Beursbericht. Burgerlijke Stand Koofipijn. Kiespijn. ^ie.rl"dezrpf „BEN ZO"-Rijwielen Kerknieuws. Eenige aaateekeningen over de •{«cheiding f e Oud Vossemeer Brieven uit het Thooische land. tegen het communisme, hetwelk het germ, den staat en de maatschappij ondermijnt. De Paus betreurde het zeer, dat de een* voudige man ioo onder bekoring kwam, van het 3oet gefluit van dien vogelaar, niet beseffende welke vreeselijke strikken er gespannen waren. Gelijk eertijds de Halve Maan, een ern<^ stige bedreiging vormde, voor de Christen» wereld, zoo vormt nu het Communisme een* zelfde ernstige bedreiging, voor hetgeen het heiligst en het dierbaarst is. Als wij zoo ons overzicht schrijven den* ken wij vaak, wat een rumoer toch overal, en wat een zoeken op plaatsen en bij personen, waar het niet te vinden. De een moet een Hitler, een ander een Azana Schuschnigg, Leon Blum of wie ook hebben, maar wie keert zich tot Dien, Die de volkeren slaat.? Weg stervend' Frankrijk. PARIJS, 14 Mei. Het bureau van den minister<:president heeft vergelijkende cijfers 'betreffende den loop der bevolking in de jaren 1954 en 1935 gepubliceerd. De cijfers voor 1935 zijn nog niet definitief. Volgens deze statistieken zijn in 1935 284.604 huwelijken gesloten tegen 298.142 in 1934; het aantal geboorten bedroeg 638.881 tegen 677.365 in 1934; het aantal sterfgevallen 658.357 tegen 634.525 in 1934, terwijl 1934 een geboorteoverschot van 42.840 bracht, is voor 1935 een geboorte* tekort van 19.476 berekend. Het cijfer voor de huwelijken is van 14.2 tot 13.6 per duizend inwoners ge* daald, het geboortecijfer van 16.1 tot 15.2, het sterftecijfer is gestegen van 15.1 tot 15.7. Familie wel en wee. LONDEN, 8 MEI (ANP). De Times meldt uit Bagdad, dat senator Noor, Yasri op tachtigjarigen leeftijd is overleden. Hij was verschelde malen gehuwd geweest en vader van 22 zoons en 25 dochters. Ook met stoffelijke goederen was Noor Yasri rijk bedeeld en de verdeeüng ervan heeft aanleiding gegeven tot ongeregeldheden bij zijn begrafenis. Vele zoons, bloedverwan* ten en vrienden verzamelden zich in het sterfhuis, waar een geschil ontstond over het testament. Men raakte slaags, waarbij ge* bruik werd gemaakt van messen en vervol* gens ook van vuurwapenen. Zeven per* sonen werden in den slag gedood en 17 gewond. Tot de slachtoffers behooren drie zoons van Yasri die tegelijk met hun vader ter aarde zijn besteld. nen te verdrijven is een Nijnhardt's Poeder Per stuk 8 et,; doos 45 et. Bij Uw Drogist 6. Toen het voorlezen geëindigd was, richt* te de Waarnemend Burgemeester zich eerst tot De Later als bewoner van het huis, daarna tot Ds. Buddingh als redenaar of bestuurder der vergadering. Aangemaand werd de verzamelden, te doen uiteengaan, daar een bijeenkomst van meer dan 20 personen tot Godsdienstige oefe* ningen Mj de Wet verboden was, wanneer daartoe geen verlof was verkregen, zooals het geval 'was. De Later beriep zich op de Grondwet welke vrijdom voor alle Godsdienst toe* liet. i 1 Ds. Buddingh beweerde dat hij geen redenaar was, maar verzocht was voor te lezen. Men stoorde zich verder niet aan de aan* wezigheid van de plaatselijke Overheid, en ging voort of er geen aanmaning was ge* sdhied. Ds. Buddingh gaf op om de verzen 1, 4 tn 7 van Psalm 99 te zingen, waaraan door de verzamelden, waarvan de meesten van een Bijbel voorzien Waren, werd voldaan. Daarna gesdhiedde voorlezing Jesaja 6, vers 3, 2e lid, waarover Ds. Buddingh een predikatie hield, en daarbij terloops in* lasdhte dat hij in den namiddag