,,Eilanden^ nieuw s
AKKERTJES
De Boheemsche
Dokter,
BINNENLAND
Morgen
heb ik
weer
koorts
2e Blad
ZATERDAG 2 MEI 1936
No. 733
Buifealandsch Overzicht
is Uw verzuchting als Gij Uw keel
voelt dik worden en U onprettig
en rillerig begint te voelen. Stop
die opkomende verkoudheid, ga
vroeg naar bed. Neem één of twee
"AKnERTJES" en morgenochtend
voelt ge U prettiger dan ooit en
Uw verkoudheid "gaat niet door".
"AKKERTJES" stellen nooit teleur I
S^iöêElliiC^HETS
CHR.W^KBLAD op GER. GRONDSLAG vooi de ZUIDHOLL. en ZEEUWSCHE EILANDEN
Uitgave Tan de N.V..Eilanden-nieuwa*, GeTeatigd te Middelharnis, Tel. 17 Giio 167930 Postbus8
De veujaaudag van HjC.H. Prjnsts Jus
liana Huldiging in het Stadion De
1 Meidag der S.d.a.p. Dr. Wibaut te
Amstetidam overleden Het collectief
arbeidscontract in de schoenindustrie in
d© Knel Luchtbeschermingsdi^nstoefe:
ning^ in Zeelan4. Varia.
Dit overzicht beginnen wij allereerst met
eenige woorden te wijden aan onze geliefde
Prinses, H.K.H. Prinses Juliana. Donderdag,
de laatste van de Aprilmaand, mocht Zij
het voorrecht genieten wederom haar jaardag
te vieren. Zeven en twintig jaren heeft de
Heere Haar behoed en gespaard, niet alleen
voor Haar Hooggeëerde Moeder, onze Ko*
ningin, maar ook voor ons geheele land
en Volk.
Het ligt ons nog zoo versch in het geheu=
gen, dat Zij met Haar KoninkUjke Moeder
onze landstreek bezocht en we zijn nog
ontroerd als we denken aan de bhjdschap
en de hulde, die Haar bij diej gelegenheid
werd gebracht. Nauwelijks een week geleden
vertoefde zij tusschen ons, onbedwongen en
vrij; we zagen Haar, niet alleen als Konings<=
kind, maar ook als een kind des volks tus»
schen ons en het is verstaanbaar dat thans
meer dan ooit, de band tusschen het; volk
van ons lage land bïj de zee met ons
Vorstenhuis, hechter en vaster is geworden.
Zij heeft verleden week bewezen te zïjn
onzer één, toen Ze onbevangen vriendelijk
groetend en wuivend tusschen de diühte
drommen onzer dorpsbewoners reed en de
sympathie gewonnen van groot en klein
die Haar voor de eerste maal zagen. Spare
de Heere Haar tot in lengte van dagen, tot
heil van ons Nederlandsche volk is onze
wensch en bede.
Amsterdam heeft ter gelegenheid van de
verjaardag van onze Prinses, Haar een geest>»
driftige ovatie gebracht in het Stadion. Saamr*
geroepen door hef Centraal^Comité van
Oranje* en Nationaalgezinde organisaties was»
ren daartoe tienduizenden Amsterdammers
saam tot een grootsche huidebetuiging aan
den vooravond van Haar verjaardag. Kwart
voor negen 's avonds is de Prinses in de kos=
ninklijke auto de groote Marathon=«poort
binnengereden^ van alle zijden hartelijk ver^»
\veIkomd, waar de Burgemeester van Amstero
dam De. W. de Vlugt de Vorstelijke; Be«^
zoekster ontving. Enorme magnesium«fakkels
wierpen het witte licht op de eeretribune,
terwijl de toejuichingen schier geen einde
namen. Het woord is gevoerd door de heer
J. ter Haar, oud«=Wethouder en Voorz. van
het huldigings^'comité. Ook Minister- Deckers
heeft een rede gehouden. De derde spre*'
ker was Dr. I. H. J, Vos. Nadien werd alles
donker en werd door Burgemeester de Vlugt
het Oranje^vuiu: ontstoken, waarbij troepen
OranjCisgardisten en Padvinders het Stadium
betraden en met dansende en flikkerende
lichten naar alle kanten uitzwermden. On^
derwijl speelde de Marine»kapel liederen
van Valerius en andere Vaderlandsche zan*
gen. Staande in Haar wagen heeft de Prins'
ses daarna een rondrit langs de tribunes gt"
maakt, waarbij zij naar alle zijden dankte
voor de bewezen vereering". Ie ongeveer
10 uur heeft H.K.H, het Stadium verlaten.
