Speelgoedwinkel 't Vosje sluit 1 september in stadskern Tholen 'Je wil iets betekenen voor de ander, maar je krijgt er ook iets voor terug' EElfl Lente... den Engelsman cCvan Driel Deel pand Dalemsestraat wordt theorielokaal autorijschool NPV en Pelma Dochter Hulp vragen Donderdag 9 april 2009 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT Een van de oudste zoniet de oudste winkel (uit 1847) van Tholen sluit per 1 september. Speelgoedwinkel 't Vosje in de Bebouwdendam en Dalemsestraat gaat dicht en dat betekent na de sluiting van viswinkel Frans Bout en Foto Tholen weer een winkel minder in de stadskern van Tho len. „Met heel veel liefde en inzet heb ik het 16 jaar ge daan", zegt Bianca Heuseveldt-Schot (38). Zij en de drie medewerksters verliezen hun baan. Vlag halfstok Vier panden Braderie finale 55 Tholenaren wachten op hulp maatschappelijk werk Ria Roggeband en Tonnie Janssen-Poot bieden hulp in de laatste levensfase Vrijwillig aan het sterfbed gaan zitten van iemand die je niet kent. Gewoon, omdat je niet wilt dat die persoon eenzaam is in de laatste fase van zijn leven, of om de mensen om hem heen te helpen. Dat doen de vrijwilli gers van de palliatieve terminale zorg (VPTZ). Ria Rog geband uit Tholen en Tonnie Janssen-Poot uit Sint-Maar tensdijk zijn twee van die vrijwilligers. Ze vertellen over hun werk en beweegredenen om zich via de VPTZ-afde- ling West-Brabant en Tholen in te zetten voor zieke men sen die thuis hun laatste dagen willen doorbrengen. En vooral ook om te laten weten dat zij er zijn én dat men sen van hun hulp gebruik kunnen maken. Scholing Pannenkoeken Klik Gewoontes 11 If wLa Gekleed of casual De kinderen van Tholen weten de speelgoed- en snoepwinkel 't Vosje op de hoek Bebouwdendam/Dalemsestraat allemaal te vinden. Na september moeten ze hun Lego en snoepjes echter elders halen, want de zaak gaat dicht. VERVOLG DURA VERMEER Beiden zijn verknocht aan het bedrijf. Volgens Van Dijke en Aarnoudse is het tekenend voor de onderneming dat er weinig verloop is in het perso neel. „Als je aangenomen werd, bleef je hangen." zegt Aarnoudse. „Je bouwt samen wat op. Er is een grote Hommelband." Volgens Van Dijke worden de perso neelsleden die vanuit Tholen naar hun werk gaan, zelf nog steeds de Hommeltjes genoemd. „Ook door de opdrachtgevers." Cees Hommel heeft het bedrijf opgebouwd. Het was ge weldig. Met bruisende energie haalde hij opdrachten binnen. Hij was ook goed voor zijn mensen. Wel eens hard. maar rechtvaardig." „De vlag hangt hier wel een beetje halfstok", reageert Cees Hommel op het nieuws over de Vossemeerse Dura-vestiging. Hij verkocht Hom mel aannemingsbedrijf eind 2001 aan Dura Vermeer. Het familiebedrijf is in de jaren vijftig van de vorige eeuw gesticht door zijn vader, die destijds begon met drainagewerkzaamheden. „Wat nu gebeurt, was niet de opzet van de verkoop", zegt Hommel. „Het was een toegevoegde waarde. De be doeling was dat het bedrijf zou groei en. Daarmee inspelend op een wens van onze opdrachtgevers, die grotere bedrijven méér kansen toedichtten dan de middelgrote onderneming die Hommel toen was." De vertrouwde oranje busjes verdwenen uit het straatbeeld om plaats te maken voor het groen en geel van de nieuwe eige naar. Sinds 2002 beleefde de vestiging in Oud-Vossemeer de ene reorganisatie na de andere. Het aantal personeels leden daalde van 120 naar rond de tachtig, nu zijn dat er nog zo'n 65. „Men koos voor een andere werkwij ze, met inleenkrachten voor bepaalde werkzaamheden. Terwijl wij altijd met onze eigen opgeleide mensen werkten. Die hebben een andere ver houding tot het bedrijf", aldus de oud-directeur. Hij denkt ook dat de leiding van Dura in Hoofddorp on voldoende rekening heeft gehouden met de cultuur van het bedrijf dat ze had overgenomen. „Hoe mensen bin nen een bedrijf bewegen, hoe ze functioneren. Je kunt niet alles in één lijn verpakken." Uit de contacten die Hommel met een deel van de mede werkers heeft gehouden, is hem ge bleken dat een aantal best moeite had met de nieuwe cultuur na de overna me. Wat er nu gebeurt, noemt hij voor de mensen teleurstellend. „Deze afloop is voor velen een heel slechte gang van zaken. Hopelijk dat er in de toekomst toch nog wat positiefs uit komt", aldus oud-directeur Cees Hommel bij wie de aangekondigde sluiting hard is aangekomen. Ook in Oud-Vossemeer is het het gesprek van de dag. Volgens Jos Lindhout uit Sint-Anna land heerst er een grafstemming bij het personeel van Dura Vermeer. „Binnen zes weken weten we meer details, maar het is over en sluiten. De stekker wordt er uit gehaald." De 59-jarige hoort bij het vergrijzende personeel van Dura Vermeer. Over enkele maanden is hij 26 jaar in dienst bij Hommel/Dura Vermeer. Hij heeft een mooi jubileumcadeau gekregen, zegt hij, maar over zijn toekomst is hij nu onzeker. Lindhout verwacht dan ook geen gouden handdruk. Hij vreest dat het vooral voor de ouderen lastig wordt em plooi te vinden. „De gemiddelde leeftijd is bij ons 48. 