CriRWEEKBLADÖpGED.GQ0nDl5IA6 vöÖRÖlZUID-H0LLiriZCEUW3CHE EHAHDtn Gemeenteraad 8e Jaargang WOENSDAG 17 JULI 1935 No 652 N.V. Uitgeversmaatschappij «Eilanden-nieuws a Het Communisme o g in woord en daad MET MEDEWERKING VAN VOORAANSTAANDE HERVORMDE EN GEREFORMEERDE PERSONEN Land en Volk van Abeisynië. Voornaamste inhoud t g door B. VAN DER JAGT g Advertentie-priji 20 cent per regel. Reclames 40 et; Dlentt- aanvrkgen en -aanbiedlngea van 1—6 regels 80 et.; Boek-aan- koDdiglDg 10 eest per regel' CoBtrartea belangrQk lager *t v^iTGAVE VAN Geveitigd Ie Middelharni* Prins Hendiikatr. 122 C. Giio 167930 Poitbos 8 Tel. 17 Aboanements-prljs 85 eent per 3 maanden bij vooruitbetaling VerBctii]nt lederen Woensdag en Zaterdag 2 maal per week Afzonderlijke nummers 5 eent. Buitenland 8 gulden per jaai De laatste weken trengen de dagbladen ons telkens geruchten van een dreigende oorlog tusschen Italië en Abessynië. Wel djn de vijandelijkheden nog niet begonnen en bestaat er kans, dat de kwestie nog langs de weg van bemiddeling kan worden opgelost, doch met de mogelijkheid, dal een oorlog zal uitbreken, moet ernstig re» kening worden gehouden. Het komt ons voor, ten gerieve onzer lezers, dié zich niet al te best in de berichten over déze ver verwijderde streken kunnen oriëntéérén, dat het zijn nut kan hebben, hierover één en ander mede te deelén, opdat mén zich tevens een oordeel kan vormen over dit conflict. Abess>Tiië, ook wel Ethiopië genoemd, is een land in het werelddeel Afrika, évén ten Noorden van den evenaar en derhalve gelegen in de tropische luchtstreek. Hét is een land van hooge bergen en zou eén Afrikaansch Zwitserland kunnen worden genoemd. Deze bergstaat is 30 maal 2oo groot als Nederland, 2 maal Duitschland en 3 maal Italië. De bevolking is echter lang niet zoo dicht als in deze Europeesdhe landen. Een juiste opgave ervan ontbreekt. Ze varieert van 6 tot 12 millioen inwoners. Deze bestaan uit een aantal verschillende stammen met eigen talen en stamhoofden. De hoofdstad is Addis Abeba, een plaats met 80.000 inwoners. Over 't algemeen is de bevolking tamelijk ruw en oorlogszuchtig. De vorst heeft de titel van negus en noemt zich koning der koningen. Eigenaardig is het, dat deze Ethiopische vorsten hun stam» boom terugleiden op koning Salomo! Vot> gens de sage zouden ze afstammen van eén zoon van dezien Israëlitisdien koning en de Koningin van Scheba. De vorst is ah leenheerscher; zijn ministers zijn sledhts zlijij secretarissen. Elk der stamhoofden heelït een eigen legertje ,doch evenals in dé tijd van het leenstelsel in West»Europa voe» gen, zij' zich in oorlogstijd bijleen onder de op'perleiding van den negus. De bewa< pening is gedeeltelijk nog echt Afrikaansch; spiesien en schilden ,doch ook sabels en ge^ weren worden thans gebruikt, terwijl onder de leiding van Belgische officieren de troe» pen op moderne wijze worden geoefend. Machinegeweren en vliegtuigen hébbén ook reeds hun intrede gedaan. Abessynië is vrijwel het eenige land ter wereld, waar nog slaven gehouden wor» den. Een tiental jaren geleden heeft Abes» synië, dat ook lid is van de Volkenbond, officieel de slavernij afgesdhaït, doch dit schijnt practisch slechts een langzaam ver» loop te hebben. Behalve de kleine negerrepubliek Liberia in Abessynië het eenige land van het zwarte werelddeel, dat zijn onafhankelijkheid nog geheel bewaard heeft. Dit is wel één bij» zonderbeid ,waar het heele