Ct1RWECK^ADÖpGED.GQ0riD5IA6 vooRDlZUID-HOLLÊnZCEUWSCriC EUATiDEn
EERSTE BLAD
STICHTELIJKE
OVERDENKING
ZATERDAG 15 AUGUSTUS 1936
No. 762
N-V. Uitgeversmaatschappij «Eilanden-nieuws'*
Gewaande Rijkdom.
Uit het Kijkvenster
Bij Doorzilten
Moedige Duitschers
9e Taarctang
WAARIN SEDERT 1 NOVEMBER 1935 OPGENOMEN HET BLAD „ONZE EILANDEN"
18e JAARGANG
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
Arm is erg I Arm te zijn en te
doen alsof men veel fe verteren
heeft is dwaas 1
Dit is de geestesgesteldheid van
den Laodiceër.
Vlymscherp klonk Christus oor
deel: „Ik zal u uit Mijn mond
spuwen', alhoewel dit nog genade
inhield.
Waarom deze openbaring zoo
walgelijk voor den Kenner-der
harten is, zal Hij zeggen. Weer
genade, opdat Laodicea zichzelf
zal zien, zooais Hij haar ziet, d i.
zooals ze wezenlijk is.
,Gij zegtik ben rijk verrijkt
heb geen diogs gebrek."
Dit is de radix, de wortel der
lauwheid.
Laodicea is door het oordeel der
zelfvoldaanheid, met zichzelf-ingeno-
men-zijn, gegrepen.
Wat deerde Laodicea in natuur
lijk opzicht?
Daar ligt de weelderige handels
stad op de glooiende hellii/gen van
hef Phryglsch gebergte, haar voet
bespoeld door het kristalheldere
water van den Lycus. Door de
Oosterzon beschenen, staken de
krijtwitte gebouwen als een sprookje
af, tegen den diep-blauwen hemel-
kolk. In één woordeen lust voor
de oogen
Een bloeiende koophandel, maak
te Laodicea tot hef centrum van
het bankwezen. Schatten gouds
bergde zij binnen haar muren.
Gebouwd op vulkanischen bodem,
werd ze enkele malen wreed ge
teisterd, doch ook dit deerde haar
niet. Als een phoenix herrees zij uit
de asch.
Wie, wat deerde haar, zij is im
mers de schatrijke!
Niet alleen is Laodicea, de be
voorrechte op natuurlijk gebied
Ook ten opzichte van het geeste
lijke. Want Epaphras, Paulus' reis
genoot, mocht op de markt van
vrije genade, de Parel van alles
overtref bare waarde uitstallen. En
deuitkomst Christus verwierf
Zich door Zijn Geest een gemeente
ten eeuwige kven 1 De liefde Gods
werd uitgestort in zondaarsharten,
waardoor er een leven ontstond,
dat heilig wilde leven te midden
van een wereld vol verleiding.
Doch helaas ze veronachtzaam
den het woord van Christus;
„waakt en bidt."
Toen die eerste liefdekolen wa
ren uitgegloeid en de verga-ikelijke
rijkdommen weer gitigen bekoren,
zakte dat leven Gods zóó ver weg,
dat er schier geen onderscheid was
tusscben hen die God dienden en
tusschen hen, die van de wereld
waren. En waar de verandering niet
uit het wederbarend werk des
Geestes was ontsproten, ging men
loven en bieden tusschen Christus
en Mammon. En daar Christus niet
om Zich loven en bieden laat, heeft
Hij Zich teruggetrokken.
En was dit nu maai een oorzaak
van smart, doch helaas hierin kun
nen zij leven. Natuurlijk kunnen ze
doen en laten wat ze wil'en, >vat
het geesfelgke aanbelangt met ze
gen is het Evangelie gebracht
concludeerend spreken zij het rond
weg uit: rijk - verrijkt - aan niets
gebrek!