Is alzoo 30 April voor ons Volk een dag
van groote beteekenis en blijheid, voor de
Sodaakdemocraten is dat èen dag daarna,
n.l. de 1 Mei^dag. Dat is de dag| waaroip
de idealen der moderne arbeiders^beweging
worden verkondigd. We zeggen dit niet,
alsof de S.d.a.p. nu zoo geheel warsi staat
tegenover het gebeuren in het familieleden
onzer Vorstinnen, O neen! er komt kente*
ring. Een groot man onder hun schreef on==
langs: „ons Vorstenhuis is ons te dierbaar
om er biji bijzondere gelegenheden over te
ziwijgen." Maar toch gaat nog altijd het rood
boven Oranje, al is die roode vlag wat-
verkleurd en een weinig oranje^getint.
Op 1 Mei trekt de sociaal*democratie met
allerlei leuzen zingend en juichend ter be*
tooging. En het „Plan van de Arbeid" dat
aan de ontzettende crisis een eind zal maken
staat daarbij in het middelpunt. Jaar na
jaar is het 1 Mei feest gevierd, telkens met
andere leuzen en beloften, telkens met nieu=<
we geestdrift en strijdvaardigheid, maar ook
jaar na jaar is de crisis hachelijker! gewor«
den. Langzaam is ons volk ondanks all die
beloften op de „overwinning" en een betere
toekomst, doodehjk verarmd. Het is een
ijdele hope gebleken. En ook nu weer
schalde het lied „Weldra is voor alle: vo^
ken, 't schitterend zonlicht opgegaan," maar
me dunkt dat velen de moed er* bezieling
zal ontbreken om in feesteBjke stoeten de
Mei^leuzen uit te galmen. Men moet ook
wel totaal verblind zïjn, afgezien nog van het
principe der s.d.a.p. om aan die holle klan^
ken waarde te hechten. De geschiedenis
der s.d.a.p. met vorige „plannen"-heeft dat
wel bewezen.
Is er dan geen hope voor ons volk Voor
de denduizenden werkloozen, die verslagen
bij de pakken neerzitten? Gewis, indien wij
allen hoofd voor hoofd, terugkeerden tot
de Wet en de Getuigenis, in boetedoening
en vernedering der harten, de Heere zou
uitkomst geven. Zijn eigen Woord zegt het:
„God is leen toevlucht en sterkte, Hij' is krach
tiglijk bevonden een hulp in benauwdheden.
Daarom zullen wij niet vreezen, al ver»'
anderde de aarde hare plaats." Die daar wat
van hebben ondervonden trekken niet in
eigen kracht op, zij hebben een Held voor
zich, die zéker overwint.
Een zwarte schaduw op het 1 Meifeest
der soc. dem. werpt wel de dood van hun
„grand old man" Dr. F. M. Wibaut. Deze
grijze partijgenoot is Woensdag te Amsters
dam in zijn woning overleden. De heer Wi*
baut werd geboren 23 Juni 1859 te Vlissin*
gen en werd aanvankelijk Roomsch opges»
voed. Hij bezocht het seminarium te Rol*
due en bezocht later de handelschool. Van
ISTór—1904. wasi hij in den houthandel'. In
1897 sloot hij zich aan bij de S.D.A.P. In
1904 werd hij lid van den Raad te Amster*
■dam en in 1914 benoemd tot Wethoudep.