werelddeel Afrika door de verschillende Europeesche mogendheden als koloniaal gebied is ver» deeld. Engeland en Frankrijk hebben er het leeuwenaandeel van genomen. Dank zij het onafhankelijk en krijgshaftig ka» rakter der bevolking en mede door de berg» achtige bodemgesteldheid is Abessynië erin geslaagd zich tot dusver buiten de greep der naar land hongerende Europeesche mogend» heden te houden. Wel hebben déze hét land geheel van de Roode zee afgesloten, zoodat het geen haven heeft, allen één spoorweg, welks aandeel voor de grootste helft in Fransche handen zijn, van Addis Abeba naar Fransch Somaliland, gelegen aan de kust der Roode Zee. In de laagvlakten is het klimaat tropisch en voor Europeanen tamelijk ongezond. Ei wordt koffie en katoen verbouwd. In de hoogere bergstreken is het klimaat méér gemail^d. Ev^aueele krijgsverachsingen zul» len echter meest in de vlakten plaats héb^ ben, zoodat het Italiaansche leger in dit opzicht de climatologiscfae toestanden tegen heeft. Reeds zijn enkele schepen uit Oost» Afrika naar Italië teruggekeerd met een groot aantal aan tropische ziekten lijdende soldaten aan boord. Merkwaardig is het, dat Abessynië reeds vanaf de 14de eeuw het eenige Christenland van Afrika is. In dit werelddeel, bewoond door de heidensche negerstammen, vormde deze staat een uitzondering op godsdienstig gebied. Omstreeks 350 na Christus werd de toenmalige koning tot het Christendom be» keerd en, zooals in die tijden meer gé» beurde, volgde hem daarin Mj'na het ge» heele volk. Toen later omringende volkeren tot de leer van Mohammed overgingen, hielden de Abessyniërs aan hun Christen» dom vast. De Christelijke Kerk is de heer» schende; de patriarch is er het hoofd van. Op de bergen, vindt men vele kloos» ters, door de Egyptische monniken gesticht, In dit Christendom, dat nauw verwant is aan dat der Kopten in Egypte, zijn vele Joodsche elementen. De Mozaïsche wét wordt gehandhaafd en men heeft zoowel de besnijdenis als de doop. Hun Christen» dom is monophysitisch, d.w.z. zij' nemen slechts ééne natuur ,n.l. de goddelijke, in Christus aan. Gedurende de 19e eeuw kwamén dé Abés» syniërs het eerst met de Engelschen in aan» raking. In 1867 kreeg de keizer Theodooi II oorlog met Engeland. Met een klein leger van 12.000 man namen de Engelschen de ontoegankelijke rotsvesting Magdala en verloren daarbij sledits 142 dooderi. Dé Keizer schoot zich met een revolver, dié lïïj van de Engelscfae koningin Victoria ten gesdhenke gekregen had, dood. Hoewél déze oorlog aan Engeland 6 millioen pondkosfe» te ,gaf hij geen resultaat van beteekénis. Er kon zelfs geen handelovereenkomst gé» sloten worden. Intussdhen was er in 1870 een nieuwe Europeesdhe mogendheid ontstaan door de stidhting van de Italiaansche eenheidsstaat, die ook naar koloniaal gebied zodht. In 1885 wisten de Italianen Massada te vero» veren, dat het centrale punt werd van hun kolonie Erythraea. Vier jaar later verover» den zij een deel van Somaliland, Tussdhen deze koloniën, die voor 't grootste deel woesfijngebied zijn, ligt Abessynië, zJoodat het voor de hand lag, dat Italië expansie zocht in deze ridhting om daar een groot koloniaal gebied te stichten. Aan deze droom van Italiaansche grootheid kwam edhter in 1896 een onverwacht einde. Generaal Baratieri trok met een expeditie van 15,000 man tegen keizer Menelik II op, doch leed bij Adoea een verpletterende nederlaag. Het derde deel van