De Laodiceesche afwljkinjg Is een
uitzonderlijke, diep-ernsfige mis
stand! Waarom Christus aegf: .gij
zijt DE ellendige." In onze verta
ling ontbreekt dit lidwoord, doch
heeft een ontzaggelijke beteekenis
Op den achtergrond dezer wal
gelijke zelfgenoegzaamht-id tiert de
God-onteerende geestelijke hoog
moed. Deze snijdt af de strijd tus
schen vleesch en geest; het onder
zoeken en doorzoeken voor Gods
aangezicht; de zelfbeproeving die
noodzakelijk is om te weten of ons
levensbeginsel uit God, dan wel
uit ons zelf is.
En waar geen prikkel tot zelf
beproeving is, daar is ook geen
geestelijke wasdom. Waar geen ver
oordeeling van zichzelf gevonden
wordt, is ook geen toeneming in
de Gods- als in de zelf- als in de
C^r/sms-kennis.
Arm LaodiceaGij waant u rijk,
doch ge zijt o zoo arm Ge zijt
gelijk aan den rijken dwaas, die
vele goederen opgelegd had en nu
eens lekkerlijk van de rust ging
genieten!
Weef ge nu waf hef typeerende
is Dat ge dit tegen een Laodiceër
niet moet zeggen, en indien ge
zulks' doefj dan brandt de vijand
schap los.
Want hij zal aan komen dragen
met een welluidende belijdenis over
zonde en genade; over eenzijdig
Godswerkover een verloren zon
daar, waarvoor de beloften des
heils zijn; over een schuldoverner
menden Borg voor een uitgewerkt
mensch. Niets tegenin fe brengen!
Ja, Christus doet dit wel!
riet is alleen lippentaai, dat bui
ten 't hart omgaat
Het is alleen belijden, zonder be
leven f
Het is een wit gepleisterd graf,
schoon aan den buitenkant, maar
van binnen tiert de dood f
De Laodiceër zegt veel, maar
weet niets
„Weten' wil zeggen, dat wat wij
weten moeten, zoo tof onze per
soonlijkheid is doorgedrongen, dat
dit met ons ééa geworden is. Dan
gaat het ons ter harte
.Niet weten" beteekenf dus van
onzen toestand ons niets bewust fe
zijn. Wat ons belang inboezemt,
maar onze eigen toestand niet.
Gij zegt rijk, verrijkt, geensdings
gebrek!
Ik zeg u. die zich rijk waant, gij
zijt ellendig, jammerlijk, arm, blind,
naakt
Welk een tegenstelling I En die
laatste Zegger, spreekt altijd en
alleen de waarheid. Zijn zeggen,
berust op onfeilbaar keuren en
toetsen. Zijn zeggen heeft Godde
lijke, voor de eeuwigheid beslis
sende beteekenis.
En daarom gif, die dif leest eii
mijzelf, die schrijft, de vraag ge
steld voor het aangezicht van Hem,
Die de getrouwe Getuige is: Wat
zegt Hij van u en mij?
Weet het, dat ons zeggen óf géén
óf betrekkelijke waarde heeft.
Laodicea, is dat niet de gesteld
heid van ons?
Wij hebben onze kerken, wij heb
ben onze rechtzinnigheid, wij hoo-
ren graag rechtzinnige preeken
al is het, dat hef soms maar de
klanken onzer Oud-vaders zijn;
wij spreken zwaar en zwaarwichtig
Maar weef hef dat dif alles o'aar-
deloos is voor de eeuwigheidZon
der meer, gaan wij hiermee voor
eeuwig verloren.
Laaf onze beê zijn, om waf Chris
tus zegt dat we zijn, bevindelijk te
leeren kennen. Want die niet zegt,
maar beleeft met smart, dat hij
ellendig is, sinds hil buiten 't ver
loren paradijs rondzwerft, daf hij
jammerlijk is, sinds hij de gemeen
schap tusschen God en zich ver
broken heeft, daf hij arm is, sinds
hij in zijn schande op de vlakte
des velds geworpen werd, daf hij
blind is, sinds hij de waarachtige
Godskennis verloren heeft, dat hij
naakt is, sinds hg zijn oorspronke
lijke gerechtigheid en heiligheid
kwijt raakte, voor hem is raad bij
Hem, Die is.Wonderlijk, Radd,
Sterke God
Glazen Buisje 75 et. Bij Apoth. en Drogisten
en Zonverbranding
Verzacht en geneest
Doos30ct;;Bij;Api5tb;ërt;Dro9;ij^|ll..
