziging een gemiddelde verlaging' van 4.f 5.per week, wat vOpr de gesteunden niet te dragen is. De moderne arbeidersbond (N.V.V.) heeft de regeering doen weten dat er niets van de inkomens der werkloozen af kan en heeft er bovendien een krachtige actie tegen op* gezet. In sociaal*democratische en commu» nistische kringen heeft men protest»meetings georganiseerd, terwijl de wethouders van Sociale Zaken der groote gemeenten, te Am* sterdam bijeenkwamen. Alom werd afkeu* ring tegen de voorgestelde steunverlaging uitgesproken. Met den Minister*President Dr. Colijn is ook geconfereerd, met als re* sultaat dat de inwerkingtreding twee weken zal worden uitgesteld. Dr. Colijn zal de kwestie nog eens grondig met minister Slin* genberg bespreken. Het uiteindelijk resultaat zal wel zlijn, dat de wijziging opnieuw wordt gew|ij!zigd, en men met 'geven en nemen bïj elkaar komt. De voorgenomen wijziging van de steun* regeling zou ook inhouden een ondersteu* ning in natura. De middenstanders zijn van oordeel dat zij hierdoor in de knel .zullen geraken en b'ij de aflevering grootendeek worden uitgeschakeld. Het-^Tweede Kamer* yd, de heer Stumpel, heeft hierover aan den ZViinister van Sociale Zaken het vol* gende gevraagd: Is het juist, dat Mj de voorgenomen wijziging van de steunregeling voor werkloozen het tevens in het voornemen der Regeering ligt, over te gaan tot uit* breiding van de verstrekking van levens middelen in natura? Is :het de Regeering bekend, dat tot nu toe in vele gemeenten bij^ die ver* strekking in natura de middenstand, bij de distrib'utie werd uitgeschakeld? Is ook de Regeering niet van oor-deel, dat daardoor aan den toch reeds in zoo groote moeilijkheden verkeerenden mid* denstand een deel van den omzet is ontnomen en dat het daardocir veroor* zaakte nadeel bij de uitbreiding van die verstrekking nog belangrijk groo* ter 2al worden? Is de Regeering be^-eid zulke maatre* gelen te nemen, dat in het vervolg bij de verstrekking in natura de midden* stand wordt ingeschakeld eii dan tegen een wel zeer matige, maar tocïi den ar* beid loonende vergoeding, daar het niet nemen van zulke maatregelen tot gevolg zou hebben, dat steeds meer midden* standers den strijd om het bestaan zou* der. moeten opgeven en daardoor op bllijvenden steun van de overheid zou* den wprden aangewezen? Tegen uitsluiting bij de distributie van goedkoope levensmiddelen hebben ook winkeliers hun protest laten hooren. Te Groningen is een vergadering gehou* den van kruideniers uit het Noorden v>an het land om te pirotesteeren te.gen de uit* sluiting bij de distributie van zgn. volks* margarine en volksvet en andere reeds ge* nomen ol in het vooruitzicht gestelde re* geeringsmaatregelen. Als resultaat van de besprekingen werd een motie aangenomen, waarin de vergade* ring met groote voldoening constateert dat het comité van samenwerking uit de drie landelijke kruideniersbonden een krachti'^e actie zal ontwikkelen, voor de inschakeling van de kruideniers bïj de distributie van de tot hun bedrijt behoorende artikelen tégen een redsïlijke winstmarge. Deze actie zal met alle ten dienste staande middelen krachtig worden ondersteund. De handelsbetrekkingen met Finland. Studiereis van minicters Gelissen en Deckeri, Naar wij vernemen zullen de ministers van Landbouw, mr. dr. Deckers en van Han^ del, prof. ir. Gelissen, heden Vrijdag den Haag verlaten om zich naar Finland te be* geven, in welk land zij eenige dagen denken te vertoeven. De directeur*generaal van Handel en 'Nij* verheid, dr. Hirsdhfeld, die momenteel met vacantie in Zweden vertoeft, zal zich in Helsingfors b'ij de ministers voegen. Het doel van dit biezoek' is, een indruk té krijgen van den ecönomischen toestand in Finland err van de mogelijkheden, welke voor den Nederlandsch*Finschen handel aan* wezig kunnen worden geacht. De terugkeer van de Koningin en de Prinses. - Het ligt in de bedoeling van H.M. de Ko* ningin en H.K.H. Prinses Juliana, Zater* dag