het Italiaan» sche leger sneuvelde en bovendien werd door de vijand een groote oorlogsbuit ge» maakt. Dit was de eerste oorlog van het jonge Italië, welke voor lange tijd een eind maakte aan zijn koloniale uitbreiding. Mussolini herinnert zijn soldaten nu tel» kens aan deze nederlaag en hééft blijkbaai de bedoeling in een lysuwe oorlog déze sdhande uit te wisschen. Een Italiaansch» Abessynische oorlog zou dus behalve een expansie» ook een revaridhe»oorlog zijn. "De genoemde keizer Menlik II regeerde met vaste hand over zijn rijk en stierf in 1913. Na eenige minder kradhtige vorsten kwam in 1930 de tegenwoordige negus Ras Taffari aan de Regeering, die naar het schijnt een knap diplomaat moet zijn, Behalve Italië heeft ook Engeland belang bij' Atessynic en wel oiri een zeer bijzon» dere' reden. Naar men v/eet staat Egypte onder Engelsche invloed. Nu wordt Egypte besproeid door het water van de Nijl, welke rivier uit-twee b'ronrivieren gevormd wordt, de Witte en de Blauwe Nijl. De eérsté komt uit de groote meren van Centraal Afrika en heeft gedurende het géhéélé jaar ongé» veer eenzelfde watervoorraad. Dé Blauwe Nijl echter, die uit Abessynië komt en slib meevoert van de oevers van het Isana» meer, veroorzaakte door de zomerregéns in de Abessijnsche bergen de jaarlijksche overstroomingen van de Nijl waaraan Egyp te zijn vruchtbaarheid dankt. Wordt nu deze Blauwe Nijl door stuwen afgesloten, dan wordt Egypte e en dorre zandw'oestijn. Men begrijpt, dat het bezit van de bovenloop van de Blauwe Nijl voor Engeland dus van zeer groot belang is. Vandaar de groote belangstelling, die dit land heeft voor hef Italiaansdh»Abessynisdh csonflict. In 1926 probeerden Engeland en Italië samen de buit te deelen.Een verdrag werd gesloten, waarbij Abessynië in naam on» afhankelijk bleef, doch het land werd \eTi deeld in z.g.n. invloedssferen. Engeland zou de streek met het Tsana»meer ont» vangen en Italië het oosten met de verbin» dingscorridor tusschen ^ijn andere kolo» niën. Abessynië Werd toen lid van de Vol» kenbond en protesteerde hiertegen,waarna de zaak in de doofpot ging, daar men geen openlijk conflict \iilde provoceeren. De zaak,, staat nu zoo, dat Italië het protectoraat over Abessynië opeischt. Italië heeft een te groote bev^lVing^ énté wéi» nig Tcoloniën. Die, weJIKe het' 6ezit (de reeds genoemde en Tripolis) zijn niet mééi dan woestijnen en voor kolonisatie van Italianen op groote schaal onbruikbaar. En waar ide bevolking jaarlijks met een half millioen toeneemt ,is volgens Mussolini ex» pansie noodzakelijk. Thans zijn er ongeveer 200.000 Italiaansche soldaten in Oost»Afrika, doch dit aantal zal verdubbeld moeten wor» den, aleer men'de strijd met het 500.000 man sterke Abessynsdhe leger zal kunnen wa» gen. Het is te hopen, dat oorlog nog verme» den kan worden, opdat geen nieuwe men» sdhensladhting plaats hebbe ter wille van de eerzucht van Mussolini en Europa geen gevaar loope door allerlei domplidaties mede het slachtoffer te worden van een politiek, die in strijd is met Christendom en besdha» ving. Een ernstig ongeluk. De „Kwikstaart" een der nieuwste vier» motorige Fokkervliegmachines van de K.L. 