zöu doopen. Vervolgens Werden de vei'ztni 6 en 7 van Psalm 72 gezongen, en geëindigd met het geven van den gewonen zegen. Cornells Gunst plaatste zich aan de voor* deur der woning met een collectezakje tot het in ontvangst nemen der liefdegaven. Het spreekt vanzelf, dat de plaatselijke Overheid ter vervulling van haar plicht, en gewaarschuwd door Ds. Buddingh op haar hoede was. De gemeentes^veldwachter kreeg order na te gaan o£ werkelijk in den namiddag een bijeenkomst 2ou worden gehouden. Om ongeveer 3 uur kon de gemeente* veldwachter mededeelen, dat een overgroo* te menigte volks in de woning van De Later vereenigd was. De waarnemend Burgemeester ging er heen met den veldwachter en den gemeÈn* tebode. Met moeite moest men zich bïj den in* gang door de verzamelde menigte dringen, dodh verder als de gang of voorhuis konden zij niet komen, de bekende opiperkamer ter linkerzijde was onbereikbaar. i De deur tusschen opiperkamer en gang was geopend, waardoor het navolgende ge* constateerd kon worden. Ds. Buddingh, thans gekleed in mantel en bef, bevond zich in de opiperkamer en sprak over de Tien Geboden, na afloopt waarvan hij een kind doopte genaamd „Ma* ïinus," zoon van Jacobus Wesdorp en, Jacoba Douw, wonende onder Poórtvliet. Na den doop deelde Ds. Buddingh mede, dat hij voornemens was in den avond het Nadhtmaal uit te deelen. By het uitgaan bleek lu telling dat meer dan 170 personen de woning van De Later verlieten. i Gelegenheid tot het noteeren van namen was er niet, maar geconstateerd was dat er onder de aanwezigen velen geweest waren uit de omliggende gemeenten als Tholen, en Poórtvliet. i In verband met het opgemaakte proces* verbaal werden Ds. Buddingh, J. F. de Later en C. Gunst, vervolgd en in de maand December 1837 veroordeeld tot een gezamenlijke boete van zestig gulden. Dat het optreden van Ds. Buddingh, die, Zooals reeds is opgemerkt, een uitstekend volksprediker was, niet zonder gevolgen bleef, blijkt uit het volgende. Reeds 22 October 1837 geschiedde op verzoek doorhaling in het lidmatenboeki van den naam van Josina van der Slikke, die zich afscheidde „om zich te vereenigen met de ware gereformeerde gemeente." 28 Januari 1838 volgde op verzoek door* haling van zes namen, n.l. van 4 mannen en 2 vrouwen, het totaal aantal separatisten van 6 December 1835 tot en met 22 Januari 1838, bedroeg derhalve 25. Op 15 en 16 April 1838 is ten huize van De Later de predikant Buddingh telkens drie malen opgetreden, opmaking van Pro* ces*verbaal volgde, en veroordeeling door de Rechtbank te Zierikzee. In de vergadering van 26 April 1838 volgde weer doorhaling van de namen van 4 lidmaten, terwijl eerst in de vergadering van 29 October daaraanvolgende een door* haling van twee namen volgde, waaronder die van de echtgenoote van C. Gunst. Zéér lang had deze dus geaarzeld den ingeslagen weg van haar echtgenoot te volgen. Met de laatstgenoemde doorhalingen be* droeg dus bet totaal 31. Een zekere stilstand kan nu geconstateerd worden. Eerst 28 Januari 1839 vond weer uittre* ding plaats en wel van 2 personen, daarna worden geen uittredingen meer gevonden tot 7 October 1850. Uit een staat van tellin? blijkt dat de bevolking der gemeente op 31 December 1844 bestond uit 1465 inwoners, n.l. 1098 Gereformeerden (Hervormden), 59 Separa* tisten, en 310 Roomsch Katholieken. Onder de 59 Separatisten waren kinderen begrepen, zoodat de groei van de afge!