uit Zwitserland op het paleis Het Looi terug te keeren. STIJGENDE UITVOER ONZER LANDBOUWPRODUCTEN Over het algemeen betere priij'zen. De maandstatistiek van den in*, uit* en doorvoer bewerkt door het centraal bureau voor de statistiek, bevat, interessante cijfers omtrent den uitvoer van landbouwproducten in de maand Juli. Er blijkt uit, dat verschillende dezer producten een stij^ging vertoonen wat be* treft den uitvoer, maar ook Wat betreft den prijs in vergelijking met - de voïige maand en met het vorige jaar. De uitvoer van boter b.v. heeft in Juli een goed figuur gemaakt. Hij bedroeg niet minder dan 6590 ton met een waarde van f 3,985,000 en w'as daarmede aan* merkelijk grooter dan die in de voorafgaande maand ,welke 5837 ton en f 3,497,000 beliep, terwijl het gunstige verschil ten opzichte van den uitvoer van Juli 1935 (4219 ton en f 2,341,000) nog grooter was. In Juli is evenals in de voorafgaande maand de uitvoer van versche eieren grooter geweest dan in de overeenkomstige maand van het vorige jaar. De export staat aangegeven met 6279 ton ter waarde van f 2,085,000 tegen 5854 ton ter waarde van t 1,799,000. In de eerste zeven maanden is de uit* voer, 42,186 ton ter waarde van f 14,432,000 naar de hoeveelheid yiets ten achter ge* bleven bij dien van verleden jaar (43,197 ton), doch naar de waarde boven het cijfer van Jaruiari Juli 1935 (f 13,993,000) gekomen. In tegenstelling met de voorafgaande maanden, toen de uitvoer van aard* appelen telkens grooter was dan ver* leden jaar, is Juli 1936 beneden den uit* voer van de gelijknamige maand van 1935 gebleven. Er xverden 12.679 (v.j. 13,540) ton kleiaardappelen ter waarde I van f 460.000 (692.000) uitgevoerd. De afsluitdijk wordt, nu de herfst op komst is, tegen de stormen versterkt. Op 4e basaltblokken der glooiing wordt beton gestort. Intusschen is er voor de kleiaardappelen over de eerste zeven maanden het in vergelijking met vorige jaar respectabele exiportdjfer van 77.027 (v.j. 47.956) ton ter waarde van f2,537,000 (v.j. f 1,567,000). De muggen thans op Urk, Alleen wie beslist op straat moet, waagt zich buiten. De tweede muggenplaag overtreft de eer ste in begin Juiti verre. Deze week, toen de iwind naar het Westen waaide, kwam de eerste muggenwolk over en uit 't IJsselmeer Tegen den avond hing een zwarte wolk boven het eiland en alle voorwerpen kre* gen een groenachtige kleur. Hoewel het im de huizen, zeer warm was, zaten de bewoners met alle ramen en deuren dicht. Om omstreeks 9 uur was het in de nauwe straatjes van het dorp zoo druk van dansende muggen, dat alleen zij, di'e beslist buiten moesten zijn, het waagden om op .straat te komen. De straatverlichting werd zelfs verduis* terd. Op zee is hiet ook een ware plaag. Er zijn schippers in, ^de haven binnen geko* men, die, verklaarden, dat het onmogelijk was" óm langer door te visschen. De mug* gen werden met schoppen van de schepen afgeschept. Alleen een harde Oostenwind kan het leven op Urk weer dragelijk maken. (SLOT). De geschiedenis van Italië sedert 1922 is de levensgeschiedenis van Mussolini, die sedert dien eenzaam woont inhet groote Venetiaansche paleis,- in het midden van Rome, dat eenmaal de Oostenrijksche Ge* zanten tot woning diende. Eenzaam, want Mussolini's vrouw, die de moeiüjke jaren van den oorlog en na*oorlog met hem heeft doorleefd, is te Milaan blijven wonen; neemt niet deelaan openbare feestelijkhe* den; ontvangt niet, gelijk de echtgenooten van andere hoofden van een Staat. Op het Quirinaal zetelen Koning en Koningin, maar naar het Venetiaansche paleis gaan in den regel de blikken der Italiaansche be* volking, geljjk aan het einde van den oor* log met" Abessynië de rnenigte op het plein daarvoor samendrongj teneinde uit Musso» lini's mond 'te vernemen wat de Minister* raad had besloten. Gebleken is de nauwe band tusschen de Fascistische Partij en de Regeering van den Staat, die tengevolge heeft, dat veel meer dan welke zitting ook van