'Straatlantaarns branden ondanks dat de hele nacht de zon schijnt' Ria en Dirk Teeuw uit Scherpenisse over hun ervaringen in Noord-Europa Donderdag 12 augustus 2010 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT Middernachtzon en poolnacht. Twee begrippen die wij vroe ger leerden op de lagere school, en de jeugd nu op de basis school. Het kwam voor in het 'hoge noorden'. Midden in de zomer scheen ook 's nachts de zon. Hartje winter was het al leen maar nacht, ook overdag. Zo werd het verteld. Maar van geen van beide konden we ons echt iets voorstellen. Ook de meester die het ons vertelde had het zelf nooit gezien. Hij ken de ook niemand die het ooit in de werkelijkheid gezien had. En zo bleef onze nieuwsgierigheid uitgaan naar een nacht die dag was en een dag die nacht was. Wonderlijk was dat! Lief dagboek IJsvrijd Wonderlijk Weinig resultaat Ooggebrek Plotsklaps 11 Tegenwoordig gaat bijna iedereen veel meer op reis dan in de jaren dal wij de lagere school doorliepen. Veel mensen gaan nu in de zomermaanden of in de winter wel enkele weken met vakantie. Een niet gering aantal gaat zelfs beide periodes voor korte of langere tijd 'er eventjes tussenuit' zoals dan simpel weg wordt opgemerkt. In de zomer gaan de meesten dan, vanuit Nederland gezien, naar het 'zonnige' zuiden. Frankrijk, Spanje of Italië, en een aan tal zelfs nog veel verder. Ze gaan wan delen of zwemmen of gewoon relaxen. Of ze nemen deel aan groepsreizen, maar 's avonds zoeken ze bij voorkeur vertier in een disco. In de winter gaan ze meer in oostelijke richting. Zuid- Duitsland, Oostenrijk of Zwitserland. Ze gaan dan skiën, snowboardcn of langlaufen, maar ook dan willen ze 's avonds wel graag een disco, of ander vermaak op niet te verre afstand. Nederlanders hokken in het buitenland, voor vermaak, graag in groepen bij el kaar. (Overigens is dit niet alleen een eigenschap van Nederlanders.) Belang rijkste gevolgtrekking is, dat door Ne derlanders met vakantie overwegend naar het zuiden wordt gereisd en ver maak in groepsverband wordt gezocht. Voor ons is het altijd een sport geweest, om met de vakanties richting het noor den te reizen, om dat individueel te doen, en om zoveel mogelijk kontakten met plaatselijke bewoners te zoeken. In de zomervakantie, die voor ons in mei viel, omdat die periode zich het beste met het werk liet regelen, reden we dan voor een week naar Denemar ken. Een week omdat we ons met kin deren niet meer konden veroorloven. Bovendien mocht je toen al geen kin deren van school houden alleen maar omdat het met je verlof beter uitkwam. Bijna 35 jaar geleden gingen wc dus in mei, elk jaar, voor een week naar De nemarken. Het viel de kinderen al snel op dal hyt daar 's avonds wat langer licht bleef dan thuis. Bovendien leek het alsof de zon 's morgens vroeger op kwam. Daar had je tenminste wal aan. Elke dag duurde langer dan thuis, dus had je een langere vakantie. Bovendien was het in Denemarken veel minder druk dan in ons eigen land. Op een hoofdweg, toen nog tweebaans (omdat breder in heel Denemarken nog niet voorkwam), kon je rustig voetballen tot toevallig een auto langskwam, die bo vendien ook nog vaart minderde voor spelende kinderen. En als je ging wan delen of fietsen had je heel die weg ge woon voor jezelf alleen. Vooral 's mor gens om half zeven. Dan fietste je naar de warme bakker in het dichtst bij gele gen dorpje. Je kocht daar (nog heerlijk warm) vers brood voor het ontbijt. In Denemarken komen we nog elk jaar de eerste volle week van mei. Intussen