'M. is Zondagmorgen even half tien, veron» gelukt, welk ongeluk aan zes mensdhen het leven heeft gekost. Elders in ons blad, treffen de lezers eenige nadere bijzonderheden aan. Diepen indruk maakt dit ongeluk in ons land. Het is het derde ernstige ongeluk sedert eenige maanden. Eerst de „Uiver" in de Syrisdhe woestijn, daarna de „Leev^verik" in Duitsehland, kort aan de Nederlandsehe grens, en nu de „Kwikstaart" op sledhts 2 K.M. afstand van het vliegveld Schiphol te Amsterdam. De Standaard schrijft terecht, dat deze ongelukken leeren, dat welke overwinningen de tecnniek ook te boeken hééft, duidelijk blijkt dat ze niet alles vermag, dodh de mensdh afhankelijk 'blijft van God, Die het al regeert. Hoewel hiermede instemmend, missen wij edhter iets dat ons bedroeft, Nadat het blad zijn deelneming betuigd heeft, aan de K.L.M, wijst het op de groote verantwoordeliijkheid dier Maatsdhap» püj' tegenover hel leven van haar personeel en de reizigers. Ben verantwoordel'ijikhéid, die alleen te dragen is, Mj' een levendig hex£ van 's menschen afhanisellijlcheid van den Allerhoogste, welk besef dringen zal tot het treffen van al die maatregelen, dié ter beveiliging van bemanning en passagiers, mogelijk zijn en een vermijden van alles wat die veiligheid in gevaar kan brengen. Over het veretrek op Zondagmorgen 9.38 luur echter, rept de Standaard met geen énkel woord. Hoe is dit todi mogelijk? Zou bet kunnen in. diepe afhankelijkheid van God leven, en zonder noodzaak Zijn Dag ontheiligen, ja negeeren? Dit is o.i. met de practij'k van h* leven in diepe afhankelijkheid totaal in strijd. Gods Dag eeitiedigen en zoo niét, dan bHjft 's»Heer€n waarschuwende stem: O, Land, land, land hoort des Heeren Woord. DIRKSLAND Verslag spoedeischende vergadering van iden Gemeenteraad van Dirksland op Donderdag 11 Juli 1935 des avonds 8 Aanwezig alle leden. Voorzitter Burgem. Visscher. Nadat de vergadering door den Voorzit» ter met gebed is geopend worden de notulen van de vorige vergadering gelezen en goed» gekeurd: Van de ingekomen stukken vermelden we o.a.: een schrijven van Ged. Staten waarbij wordt teruggezonden de goedgekeurde ver» ordening regelende de eischen van benoem» baarheid en de bezoldiging van de gemeen» te»veldwachters. het proces»verbaal van opname van kas en boeken van 8en gemeenfe»ontvanger. Machtiging van Ged. Staten tot verkoop van een strook grond van het Algemeen Armbestuur aan de Provincie Zuid»Holland voor de verbreeding van den Staakweg. Bericht van Notaris Costermans dat hij zijn benoeming tot lid van het bestuur van de Woningvereeniging aanneemt. Goedkeuring van Ged. Staten tot het aangaafe van een geldleening groot f 900 voor den verbouw van de privaten in de O.L. School. Schrijven van de Assurantie Mij.dat aan de gemeente f 280.,zal worden uitgekeerd wegens brandschade in de O.L. School. Schrijven van den Minister van Sociale Zaken waarbij wordt bericht dat de ge» meente over 1934 aan steun f 8200.— heeft uitgekeerd waarvan de gemeente als rijks» bijdrage f 2100.— zal ontvangen. Schrijven van den heer A. A. Jansen waarbij deze bericht zijn benoeming tot lid van de Commissie tot Wering van School» ver2Him aan te nemen. Al deze stukken worden voor kennisge» ving aangenomen. Aan de orde komt het voorstel van den heer de Bonte om de huren van de wonins ge/l der woningbouwver«eniging te verlagen tot t 2.50 per week. De woningbouwveree» niging had geadviseerd f 2.75 per week. In de vorige raadsvergadering hebben de stem» men over het voorstel de Bon,te gestaakt, zoodat het opnieuw aan de orde wordit gesteld. De heer VAN 't GELOOF deelde mee in de vorige vergadering reeds de bedoeling te hebben gehad bij een eventueele