den Italiaanschen Senaat, de bijeenkomst van den grooten Fascisten Raad het teeken is, dat belangrijke beslissingen voor de deur staan. Hoewel ook Mussolini bij de oipkomst van het fascistisch gezag gesteund werd door slechts enkelen, zijn deze nimmer zoodanig op den voorgrond getreden als in andere landen het geval is geweest. Of dit aan hun persoonlijkheid heeft gelegen dan wél ot hetzij de organisatie, hetzij het be* ginser van de Fascistische Partij den leider, die al spoedig de Düce werd, zoodanig on* aantastbaar maakt, is een vraag ,die niet ge* makkelijk valt op te lossen. Maar wel mag vaststaand worden gerekend, dat Musso.* lini, die nog jaren achtereen slechts hoofd van de Fascistische Partij was, thans het grootste gedeelte van het Italiaansche volk achter zich heeft. In Mussolini is de nieuwe grootheid van Italië belichaamd, en al heeft men ook meer dan eens kunnen vernemen dat, mocht Mussolini ontijdig komen te val* len, een mogelijkheid, waarmede ten allen tijde een Dictator heeft rekening te houden 'in zijn opvolging is voorzien, dit staat evenzeer vast, de bijkans magische kracht, die er van zijn persoonlijkheid uitgaat, niet zoo licht door een ander zal zijn over te nernfn. Voor Italië, voor de innerlijke kracht van Italië kan men niet anders wens schen, dan dat Mussolini nog langen tijd aan het' hoofd van den Staat moge staan, ook dan, wanneer men veranderingen in het Fascistisch regime, die dit meer dan het in veler oogen is tot een werkelijk re* gimc van den volkswil zouden maken, voorstaat. Gelijk Italië's geschiedenis van de laatste jaren de geschiedenis van Mussolini is, is ook Italië's positie in- de internationale samenleving met de beteekenis, die er mo* menteel van Mussolini uitgaat, nauw ver»» bonden. In den aanvang van zijn beleid kon men telkenmale de, vraag vernemen, ot Mussolini bereid zou zijn deze of gene zijde in de Europeesche verwikkelingen te kiezen; en vond men zich veelal door de uitkomst der dingen verrast. Hetgeen gevolg Vas van het feit, dat men van den aanvang af niet voldoende rekening heeft gehouden met deze, overigens toch zeer eenvoudige opvatting, dat de politiek, die Mussolini naar buiten voerde, er een was, die op geen ander doelwit zich richtte, dan van het Italiaansche belang. Mussolini voerde een politiek, die ten doel had Italië los te ma* ken van de moeilijke verplichtingen, waar* in het naar de eene en naar de andere zijde was gebracht. Wanneer men Mussolini, niet het minst in den aanvang van zijn regime oorlogszuchtige taal verweet, was dit tal van malen niet onjuist, maar verzuimde men wel eens te bedenken op welke verwijten, b.v. van de zijde van Yoego*Slavië, Italië dan had te antwoorden. Langzaam en ge* leidelijk, niet met de snelheid van een Na* poleon, maar ook niet beschikkende over de middelen van een Napoleon, heeft Mus* solini de plaats, die Italië in de Europee* sche samenleving, welke toch nog grooten* deels die der wereld is, veranderd en ver* sterkt. Reeds in 1933, toen Mussolini zijn voorstellen deed voor het bekende Pact van Vier, dat ten deèle tot taak zou heb» ben om de Ontwapeningsconferentie voor een mislukking te behoeden, ten deele om de leiding van Europa tusschen de vier groote landen te verdeelen, werd de vraag gesteld; Rome of Geneve, m.a.w. of de lei* ding zou blijven berusten in de handen van het beginsel van Geneve, dan wel van het macht^beginsel, dat vanuit Rome werd verkondigd. Men heeft inderdaad het Pact van 1933 niet tot verwezenlijking kunnen brengen, en wie thans de toestanden in Europa bekijkt, kan niet nalaten zich af te vragen of men recht had zich daarover inderdaad te verheugen.' De aansluiting, die een oogenblik van Italiaansche zijde bij Duitschland mogelijk scheen, in het bijzon* der in het vroege voorjaar van 1934, toen Hitier en Mussolini elkander te Venetië ontmoetten, heeft, tengevolge van het Oos* tenrijksche vraagstuk, spoedig plaats gemaakt voor een verkoeling, die