Dit is hij mét een kleine onderbreking tot
1931 geweest. Vele jaren, was hij lid der
Prov. Staten, waarvoor hij in 1922 moest
bedanken wegens benoeming lid der Eerste
Kamer, wat hij tot 1935 is gebleven. Van
zijn pennevruchten noemen we hier slechts
het boek „Wordend Huwelijk" waarop bij
verschijning in ons Blad in een serie artike*
len een critiek is gegeven.
Voor de sociaaWemocratie in Nederland
is het een man van beteekenis geweest en
algemeen wordt in de pers de bekwaamheid
van den overledene geroemd. Thans is hij
gegaan de weg van alle vleesch en moet
van hem geschreven: „en hij stierf".
Van hem zal echter niet kunnen gezegd,
dat de gedachtenis des rechtvaardigen tot
zegening zal zijn, maar juist de tegenstelling
die de H. Schrift noemt. Zijn werken en
vooral „"Wordend Huwelijk" is een nalaten*
schap, die ons volk een onberekenbaar
kwaad toebrengt.
Eenige dagen geleden is door de Federatie
van Nederlandsche Schoenfabrikanten het
collectief arbeidscjontract in de schoenindus*
trie opgezegd. Evenwel is de opzegging nog
geen feit, want de schoenfabiikanten hebben
zich bereid verklaard het contra|dt te pro*
longeeren, indien de arbeidersorganisaties
slechts willen toestemmen in enkele voor*
waarden, door de Federatie gesteld. Van on*
dememersstandpunt w'ijst men er op, dat bij
werkehjke opheffing van het collectief ar*
beidscontract de vakvereenigingen ten zeer*
ste bij hun actie zouden worden bemoeilijkt.
Hiermede rekening houdend, hebben de ón*
dernemers dus een wijzigings*programma op*
gesteld, waardoor het" contract verlengd zou
kunnen worden.
Over verschillende voorwaarden zullen de
arbeidersorganisaties het met de Federatie
wel eens kunnen worden, maar anderzijds
zïjn de voorwaarden zoodanig, dat geen
enkele arbeidersorganisatie deze zal willen
aannemen. Vooral inzake het loonvraagstuk
zal de Federatie op een onverzettelijke hou*
ding van de verschillende vakbonden stuiten.
Hoe zwaar de voorwaarden van de Fede*
ratie van Ned. Schoenfabrikanten zijn, blijkt
Wel uit het feit, dat een vergadering van de
bij de R.K. fabrieksarbeidersbond aangeslo*
ten leden het voorstel van de Federatie
„oruannémelijk" heeft genoemd. Binnenkort
zal dus het collectief arbeidsc|ontract in de
Schoenindustrie dus wel tot het verleden
behooren.
Luchtbe^dherminjg^oefeniingein in
Zeeland en W.'N.'Brabant.
Op 16 Mei a.s. zullen boven Zeeland en
W. Noord*Brabant groote luchtbescher*
mingsoereningen gehouden worden. Het ge*
vaar wordt dan geacht te dreigen tusschen
14.40 en 16.40 uur en tusschen 16.40 en 21.40
uur.
In den middag zullen verschillende lucht*
eskaders over Zeeland vliegen. Zij zullen
boven zoo veel mogelijk plaatsen komen,
doch niet alle 109 gemeenten van Zeeland
zullen de ongewenschta gasten boven zich
krijgen. De avondoefening wordt voorname*
lijk gehouden om de verduisteringsresulta*
ten te kunnen beoordeelen en dan is er
slechts 1 K.L.M.*machiiie in de lucht. Aan
boord bevinden zich officieren, waarnemers
die de verduistering alom zullen controlee*
ren. Bij de verduistering zijn groote moei*
lijkneden te overwinnen. In Zeeland kunnen
voor een oefening niet de kusthchten ge*
d^ofd worden, zoodat o.a. de Westkapelsche
toren zijn stralenbundel over Walcheren
laat schijnen. Dit mag echter voor omwo*
nenden van den toren geen reden zijn om
niet aan de oefening deel te nemen.
Mr. Truijen tot lid van de Tweede
Kamer be;n,oeaid.
