CriQWEEKBLADopGED.GQOI1D3LAG vö^ripyD-HOLLiriZEElJWiCIIE EILAHDEn
VELO'S zijn goedkoop
r
EERSTE BLAD
STICHTELIJKE
OVERDENKING
7e Jaargang
ZATERDAG Ï4 JULI 1934
No. 549
N.V. Uitgeversmaatschappij «Eilanden-nieuws
Uit het Kijkvenster
MET MEDEWERKING VAN VOORAANSTAANDE HI^RVORMDEEN GEREFORMEERDE PERSONEN
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
Des Apostels liefde en
genegenheid.
De blijdschap van Pau'us was groot
vanwege den welstand der i^emeente
te Rome,, vanwege hef werk Gods in
haar verheerlijkt. En om die oor
zaak is hij harer steeds gedachtig
en heeft een sterke begeerte om tot
haar te komen, waarover hij God
tot getuige aanroept. Des apostels
lielde en genegenheid tot haar is
oprecht Neen, geen bijoorzaken zijn
in het spel. Hij zoekt niet zichzelven.
Hij verlangt niet iets voor zichzel
ven, Geen zoeken van eigen eer.
geen behagen in het goed dezer we
reld, maar de liefde van Christus
dreef hem. Het waarachtig welzijn
der gemeente Gods vervulde zijn
hart,
Wat is droever dan dat iemand
zichzelf zoekt, zichzelf behaagt,
door valschheid en vleierij zich in
dringen wil bij anderen? Wat is
droevety-dandat- iemand de ge
veinsdheid te baat neemt en onder
een huigelachfig mom zich aandie
nen wil,? Waarlijk, een verdervend
kwaad. Hoeveel verwoesting heelt
het teweeg gebracht. Het is ook het
eigen werk des duivels. Hoe ern
stig is het vermaan van Christus aan
Zflne discipelen wacht u voor den
zuurdesem dpr Farizeeën en Schrift
geleerden welke is geveinsdheid. En
ook Gods volk heeft de bede van
David gedurig tot de hunne te ma
ken laat de oprechtheid meer en
meer, met de vroomheid mij behoen.
Zijn niet onze dagen deswege in-
droevig Hoeveel eigen eer zoeking.
Hoeveel eigen bedoeling is er in het
spel. Hoeveel verborgen wrevel en
afgunst, Hoevelen zeggen, dat zij
alles veil hebben, zelfs hun leven
voor het beginsel, maar bij het ge
ringste, dat zich voordoet, en waar
bij hunne eigene eer en hunne blin
de eigenliefde en eigenzoeking zelfs
maar schijnt op het spel te staan
wijken zij terug en het wordt open
baar, dat hun beginsel niet gewor
teld is in de waarheid, niet gewor
teld is in de liefde tot de waarheid,
niet geworteld is in de liefde tot
Gods eer en 's naasten welzijn.
Hoe kan dat kwaad ook onder
Gods kinderen droeve schade doen.
Wat verstoort er ooit meer de
levende gemeenschap van Gods
volk, dan wanneer ook maar al te
zeer de blinde eigenliefde en eigen
bedoeling in het spel is? Hoeveel
twist en krakeel heeft dat vet wekt.
Maar God roept Zijn volk navolgers
van Hem te zijn als geliefde kinde
ren Navolgers Chrisfi, die' betuig
de: Ik neem geene eer van men-
schen en Ik zoek niet mijne
eer. Op dat. voetspoor hebben ge
wandeld een Mozes en een Samu
el, die betuigden, dat zij niet zich
zelven zochten. Op dat voetspoor
wandelt Paulus,
En wien zal hij deswege tot ge
tuige roepen Menschenkinderen
Maar bij menschen is geen heil te
wachten. De grooten der aarde?
Maar vest op prinsen geen vertrou
wen Neen hij roept God tot ge
tuige aan. Die is de kenner der har
ten en proever der nieren,
Alle dingen zijn naakt en ge
opend voor Hem. De apostel stelt
zich als in de heilige tegenwoordig
heid Gods, dat het alzoo bij hem
recht is, dat hij alleen door de liefde
gedreven werd, dooreen ongeveins
de liefde en hartelijke genegenheid.
Het is niet de eenige maal, dal Pau-
lus alzoo spreekt. Leest maar de
brieven aan de Corinthiërs en aan
de Filippenzen,
Neen, de Romeinen moeten niet
denken, dat hij maar liefde voor
wendt, gelijk ook zoovele yalsche
leeraars in dien tijd deden, maar
dat het bij hem recht was, en over
tuigd, ja verblijd zouden zijn over
zijne liefde en genegenheid tot hen
en daarom deze zynen brief ook in
liefde zouden ontvangen.