« scheiden gemeente inderdaad niet groot is geweest. Wat kan de oorzaak zijn? Ds. Buddingh was wegens het niet betalen van de hem opgelegde boeten, ook vóór op andere plaatsen gepleegde overtredingen waren hem boeten opgelegd) in de gevan>« genis opgenomen. In de maand Januari 1839 werd hij in vrijheid .gesteld, tot zoolang moest men, dus de Werkzaamheden van den reizenden predikant missen. Na zijn invrijheidsstelling kwam het con* flict tusschen hem en de Separatisten, zoo^ dat, waar de gemeente van Oud Vossemeer niet zijn zijde koos. Ds. Buddingh ook vóór Oud Vossemeer afgesneden werd. Dit feit zal zeker van invloed zijn ge* weest OJ3 de stilstand van groei, maar er was meer. De Roomsch*Katholieken te Oud Vos* semeer hadden geen Kerkgebouw; de pa* rochianen gingen te Nieuw Vossemeer hun plichten vervullen. De gedadhte aan een eij;en Kerkgebouw had langzam.erhand vastere vormen aange* nomen. Een commissie onder Voorzitterschap van J. Brendonk had zich gevormd om pogingen aan te wenden een eigen kerkgebouw tei verkrijgen. In de Raadsvergadering van 8 Mei 1839 kwam een adres in behandeling van J. Bren* donk e.a. om te worden erkend „als een vereenigde Commissie voor de daarstellirig van een Roomsch Catholiek Kerkgebouw binnen de gemeente." Op dit adres werd medegedeeld dat adres* santen zich in verband met het Koninklijk! Besluit van 16 Augustus 1824, Stbl.' 45^1 zich moesten wenden tot Z.M. den Koning, Dit geschiedde, en in 1841 kwam het Kerk* gebouw tot stand. Bij de Kerkvisitatie in de Nederduitsdh Hervormde Kerk welke in Maart 1842 plaats had, werd medegedeeld dat de godsdienstige staat van de gemeente gunstig was te noe« men, hetgeen bleek uit de talrijke opkomst, vooral des voormiddags. Ook was men gaan letten op de gods* dienstv.'aarbeden, terwijl een meer tot elkaar vereenigen te cönstateeren was geweest. Dit laatste werd toegeschreven aan het feit (of de meening) dat de Roomsdh Katholie* ken sinds de stichting van hun Kerk meer tegenzin tegen de Hervormden waren gaan toonen. Hieruit blijkt dus dat de stidhting der Roomsch Kathoheke Kerk meer samenbin* ding, dan ontbinding had teweeg .gebracht, en de tweedracht aan de «endratfht, althans wat Oud Vossemeer betreft, tijdelijk was geweken. Hei is tï begrijpen dat met en door den bowv der kerk, het kerkelijk bewustzijn der Roomsch Katholieken zal zijn aange* wakkerd. Dit zal zijn invloed weer niet gemist heb* ben op het Protestantsdhe bewustzijn, en daardoor zullen de Hervormden meer saam* hoorigheid aan den dag hebben gelegd, het* geen zeker niet ten goede gekomen kan rijn aan de Separatistische b^eweging. We hebben thans twee oorzaken voor den stilstand van groei sinds 28 Januari 1839 tot 1850. Het jaar 1848 is te merkwaardig om daar* bij niet even sül te staan. Bij Koninklijk Besluit van 17 Juli 1847, No. 71, werd aan Ds. Giltaij, predikant bïj de Hervormde Kerk eervol emeritaat ver* leend met pensioen; de predikant had den leeftijd van 64 jaar bereikt. Zijn aftreding was bepaald op 1 Januari 1848. f In het geschriftje van Ds. J. W. Gunst „Eene bladzijde uit de geschiedenis der Scheiding," uitgegeven te Leiden bij D. Donner 1891 is een brief van December 1835 afgedrukt van J. F. de Later, gericht aan „Heeren Predikant,.en verdere leden van den Kerkeraad van het Hervormd Kerkge* nootschap alhier." i De inhoud van den brief is lang niet malsch, de verstoordheid welke uit den brief blijkt, is te wijten aan op De Later gemaakte schimpdichten in verband met diens afscheiding. Jammer dat naast dien brief indertijd ook niet een paar van die schimpdichten afge* drukt zijn kunnen worden, het hoor en wederhoor