al weer 15 jaar geleden kwam naast de Deense week, ook een zomervakantie van een paar weken in beeld. De kinde ren waren inmiddels volwassen en gin gen hun eigen weg. We zouden dus sa men op vakantie gaan, naar een verder gelegen doel. Een reisdoel werd niet echt naar gezocht. Gewoon verder naar het noorden dan Denemarken. Noor wegen trok ons aan. En wc begrijpen nu waarom relatief weinig Nederlan ders daar heengaan. Toen ons reisdoel bekend werd waren alle reacties bijna eensluidend: "Naar dat KOUDE noor den?" Nee, we gaan naar de midder nachtzon." In de voorbereiding op onze reizen ver diept mijn vrouw zich altijd bijzonder goed in hetgeen we hopen te gaan zien en beleven. Onderweg maakt ze voort durend aantekeningen, die in familie kring gekscherend haar 'lief dagboek' worden genoemd. Bovendien voorziet ze zich overal van toepasselijke infor matie en foldermateriaal. Na de reis schrijft ze uitgebreide verslagen, voor zien van zelfgemaakte en gekochte fo to's en ansichtkaarten. Van elke reis ge niet mijn vrouw dus drie keer. Vooraf van de minutieuze voorbereidingen. Ter plaatse van alles wat zich voordoet, wat we bezoeken, zien en beleven. En achteraf van de verwerking van alle verzamelde documenten tot een geïllu streerd reisverslag. Uit de door haar opgedane kennis wis ten we dat plaatselijk zomerse tempe raturen van 25 tot 30 graden Celsius weer. Geen plaats om met vakantie heen te gaan. Het reisdoel stond dus vast. Ook het vervoer, want wc reizen altijd met de auto en individueel. Korte tijd voordat we de eerste keer naar Noorwegen gin gen, stopte de veerdienst van de Stena Line vanuit IJmuiden naar Zuid-Noor- wegen. Bleef de keus tussen overvaren vanuit de kop van Denemarken of vanuit Kiel. De huidige brug bij Kopenhagen naar Zweden stond nog niet eens op de te kentafels. Trouwens, ook tussen de Deense eilanden onderling voeren toen nog veerboten. De keus viel op de veerdienst van de Stena Line tussen Kiel in Duitsland en Göteborg in Zwe den. Dit was eigenlijk een praktische keus. Om zeven uur 's avonds vertrek uit Kiel. De nacht gewoon in een bed aan boord. En 's morgens negen uur in Göteborg aan land rijden. Even na het middaguur wasje dan in de omgeving van Oslo, de hoofdstad van Noorwe gen. Ons eerste dagdocl is altijd onge veer anderhalf uur rijden ten noordwes ten van Oslo geweest. Verderop moet je sterk rekening houden met de aard van de plaatselijke wegen. Gemiddeld leg je dan nog maximaal circa vijftig kilo meter per uur af. Over de weg gemeten uiteraard. Want het kan zijn dal je na een uur, en vijftig kilometer, slechts aan de andere zijde van het water of van het dal bent. Inmiddels varen we al jaren met de Co- lor Line, vanuit Kiel direct naar Oslo. Je vaart zes uur langer maar rijdt drie honderd kilometer minder. Op het ta rief van de overtocht scheelt het enkele tientjes. Je moet wel vroeger van huis want even na de middag moetje in Kiel zijn. De aankomsttijd in Oslo is om Hoewel de midder nachtzon zich manifes teert vanaf de poolcir kel en daarboven, is het langer worden van de' dagen waarneembaar naarmate men noorde lijker komt. Wat ons reeds eerder in Dene marken was opgevallen werd hier in Dagali duidelijk benadrukt. Toch zou het, mede als gevolg van de feitelijk af te leggen afstanden, nog een aantal jaren duren, alvorens de werkelijk wonderlijke gewaarwording van de middernachtzon, in al zijn glorie te mogen aanschouwen. De meeste mensen die ooit Noorwegen heb ben bezocht zijn onder de indruk van de rijk- f dom aan