ongetwijfeld Italië en Duitschland scherper zou hebben ge* .scheiden, ware het niet, dat Mussolini dit niet wenschte- en het weinig gelukkige* spel zijner Fransche en Engelsche tegenstanders het hem maar al 'te gemakkelijk maakte dit te volvoeren. En opnieuw was- het de slecht georganiseerde tegenstand tegen de uitvoe* ring zijner denkbeelden in Abessynië, die' het Mussolini mogelijk maakte door te tas* ten in het kolonisatie*vraagstuk, dat reeds vóór den oorlog voor Italië van zoo gróót gewicht bleek. Tegenover de besluiteloos'»! heid der anderen, die van de middelen welke het Pact van den Volkenbond biedt, ten deele oi te laat gebruik maakten, stelde Mussolini, wellicht niet zonder aarzeling, de vastbeslotenheid, die, in tijden van nood en gevaar, elke dictatoriaal geregeerde Staat boven de parlementaire regeering zal voor* gaan. Mussolini had slechts met zijn Mi* niisters te wikken en te wegen en kon be* sluiten; de andere landen hadden zich af te vragen ot zij voor een oplossing, die noodig was, veelal op grond van geheime inlichtingen, den steun van het Parlement zouden verkrijgen. Wanneer men zich her* innert, dat Mussolini nog voor het uitbre* ken van den oorlog in Abessynië tot voort» gaande onderhandelingen geneigd scheen, wanneef men zich herinnert dat Mussolini op de vredesvoorstellen van Hoare en Laval niet geheel weigerend heeft geantwoord, gevoelt men zich gesteld voor de vraag o£ niet inderdaad de verantwoordelijkheid, die de Duce voor Italië, voor Europa en voor zichzelf aanvaard heeft, hem te zwaar moet hebben gewogen in de maanden, die achter hem liggen. Want dit is zeker, niet slechts de for* meele regeerlasf, maar de ontzaglijke druk* Een Verhaal uit den tijd der Lollardein. 21. HOOFDSTUK XII. Verschillende waarschuwingen. Het was winter. De zonnestralen spie* gelden zich in de wiegelende golven der blauwe'zee, die haar wit schuim tegen het strand in de nabijheid van het dorp Crail spoelden. Margareta van Dunmore, toen zij in het huis harer grootmoeder met haar arbeid voor het venster rat,wenschte wel te gaan wandelen. Hoe graag was ze naar buiten gegaan, maar rustte niet het gewicht van achtftien jaren op haar hoofd? Moest zij niet juist daarom, ijverig met handenarbeid bezig, kaarsrecht met haar grootmoeder in de ka* mer zitten? Zij had toch haar oude groot* moeder innig lief, maar de heldere Fe* bruaridag was te uitlokkend! Na eenigen tijd, waarin zij zonder te spreken den arbeid hadden voortgezet, brak de eerste het zwijgen af met de Woorden „Margfretha, mijn-kind, William Miretown is weer teruggekomen. Gisteravond kwam hij aan. De koning heeft hem lang aan het hof gehouden. Hadt gij reeds van zijn terugkomst gehoord?" „Ja, grootmoeder," was het antwoord, „de oude Nancy heeft mij verteld, dat men hem verwachtte." Ik denk, dat hij vandaag wel hier zal komen," ging de oude dame voort. „Het is lang geleden, sedert hij u gezien heeft, Margareta. Zooals gij weet, is of was het ten minste uit gemaakt, dat hij uw echtl* genoot zal worden." „Ik weet het, grootmoeder," antwoordde de maagd kalm. „Zoo lang ik mij herinne* ren kan, heeft mijn vader er over ge* sproken. De oude dame legde haar werk neer, vouwde de handen en sprak op eenigszins plechtigen toon: „Ik zei zooeven „was uit* gemaakt." Want, als hetgeen ik gehoord heb, waar mocht zijn, maar ik hoop, dat het niet het geval zal wezen,-zou mijn zoon nooit zijn dochter aan William Miretown geven. Er worden tegenwoordig zulke zon* derlinge dingen verteld men heeft ge* dienstige tongen hooren zeggen, dat de jonge heer van Miretown noch tot de heiligen, noch tot de Heilige Maagd de dame sloeg een kruis bidt; ja nog meer," voeg* de zij er nauw hoorbaar aan toe, „men zegt, dat die vreemdeling, die dokter, dien ik nooit Vertrouwd heb, den armen ver* blinden jongeling overgehaald heeft, het hei* hge Boek te lezen, dat enkel voor de pries* ters past. Wat zegt gij daarvan, Margare* ta?" De wangen van het jonge meisje