verwer» ping van het voorstel de Bon|te met een fusschenvoorstel te komen. n.l. om de hu» ren op f 2.60 per week te brengen, zijnde f 2.50 huur der woning en f 0.10 per week als huur van de grond. Land» ep Volk van Abessynjë. Spoedeischende rjaadsvergade^ing Dirksland. Kantongeiiecht Sommelsdijk. i Kwestie tusschen veerschipper Dinteloord en de fa. v. d. Schuyt over aanlegplaats. Ontzettend Vliegongeluk: Zondag is de „Kwikstaart" van de K.L.M, op slechts 2 K.M. afstand van het vliegveld neejrgesioti. Zes; dooden. □□□DDDDaaaDDDDDDDDaDDDDaDDDa D D D D □DQDaDQDaDDQaDDDDDDDDaDDaaDD 16. Verschillende vrouwen boden zich aan om het logies van de bemanning schoon te ma» ken, waarvoor deze wel niet betaald wer» den, maar, die dit gedaan hadden, werden dan „Oedamik"") waardoor zij dan een broodkaart kregen, waarop 200 gram brood per dag meer werd gegeven. Voor 200 gram brood doet men in R. alles. Die 200 gram brood is ook de oorzaak dat niemand zich over den slechten toestand durft uit te laten: want, daar kan men zeker van zijn, als men met drie menschen staat te praten, dan is er minstens één, misschien wel twee verraders onder, aangezien ook aanbrengers zoo nu en dan een extra brood» kaart krijgen. Wij hebben gevallen mede gemaakt, dat zelfs man en vrouw niets tegen elkander durfden zeggen over den slechten toestand, terwijl beiden in hun hart het huidige regeeringssysteem haatten. De man vertrouwde echter de vrouw niet, en omgekeerd, omdat „verraden" voor den één „brood" voor den ander „gevangenis" betee» kent. Van byna allen hoort men de uitdruk» king: „'tkan ons niet schelen wie er re» geert, als wij maar te eten hebben." Vroeger had men heet water en zeep noo» dig om borden schoon te maken, nu is koud water voldoende, want vet ziet men niet meer. Zooals de menschen in de stad ih de rijl stonden voor brood, zoo stonden de schoolkinderen Mj ons. (J. en ik woonden dicht bijl elkaar). De eene kWam om brood, de andere om zeep, een derde om eén stukje suiker, één en ander tot groote woede van den Directeur c.s. Op onze vrije dagen was het voor sommige kinderen altijd feest. J. en ik hadden een lijst van eénigé kinderen boven 6 jaar, die dan om beur» ten 'bij ons mochten eten. Treffend! was het dat deze kleinen steeds nog zorgden voor hun nog jongere broertjes en zusjes. Was oorslpronkeljk'het voornemen om 16 Maart te vertrekken naar zee, 14 Maart kwam bericht binnen dat de mond van de Wolga ijsvrij Was, zoodat direct maatregelen werden getroffen om den volgenden dag naar zee te gaan. De bakkerij zou den ganschen nacht doorwer» ken om te zorgen dat voldoende brood aanwezig Was voor de bemanning, om mede te nemen. De Coöperatie bleef den ge» heelen nacht open om een ieder in de ge» legenheid te stellen zijn inkoopen te doen. In den loop van den middag was dan ook een ieder zeevaardig. Op den kant werd nog een vergadering belegd, vele mooi.e beloften door den Directeur gedaan en te ongeveer 5.30 uur n.m. kozen de schepen zee. Bijl het dorpje R. lagen reeds eenige schepen ten anker, daar al bericht gekomen was dat de Wolga niet vrij' van 'ijs was. Den volgenden dag bemerkten we dat zich een groot ijsveld voor de monding der ri» vier bevond. We seinden dus om een ijs» breker en zoodra deze arriveerde ging de géheele vloot er achteraan en kVamen we 2oo in open zee. Als men hier spreekt van open zee, moet men niet denken één diepe zee, want 25 K.M. van den wal