natuurbeelden S die het landschap over- al te bieden heeft. Noorwegen strekt zich in Noord-Europa uit in een smalle lange strook langs de west kust van hel Scandina- visch-schiereiland. Circa 1 merendeels onbewoonde, ei landen liggen voor de kusten. De kust zelf is over het algemeen erg steil en wordt versneden door talrijke, soms diep in het land dringende, fjorden (en- kclv. Noors is "Ijord", spreek uit: woordig ook koningskrabbcn gevan gen. Men zegt dat ze voor liefhebbers een lekkernij zijn. Het klimaat in het kustgebied staat on der invloed van de relatief warme Golf stroom. Dat schept een vestigingsmo- Ria en Dirk Teeuw met de kapitein van de Polarlys. verwacht mochten worden. Bovendien, dat deze temperaturen in Noorwegen helemaal geen zeldzaamheid zijn. Maar de kennissen waren niet te over tuigen. Naar het noorden gaan, bleef synoniem met koud en donker somber Middernachtzon boven Kirkenes, om kwart over een 's nachts. tien uur de volgende morgen. Hel grote voordeel is het feit datje eerste dagdoel een veel grotere afstand mogelijk maakt. Bovendien heb je aan boord een ontspannen nacht achter de rug. Maar goed, daar ben je dan voor het eerst in Noorwegen. Zeg maar, onge veer honderd kilometer ten noordwes ten van Oslo, en wat vind je daar? Wat we aantroffen, was in ieder geval een prachtige natuur.en vriendelijke men sen. Maar wal we stiekem zochten was de middernachtzon. Als volwassen mensen waren wc er kinderlijk nieuws gierig naar. Hoe wonderlijk zou het in de werkelijkheid zijn? De werkelijkheid van afstanden bleek minstens zo wonderlijk. Die overtrof fen al onze .Nederlandse begrippen. Dat wordt een beetje duidelijk als je weet dat Noorwegen vanaf de meest zuide lijke punt. dat is "Kaap Lindesnes", tot aan de "Noordkaap", een lengte van ongeveer 1750 kilometer heeft. Dit komt overeen met de afstand hemels breed van Amsterdam tot Sicilië in Zuid-Italië. Voor enkele nachten hadden we logies geboekt in hotel Dagali, in het plaatsje Dagali, aan de rand van de Hardanger Vidda. Het plaatsje ligt aan de zuid oostzijde van de Vidda en het hotel ligt tegen de oostelijke bergflank van een rivierdal. Vanaf het terras voor onze ka mer zagen we de zon recht voor ons tot na tien uur 's avonds alvorens deze on derging achter de bergen aan de over zijde van de rivier, 's Morgens voor half vier bleek het alweer volop licht te zijn. Een situatie die onze stoutste ver wachtingen te boven ging. Desalniette min ligt Dagali nog circa 750 kilometer verwijderd van de Poolcirkel. Hemels breed gezien dan. Een raming van on geveer 1000 kilometer over de weg zal niet ver naast de werkelijkheid zijn. Overigens zijn we bevriend geraakt met de eigenaar van het hotel, waar door we daar ieder jaar voor minstens één nacht verblijven. "fjoer"). Sommigen hiervan zijn be roemd om hun schoonheid (Hardanger Fjord. Sogne Fjord en Trondheim Fjord). Van de eilanden voor de kusten vormen de Lofoten en de Vestcraalcn de bekendste groepen die ook bewoond zijn. Bijna het gehele vasteland is berg land, met hoogste punten van circa 2400 meter boven de zeespiegel. Een aantal hiervan zijn het gehele jaar door met sneeuw bedekt. Langs de gehele kust stroomt de relatief warme Golf stroom. Hierdoor zijn alle havens de hele winterperiode ijsvrij. Langs de kust, tot de Noordkaap, bevindt zich een gordel van bos en cultuurland, waarbij naaldhout met rijke ondergroei overheerst. Gemengd loofwoud treft men alleen in het zuiden aan. In het zuiden is het land het breedst en tref je ook