Terugkomen was eigenlijk een veel
grotere stap dan er naar toegaan
nieuw
VLOBtBEOEKHINGf
Van Houte Interieur®
seizoen met oud speelgoed
Klimaat en stroom
Nella en Baddy na 30-jarig Noors avontuur terug in Stavenisse
Taal
Moet ik hem
er
atterijen in
Donderdag 9 april 2009 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT
Een Stavenissenaar en een Smerdiekenaar vertrokken
dertig jaar geleden voor het avontuur naar Noorwegen.
En nu zijn ze weer terug. Voorgoed, als het aan hen ligt.
Baddy Goedegebuure (63) en Nella van Ast (60) willen
van hun pensioen genieten op hun geboortegrond. Op 3
januari 1979 vetrokken ze naar het Scandinavische land
en op 1 maart van dit jaar hebben ze hun spullen gepakt
om in Stavenisse te komen wonen.
Werk
Peeën en juun
Hobby
Slabberjan
Analoge speelgoed
Jongere mensen
Schilderijen Dekker
Behoud kunst uit
oude lts kost ton
Energieweg 11J - 4691 SE Tholen - tel. 0166 60 93 33
www.vanhouteinterieur.nl
Wethouder Kees van Dis sloeg zaterdag bij de opening
van het pieuwe museumseizoen in streekmuseum De
Meestoof in Sint-Annaland, de spijker op de kop. Het
museum hanteert voor het nieuwe seizoen twee motto's.
Hoe was de Was? En Oud Speelgoed. Een goede keus
volgens Van Dis. Want wie knikkert er nog en waar zou
je dat dan moeten doen? Of wie kan er nog tollen en als
je dat al kan, sla je die tol dan niet snel door de ruit van
een geparkeerde auto? Maar belangrijker voor het muse
um is dat al die spelletjes uit de oude doos voor het nage
slacht bewaard blijven. Want, zo signaleerde Van Dis, de
kinderen van nu kijken stomverbaasd naar een bromtol
van de kinderen van toen. Hij illustreerde dat met een
frappant voorbeeld. „Moet je dat ding zelf aanzetten?
Kunnen er geen batterijen in dan?"
Ze hebben het enorm naar hun zin
gehad in Noorwegen. Daar ligt het
niet aan. maar toch wilden ze terug
naar Nederland. ,.Ik heb vanaf het
begin af aan gezegd: we gaan terug
als we gepensioneerd zijn. Dan
kunnen we nog een netwerk opbou
wen voor als we oud zijn", legt
Baddy uit.
Eigenlijk was het helemaal niet de
bedoeling dat ze zoveel jaar in
Noorwegen zouden blijven. „We
zouden het voor twee jaar proberen
en dan verder gaan naar een ander
land", zegt Baddy. De keuze viel op
Noorwegen, vanwege een vacature
in het tijdschrift van de ziekenver
pleging. Nella werkte destijds in
het ziekenhuis in Dirksland en zag
in het blad dat er verpleegkundigen
werden gevraagd voor het zieken
huis in Laerdal. Het land kenden ze
al. omdat ze er een keer op vakantie
zijn geweest.
„Het ziekenhuis daar heeft het
moeilijk. Net zoals alle ziekenhui
zen in Noorwegen. Er zijn te weinig
mensen en daarom komt er regel
matig personeel uit onder andere
Nederland naar Noorwegen", ver
telt Nella. Ze gaat in het zo'n 55
bedden tellende ziekenhuis in Laer
dal aan de slag. Laerdal is een ge
meente met ongeveer 2200 inwo
ners aan het eind van de Sognefjord
(de langste en diepste fjord van het
land) in het westen van Noorwegen.
Baddy zegt zijn baan als lasser op
om met zijn vrouw mee te kunnen.
„In het begin had ik daar geen
werk, terwijl ze hadden gezegd dat
ik daar van alles kon beginnen."
Dat is voor hem best moeilijk, om
ertussen te komen, contact te leg
gen met de Noren. Maar, omdat hij
handig is, gaat hij bij boeren aan de
slag als aflosser. In <Jé loop der tijd
gaat hij zich meer richten op het re
pareren van landbouwmachines.