gl-oeiden van ontroering. „Grootmoeder," an^oord* de zij, alle voorzichtigheid vergetende, „wan* neer William Miretown den Heere Jezus aanbidt, kan hij|qok wel zonder de heihgen klaar komen, en wat het lezen der Heilige Schrift betreft, begrijp, ik niet, waarom zij geschreven werd, als het niet was met het doel om haar te lezen." „Margareta, hoe zijt gij tot zulke gedach* ten gckom.en?" vroeg de grootmoeder ver* schrikt. „Het past zeker een jong meisje niet, zoo te spreken, alsóf zij beter wist wat goed en recht is dan oude menschen, ja zelfs dan de heilige Moeder de kerk!" In een oogwenk stond Margareta aan de zijde der oude dame en zeide: Vergeef, mij, grootmoeder. Ik heb niet mijn meening willen opdringen, maar grootmoeder, als iemand, laat het nu| William Miretown of een ander zijn, den Heere Jezus liefheeft, dan is al het andere bijzaak. Vergeef mij, grootmoeder, en sta mij toe, dat ik een kleine wandeling ga doen." De liethebbende grootmoeder kon onmo= gelijk het verzoek harer kleindochter weer; istaan. Zij streelde de bruine lokken van Margareta, drukte haar een kus op het voorhoofd- en veroorloofde haar te gaan wandelen. Nancy kon haar zelfs vergezel* len. Margareta ging echter liever alleen en was spoedig buiten. Te midden van het schoone winterlandschap en in versterkende, frissche lucht, vergat zij snel, wat haar zoo zeer bezwaard had. Terwijl zij ijverig bezig was, enkele zeegewassen te zoeken, was zij zonder zulks te willen, getuige vaa( een gesprek, dat in haar nabij[heid achter een rotsblok gevoerd werd. „Mijnheer," zoo hoorde zij zeggen, „wanneer gij, zooals gij zegt, invloed op den vreemden dokter te, St. Andrews hebt, zeg hem dan, dat hij op zijn hoede zijn moge. Zijn vijanden zijn er op uit, hem een strik, tf spannen. Den bisschop is ter oore gekomen, dat hij nooit in de mis komt, ook dat hij in zijn huis vergaderingen houdt met studenten en met hen het heilige Boek leest. Men loert er op, hem weg te kunnen voeren, en dan - Wee hem! Het zou hem' zeker niet beter gaan dan John Resby, van wien mijn moe= der mij verteld heeft. O zeg hem, dat hij toch voorzichtig moet zijn! Velen zouden het diep beklagen, als hem onheil trof, hij, die aan zoo menig ziekbed troost en ver* kwikking bracht, die t^t heilige Evangelie verkondigd heeft, zooals nog nooit een priester of monnik het gedaan heeft!" Wat er verder gesproken werd, en of het gesprek nog voortgezet werd, .wist Margareta niet. Zij ging verder, toen zij opeens Wil* liam Miretown voor zich zag staan. Hif en geen ander was het geweest, wien zooeven de welgemeende waarschuwing met betrek* king tot den bevrienden dokter gegeven was, en wel door denzelfden bode, den jongen John, met wien wij! reeds vroeger kennis maakten. De verloofden verheugden zich hartelijk over hun .onverwacht wederzien, en ,dit was bovenal het geval, toen beiden van elkander vernamen, dat zij hetzelfde geloof, dezelfde hoop deelachtig waren en één en denzelfden Heere dienen willen. William ge* leidde zijn verloofde tot aan de poort van het sierlijk landhuis en begaf zich toen onverv.'ijld naar zijn vaderlijk kasteel. Daar aangekomen, liet hij zoo snel mogelijk den besten draver zadelen, en galoppeerde naar St. Andrews, om zijn geliefden vriend Cra* wer van het hem dreigende gevaar te onder* richten. Het was reeds bijna avond geworden, vóór de jonge Miretown de stad bereikt had. Op den weg naar Crawer's woning „ontmoette hij Elze van 'S'f'eld, met wie ook hij spoedig vriendschap gesloten had. Reeds lanig was, het zijn wensch geweest, ook Margareta met zijn kleine vriendin in ken* nis te brengen. „Wilt gij naar dokter Crawer?" vraag* de Elze den ruiter. „Ursula en! ik waren zooeven in zijn 'huis, om hem- te vragen, eeri armen, zieken kn'aapi in de nabijheid van het paleis te bezoeken.' En ik zou u gaarne iets zeggen, heer Miretown, maar ik ben bang voor uw wjld paard." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1936 | | pagina 3