dallandschappen aan (onder meer Telemarken). Boven de naaldhoutgor- dcl is een zoom van berkenbomen, daarboven is arctisch-alpiënc vegetatie. De weinige grote rivieren zijn onbe vaarbaar en slechts geschikt voor hout transport. In het zuidoostelijke berg land liggen talrijke smalle en langgerekte meren die alle uit de ijstijd stammen. Watervallen van klein tot groot kom je door het gehele land te gen. Wie spreekt van een fluisterende natuur heeft het lawaai dat (ook kleine) water vallen en stroomversnellingen produ ceren nog nooit gehoord. En in Noor wegen zijn er altijd wel enkele in je nabijheid. Desalniettemin blijkt dat alle lawaai van het water, wonderlijk ge noeg, een uitermate rustgevende in vloed op de mens heeft. Daar word je STIL van! De dierenwereld is globaal gelijk aan die in overig Europa, maar armer aan soorten. In het noorden overheersen arctische trekken. Daar vind je clapd, rendier, lemming, sneeuwhoen en let op, ook nog beren. De rivieren zijn rijk aan zalm en forel, welke beide vissoor ten overigens ook gekweekt worden, om aan de vraag voor consumptie te kunnen voldoen. In het kustgebied langs de Barentszee worden tegen gelijkheid waar elders ter wereld reeds een strikt polair klimaat heerst. Ten ge volge van de temperatuur van het water van de Golfstroom zijn alle havens de hele winterperiode ijsvrij. Het kustge bied is derhalve over de gehele lengte bevolkt. Zij het dat dit niet een bevol kingsdichtheid is om te vergelijken met Nederlandse begrippen. (Noorwegen telt nog geen 6 miljoen inwoners op ruim 324.000 km2, legen Nederland ruim 16 miljoen inwoners op circa 36.000 km2.) Nog altijd zijn er in Noorwegen (klei ne) kustplaatsen die niet over land, maar alleen over zee bereikbaar zijn. Vanaf omstreeks 1850 werd er aan dacht aan dit probleem geschonken maar met weinig resultaat. In 1891 lan ceerde de scheepvaartadviseur van de Noorse staat, August Kricgsman Gran, het idee om een expresdienst te organi seren tussen Trondheim en Hammer- fest. Twee niet onbekende scheepvaart maatschappijen gaven 'niet thuis'. Varen gedurende de winterperiode? In het donker? En met zware wind? Dit werd als niet mogelijk van de hand ge wezen. In die tijd bestonden er nauwe lijks twee zeekaarten van het gebied en waren er slechts 28 vuurtorens ten noorden van Trondheim. De nog rela tief jonge firma 'Vesteraalcns Damps- kipsselskab' in Stokmarknes nam de uitdaging aan. Kapitein Richard Whit en enkele loodsen waarmee hij be vriend was, beijverden zich met het uit stippelen van de koers, de zeestromin gen en kenmerken van het kustgebied. Volgens hen was een Hurtigruten (snel- dienst) zeker geen onmogelijke opga ve. Vanaf de zomer van 1893 werd dit bewezen door een dienstregeling tus sen Trondheim en Hammerfest en tus sen Trondheim en Tromso in de winter, met 9 aanloophavens onderweg. Vanaf 1898 is Bergen de zuidelijke eindhaven en vanaf 1914 is Kirkenes de noordelij ke eindhaven. Er worden onderweg 34 havens aangelopen en de reis Bergen- Kirkenes-Bergcn duurt 11 dagen. Elke dag vertrekt er een boot uit Bergen zo dat er altijd elf schepen onderweg zijn. De reis is zo geprogrammeerd dat stop plaatsen waar op de heenreis 's nachts wordt aangelegd, dit op de terugreis overdag plaatsvindt, en omgekeerd. De schepen zijn ingericht voor het vervoer van post en goederen, maar hebben al lange tijd een uitgebreide accommoda tie voor het vervoer van passagiers op het niveau van een cruisevaart. Overi gens is ook het gebruik van de schepen als veerdienst tussen de