Door de liefde wordt Paulus ge
dreven. De liefde die uit God is en
door den H. Geest uitgestort wordt
in het hart. De liefde, waarmede het
ware geloof altijd verzelschapt is.
Waar geen geloof is, is ook geen lief
de namelijk die liefde, die liefheeft
om des Heeren wil.
Alle andere liefde is maar een
vleeschelijke liefde, die welhaast ver
dort en verandert in wrevel. Maar
de liefde, die uit God is. is lang-
moedig, zij is goedertieren. De lief
de is niet afgunstig, zij handelt niet
lichtvaardig zij is niet opgeblazen.
Zij handelt niet ongeschiktelijk, zij
zoekt zichzelven niet, zij wordt niet
verbitterd, zij denkt geen kwaad,
zij verblijd zich niet in de ongerech
tigheid, maar zij verblijdt zich in
de Waarheid Zj(i bedekt alle dingen,
zij gelooft alle dingen, zij verdraagt
alle dingen.
Die liefde die Paulus heeft erva
ren. Die is in zijn hart verheerlijkt.
Uit de liefde schrijft hij. kent hij
zich een met allen die even dier
baar geloof met hem hebhen. ontr
vangen. Die liefde toch als de band
des Geestes, bindt het oprechte volk
saam, zoo kleinen als grooten, zoo
pasbeginnenden als meergevorder
den in de gena. Doet niet struike
len en vallen over de gebreken,
die de besten van Gods volk nog
aankleven. Door die liefde gaf Mo-
zes Egypteland prijs, kon Ruth haar
land verlaten, om het met het volk
van God te houden. Dat deed Da
vid zingen en een elk van Gods
kinderen stemt er mede in:
Ik ben een vriend, ik ben een
metgezel.
Van allen, die Uw naam ootmoedig
vreezen.
En leven naar Uw Goddelijk bevel.
Uit die liefde schrijft de apostel
God is mijn getuige. Welken ik
dien in mijnen Geest, dat ismet
een onverdeeld hart, uit den grond
mijns harten, in waarheid en op
rechtheid en dat wel in het Evan
gelie Zijns zoons. Van geen ander
Evangelie wilde hij weten, dewijl er
geen ander is. Geen Evangelie naar
het vleesch, gewrongen en behage-
lijk gemaakt naar den verdorven
zin en verdwaasde meening des
menschen. Neen, alleen in Christus
had Paulus Zijn leven gevonden.
Alles buiten Christus was hem scha
de en drek geworden. Zijn eenige
roem was in Christus en dien ge
kruist. Dat die maar verheerlijkt
mocht worden. Die alzoo den Zoon
niet eert, eert ook den Vader niet.
Neen. geen aangenamer dienst kan
den Vader toegebracht worden, dan
in het Evangelie Zijns Zoons,
Die is de Weg, de waarheid en
het Leven, üat volle Evangelie
Christi, zooals Hij de zaligheid van
schuldigen heeft verworven, maar
ook die zaligheid, door Hem verr
worven, toepast en uitwerkt in het
hart door Zijnen Geest. Sommigen
prediken een half Evangelie. Wil
len van de bevinding der heiligen
niet weten, zooals Christus komt
wonen in het hart en zichzelven
openbaart en verklaart in het bin
nenste. Maar een half Evangelie is
geen Evangelie. Paulus dient God
in zijnen geest in het Evangelie
Zijns Zoons, niet maar voorwerpe-
li^k, maar ook onderwerpelijk of
uitwerkelgk zooals het in het hart
wordt verheerlijkt.
Dat volle Evangeüe Chtisfi was
de kracht onzer eerfte Hervormers.
De bediening daarvia hun leven.
Welk een kracht gh g er toen uit
van Gods kerk dooï het Evangelie.
Welk een glans lag, er op Sion. Ach,
dat dat Evangelie Christi indeszelfs
bediening onder ons diep afgewe
ken volk weer een. eerste plaats
mocht verkrijgen, i
Dat dat Evangelie, weer eeijs in
eere mocht hersteld op de kansels
van de erve onzer vaderen. Niets
anders kan ons volk redden van
het verderf en van (ien ondergang.