Baddy heeft eigenlijk van alles ge
daan. Hij is onderhoudsmonteur ge
weest op een diepvriesfabriek. in
het grondverzet machines gerepa
reerd en de laatste vijf jaar heeft hij
voor zichzelf gewerkt. Later heeft
hij zich ook nog een poosje bezig
gehoucten met Tiffany. Nella vertelt
dat mensen eigenlijk nooit aan haar
vragen wat zij voor werk in Noor
wegen deed. „Wel aan Baddy."
Want de carrière van Nella is be
hoorlijk noemenswaardig. Ze is zo
begaan met het ziekenhuis, dat ze
uiteindelijk, na de nodige bijscho
ling en cursussen, directeur wordt.
Die betrokkenheid van haar met het
ziekenhuis is ook de reden dat het
paar besluit langer in Noorwegen te
blijven. „Ik had het gevoel dat ik
iets voor het ziekenhuis kon beteke
nen."
Ze kiest voor een leven dat in het
teken staat van haar werk. „Op den
duur werkte ik zeven dagen in de
week. haast 24 uur per dag." Dat
houdt ze bijna twintig jaar vol en
dan is zo, zoals de Noren het zeg
gen •utbrenthet'. Ze is op, en komt
thuis te zitten. Maar haar vak is ook
haar hobby en ze brengt haar tijd
door met het lezen van vaklitera
tuur. Dan gaat.ze zich na enige tijd
op een andere tak van zorg richten.
Ze volgt een universitaire opleiding
voor kunsttherapeut en begint een
eigen praktijk.
Het houdt in dat ze psychotherapie
toepast met creatieve middelen. Ze
laat een patiënt bijvoorbeeld schil
deren. boetseren of bewegen om
duidelijk te maken wat hem of haar
dwars zit. „Het is vaak zo dat men
sen met woorden niet kunnen zeg
gen waar het echt om gaat. Door te
schilderen kan iemand soms beter
Het klimaat in Noorwegen is vergelijkbaar met dat van Nederland,
alleen kan het in de winter strenger vriezen: „Soms min twintig, 's
Zomers kan het wel dertig graden worden, 's Nachts koelt het dan
niet af, omdat het 's zomers niet donker wordt: het blijft 24 uur
licht, 's Winters schemert het de hele dag. Het wordt niet voor tien
uur licht (schemer) en om vier uur is he.t weer donker." Onweer
komt bijna niet voor in Laerdal. „We hebben in dertig jaar tijd maar
twee of drie keer onweer gehad. De wolken komen niet zo snel
over, omdat je in een dal woont." Wat Baddy en Nella wel apart
vinden, is dat het sneeuwde toen ze weggingen. „De sneeuw lag
op kniehoogte bij ons vertrek. Het was eind november onophou
delijk gaan sneeuwen. Dat is zeldzaam, want we zaten in een
droog gebied." Problemen met elektriciteit hebben ze eigenlijk
ook nooit gehad. „Een of twee keer. maar dat was ook zo weer
verholpen. De elektriciteit is er wel goedkoper. De energie komt
veel van stuwdammen en waterkrachtcentrales. Er is geen gas.
Het huis wordt verwarmd met houtkachels."
Baddy Goedegebuure en Nella van Ast hebben hun zelf gebouwde woning in Noorwegen verruild voor een nieuwbouwwoning in Stavenisse.
zijn boodschap overbrengen. Het is
een extra manier om te communice
ren. Hët is een heel effectieve me
thode die heel wat teweeg kan bren
gen bij iemand." Ze laat een
schilderij zien van een cliënt die
kunstenares is. Nella heeft het ge
kregen als dank. „Het beeldt uit hoe
ze zich voelde voor ze bij mij kwam
en hoe ze wegging. Ze begon heel
klein en zat opgesloten in een co
con. Met de therapie heeft ze zich
opgericht en de banden die om haar
heen zaten afgeschud. Dal is op dit
schilderij heel duidelijk te zien."
Het is niet zo, dat elk schilderij van
een cliënt mooi genoeg is om aan
de wand te hangen, maar daar gaat
het niet om volgens Nella. „Het
gaat erom wat je uitdrukt, niet of je
mooi verft." Nella praat daarnaast
veel met haar cliënten over hun
dromen. „Het werk bestaat veel uit
dromen analyseren. Dan geef ik ze
een opdracht en daarna praten we
weer verder."