De voorzitter van het Centraal Stembu*
reau heeft in de vacature, ontstaan door
het overlijden van Jhr. Mr. Ch. J. M. Ruijs
de Beerenbrouck, tot lid van de Tweede
Kamer benoemd verklaard Mr. P. W. H.
Truijen te Roermond.
Omtrent de oorlog in
Abessynië
valt het volgende te melden.
De ItaHane'n z'ijn van Diessie opgerukt naar
Addis Abeba, en staan nog plm. 100 K.M.
van de hoofdstad verwijderd.
Een zeer moeilijk terrein staat hun nog te
veroveren, wat als het goed verdedigd wordt,
nog heel wat voeten in de aarde hebben
zal. Van Abessijnsche zijde is tot nu toe
bijna geen tegenstand geboden, en het valt
ook niet te zeggen of 2ij hun hoofdstad
krachtig zullen verdedigen of niet.
Heel eigenaardig is het dat van de rassen
Seyoem en Kassa totaal niets meer vernomen
wordt. Vooral
Ras Seyoem
Was in hef begin van den oorlog een zeer
voortvarend en strijdvaardig bevelvoerSer,
die de Italianen het dikwijls zeer moeilijk
heeft gemaakt.
Is er van het Noordelijk front niet veel
meer te vertellen dan het oprukken naar de
hoofdstad, in het Zuiden daarentegen bie*
den de Abessyniërs nog zeer kradhtigen
tegenstand.
Niettegenstaande generaal Graziani al :Jijn
reserves in het vuur heeft gebracht en ruim*
schoots over tanks, pantserauto's en vlieg*
machines beschikt, ziet
Ras Nassiboe
kans de zeer felle aanvallen af te slaan, en
al moe{''hij wijken, de successen zijii niet in
evenredigheid van den druk weUce op hem
Wordt uitgeoefend. Zal hij werkelijk kans
zien de Italianen tegen te houden of be*
zWSjkt ook zïjn leger en nemen zijii man*
schappen de vlucht? Houdt hij trots zeer
bloedige verliezen stand, eerstdaags moet
hij fodh wijken, als hij in den rug wordt
aangevallen. Tegen twee fronten vechten,
kan hij ook niet volhouden.
Indien de berichten zdjn te gelooven, moet
juist het vechten tegen twee fronten de oor
zaak van de ineenstorting zijn geweest der
Keizerhjkë legers. Hoe fel en moorddadig
ook de strijd der Italianen Was, het verraad
der opstandehngen in Godjam en hun aan*
vallen bij nacht van de Abessijnsche troepen
hebben de manschappen zoo zeer afgemat,
ja de gelederen zoo gedund, dat dj niet
die tegenstand hebben kunnen bieden welke
noodig Was.
Op het oogenblik worden allerlei gissin*
gen gemaakt over de toekomst.
Al mogen de Abessyniërs kradhtig hun
hoofdstad verdedigen, dat zij de Italianen
er uit houden, gelooft niemandi
Maar wat zal dan gebeuren? Trekt de
regeering zich terug en worden er weder
legers gevormd in het Westen van het land?
Of zal het met de inneming der hoofdstad
ook met het Abessynsche rijk gedaan zijn?
Zoo niet, dan is Italië er nog niet, want het
Westen van het land is zulk een wildernis,
dat met tank en pantserauto's er zeer wei*
nig te beginnen is. Het wordt dan een echte
guerilla<<oorlog zooals in Transvaal en Ma*
rokko heeft plaats gehad, maar die uiteinde*
lijk todi de finale onderwerping der be*
woners tot gevolg had.
Dinsdag 28 April 1936 heeft
Koning Foead
van Egypte het tijdelijke leven met het
eeuwige verwisseld. Hij was een zeer gezien
Vorst, die zeer veel voor zijn volk heeft ge*
daan. Begaafd en bestudeerd, stond hïji bo*
ven de verschillende richtingen.
Toen de Koning zijn einde voelde naderen
heeft hij van zijn dochters afscheid geno*
men en de Koningin omhelsd.
Zijn eenige zoon, Faroek, oud 16 jaar,
vertoefde in Engeland ter voltooiing van
zijn studiën.