O, we zijn verzekek dat we spre
ken naar het hart van bet ware en
oprechte volk van God, dat het
Gode nog eens behayen mocht Zijne
Waarheid, het Evang;;lie Zijns Zoons
bg vernieuwing te |»lanten onder
ons volk, dat weer te brengen op
de leerstoelen der Hoogescholen
en op de kansels van de erve on
zer vaderen. De Hetire mocht het
eens aanbinden op'ons hart, dat
Hij gedachtig mocl^- zijn de Eer
van Zijnen naam en van Zijn trouw
verbond gemaakt met onze vaderen,
dat overheid en volk weer vroegen
naar de paden des rechts, naar dat
eeuwig Evangelie Cjhristi en kerk
en staat en maatschappij daardoor
'en daaruit weer werden gebouwd
tot verheerlijking Gbds des Vaders
en van Zijnen Chri£(tus door den
Heiligen Geest en j:ot waarachtig
welzijn van onze ziden, van ons
volk en van ons vatlerland,
Op dezen groné gaat Paulus
voort en zegt: hoeiik zonder na
laten uwer gedenk, allen' tijd in
..m^ne gcbe-deti ^ji-r'-'*^.??; '.ei^tïc^S"
lijk mij no^ te eeniger tijd goede
gelegenheid gegeven wierd door
den wil Gods om tot ulieden te
komen. Wat ruime plaats heeft de
gemeente in zijn hart, gelijk hij ook
van die van Epheze schrijft: Ik
houde niet op voor u te danken,
bedenkende uwer in mijne gebeden.
Alzoo ook hier. De Heere mocht
zijnen weg fot hen banen. O har
telijke liefde en genegenheid des
Apostels. Zij mocht in dezen tegen-
woordigen tijd meer beoefend wor
den.
B.
'BI-EEMER&ZÈEPPDEDFR
Voornaamste inhoud
WASCHMACHINES van af fl. 30.~
WRINGMACHINES van af fl. 9.75
Advertentle-prl]8 20 cent per regel. Reclimes 40 et; Dlenst-
aanvrigen en -iinbledingen vin 1—6 regels 80 et.; Boek-iin-
kondlglng 10 cent per regel' Contrirten belaagiQk iiger
^.„jEïeai
Geve»tiga te Middelharnii - Ptin. Hendiikstr. 122 C. Giio 167930 Poitboz 8 Tel. 17
t»
Abonnements-prljs 85 cent per 3 maanden bi] vooruitbetaling
Verschijnt lederen Woensdag en Zaterdag 2 maal per week
Afzonderliike nummers 5 cent. Buitenland 8 gulden per jaar
Want God is mijn getuige, Welken
ik dien in mijnen geest in het Evan*
gelie Zijns Zoons, hoe ik zonder nas=
laten uwer gedenk, allen tijd in mijn
gebeden biddende, of mogelijk mij nog
te eeniger tijd goede gelegienheid gie*
geven -vvierd door den wille Gods, om
tot ulieden te komen.
Rom. 1 9, lp.
Een school voor de dfensimeisjes
't Geklaag over de dienstbode De
huismoeders De Jongelingsver»
eeniging Calvijn's Institutie.
Het is een algemeen verbreid gevoelen,
dat in onze tijden een sterk overdreven
zucht naar scholing (d.i. bekWaammaking
in één vak) bestaat, dat wij. zuchten onder
een examenen diploma woede, die alle
redelijkheid te buiten gaat. Te scherper
doet deze mode ons aan als wij zien,
dat honderden bij honderden menschen met
diploma's geen werk kunnen vinden. zoo=>
dat deze geleerde bollen wel eens jaloersche
blikken kunnen slaan op een loodgieter
ot aiider vakman, dien zij bezig zien, als
hij met groote bek\vaamheid zijn nuttig
werk doet, zonder een diploma behaald
te hebben. Zoo is er zelfs in de Eerste
Kamer door een dame onlangs gevraagd,
of de Regeering de werklooze meisjes niet
op een school ter opleiding tot dienstbode
kon laten gaan. Minister Slotemaker was
zoo verstandig te antwoorden, dat men
toch niet moet overdrijven door nu ook
de dienstmeisjes eerst eens jaren ter school
te zenden. In de huishouding konden zij
haar vak het best leeren. Toch heeft men nu
in Gouda een cursus willen oprichten voor
dienstbode, maar er kwamen slechts 5 meis*
jes en toen ging het niet door. Ik' denk
dat er wel een beetje doorheen speelt,
dat men de jonge deerns zoo lang moge^»
lyk van het werken af wil houden, want
ik heb al eens gehoord, dat het toch
verkeerd jils dat een dame van min of