Voornaamste inhoud
niEuiia
Advertentie-prijs 20 cent per regel. Reclames 40 et.; Dienst-
aanvragen en -aanbiedingen van 1—6 regels 80 et.; Boek-aan-
li'-ndiging 10 c«nt per regel Contracten belangrijk lager
UlTGAVt VAN
Gevestigd te Middelhamis - Prins HendriXsfr. 122 C Giro 167930 Postbox 8 Tel. 17
Abonnemenis prijs 85 cent per 3 maanden bij vooruitbetaling.
Verschijnt lederen Woensdag en Zaterdag 2 maal per week.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Buitenland 8 gulden per jaar
Want gij zegt: Ik ben rijk en verrijkt
geworden en heb geensdings gebrek:
en gij' weet niet dat gij zijt ellendig
en jammerlijk en arm en blind en naakt.
(Openb. 3 17.)
Middelhamis
Ds. L.
DE WERELDPRIJS
VAN DE TARWE.
De prijs van de granen in het algemeen
en van de tarwe in het- bijzonder is de laats»
ste tijd aanzienlijk gestegen. Dat moet wel
gevolgen hebben voor het beleid van de Res'
geering in verband met de tafwewet. In
ons land wordt alle geproduceerde tarwe
door de Regeering opgikocht. Dit gesdiiedi:
tegen een vastgestelde richtpmijls weUoe in
1933 W3S vastgesteld op f 12 de 100 K.G.
en welke niu voor 1936 is vastgesteld op
i 9 de 100 K.G. Deze pjïjis va,n 9 cfenit woïdt
over het algemeen te laag geacht om de
tarweteelt nog eenigszins loonenid te dOen
zlijn.
Over het algemeen zijn de laatste jaren
goede tarwejaren geweest. Het eene jaar wat
beter dan het andere maar toch hebJben de
opb'rengsten zich bew'ogen rond de 55 a
60 H.L. per bunder. Zeker zou een riChtlpt'ijs
van 9 cent aanzienlijk te laag zSjin indien er
maar een mididelmatige of slechte oiOgst werd
binnengehaald.
De Regeering koopt alle tarwe, de zooge*
naamde Vitatarwe. De meelindustrie ziet
zich verplicht ^5 o/o van deze tarwe in haar
meel té verwerken en betaalt daarvoor
f 15.70 de K.G. Dijt is de zoogenaamde Vita^
tarwe. De rest of ongeveer twee derde deel
wordt door de meeliiidastiie betrokken uit
het buitenland, waarvoor echter een mo«!
nopolieheffing van f 2 de 100 K.G. moet
Worden betaald. De rest van de Nedep*
landsche tarwe wordt door de Regeering
tegen den wereldtarweprijs, die ver bene*
den de richtprijs lag, verkocht. De Inkopi*
sten voor de Regeering worden dus gevormd
door de Verkoop van deze Vitatarwe boven
den richtprijs van aanvank&Ejk 12 cent en nu
9 cent de K.G. en de verkoop van de restee=»
rende tarwe tegen wereldprijs, welke be*
neden de richtprijs lag en nog ligt. De richt»
Iprijls werd verlaagd van 12 tot 9 cent, Ver»
miniderie steun aan de landbouwfers, maar
de Vitatarwe bleef gelijk. De broodbelasting
bleef dus hetzelfde. In verband met de
stijging van de wereldprijzen ligt het op
den vi^eg van de Regeering de VitatarWelprijs
te verlagen, •waardoor het braod verlaagid
kan worden in iprijs of de ricihtpïljs van 9
cent te verhoogen of beiden gedeelteijk toe
te passen. De Regeering zou daarvoor scha*
deloosstelling vinden in de hoogere prijzen
die ze voor haar tarweoverschot kan krijgen.