Baddy heeft zich een poosje ver
diept in de glaskunst Tiffany, toen
hij een poos niet kon werken na een
val van een ladder. „Ik had een ver
brijzelde enkel." Het glas dat hij
nog overhad, heeft hij aan een cre
atieve school in Noorwegen gege
ven.
Nella en Baddy vinden het land
prachtig en hebben er veel vrien
den, maar toch hebben ze nooit de
band met Nederland los willen la
ten. „We zijn al die jaren abonnee
van de Eendrachtbode gebleven.
Die kregen we elke zaterdag. Als ik
iets las dat ik nog niet wist. belde ik
even naar Nederland. Ook keken
we nog naar Nederlandse televisie
zenders."
Dat ze dertig jaar in Noorwegen
hebben gewoond, wil niet zeggen
dat ze het er altijd even gemakke
lijk hebben gehad. „In het begin
was het armoe troef. Er was niets te
krijgen in de supermarkt. Zeker in
de winter. Alleen peeën en juun.
Meer was er gewoon niet. Nu wel
hoor, er zijn nu twee grote super
markten."
En het contact met de Noren liep in
het begin stroef. „In het begin be
moeien ze zich weinig met je, om
dat de meeste Nederlanders gemid
deld anderhalf jaar blijven om in
het ziekenhuis te werken en daarna
zijn ze weer weg. Maar je burgert
meer in, als ze zien dat je blijft."
Ze hebben uiteindelijk hun kennis
senkring uitgebreid en vriendschap
pen gesloten, maar het contact met
de Noren ervaren ze toch anders.
„We zijn er goed opgevangen hoor,
maar Noren zijn toch wat stugger.
Je kunt niet zomaar even op de kof
fie gaan. Je moet eerst een afspraak
maken, maar dan ontvangen ze je
wel met een uitgebreide maaltijd."
Ze hebben ook gemerkt dat er ver
schil is in humor. „Zij vinden ande
re dingen grappig dan wij."
Baddy en Nella hebben ook een an
dere opvatting dan de Noren over
wat feestvieren is. „De 17de mei is
daar net zo iets als wat bij ons Ko
ninginnedag is. Dat is de onafhan
kelijkheidsdag en is er een optocht
met muziek door het dorp. De No
ren zeiden tegen ons: daar moet je
bij zijn, zó een feest. De optocht
bleek het hele feest te zijn. De toe
schouwers roepen dan allemaal
hoera, hoera en er is een toespraak
van een politicus. Voor de rest niets,
geen borrel achteraf. Het viel ons
enorm tegen, maar laat het de No
ren maar niet horen want die zijn er
ontzettend trots op."
Op zich vinden ze dat er niet veel
verschillen zitten tussen het leven
in Noorwegen en het leven in.Ne-,
derland, maar als ze een verschil
tussen de landen moeten aandui
den, dan is dat vrijheid. „In Noor
wegen is het leven veel vrijer. Alles
gaat veel makkelijker en is niet zo
gebonden aan regels als hier. Zoals
een huis bouwen. Nella heeft zelf
het ontwerp voor ons huis in Laer
dal getekend, de aannemer heeft dat
ingetekend en een week later had
den we toestemming om te bou
wen." Dat is inmiddels twaalf jaar
geleden. Ze hebben toen een Noor
se woning in de bergen gebouwd,
met uitzicht op Laerdal en de fjord.
„Het huis daar is twee keer zo groot
als dat we nu hebben in Stavenis
se."
Dat er minder regels in Noorwegen
zijn, heeft vooral Baddy erg aange
trokken. „Ik kon in mijn werk pre
cies doen en laten zoals ik het
wou."
Het komt volgens hen ook, doordat
Laerdal zo'n kleine gemeenschap
is. „Iedereen kent elkaar en bij de
gemeente kun je ook direct met de
juiste persoon in contact komen.