meer stand, maar Commando voert over
de dochter van den werkman. Hoe lan=
ger ze nu schoolgaan, hoe brutaler zij
allicht wolden. De Waarnemer meent ech*
ter, dat de ^meisjes, al hebben zij van hun
moeder misschien weinig geleerd, bij Me^»
vrouw in de huishouding keUiig kunnen
worden voorbereid voor eigen levenstaak:
moeder en vrouw te zijn. En verstandig
is nog de arbeider, die een goede dienst:*
bode huwt, die geleerd heeft te werken
en geld te besteden. Jammer, dat niet altijd
de mevrouwen voldoende les kunnen ge*
ven. Want als mevrouw zoo maar in 't
huwelijk treedt, na veel boekengewurm of
bioscoopbezoek, dan kan zij haar huis*
houdentje maar niet op een 15»jarig meisje
laten drijven. En dan valt er voor het
meisje alleen te leeren, hoe men een huis*
houden niet moet doen. Zoodat ik maar
zeggen wil, dat ge de klachten over de
dienstboden altijd met een korreltje zout
'moet nemen. Even vreemd was het, dat
in den oorlogstijd 'door het steuncomité
recepten werden uitgegeven, volgens welke
men voor 12 cent wel een maaltijd voor
4 personen kon maken, 't Was er zulk
een, die de eter na een half uur weei
vergeten is, en dan was het dus een dure
maaltijd. Mijjns inziens moet men 'dat
maar aande huismoedertjes overlaten. Als
zij maar wat in de portemonnaie hebben,
weten zij heusch wei welke spijzen voed*
zaam zijn en welke niet Daar hebben zij
geen huishoudschool voor noodig. Als men
voor alles en nog wat zulke groote scholen
met personeel sticht, is het geen wonder
dat het volk onder dien last van wijsheid,
(en inbeelding) bezw'ijkt. Wat meer prac*
tischen 'ün, daar zou het volk gemak van
hebben.
Maar overigensde lust tot vermeer*
dering van kennis is toe te juichen. Onder
onze jonge menschen is soms zoo'n groote
begeerte naar weten. Met blijdschap las ik,
dat in Middelharnis een Jongelingsver. is
opgericht, uit de Geref. Gemeente,. Daar
kunnen zij wat leeren van kerkgeschiedenis,
Vaderl. geschiedenis. Geloofsleer, enz. enz'.
Want er valt na de schooljaren 'nog zoo*
veel te onderzoeken en de geesten die
uitgaan ijioesten meer dan het geval is,
onderkend worden', 'opdat' de' Zuiverheid
der oude waarheid te beter gekend wor*
den. Zoo kan er liefde gewekt worden
voor de Kerk ik bedoel geheel de Kerk
des Heeren in al haar vertakkingen. Dan
■ïvordt allicht Calvijn's Institutie, die op*
nieuw vertaald is, eens bekeken en gelezen.
Ik wenschte wel dat elke jongeling in Mid*
delharnis dat werk in huis had, maar het is
nogal kostbaar.
Met ongemeene gaven was deze Refor*
mator bedeeld. Men zal er dan eens in zien
hoe de kerkvorm door de Reformatoren
gedacht is en ge vergelijkt dat eens met
den vonn dien wij nu kennen. Dat behoedt
tevens voor het domme vechten voor eigen
kerkje. En dan die schoone brief aan
den Koning van Frankrijk! Die alleen is
het geld waard. Maar ik zal van dat werk
niet meer zeggen, het is boven allen lof
verheven. AI lezende zoudt ge er toe ko*
men uit te roepen: geloofd zij de Heere,
Die zooveel licht, kracht en moed aan
Calvijn schonk. Ja groote dingen heeft
God voor Zijne Kerk gedaan. Ook komt
op de J.V. politiek om den hoek gluren.
Hoe kan 'took anders? Calvijn was één
stuk politiek. Hadden wij maar een deeltje
van zijn gaven en geloofsmoed, dan ver*
kochten we Nederland niet aan Rome. Maar
tegenwoordig durft men zeggen: Calvijn
was nog niet heelemaal gezuiverd van
Roomschen zuurdesem! En daar hebt ge
weer iets. Men zegt: ach, de Roomschen
zijn toch beste menschen, wat kwaad doen
zij U nu? Maar op de J.V. kan men
ketkgeschiedenis behandelen en dan zal blij*
ken hoe tot op den huldigen dag Rome's
encyclieken en banvloeken door de wereld
geslingerd worden.