De landsverdedigiing Onze forten
De geest van de troepieii De
vredesdriooniers De bezorgde va=
derlander.
Gedurende de laatstverloopen jaren is de
belangstelling voor leger en vloot weer
grooter geworden. Onder den druk van het
buitenlandsch gebeuren hebben de sociaal*
democraten de leuze „geen man en geen
cent," met een mokkend gemoed op het
partijzoldertje weggeborgen en murmelen zij
nog zoowat v^n een „politieleger" dat
dienen mag om de orde te bewaren en ons
land voor plotselingen inval van duitsche
horden te behoeden. Want het ergste, dat
een S.D.A.P.'er zich kan indenken is, een
inval in ons land van de schare van Hitler.
In de jaren na den grooten oorlog is men
hier te iande ook zoetjes ingedommeld en
droomde men van vrede en verbroedering
der volkeren, tot plotseling bleek, dat er
toch heusch i^og oorlogsgevaar bestond en
toen was de natuur sterker dan de leer.
Want, dat men onbewogen toeziet als de
vreemdescharen van Oost of Zuid of West
ons land binnendringen, iui, er zijn in Ne*
detland niet tien van zulke lieden. Zeker,
er is nog een vereeniging die ijvert voior
Volkenbond en vrede, voor algeheele weer*
loosheid, maar als 't kanon begint te spre*
ken, dan zakt heel de zoetelijke oude*
juffrouwcnkout in elkander. De schriftuur*
bjke leer van den eigendom sluit in, dat
wij het onze tegen vreemde indringers ver»'
dedigen en alleen het loslaten van het spoor
dat Gods Woord ons wijst, leidt tot droo*
merijen, waaraan de wettige overheid zich
niet mag storen. Het is al erg genoeg, dat
de dienstweigeraars zich met succes op hun
geweten mogen beroepen om het zwaard
niet te dragen. Als het geheele volk er
een dergeHjke gewetensspraak op na ging
houden, waar kamen we dan terecht?
Het ,is den Waarnemer vergund een 'drie*
tal forten te bezichtigen in de Zuid Hol*
landsche waterlinie. Vredig liggen ze daar te
midden van bloeiende akkers. Daarbinnen is
alles echter tot krijg bereid. Het eene fort
is wat moderner dan het andere, maar alle
drie zijn in een komenden oorlog 'geduchte
sterkten, die de vijand maar zoo niet zal
innemen. Het verbhjf daarbinnen is vanzelf*
sprekend niet aangenaami, vooral niet, als bet
fort geheel in staat van verweer wordt ge*
bracht, wanneer vreemde troepen het bena*
deren. Dan gaan alle stalen luiken voor de
vensters, zelfs de kleine binnenplaats wordt
van boven afgesloten en het daglicht dringt
slechts door de smalle spleten, die dienen
voor kijkgat en om te schieten.
In zulke tijden komt het bovenal aan
op een verdraagzame geest van de manschap*
pen onderling en op moed en kalmte, om
tot groote ontberingen in staat te zijn.
Jan Salie zegt al gauw: het wordt toch niks,
maar de man met courage vecht tot het laat*
ste door. Somber is het daarbinnen, somber
en klein.
MfxfXi^tia overspannen, onrustig en
■»-~*'* **-"" slapeloos. Men gebruike
hiertegen de zenuwstillendeenzenuwsterltende
Mijnhard 's Zenuwtabletten
Met elk plaatsje is gewoekerd, de koks in
de keuken zoowel als de officieren in hun
kamertjes, ze kunnen zich maar net om*
keeren. Het water, in dagen van belegering
vooral onontbeerlijk, wordt in 't midden
van 't fort uit den grond o'pgepompt, de
vijand kan er niet bijkomen. Daar is nog
de kruitkamer, die dikke ruiten heeft, waar*,
voor een soldaat een lantaarn houdt, als de
anderen daarbinnen schietgiateriaal halen.