Prins Faroek is thans tot Koning uitge*
roepen, doch zal z'oolang hij minderjarig is,
door regenten worden bijgestaan. Hij hoopt
5 Mei in Egypte aan te komen.
De namen '^zer regenten zijn nog niet be*
kend, daar deze door den overleden Koning
zelf zïjn opgeteekënd, en de verzegeldei
envelopipe eerst na zijn begrafenis mag wor*
den geopend.
Voor de teraardebestelling zijn zeer veel
menschen naar Cairo gekomen. Men schat de
vreemdelingen op ruim 500.000 man. Schil*
derachti;j waren de costuums, vooral de
sjeiks in hun fraai geborduurde djden ge*'
Waden.
Gisteren, Donderdag, heeft de begrafenis
onder groote plechtigheid 'plaats gehad.
President Roosevelt
maakt zich gereed voor de nieuwe verkie*
zingen. Zijn kansen zïjn niet ongunstig.
Hij heeft een verkiezings*prOigram ojpge*
steld, wat er wel uitziet naar de geest van
den tijd.
Het program is er o'p ingesteld om de
stemmen van de volksmassa te krijgen. De
zakenlieden zien met groote bezorgdheid
zijn herverkiezing tegemoet, Want het komt
er maar op aan. Wie dat alles zal betalen.
Het programma bevat de volgende punten
1. Maatregelen tot verkorting van den
arbeidstijd (korte arbeidsweek) voor perso*
nen in vasten dienst en behoorhjke minimum
loonen.
■fiederlandsch Ongeëvenaard bij gevatle koii
Produft Qjjgp^ rheumalische pijnen.
Zenuwpijnen, Hoofdpijn, enz.
Per 12 si. 52 et. Zakdoosje 20 et.
Volgens recept van Apotheker Dumont
2. Invoering van een hoogeren minimum*
en een lageren maximum*lee£tijd voor den
arbeider.
3. Hef streven naar een oplossing van
economische en sociale problemen door den
staat.
4. Een meer algemeene verdeehng van
het verhoogde volksinkomen.
5. Handhaving van een politiek. Welke
ertoe bijdraagt het prijsniveau te verhoogen,
d.w'.z. een waardevermindering van den dol*
lar tot stand te brengen in verhouding
tot de prijzen der gebruiksvoorwerpen.
In Duitschland heeft er weer een opzien*
barende benoeming plaats gehad.
Dè Minister*President van Pruisen
Goering
is benoemd tot economisch en finantieel
dictator. Feitelijk is hem nu Wat betreÊt
de financiën en de te volgen richtlijnen in
handel en industrie de hoogste macht in
handen gegeven.
De uiteindehjke beslissing berust bïji hem.
De benoeming is veel belangrijker dan op*
pervlakkig schijnt. Twee belangrijke vraag*
stukken roepen om voorziening, n.l. de fi*
nanciering van den handel met het buiten*
land en de finantiën voor uitbreiding vas,
ftet leger.
Goexing zal nu uitmaken wat eerst gaat.
Reeds nu is in de bladen breedvoerig
uireengezet wat dit beteekent. De verzorging
van het leger is een allereerste vereischte,
waaraan verder alles ondergesdhikt moet
gemaakt worden. Hoe belangrijk ook de an*
dere takken van dienst mogen zijn, het leger
is primair. Wanneer men nu bedenkt, dat
reeds zeer veel men schat 20.000 millioen
R.M. voor het leger en vloot is uitgegeven,
dan voelt men hieraan, dat zeer Mjzondere
voorzieningen, welke zeer veel geld kosten,
staan te nemen.
In 1932 is de Nat. Soc.partij aanhef be*
Wind gekomen. Sedert dien tijd zajin de
inkomsten aan belastingen sterk naar
boven gegaan. Al de belasting welke sedert
1932 meer binnenkomt, zal de staat nu naar
zich toe trekken, voor het boven omsdireven
doel. 1 I I
Het is dus geen Wonder, dat er wederom
nieuwe bezorgdheid op de JpoHtieke ge*
zichten staat te lezen.