onderhavige stopplaatsen mogelijk voorzover bewo ners daar gebruik van willen maken. Maar waar is nu die middernachtzon gebleven die we zo intensief hadden gezocht? Hebben we hem gezien? En wat was het wonderlijke van de erva ring ervan? Wc hebben het ervaren als een wonder van de Schepper van He mel en Aarde, en we willen het probe ren te vertellen zoals wc hel hebben ge zien en beleefd. In juli 2004 passeerden we voor hel eerst de noordpoolcirkel en leerden we de middernachtzon kennen. Aan boord van het MS Polarlys van de Hurtigru ten voeren we naar Kirkenes. Hier gin gen we met onze auto en de bagage van boord om de terugweg geheel over land af te leggen. Alvorens die terugreis aan te vangen maakten we van de gelegen heid gebruik om een kort oriëntefend bezoek te brengen aan Noord-Rusland. Daar bezochten we o.a. de stad Nikel, die werd geslicht in 1943 ten behoeve van de wapenindustrie. In november 2009 voeren we opnieuw vanuit Ber gen naar Kirkenes. Deze keer met het MS Trollfjord en wc deden de reis nu zowel heen als direct terug. Waar we in 2004 de wonderlijke aanschouwing van de middernachtzon voor het eerst meemaakten, konden we in 2009 de omstandigheden van de poolnacht le ren kennen. In 2004, na de afvaart van de boot uit Bergen, konden we elke dag zien dal de dagen langer werden. De zon ging elke dag later onder en kwam 's mor gens vroeger op. Omdat je in amper vier dagen tot de Noordkaap vaart, gaat dit voor je gevoel buitengewoon snel. Vanaf de Noordkaap tot Kirkenes ging de zon al helemaal niet meer onder. Er waren passagiers die tot ver na het middernachtelijk uur gewoon in de panoramasalon bleven zitten lezen of uitkijken. Een (Nederlandse) oude da me met een ooggebrek, leefde met het vooruitzicht in de toekomst haar ge zichtsvermogen te zullen verliezen. Ze reisde in gezelschap van haar dochter. Die kwam haar na 02:00 uur aanmanen om naar de hut te komen teneinde toch nog wat te slapen voordat het weer lijd voor het ontbijt zou zijn. Maar nee, dat weigerde ze pertinent. Het is klaarlich te dag, zei ze, en wat ik nog kan zien moet ik nu gebruik van maken. Als jij slaap hebt ga je je gang maar. ik hou je niet tegen. Wij zijn toen overigens wel naar onze hut en naar bed gegaan. Na dat we in Kirkenes van boord waren gegaan hebben wc ons hotel voor twee nachten opgezocht. Daarna zijn we de omgeving gaan verkennen en hebben we een stuk langs de Russische grens gereden. Vroeg in de avond hebben we geprobeerd wat verloren slaap in te ha len, en voldoende te zijn uitgerust om de volgende dag een tocht Rusland in te kunnen maken. Maar de wekker stond op 23:00 uur. Want ik wilde de bewegingen van de zon rond het mid dernachtelijk uur waarnemen. In het hotel had ik al een plaats op de boven ste etage in het trappenhuis geselec teerd waar een goede uitzicht positie was. Niet alleen om de plaats van de zon te kunnen zien maar tevens een blik op het centrum van de plaats te werpen. Na tijdig wakker te zijn ge worden (dat gaat meestal ook zonder dat de wekker afloopt), waren een aan tal dingen in de omgeving me al opge vallen. Bijvoorbeeld dat alle straatver lichting gewoon brandde. En de hoeveelheid jeugd die zich builen (op straat) aan het vermaken was. Bij latere navraag over de levensomstandigheden tijdens de zomerperiode blijken een aantal zaken toch opmerkelijk. Zo wordt straatverlichting op de normaal gemiddelde tijdstippen gewoon ontsto ken. Men vestigt hiermee de aandacht op het feil dat het ondanks het daglicht toch de nachtelijke periode