Voorts staan ook nu de machinegeweren wel
verzorgd in rust, geflankeerd door eiken
kistjes, die in lange bandelieren de hon*
derden kogels houden, die in geval van oor*
log in razend snel tempo uit het .geweer
door de smalle schietgaten fluiten en dood
en verderf zaaien onder den aanstormenden
■vnjand. Genoeg er van, het zou d'w'aasheid
zijn de forten maar in roest en stof te laten
verkeeren; wij doen wat de hand te doen
vindt en moeten voorts betrouwen op
dé bewarende en zegenende hand Gods,
zonder Wiens hulpe een vrij Nederland
niet kan bestaan. Zonder dus al wat
tot bewaren van den vrede dienen
kan te verwaarloozen, bereidt een vers!
standig volk zich tot den cxorlog,
temeer wanneer het leeft didht bSji het
Woord des Heeren, dat ons leert, dat het
gedichtsel van 's menschen hart alleenKjk
boos is van der jeugd aan.
De bladen hebben ons beridht gedaan,
dat onze laadgcnoot Rost van Tonningen,
uit Oostenrijk terugkeert. De Volkerenbond
heeft hem en wijlen Mr. van Hengel ver*
zocht ,de finantiën van Oostenrijk op orde
te bbengen en de heer R. v. T. meent, dat
die taak nu wel als beëindigd beschouwd
kan Worden. Per 1 September heeft hij
onislag gevraagd, niet zoozeer, omdat het
werk af is, maar, omdat hij' van meening
is, dat Nederland zelf behoefte heeft aan
zijn diensten. Zijn inzicht is, dat men hier
dringend behoefte heeft aan „nationale con*
centratie, die de zaken met kracht aanpakt
om ze weer op gang te brengen."
Nu, het gaat in ons land nog niet in de
goede richting, ver van dat. Maar of deze
bezorgde Nederlander er nu zoo maar in
slagen zal, als men hem te hulp roept, om
alles weer op gang te brengen, dat mag
betwijfeld. In 't oorlogsveld moet zelfs het
brieschend pa'ard sneven; de verlossing zal
ons genadigfijk van Hooger Hand moeten
toekomen. Als ik het goed zie, dan zal de
Regeering wel niet direct klaar staan om in
dezen i^nheer den redder des vaderlands
te zien. Al lezende had ik Rost van Ton*
ningen maar bij Mussertje ingedeeld, daar
houdt men van kradhtpatsers. En wat zie
ik daar aan 't slot van het krantenbericht?
Dat het bekend is, dat de heer van T. zich
zeer tot het Duitscihe systeem en het Nat.
Socialisme voelt aangetrokken.
Ah zoo, is het dat? Nu, dan zal niet den
Haag, maar Mussert in Utrecht beslag op
hem leggen, vermoed ik. Ik zal er niet veel
van zeggen. Ik hoop, dat de Regeering haar
uiterste krachten zal aanwenden om zonder
aanzien des persoons orde te schep'pen in.
al die^dingen, die ons volk gegronde redenen
tot ergernis geven, dat met ijizeren hand naar
versobering der Staatsuitgaven worde ge*
streefd. Er dreigen anders gevaren van
blijvenden aïard voor de volksvrijheden,
welke tot heden in zoo overvloedige mate
worden misbruikt.
WAARNEMER.
Het nationaal*sociaIisme in Duifschland
gaat er prat op, de Kerken, zoowel de Pro*
testantsche als de Roomsche, gered te hebben
van de vernietiging) door het bolsjewisme.