Het is allemaal zo geregeld." Dat
het in Nederland er anders aan toe
gaat, ervaren ze nu bij hun terug
komst. „Alleen al het inschrijven in
de gemeente Tholen is lastig, omdat
we uit het buitenland komen. We
hebben nog steeds ons Nederlandse
paspoort, dat hebben we altijd ge
houden, dus we dachten dat is in
een middagje gebeurd. Het duurt
een paar weken voordat we inge
schreven zijn." Baddy grapt: „We
hoeven nog net geen inburgering
cursus te volgen."
De vraag of ze zich Noor of Neder
lander voelen, is hen bij hun vertrek
gesteld. „Iemand vroeg hoe Noors
we geworden waren. We hebben
daarover nagedacht en hebben toch
wel veel Noorse dingen opgepikt.
Zoals het uitdelen van de koekjes
bij de koffie. In Noorwegen zet je
een schaaltje neer en iedereen mag
daarvan pakken. Hier krijg je ge
woon één koekje bij je kopje", zegt
Nella.
Voor Nella is in Noorwegen haar
werk en veel over haar vak lezen
haar hobby. Baddy gaat graag mee
op rendier- en elandjacht. „Dan
gingen we op vrijdagmiddag weg
en op zondagavond was ik weer
thuis. We sliepen in hutten. Dat w^s
hartstikke gezellig, maar wel ver
moeiend, want je liep soms met
zo'n 40 kilo vlees op je rug." Ook
trekken de twee veel de natuur in.
„We stapten dan in de auto en reden
de bergen in." Hier in Nederland
willen ze er straks met) de fiets' op
uit. En nog reizen mak(en naar an
dere landen. „Want er is nog zoveel
te zien in de wereld."
Het stel komt regelmatig naar Ne
derland, twee keer op een jaar, om
familie en kennissen te Dezoeken.
En toen café Smits in Stavenisse
nog bestond, ging Baddy er altijd
even een borreltje drinken. „Dat
had je in Noorwegen niet: op zater
dag even het café binnenlopen."
Het plan om definitief terug te ko
men naar Nederland, gaat sneller in
werking dan gepland. „Een dochter
van een kennis van ons, zocht een
huis in Noorwegen. Binnen drie da
gen hebben we ons huis aan haar
verkocht. Dat was in november en
het is dus allemaal wat vlugger ge
gaan dan de bedoeling was, maar
we wilden toch terug."
Als ze kinderen hadden gehad, wa
ren ze waarschijnlijk niet terugge
komen. „Die zouden zich dan al ge
hecht hebben aan het land en dan ga
je niet zo snel weg." Hoewel ze
Noorwegen zullen missen voor
Baddy gaat geen dag voorbij zon
der aan Noorwegen te denken, trekt
het Hollandse leven weer. „Het zal
niet hetzelfde leven worden als der
tig jaar geleden. Alles verandert."
Dat ze naar Noorwegen zijn ge
gaan, was een grote stap. „Daar be
gon je op de kale grond. Hier ken je
bijvoorbeeld de taal al." Maar het
omgekeerde blijkt voor Nella en
Baddy toch ook geen makkelijke
keuze te zijn geweest. „Terugko
men was eigenlijk een veel grotere
stap dan er naar toegaan." Ze moe
ten hier opnieuw beginnen.
„In Noorwegen blijven, had ook
gekund." Maar ergens is dat toch
niet wat ze willen. Dat Nederland
zo in hun hart zit, hebben ze nooit
zo gemerkt, tot voor kort. Nella
vertelt dat ze pas in Stavenisse op
vakantie waren om alvast wat din
gen voor te bereiden. „We gingen
frietjes halen in het dorp en ik bleef
even in de auto wachten. Ik hoorde
Baddy vanuit de auto lachen, ter
wijl hij een praatje maakte met een
mevrouw op straat. Dat was lang
geleden, dat ik hem zomaar spon
taan hoorde lachen, dat hadden wc
daar niet zo snel, even een gezellig
praatje maken." Baddy vertelt dat
hij niet goed kan omschrijven
waarom ze naar Nederland terug
verlangen. „Ik weet niet wat het is.
Het is een gevoel. Terug naar je
roots."
De Noren zijn trots op hun taal. ,,Ze koesteren hun dialecten.