VARIA.
Nederkndsch student in Duitschland
gevonnist.
BERLIJN, 29 April. (Havas). Een Neder*
landsche student is door de bijzondere recht*
bank te Dortmund veroordeeld tot zes
maanden gevangenisstraf wegens „het ver*
spreiden van "leugenachtige berichten".
De beklaagde had verteld, dat een room*
sche jongen van zestien jaar in Heerde
(Westfalen) door de Gestapo met revolver*
schoten was gedood. De r.*kath. priester, die
Een Verhaal uit den tijd der Lollardein.
^,A1 terug van de jacht, Dunmore?"
vroeg hij. „Maar waar is David? Zeker weer
in het woud achtergebleven?"
„Niet zoo ver weg," antwoordde de vader,
toen teleurgesteld en bedroefd over de korte
vreugde, de knaap uit den stal terugkeerde.
Zoodra hij den ruiter, gewaar werd, snelde
hij naar hem toe en schudde hem hartelijk
de hand.
„Kom binnen, Willem," zei de slotheer.
De jonge edelman sprong van het paard,
gaf dfei teugels aan een stalknecht en volgde
vader en zoon in het kasteel. Hier werd hij
door Lady Louise hartelijk begroet. De
jonge Miretown toch was niet alleen haar
(bijzondere lieveling, maar ook reeds lang,
ofschoon Margareta nauwelijks de meisjes;
schoenen ontwassen was, als haar toekom*
stige schoonzoon erkend. Dat heer van
Miretown en' de oudste dochter van den
heer Dunmore een paar zouden worden,
was reeds voor jaren uitgemaakt en vol*
strekt geen geheim. De verloofden hadden
de zaak, die buiten hun beklonken was
gswopden, toen zij nog weinig of niets| er
van begrepen, eenvoudig beschouwd als een
die vanzelf sprak en er zich stil in geschikt.
Daar zij elkander wederzijds zeer genegen
waren, twijfelde men niet of alles zou wel
goed gaan. De jonge Miretown vroeg zeer
vriendelijk naar zijn Margareta, maar hield
eensklaps midden in zijn vragen op en riep
verschrikt uit: „David, ndjn jongen, wat
scheelt u?" Het ontging hem niet, dat; de
knaap waggelde en doodsbleek werd, ja,
op den grond gevallen zou, zijn, wanneer
hij hem niet in zijn sterke armen opgevan*
gen had. David herstelde zich echter spoe*
dig en zeide geruststellend: „O, het is niets,
mijn zijde doet mij pijn, ik kan geen adem
halen. Over een paar minuten zal het
wel beter zijn."
De jonge moeder stond op en overreedde
haar zoon, met haar te gaan naar heer
Godwin, die wel iets zou kunnen doen tot
verlichting van de pijn en na eenig tegen*
streven lief David zich naar zijn leermees*
ter geleiden.
Toen moeder en zoon weg waren en de
vader dezen aanval tegenover zijh gast als
een voorbijgaande zwakte trachtte te stel*
len, viel zijn toekomstige schoonzoon hem
in de rede met de woorden: „Neem het
niet zoo licht op. De toestand van, den
knaap is bedenkelijker dan gij! meent. Gij
moest een geneesheer raadplegen. Volg mijn
raad en laat den buitenlandschen genees*
heer, dokier Paul Crawer van St. Andrews
komen. Hij' is beroemd om zijn geleerdheid
en zou misschien den knaap nog kunnen
redden."
Bij deze woorden sprong de slotheer op.
„Den knaap redden, jonge man? Wat wilt
gij daarmede zeggen? Denkt gij, wanneer
ik werkelijk den toestand van mijn eenigen
z:oon voor bedenkelijk hield, ik geld en
moeite ontzien zou voor het beste middel,
dat in Schotland en Frankrijk maar te krij*
gen is?" Zijn drift bedaarde eensklaps.
„Ik weet," voegde hij er ter veronfschuldi*
ging bij, „dat gij het goed meent,^ en daar
David niet zoo sterk is als gewoonlijk,t is
het misschien beter zich tot een dokter
te wenden. Wanneer het weder morgen
goed is, zal ik met den knaap naar St.