Bij wijze van spreken: ge kijkt er dan zoo
eens boven op. En ge ziet het: Rome blijft
Rome. Rome haast niet, want het is eeuwig,
zeggen de Roomschen. De Kerkelijke machts
dragers vallen, maar scharen staan weer
achte-' hen die de bediening overnemen.
Den Staat onderwerpen aan de Kerk, dat
is het groote doel. Ten aanzien van de
Hervormde Kerk verschijnen thans inEilan*
nieuws artikelen over 1816, de invoering aan
het Synodaal Reglement. Als de J.V. nu
eens weten wil wat 1816 eigenlijk beteekende
zou het goed zijn als de jongelui spoedig
een abonn. op Eilandennieuws namen. Voor
weinig geld komen zij dan uitnemend op
de hoogte.
Ik raak op den praatstoel en dat mag
niet. Dus zeg ik onder Godes zegen kan
een wijze de stad innemen al is hij arm.
Innerlijke armoede, innerhjke kleinheid in
wijsheid, dat is een begeerlijk goed voor
de jongelingen, die toch straks geroepen
- |:lM!l.».ia!MJJ=i ji:ct:^
worden de plaats der ouderen in te nemen.
Jammer ook dat de Waarnemer zoo weinig
geleerd heeft. Hij heeft een moeilijke post.
Nu moet hij b.v. om met Ds. Fransen te
spreken, „naar den Gezangbundel grijpen."
Daarover D.V. een volgende maal.
WAARNEMER
Amsterdam.
-"X^l
't Is te Amsterdam tot droevige tooneelen
gekomen.
Een volslagen opstand.
Opbreken van de straten, opwerpen van
barricaden, het stukwerpen van de lantaarns,
plunderen van winkels, kortom een volsla*
gen o pstand.
Gelukkig is de rust na eenige dagen weer
terug gekeerd.
Dank zij het krachtige ingrijpen van de
militaire macht. Ongelukkig is men de eerste
dagen veel te lijdelijk opgetreden. We lazen
tenminste van politieagenten, die rustig
stonden te kijken bij het opbouwen van
biarrrcaden 'zonder een-hamd uit -te- steken.
Amsterdam laat zien waartoe het verder*
felijke stelsel voert van de revolutionnaire
vrijheid. Het vrij laten groeien en bloeien
van wat groeien en Woeien kan of wil.
De vruchten beginnen openbaar te komen
van dat goddelooze stelsel, dat zelfs als
summum van Antirevolutionaire wijsheid
den volke is voorgehouden.
In naam van welk beginsel de volksgeest
is bedorven door verderfeUjke, ja zelfs
revolutionaire lectuur in openbare leeszalen.
Bioscoop en tooneel van dag tot dag de
volksziel konden vergiftigen en de revolu»
tionaire pers gelegenheid kreeg om dagie*
Hjks op te ruien tegen het gezag en haat en
ontevredenheid te kweeken.
Zoo ook tijdens den opstand te Amster*
dam liet men de communistische Tribune
de gelegenheid om zijn funest gestook on*
der de massa te brengen. Zie wat de Tribune
vrij en ongehinderd kon schrijven en onder
de massa kon brengen, tot de uitgaaf
Zaterdag 7 Juli onmogelijk werd gemaakt.
Hier volge een en ander uit dat revolu*
tionaire blad. „Het moet bij Amsterdam
niet blijven. In alle steden en dorpen, in
alle werkverschaffingen moet het verzet te*
gen de steunafbraak, tegen de verslechtingen
worden georganiseerd. Overal moeten de
werkende en werklooie arbeiders in verzet
komen. Het is thans meer dan ooit nood*
UIT HET KIJKVENSTER. Over Bestu»
deerde dienstboden en Jongelingssvereenis
gingen.
De oplossing van het Kerkelijk Vraagstuk IV
Twee driestarren over de relletjes te Am*
sterdam.
Moeilijkheden, hij faet aardaippeUveilén.
Verslag Prov. Staten van ZuidsHolland.
Gemeenteraad van Bruinisse.
Afscheid van Dr. van Gelder te Nieuwe
Tonge.
BINNENLAND; De onlusten bedVongen.
Begrafenis van Prins Hendtifc De nieuwe
Spelling.
Ingezonden Stuk over „straten" en "straats
makers'' te Middelharnis.
35!jarige man in vlammen oingekomien.