We laten thans in het midden, in hoeverre
dit juist is, doch meenen te mogen vast*
stellen, dat de positie der Christelijke Kerken
in het Derde Rijk onder de Hitleriaansche
dictatuur ook weinig rooskleurig is. Het
moge waar zijn^ dat de nat.*soc. staat de
kerken niet verriietigt en de geestehjken
niet in massa vermoordt, feit is, da,t menij;,'
predikant en priester kennis heeft gemaakt'
met een concentratiekamp: en dat de kerk -
zófódanig aan banden wordt gelegd, haar
arbeidsveld zóó wordt beperkt en in haar
organisatie zóó wordt ingegrepen, dat van
een normaal functioneeren van het kerkelijk
leven geen sprake kan zijn. Men ervaart
op het oogenbhk in Duitschland, dat nim*
mer sedert 1918 de strijd tegen de Christe*
hjke kerk zoo hevig was als thans.
Met name de belijdenden leden der Evan*
gelische Kerk, die zich willen houden aan
het Woord, komen voor tal van gewetens*
conflicten te staan. De geestelijke nood der
Kerk wordt steeds grooter en de druk der
officieele instanties neemt meer en meer toe.
Daarbij komt de van hoogerhand getolereer*
de en geprotegeerde propaganda van het
nieuwe Heidendom van Rosenberg, dat de
plaats wil innemen van het Bijbelsch Chris*
fendom. Zoo wordt de Kerk van alle zijden
bedreigd en gaat het er steeds meer op lij*
ken, dat de nat.*soc. staat straks het Ger*
maansche Heidendom tot staatsgodsdienst
verklaart en de Kerk laat verkommeren.
Onwillekeurig herinnert dit proces ons aan
een periode uit de Kerkgeschiedenis, die een
soortgelijke situatie tei zien gaf. De eerste
drie eeuwen onzer Christelijke jaartelling
waren de eeuwen der vervolging; de kerk
zat in de, catacomben, voorzoover zij niet
ter dood werd geleid. Dat was, zouden we
nu zeggen, de communistische methode, zoo*
als die in Rusland wordt toegepast. Doch
het bloed der martelaren werd het zaad
der kerk! In 561 kwam echter Julianus de
Afvallige, die de bestrijding van het Chris*
tendom op een meer geraffineerde manier
ter hand nam. Hij vervolgde en moordde
niet zooals Nero en Diocletianus, doch
poogde op slinksche wijze het oude Hei*
dendom v/eer ingang' te doen vinden en
door de intensieve propaganda der Grieksche
philosophic het Christendom in de hartader
te treffen, -zoodati op de duur het Waar*
heidselement uit de Kerk zou verdwijrien.
Slechts 2 jaar heeft hij geregeerd, zoodat zijn
actie tot heidensch*making der Christelijke
Kerk reeds in de aanvang werd gestuit. De
kerkhistorici zijn het er echter over eens,
dat, had hijj langer geleefd, zijn doel zeer
dicht benaderd ware geworden en de Kerk
er principieel slechter voor had gestaan
dan ten tijde; der vervolgingen. Deze Ju*
liaijus*tactiek nu schijnen vele nat.*socialisti*
sche voormannen in Duitschland te willen
toepassen en daarom^ is deze strooming zoo
uiterst gevaarlijk voor de Kerk.
Uit het Kijkvenster: De 'Waarnemer bezoekt
onze forten Rost van Tonningen en Mus»
sert.
Driestar: De v^ereldiprijs van de tarwe.
Artikel over de kerk in Duitschland „Moe
dige Duitschers."
Hoe 'werden iij groot? (Benito Mussolini)
„Devaluatie" door Ir. M. B. Smits (Slot.
2e Bla.d).
Binnenland: Nederland ligt dpen vwor lucht»
aanvallen.
Buitenlandsch Overzicht: De toestanden in
Spanje, s
Wegen en veerverbinding op de Z.=Hol»
landsche eilanden (2e blad).
Veeteelt: Raüoneele veevoeding.
Landbouw: Een bericht lOiver het laten
malen van Lees»tarwe.
Gemengd Nieuws: Het ontzettende onweer
boven ons land Doodelijke ongelukken.