Zelfs in het parlement spreken ze dialect. Ze vinden het belangrijk
dat dialecten bewaard blijven", zegt Baddy. Hij is het daarmee
eens: „Waarom moeten we één taal spreken?" Zelf spreekt Bad
dy in het Noors ook dialect. „Ik heb de taal bij de boeren geleerd.
Het is oud-Noors, dat heet Nynorsk." Nella spreekt Bokmal, dat
lijkt een beetje Deens. Ze heeft dat in het ziekenhuis geleerd. Jn
Nederland spreken de twee overigens Zeeuws met elkaar. „We
spreken beter Zeeuws dan Nederlands. Want als ik algemeen be
schaafd Nederlands prpbeer te praten, gooi ik er allemaal Noorse
woorden door", zegt Baddy.
De circa 80 aanwezigen die door
het Meestoofbestuur waren uitge
nodigd de opening mee te maken,
knikten instemmend en bij het
schatten van de gemiddelde leef
tijd waren er heel wat oma's en op
a's die zijn ervaringen deelden.
De genodigden hadden zich verza
meld in het gedeelte van het muse
um dat als schoollokaal uit vroeger
jaren is ingericht. Menigeen herin
nerde zich de schoolbankjes met
inktpotten en de pennengleuf. Be
kende platen van Ol en Sien aan de
muur en oude landkaarten comple
teerden de lessfeer uit die tijd.
En te leren viel er genoeg voor de
nu wat oudere klasgenoten. Van
Dis refereerde bijvoorbeeld aan
het Sinterklaasliedje ,Oh, kom er
eens kijken.' Dan zingen we op 5
december .Een pop met vlechten in
het haar.' De wethouder wees op
de nieuwe rijmelarijen. Daarin zijn
de vlechten vervangen door Bratz
Big Baby Magic Hair. En", vroeg
hij zich verder af: „twee kaatsen-
ballen in een net. Wie weet er nog
wat kaatsenballen zijn?"
Als een ware meester legde Van
Dis vervolgens aan zijn aandachtig
gehoor uit. dat vroeger veel spel
len werden gespeeld als ganzen
borden en Mens erger je niet. Maar
ook dat Zeeland een traditie heeft
met het Slabberjanspel. Een spel
dat vooral op Walcheren voorkomt
en rond kerst en oud- en nieuw
grotcpopulariteit genoot.
„Het Slabberjanspel is nog steeds
populair, heeft zelfs een eigen hy-
vespagina met 237 vrienden en is
te downloaden voor op de pc. Zelf
moet ik heel eerlijk bekennen dat
ik dit spel nog nooit heb gespeeld
- er zelfs nog nooit van had ge
hoord, maar het spel s'chijnt toch al
enkele eeuwen in Zeeland te wor
den beoefend door groepen van 2
tot wel 42 spelers, waarbij elke
Zeeuwse regio zo zijn eigen spel-
varianten kent. Er wordt gespeeld
om speelstukken (teuten genaamd)
van verschillende waarde. De stuk
ken met de hoogste waarde worden
matadoren genoemd en het spelen
gaat gepaard met termen als: basta,
ik bluuf, blieken, kapaf, sloffen en
.poesje krabt alles terug.' Niet al
leen het spel, maar ook een heel
idioom is aan mijn jeugd voorbij
gegaan en ik ben blij dat ik hier de
schade kan inhalen."
Dat doen overigens steeds meer
mensen die willen weten hoe het er
vroeger aan toe ging. Het streek
museum voor Tholen en Sint-Phi-
lipsland De Meestoof biedt zijn
bezoekers al vele jaren een kijkje
in de oude keuken. Volgens Van
Dis telde het afgelopen (28-ste)
museumweckend 950.000 bezoe
kers en de gezamenlijke musea
werden over het gehele jaar 2008
genomen verrast met 14,1 miljoen
bezoekers. Daarvan kwamen er
een kleine 5000' naar Sint-Anna-
land.
Volgens onderzoekers krijgen de
kleine musea het niettemin lastig
omdat de kosten stijgen (belastin
gen, verzekeringen, salarissen) en
die stijging doorgaans niet in de
toegangsprijs is te verrekenen.