is voor een juiste beoordeeling immer zeer aanbevelenswaardig. In ieder geval blijkt uit den vorenbedoel* den brief dat de zaden van haat en nijd kunstig gestrooid waren en werden. Ds. Giltaij vertrok Januari 1848 uit de gemeente van Oud Vossemeer, naar Mid* delburg, en werd opgevolgd door Ds. A. Wilod Versprille, die 2 Juli 1849 zijn intrede deed. Een strijder tegen de Afscheiding was dus verdwenen. J. F. de Later, metselaar, de strijder voor de Afscheiding overleed te Oud Vossemeer 29 Augustus 1848 in zijn woning nummer 21, thans w'ijk A no. 31. (Wordt vervolgd.) zijn van de allerbeste kwaliteit, Alles half trans port, onverwoestbaar, r o e s t V r ij gelakt, ver chroomd nikkel. Wij leveren van fabriek aan verbruiker. Onze ptSjscourani gratis dp' aanvraag. .^ENZO" RIJWIELFABRIÈK yiaatdingiem Telefoon 474 Van Ko van den Rand „aan zijn Oom die in de stad woont en voor het laatst op het eiland geweest is bg de door< («taak van Strieo in 1895. Waarde Oom, Ook op onze Thooische dorpen is het organiseeren zoo langzamerhand doorgedron gen. Eigenhjk voelt ons Thooische volk niet voor organisatie. Het voelt als bij in* tuïtie dat men dan op de verkeerde weg komt en dat speciaal de organisators via de ruggen der arbeiders naar omhoog trachten te klauteren, wat aan velen maar al te wel gelukt is. Ook van Christehjke organisatie is men in den grond afkeerig omdat men beseft dat het eigenlijk is een verkapte klassesfrijd ook al dekt men zich met Chris* telijke leuzen. Vooral ook, en wie zal ons Thooische volk dat euvel duiden se* dert men heeft gemerkt, dat de Christe* hjke organisaties al evenzeer grijpen naar het wapen der werkstaking als de roode bonden. Een vriend vam me zei altyd: „Ko onthoud het „bonden zijn banden die ons van alle vrijheid zullen berooven." Evenwel heeft de organisatie de laatste ja* ren eenigszins meerderen voortgang gemaakt. Dat behoeft niet te verwonderen, als men bedenkt dat de Regeering er op alle moge* lijke wijze toedrijft,, doordat bij steunver* leening e.d. de bonden zijn ingeschakeld. Zoo vindt men nu ook op onze Thooische dorpen werkliedenorganisaties, maar wat u misschien moeiHjk gelooven kunt, de modernen, de rooden zijn ook op meest alle dorpen vertegenwoordigd. En nu weet ik oom, nu duid ik geen speciaal Thool* sche toestand aan maar over het algemeen heeft men een socialistische organisatie eer men er erg in heeft. Men begint inj den regel op neutrale of onzijdige manier. Daar is b.v. wel een arbeider, dje zonder nu aan* gesloten socialist te zijn wat rood op de graat is. Niet zelden zijn mond beter weet te roe* ren dan zijn handen en daardoor nogal eens voor laatst gehouden wordt als er werk is. Grieven heeft hg. Zou hij' geen grieven hebben? Zoovaak zonder werk, hij zoekt de oorzaak bij zich zelf niet, maar op een verkeerde plaats bij anderen namelijk. En zoo begint hij langzamerhand haast zelf te gelooven, dat hij achteruit gezet wordt, met het gevolg, dat hij heviger zijn mond roeren gaat en dat heeft weer tot gevolg dat zijn handen mindtór te doen hebben en zoo nemen zijn sociale gevoelens van tijd tot tijd toe. „Kapitalistjen," en „bloed* Zuigers" en dergelijke woorden beginnen meer en meer tot zijn gewone uitdrukkin* gen te behooren als hy het over de werkge* vers heeft en „Jan boezeroen" en „armoed* zaaiers," als hij het over de arbeiders heeft. Het zaad der ontevredenheid en ach oom wat is daar in onze dagen veel van aanwezig en wat bestaat er helaas ook veel aanleiding toe, wordt met kwistige had gestrooid