is Ihet slechts ongeveer 3 M. diep en het Water nog idrinkb'aar. Door eenigen werd dien dag nog even gevisdht, doeh den volgenden dag werd eerst recht aangevan» gen met 42 motorschepen, (de zeilschepen waren nog niet buiten). De vangst bleek edhter voor den tijd van 't jaar niet vol* doende Daarom stelde ik voor met een tiental sdhepen naar de Oostkust te gaan bij' fort Alexander, wat zeer gaarne werd geadcep» teerd. Wij zetten dus den volgenden dag koers naar genoemde kust. Na I1/2 dag varen kwamen wij' bij het drijfijs. Overal waar wij konden zien ijs met hier en daar een kleinen ijsberg, verbonden aan groote ijsvelden. Daar op deze ïjfevelden veel zee» honden waren, legden Wij' aan deze ijsvel» den aan en gingen op de zeehondenjadht, waarvan vele buit gemaakt werden en spoe» dig ,ter verkrij'ging van de traan, gesladht werden, wat de vetvoorziening ten goede kwam. Een groot ongerief was, dat het brood hard begon te minderen en geen perspedtief in uitzicht was om weer spoedig te kunnen aanvullen. Onze positie werd den volgenden 'dag hachelijk, totn wij rondom in het ijs zaten ,met een open oppervlakte van misschien 5 mijl, waar wij eenige netten uitzetten, die echter geen resultaat ople» verden, daar het ijls te hard afdreef en de netten spoedig onder het ijs zaten en dus gehaald moesten worden. Den daarop volgenden dag moesten w'ij tradhten uit. het 4j[s weg te komen, daar het nog steeds hard bleef vriezen, (pLm. 8 graden); het werd dus veehten tegen de natuur. Nadat in het rond was uitgezien, waat 'de beste plaats was om uit te breken, door afwisselend het ijs te breken en het dunnere gedeelte met de schepen stuk té maken, waren wij, na ongeveer 11/2 K.M. zoo te hebben doorgeworsteld ,in den namiddag buiten het ijls, waar wij Weer vastmaakten aan ijssdhotsen, om op de zeehondenjadht te gaan. Den volgenden dag verloren we door de mist 5 onzer schepen uit het gezidht. Bij de bemanning werd het critiek, want, 't was inmiddels 29 Maart geworden en het brood was op, visdh was niet te vangen, dus zaten we geheel zonder eten. Daar ik voor 3 maanden proviand had mee genomen, werd hiervan geregeld aan een ieder iets uitgedeeld, vrtrouwéndé dat spoedig een boot met brood zou komen. Op een dezer dagen kwam ik bïj een vis» sdher aan boord, welke aan 't koeken bakken was met meel dat ik hem verstrekt had. Deze koeken zagen er zeér smakelijk uit en op zijn aandringen at ik er 4 op. Twee dagen later komt dezelfde schipper bij' mij aan boord; Wij hadden juist thee met geroosterd brood (het brood was reeds 15 dagen oud). Hij vroeg ons of het birood ook in Zeehondenvel gebakken Was. Ik zei echter dat we daar niet van hielden, waarna hij zei dat ik z'n koeken, die ook met traan waren gebakken, todh maar met smaak had opgepeuzeld. Nadien heüben ook wij meermalen zeehondenvet gebruikt. Het werd nijpender met den voedsélvoon» raad, zoodat ik, teneinde niet geheel zon» der eten te komen, (wij hadden nog maar voor één dag voorraad) tegen een der sdhippers zeide naar Fort Alexander te gaan om brood te koopen. De man weigerde edhter, en zei ,dat, wanneer hij' zou terug gaan, hijl voot minstens 5 jaar voor 20 «/o van zijn traktement zou moeten vs^rken. Den volgenden dag zagen Wij! de verloren sdhepen, terwijl ook de proviandboot daar bij! was. Oedamik is Duitsch Stossarbeiter, voor» werker, harde werker. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1935 | | pagina 1