Museumwoordvoerster Wil Nelis-
se verwacht niet dat het Thoolse
museum daar last van krijgt. „Dan
gaat het vooral om kleine musea
die personeel in dienst hebben. Wij
doen alles met vrijwilligers. In to
taal zijn dat er* 30. Met een vaste
ploeg van 15 man. Daarmee rich
ten we de exposities in, maken de
boel aan kant en leiden de bezoe
kers rond."
Tijdens het museumweekeinde wa
ren dat er ongeveer 135. inclusief
de genodigden.
Daaronder Ko Ruissen uit Sou
burg. Hij zorgt er sinds jaar en dag
voor dat oud timmermansgereed
schap geschikt wordt gemaakt om
te exposeren. Met gepaste trots
laat hij in de nagebouwde werk-
plaats een handboormachine zien
die er uitziet alsof het apparaat
meteen kan worden gebruikt.
Enkele kinderen van een jaar of
tien kijken elders in het gebouw-
belangstellend toe, hoe hun leef
tijdsgenootjes in de jaren dertig
geleefd moeten hebben en waar ze
hun vrije tijd mee vulden. Knikke
ren, hoepelen, tollen. „Vooruit
gang is mooi", sprak Van Dis za
terdagmorgen „En tegelijkertijd
bekruipt ons bij vooruitgang een
gevoel van nostalgie en misschien
zelfs melancholie. Hoe tevreden
waren wij wel niet met ons 'analo
ge speelgoed'? Bij het uitspreken
van de woorden alleen al zult u on
getwijfeld een duik nemen in uw
eigen verleden. Waar speelde u
ook al weer mee toen u klein was?
Stelten, tollen, hoepels? Poppen
huizen en serviesjes of juist Mec
cano en Dinky Toys?
Wethouder Van Dis, die samen met
zijn collega mevr. Velthuis present
was, verrichtte de officiële ope
ning door een caroussel uit 1908 in
beweging te zetten, met muziek er
bij. Dit als onderdeel van de speel
goedcollectie. Vrijwillige Taeke
Wijma had de losse onderdelen in
elkaar gezet en iedereen was vol
bewondering. Voorzitter Simon
Nieuwkoop bedankte speciaal ook
mevr. Meischke uit Kamperland,
die veel oud speelgoed in bruik
leen had afgestaan voor de exposi-
tie. Rianne v.d. Berge uit Sint-An-
naland had de tentoonstelling inge
richt en werd daarvoor bedankt
met een doos bonbons. De voorzit
ter maakte ook gebruik van de ge
legenheid om de ambtenaren Rinus
de Graaf en Rien Fase te bedanken
voor hun goed beheer van de mu
seumgebouwen.
Wat het museumbestuur betreft,
wordt er de komende jaren alleen
maar vooruit gekeken. Bestuurs
voorzitter Nieuwkoop wees er in
zijn welkomstwoord al op. Bij de
eerstvolgende bestuursvergaderin
gen wordt er een nieuwe taakver-
deling voorgesteld. Er worden
werkgroepen gevormd waardoor
de taken wat beter worden ver
deeld.
Tevens werd duidelijk dat het mu
seum nieuwe vrijwilligers nodig
heeft. Wil Nelisse: „De vergrijzing
slaat toe. Veel vrijwilligers werken
al tientallen jaren bij ons. maar we
worden allemaal een dagje ouder.
Dat betekent dat we wat jongere
mensen heel goed kunnen gebrui
ken. Nee. Ze hoeven niet aan be
paalde voorwaarden te voldoen. Ze
moeten wel binnen de groep pas
sen."
Intussen maakte ook de politiek
zijn museumrondje. „Geweldig",
vond Maya Bungener-van Iwaar-
den, fractievolger van Algemeen
Belang Tholen (ABT). Ze had
veel bewondering voor de vrijwil
ligers die er volgens haar weken
aan arbeid hadden ingestoken om
alles zo netjes voor elkaar te krij
gen. Zelf stond ze vooral stil bij de
verzameling kinderwagens. „Er
stond een type bij daarin heb ik
zelf nog gelegen en met mijn zusje
Petra rondgereden."
Ze vindt De Meestoof veel meer
waarde geven ,aan de gemeente
Tholen. „Niet alleen voor de toe
risten. maar ook voor de inwoners
zelf. Ik liep achter een paar kinde
ren die langs de vitrines met die
tollen, bromtollen en een hoepe
lend jongetje liepen. Ik herken er
niks van, zeiden ze tegen elkaar."