en het schiet op in menig hart. Och daij we wat meer ontevreden met en over ons zelf waren. Het wordt maar al te zeer bij! an* deren gezocht. In deze dagen van werkloosheid en van dalende inkomsten krygt zoo iemand vrij gemakkelijk gehoor en medestanders. Was hij vroeger zelf onder zijn medearbeiders niet gezien, dat begint te veranderen en door de zware tydsomstandigheden vindt hij ooren geopend, die vroeger voor hem ge* sloten waren. Hij kriijgt eenige aanhang en in zijn gedachten ziet hij den tijd komen, dat hy wat zal kunnen worden. Langs den weg der vakvereeniging. Voor zich zelf is hij reeds socialist behalve dan wat Zijn aan* sluiting aangaat en wat zijn kennis van de problemen aangaat. Maar een grootere ontevredenheid en een zich voeden met socialistische krantenlejcltuur vullen dat wel aan. Hij begint de noodzakelijkheid van het vereenjgen van de arbeiders te bepleiten. Neen,, niet op socialistische grondslag, hij weet wel daar is zijn dorp niet rijp voor. Geen roode afdeeling. Dat behoeft ook niet. Een neutrale vereeniging kan worden opgericht. De rest komt wel. Daar zal wel voor worden gezorgd. Maar aanvanke* hjk neutraal en nog eens neutraal. Socialis* tisch geen sprake van. Als maar een centrum wordt gevormd waar de ontevredenheid kan worden gevoed en waar de weg naar de roode gelederen kan worden gewezen. „Neutraal begonnen leidt vaak tot socialis* tisch geworden," zegt vriend Arjaan wel eens. Nu oom ik moet nu ophouden, maar een volgende maal moet ik u eens schrij* ven over Sint*Annaland waarover u ge* lezen had. Daan i^ het al erg barbaarsch toegegaan. Maar dat schrijf ik u een volgende maal. Nu oom voor ditmaal genoeg. De hartelij* ke groeten. Je neef Ko van de Rand. EEN LEERGESCHIL OPGELOST. De Heraut, orgaan der Gereformeerde kerken in Nederland,, publiceert, het vol* gende bericht: „De hoogleeraren dr. F. W. Grosheide en dr. V. Hepp, respectievelijk door prof. dr. J. Waterink en ds. H. Steen aangezocht om met hen te confereeren over de bezwaren door ds. H. Steen tegen Cristologische op* vattingen van prof. dr. J. Waterink inge* bracht. gehoord de verklaring van prof. dr. J. Waterink, a. dat hij zich aan het Gereformeerd belijden, dat de Zoon Gods, de tweode eeuwige persoon der Heilige Drieeënheid, de onpersoonlijke menschelijke natuur heeft aan genomen, nici alleen wat het lichaam of vleesch aangaat, maar ook een ware men* schelijke ziel of geest, ook wetenschappelijk gebonden acht, niet alleen zakelijk, maar ook wat de termen betreft; b. dat al zijn vroegere uitspraken in deze hiernaar verklaard of geortigeerd worden en hij nooit bedoeld heeft iets an* ders te leeren: van oordeel, dat door bovenstaande ver* klaring zelfs de geringste schijn van een confessioneel geschil is weggenomen; gelet op de verklaring van ds. H. Steen, dat "hierdoor zijn bezwaern zijn vervallen, cönstateeren, dat prof. dr. J. Waterink, en ds. H. Steen in de gerezen kwestie prin* cipieel geheel met elkander accoord gaan, terwijl eventueele structuurverschillen in deze tusschen hen door beiden worden geres* pecteerd besluiten dit resultaat en de daaraan voor* afgaande overwegingen ter kennis te brengen van prof. dr. J. Waterink, ds. H. Steen. en den raad der Gereformeerde kerk van Amsterdam." GESCHILLEN Het is bekend da,t over belangrijke quaes* ties tegenwoordig onder de voormannen in de Gereformeerde kerken geen eenstemmig* beid bestaat. Onlangs heeft, gelijk in de piers reejds 'eerder bericht werd, prof. dr. V. Hepp, hoogleeraar aan de Vrije