Andrews rijden en zien, wat de vreemde
dokter voor hem doen kan. Zooali gij
zegt, komt hij uit Bohemen?"
„Ja, Voor ruim twee jaren kwam hij' met
uitstekende getuigschriften van de universi=
teit te Praag hier. Hij staat bekend als een
man van groote geleerdheid en wordt ook
door de studenten hoog geacht."
„Hebt gij ook persoonlijk kennis gemaakt
met den beroemden buitenlander?" vroeg
de slotheer.
De jonge man kleurde sterk en antwoord*
de: „Ik heb meer dan eens met! hem ge*
sproken, al was het niet over geneeskundi*
ge zaken."
„Nu, dan bhjft het afgesproken," ant*
woordde de slotheer. „Maar Louise moet
ook weten, dat ik morgen met David naar
St. Andrews rijd."
Nauwelijks had hij deze woorden gespro*
ken of de deur werd haastig geopend en
de huiskapelaan trad binnen met het be*
richt, dat David zeer ziek' was. Een; ader
was gesprongen, hij had aanstond$ genees*
kundige hulp noodig.
De vader schrikte zeer. „Laat Lindsay
roepen, laat hem zeggen, dat hij meltj het
vljugsfe paard naar St. Andrews rijdt en
den Boheemschen dokter Paul Crawer ga
halen," riep hij ontsteld uit.
Maar Wilham Miretown had een ander
voorstel. „Heer, laat mij' gaan,"' zeide hij,
„ik weet waar de dokter" woont, en zall
zeker geen tijd verliezen."
Reeds na eenige minuten galoppeerde hij
weg.
Middernacht was voorbij en nog altijd
zat raui Crawer aan het ziekbed van den
jongen erfgenaam van Dunmore. Onder alle
inwoners van het slot heerschte diepe droef*
heid; iedereen wist toch, dat de lieveling
van allen aan den rand des doods lag. De
golven der droefheid waren hoog! gestegen,
en niemand kende Hem, Die alleen tot de
woedende zee 'f stormsfillend woord Zijner
goddelijke almacht kon spreken: „Zwijg,
wees stil!" op Wiens woord de wind zich
legde en er groote stilte werd.
HOOFDSTUK IIi;.
Het zaad des Evangelies.
Langzaam ging de tijd voorbij'. Het was een
l|ange, bange nacht, Waf zou| hij brengen,
het leven of den dood? „Moeder Gods,
liaat hem leven, en gouden offers zullen
u|w altaar sieren!" bad de) vader. „Heilige
Maagd! smeekte Lady Louise onder een
vljoed van tranen, „spaar den knaap en
mijn eerste dochter zal de uwe zijn,| zal u
gewijd zijn!" „HeiUge Maagd Maria,"
riep de geesteBjke, „verhoor ons roepen
en om uws lieven Zoons wille, red den
knaap-Bovendien werden de heiligen em*
stig om hulp aangeroepen en voornamelijk
de hulp van St. Andreas afgesmeekt.
De vreemde geneesheer zat inmiddels pein*
zend, in stilte de uitwerking der door hem
toegepaste middelen gade te slaan aan het
ziekbed en alleen aan een fijii opmerker
zou het opgevallen zijn, dat zijn lippen
zich menigmaal bewogen. Toen aan het
voeteneinde van het bed een groot crucifix
geplaatst werd, opdat de oogen van den zie*
ke daarop zouden mogen rusten, zoodra
diens bewfisfzijn terugkeerde, teekende het
gelaat van den jongen dokter iets sombers
en droevigs. Op de vraag van den beang*
sten vader of het gevaaB groot wais,, ant*
woordde hij: „De verschijnselen zijt). wel
van zeer emstigen aard, heer, maar de
toestand is toch niet hopeloos., Met Gods
hulp kan uw zoon genezen. Hij is nog
jong; wij kunnen slechts de middelen aan»
wenden en moeten het verder in Gods hand
stellen."
(Wordt vervolgd.)