Wat in ieder geval herkenbaar is,
zijn de schilderijen van kunstschil
der Peter Dekker uit Sint-Anna-
land. Tot 1 november dit jaar han
gen er achttien werken van zijn
hand op diverse plaatsen in het
museum. „Met een Dekker aan de
muur, beleef je ook iets", aldus een
bewonderaar die wees op het
stoomgemaal van Kees Slager bij
Poortvliet.
Dekker, die volgens deskundigen
de status van amateurschildcr al
lang ver te boven is: „Het is een
willekeurige greep uil mijn collec
tie. Er hangen ook stilleven, land
schappen en bloemen."
Een ander bijzonder onderdeel van
de expositie is vitrine van de da
mes Blaas, zoals die uitstalkast in
de wandelgangen wordt- genoemd.
De zussen Maartje en Jans Blaas
uit de Brugstraat in Tholen hebben
vrijwel hun gehele hebben en hou
den aan het museum nagelaten.
Niet alleen 100.000 euro. maar
ook een verzameling merklappen,
boekenleggers en fotoalbums.
Wat Wil Nelisse betreft,zijn de ver
wachtingen voor de bezoekersaan
tallen in 2009 hoog gespannen. De
overzichten van het oude speelgoed
zijn volgens haar compleet en wie
wil weten hoe gemakkelijk tegen
woordig de was wordt gedaan,
hoeft maar een kijkje in het muse
um te nemen om medelijden te
krijgen met onze oma's en opa's.
Het restaureren van de glasappli-
que van Horn en de muurschilde
ring van Alma. en het plaatsen er
van in het nieuwgebouwde
Haestinge gaat 105.000 euro kos
ten. In dat bedrag zit ook het uit de
oude technische school halen en
bewaren van de werken. De raming
valt 45 mille lager uit dan oor
spronkelijk was gedacht. Voor het
gemeentebestuur is het uitgangs
punt dat gemeente en provincie ie
der een derde voor hun rekening
nemen, en dat derden de rest op
brengen. Tholen legde al 25 mille
op tafel (voor demontage en op
slag), zodat de gemeenteraad wordt
voorgesteld aanvullend 10.000 cu-
ro uit de reserve kunstbeleid be
schikbaar te stellen. Dit als de raad
de kunstwerken inderdaad een plek
wil geven. Wil ze dat niet, dan
draait de gemeente op voor alle tot
nu'toe gemaakte kosten, zo'n 40
mille. Bovendien wijzen b. en w. in
hun voorstel op het risico van ima
goschade door negatieve publiciteit
als de raad zou besluiten beide
werken met te plaatsen.
De provinciale commissie Zeeland
van de Bond Heemschut - waarvan
Tholenaar Willem Heijbrock voor
zitter is - is bezig bij cultuurfond
sen gelden te werven. De Maurits
van Kattendijke stichting heeft in
middels 5000 euro betaald. Rabo
bank Tholen heeft eenzelfde bedrag
toegezegd, het Prins Bernhard Cul
tuurfonds tien mille. Bij een aantal
andere fondsen - Frans Mortclman
stichting, Hendrik Muilerfonds en
SNS Reaalfonds - is voor totaal
10.000 euro subsidie gevraagd. Ten
slotte is het VSB-fonds bereid bij te
dragen in de kosten van een pu-
bliekspresentatie. Het gaat om vijf
mille, waarvan een dvd-presentatie
wordt gemaakt. Het idee is om van
het restauratieproject van de muur
schildering een educatief project te
maken. De schildering wordt, als
de raad akkoord gaat, door Art
Conservation in Vlaardingen geres
taureerd en de glasapplique door
Atelier 70 Norbertimex in Amster
dam.
Advertentie I.M.
Frank Kousemaker toont in het schoollokaal van de Meestoof de vaderlandse geschiedenis in een notedop. Een exemplaar van Vlug gekend
met tekst en prent' in ingelijste vorm overhandigde hij aan wethouder Van Dis, die het nieuwe seizoen van het streekmuseum officieel
opende. Achter de wethouder museum-voorzitter Simon Nieuwkoop.