is. De leng te van de dagperiodes heeft ook tot ge volg dat er wel degelijk sprake is van slaapgebrek. Eigenlijk moet je meer spreken van, gebrek aan de benodigde rust. Het zal duidelijk zijn dal dit zich in de huidige maatschappij vertaalt in stressgevoeligheid. Overigens geldt dit ook voor de lange donkere winterperio de. Hiervan is statistisch vastgesteld dat in deze periode het aantal zelf moordgevallen sterk toeneemt, zodanig dat het tot ver boven het landsgemid- delde komt. En dan. eindelijk, het waarnemen van de middernachtzon. Eigenlijk is het niet zo bijzonder. Het gaat er meer om hoe je het wilt beleven. Daar stond ik dan. in het trappenhuis op de bovenste etage van het hotel. Een half uur voor middernacht stond de zon nog bijna an derhalve handbreedte boven de hori zon. In dat laatste halve uur zakte de zon niet zoveel meer. Wel kon ik, door mijn gekozen plaats, met behulp van de raamstijlen, de zakkende en zijwaarts gaande beweging van de zon volgen. Op enig moment viel ineens op dat de zon weer begon te rijzen. Terwijl de zijwaarts gaande beweging zich in ge lijk tempo voortzette. Toen heb ik mijn vrouw gewaarschuwd dat ze het op gaan (omhooggaan) van de zon vanuit zijn laagst ingenomen positie kon zien. Je realiseert jezelf dan dat de zon dus opkomt zonder dat hij is ondergegaan. Door dit natuurgebeuren is ook het na deren van de nacht plotsklaps vervan gen door het aanbreken van de dag. Maar de dag breekt niet aan, hij is een voudig in het geheel niet weggeweest. De beleving van het moment heeft iets wonderlijks. Er is niets bijzonders aan als je het een keer bekijkt met een globe en eventueel in donker met een zaklan taarn er bij (iets wat ik de jeugd aan kan raden). Toch blijkt de middernachtzon altijd indruk op mensen te blijven ma ken. Na enkele weken verblijf in het ge bied van de middernachtzon ben je er aan gewend, tenzij je een donkere omge ving nodig hebt om normaal te kunnen slapen. Hotelkamers in de betreffende gebieden (we hebben de middernacht zon ook op IJsland meegemaakt) voor zien daarin met gordijnen die geen licht doorlaten en volledig te sluiten zijn. Mijn vrouw heeft daar altijd dankbaar gebruik van gemaakt. Voor wat betreft de Poolnacht doen zich andere omstan digheden voor. Die hebben we eind 2009 leren kennen toen we opnieuw de reis van Bergen naar Kirkenes hebben ge maakt. Overigens zijn we toen in Kirke nes zelfs niet van boord geweest. Het ge not van een reis met een boot van de Hurtigruten blijft je bij als je dat eenmaal een keer hebt gedaan. Zo ook bij ons. Vandaar de tweede reis, maar bewust nu in het begin van de winterperiode. In 2009, na de afvaart van de boot uit Bergen, werd het 's middags na 14:00 uur al weer snel donker. Zo konden we elke dag zien dat de nachtperiodes lan ger werden. De zon kwam maar korte tijd boven de horizon en de nacht duur de vanaf het eind van de middag tot hal verwege de volgende morgen. Vanaf de Noordkaap tot Kirkenes kwam de zon, wanneer hij aanwezig was, al helemaal niet meer los van de horizon. Wc waren net te vroeg in de winter om de zon he lemaal niet meer boven de horizon te zien verschijnen. Toch had ook deze si tuatie zijn eigen bekoring. Trouwens, welk natuurverschijnsel heeft dat niet? Op de terugreis werden we op de veer boot naar Denemarken, vóór het over steken van het Skagerrak, onthaald op een storm met windkracht 10. Ook dat is een natuurverschijnsel dat veel schoonheid in zich heeft.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 2010 | | pagina 11