Uni* versiteit, te Amsterdam, aldaar in een beslo* ten samenkomst met predikanten en studen* ten over „Actueele dogmatische problemen aangaande de kerk" gesproken, waarbij hij spicaal, gelijk de Reformatie mededeelt, zich tegen beschouwingen van prof. dr. K. Schil* der te Kampen richtte. Het comité dat deaze samenkomst organiseerde, heeft thans prof. Schilder uitgenoodigd om eveneens in een dergehjke samenkomst zijnerzijds dezelfde problemen te behandelen. De Reformatie publceeirt de daarover gevoerde correspon* denties, uit welke blijkt, dat prof. Schil* der deze uitnoodiging afwijst. Prof. Schilder wil wel over de bedoelde onderwerpen spreken, doch dan moet zijn inziens de geheele aangelegenheid op andere wijze wor* den opgezet dan thans gesdhied is, n.l. met uitbanning van alle geheimhouding en met volkomen gelijkgerechtigheid naar een vast voorafgesteld program van de aan dit con* tact deelnemende partijen. DE DUITSCHE EVANGELISCHE KERK. De Duitsche Evangelische kerk wordt orthodox. Over den kerkstrijd in de Duitsche Evan* gelische kerk is veel te zeggen, schrijft et Ned. Chr. Persbureau, doch één zeer op* merkelijk resultaat verdient wel de grootste aandacht, n.l. dat deze kerk al strijdende bezig is orthodox te worden. Voorheen was een zeer grooft deel der predikanten niet* orthodox. In het begin der nationaal*socia* listische revolutie bleek de orthodoxe bewe* ging ook nogi niet oversterk. Allengs ech* ter zijn de verhoudingsijfer op zeer be* langrijke wijze veranderd. We kunnen daar* bij in het algemeen wijzen op het groeien van de belijdenisbeweging en op het af* brokkelen v^n de organisaties harer bestrij* ders, doch brengen met name de cijfers betreffende de jongeren) naar voren. Te Bonn, waar de behjdenisbeweging haar theologen niec meer zendt, waren tijdens Karl Barth 400 theologische studenten; dit cijfer zonk daarna op 250 in 1935 en is thans op 90 gezakt. Van de 340 Rijnlandsche theologische stu* denten behooren er 220 tot de belijdenisbe* weging, 2030 tot de Duitsche Christenen, terwijl de overigen nog geen keuze deden. In Oost*Pruisen meldden zich 24 candi* daten voor het Ie deel van het examen, 18 voor het tweede bij de belijdenisskerk;- aan, idem in Pommeren, terwijl anderzijds bijna geen aanmeldingen voorkamen. De belijdenisopleidingscommissie te Berlijn*Bran* denburg onder leiding van den Gereformeer* den lic. Albertz zag zich 222 candidaten toevloeien, terwijl slechts 4 candidaten de tegenovergestelde richting kozen(0. In West* falen meldden zich 239 candidaten bij de belijdenisbcweging en haar examencommissie aan, dat is nagenoeg allen. De boveri^genoemde cijfers betreffen alle de Oud*Pruisische Uniekerk en haar kerk* provincies. Voegt men daarbij hoe sterk de groote Lutersche landskerken (Hannover, Beieren, Wurtemberg, Baden, Saksen, Mees lenburg) het belijdenispad gekozen hebben, dan ontstaat een imponeerend overzicht over eenige zichtbaar geworden uitkomsten van den kerkstrij'd. De beurs heeft op het oogenblik met velerlei omstandigheden rekening te houden. In de eerste plaats met de nog steeds gespannen internationale verhoudingen. De toestand is er door de overwinning van Italië, gevolgd door het uitroepen van de Italiaansche heerschappij over Abessinië, niet op verbeterd. Integendeel, de kans dat Italië met den Volkenbond zal bre* ken, lijkt op het oogenblik grooter dan zij tot dusver is geweest. Van belang is voor onze beurs voorts de loop van zaken in Frank* rijk. De verklaring van Léon Blum, dat zijn groep is gekant tegen verla» ging van den franc, heeft de gemoe* deren in Frankrijk wel eenigszins ge* kalmeerd. De New*Yorksche beurs blijft kiste* loos. De rechte zin om zaken te doen is er na de jongste koersdalingen nog niet teruggekeerd en dit veroorzaakte, ondanks de gunstig blijvende berich* ten uit het Amerikaansche bedrijfsie* ven, ook te onzent bij den handel in AMERIKANEN eenige terughouding. Over het algemeen was het in de afgeloopen week vrij stil aan de AM* STERDAMSCHE beurs. Enkele aandeelen, zooals KONINK* LIJKE OLIE, IJ.V.A. e.d. ondergin* gen den invloed van de wisselende stemmingen op de valutamarkt, waar* door het koersverloop onregelmatig was. Van INDUSTRIEELE aandeelen trokken PHILIPS en UNILEVER op sommige dagen nogal belangstelling. Al deze fondsen gingen enkele per* centen vooruit. De minder courante SUIKER* en RUBBERAANDEELEN zijn over het algemeen wat teruggeloopen. TABAK* KEN vrij onregelmatig, maar tenslotte nagenoeg onveranderd. De BELEGGINGSMARKT was wei felend. Over het geheel genomen ble* ven de koersen evenwel vrij goed op peil. Ingezonden door de N.V. GELD. CREDIETVEREEN. 13 Mei 1936. SOMMELSDIJK Geboren: Arij Cornelis, z.v. A. Munters en K. W. Boogerman, wonende te Herkin* gen. Overleden: Lena v. d. Nieuwendijk, oud 56 j., echtgenoote van Steven Visser. Ondertrouwd: J. Bal 27 j., wonende te Dirksland en J. Nelis, 24 j., wonende al* hier; P. Vogelaar 27 j., en J. Doornhein, 223 beiden wonende alhier. Gehuwd: J. B. Hanson, wonende al* hier en A. Braber, wonende te Dirksland. Ondertrouwd: Johannis Ardon, 24 j., te Dirksland, en Dnai Cornelia, Jannetje v. d. Velde, 21 j., alhier. Gehuwd: Wouter van der Velde en Lijn* tje Tanis, beiden alhier; Jacobus Peekstok, 39 j., te Dirksland, en Kommertjei Goede* gebuur, 28 j., alhier. Geboren- Adrianus, z.v. Pleun Troost en Johanna Noordijk; Marinus, z.v. Jaspert van der Slik en Klaasje Wilhelmina Schel* lius. OUDE*TONGE Loop der Bevolking: Ingekomen: j. A. Terhoeve uit Rotter* dam, L. Markestein uit Zuidland, L. v. d. Groef uit Dirksland, P. Vermaat uit Ooit» gensplaat, A. v. d. Veer uit Sommelsdijk, H. D. Hartog en A. v. Dijk uit Middelharnis. Vertrokken: L. Zweerus naar den Bommel, J. A. V. d. Doel naar N.*Helvoet, P. Har* tog naar Sommelsdijk, S. C. Luijendijk naar Alfen a.d. Rijn, C. M. v. Maarik naar 's*Gravenhage, J. A. Slis naar Utrecht, P. Volaart naar Oosterland. OOLTGENSPLAAT Geboren: Gerardus Jacobus, z.v. A.. T, V. d. Made en M. J. Pollemans; Marinus z.v. M. Donkersloot en F. Vermaat, Theodo* rus Anthonius z.v. I. A. de Waal en M. V. Dravik, Wilhelmina Teuntje d.v. L. Kachelland en D. v. Putten, Cornelia d.v. Joh. V. Kempen en M. v. Dam, Sara d.v. K. Braber en A. J. C. Albregts, Adriana Maria d.v. W. de Boed en J. v. d. Heij* de, Adriana d.v. C. Hotting en A. Leijdens, Bastiaantje d.v. "Cde Vos en J. van Dam. Getrouwd P. Visser 23 j. en J. Bom 17*., J. van Rossum) en D. G. van Putten, P. van Maastricht en C. W. van Drielle, C. van Nimwegen en A. van Gent, Overleden: Johanna van Nimwegen 86 j., wed. van P. Beijer, Maatje van Dam 53 j. echtgenoote vanjac. van Gurp, Jacobus Kamp 78 j., wed. van Pieternella Reedijk, Jacobus Vervloet 83 j., wed. van Maria Hameeteman, Adrianus Bakelaar 1 jaar z.v. Jan Bakelaar en Governs van Eek. Loop der bevolking' over de maand Mei. Ingekomen: Joh. Kosten van Putters* hoek, Christina de Vos van 's Gravenzan* de, Willem Blaak van Middelharnis, Jacobus Telex van Overschot van Tholen.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1936 | | pagina 4