49 jaar. Als ik kijk naar de mensen waar ik mee sa men reis, dan zitten we op bijna 170 jaar." Lindhout rijdt samen met Dick Geluk (51en Kees Polderman (57) uit Sint-Maartensdijk. Op het ogen blijk zijn ze bezig in de buurt van Rotterdam, op Voorne-Putten. Om zes uur 's ochtends rijden ze weg. Arjon Lindhout uit Sint-Maartens dijk zit bij Dura Vermeer in het gas en elektra en is niet zo bang voor de toekomst. „We hebben een berg kennis en ervaring in huis. We zitten op een project in Rotterdam dat tot 2013 loopt. Ik denk dat er wel be langstelling van andere werkgevers is." Hij is 17 jaar in dienst bij het bedrijf. Persoonlijke omstandigheden heb ben de sluiting versneld die wegens bedrijfseconomische omstandighe den anders mogelijk pas volgend jaar zou hebben plaatsgevonden. Jo- han Heuseveldt (38) zet zijn autorij school gewoon voort. In het najaar wordt van de speelgoedwinkel aan de kant van de Dalemsestraat een theorielokaal met kantoor gemaakt. De winkel aan de kant van de Be bouwdendam is voor de verhuur be schikbaar. Johan blijft naast de win kel wonen. „Dankzij onze inkooporganisatie Top 1 Toys hebben we het nog zo lang kunnen volhouden, want de rendementen staan behoorlijk onder druk. Wij zijn dit jaar al de vijfde zaak van Top I Toys die stopt in Zeeland. Je kunt tegenwoordig overal speelgoed kopen en de klan tenbinding neemt af. Volgens de Ka mer van Koophandel is onze bran che een van de moeilijkste gezien de beperkte marges." Bianca heeft het daarentegen als ,een geweldige branche' ervaren. Deed Johan naast zijn autorijschool nog gedeeltelijk de inkoop, zijn vrouw was honderd procent met de winkel bezig, naast haar gezin met twee kinderen. „Je verkocht altijd cadeautjes en dat was plezierig werk. Altijd met een feestelijke ver pakking voor een verjaardag of Sin terklaas. Naast het speelgoed had den we ook nog een snoepafdeling en dat bracht vooral op woensdag middag en zaterdag veel kinderen in de winkel. Ook tijdens onze vakan tie bleven we open, want we hebben drie geweldige meiden. Jeannet Rijstenbil uit Scherpenisse is al zes jaar bij ons en nam een heleboel werk uit handen. Ook Rosalie Eer- land. die vier dagen bij ons werkte en nog 1 dag naar school ging, deed het goed. En in Linda Deurloo had den we een prima zaterdaghulp. Ik hoop dat de meiden na I september een leuke stek kunnen vinden." De oorsprong van het familiebedrijf in 1847 was de verhuur van hotel porselein voor bruiloften en begra fenissen in een wijde omtrek. Niet alleen op het eiland Tholen, maar tot in Dinteloord toe bezorgde opa De Vos met een mand op zijn fiets de spullen bij de klanten. In de Be bouwdendam werd een winkel geo pend in huishoudelijke artikelen en rond Sinterklaas kwam er speelgoed bij. De zaak breidde fors uit, toen de va der van Johan - J. Heuseveldt - er veertig jaar geleden drie panden bij- kocht. De winkel kon toen groeien tot aan de Dalemsestraat. Later werd er nog een vierde pand aan toegevoegd, dat vijftien jaar geleden bij de winkel werd getrokken. De huishoudelijke artikelen waren het jaar daarvoor al verdwenen, toen Jo han en Bianca de zaak yan hun ou ders overnamen. Waren ze eerst bij de inkooporganisatie Wigman aan gesloten, later werd dat Top I Toys. Over aanloop hadden ze nooit te klagen. „De omzet is steeds om- hooggegaan, maar de marges daal den. We zaten daarom na gesprek ken met onze boekhouder al langer over stoppen te dubben, want je moet niet wachten totdat het finan cieel moeilijk wordt. De beslissing is echter door persoonlijke omstan digheden nu wat geforceerder en sneller gekomen." De traditionele braderie van eind augustus in Tholen vormt de finale voor speelgoedwinkel 't Vosje. Op 1 september is de zaak dicht en dat betekent weer een winkelvoorzie ning minder. Bianca Heusevelt gaat het aan haar hart. „Het is allemaal heel verdrietig." Zowel persoonlijk, maar ook als bestuurslid van de on dernemersvereniging Tholen, waar ze zich actief inzette voor allerlei acties zoals Sinterklaas en moon- lightshopping. „Ook na de sluiting van de winkel wil ik proberen actief te blijven voor de ondernemersver eniging." Johan zet zijn bloeiende autorij school voort, waarmee hij veertien jaar geleden begon. Met 7 perso neelsleden bedient hij het hele ei land en het West-Brabantse Halste ren en Steenbergen met 9 auto's en 4 motoren. „De automaat is iets ex tra's voor de regio en ik heb ook nog een aanhangwagen. Mede om dat er .eenmansbedrijven stoppen, zit er groei in. Bovendien hanteer ik de norm van een kwartier voor het ophalen van de klanten. Wie verder weg woont, zoals bijvoorbeeld in Stavenisse, moet zelf'.naar Tholen komen. En dat werkt ui'tstekend. Op verzoek van het Centiraal Bureau Rijbewijzen les ik incidenteel ook verder - o.a. Huijbergeri - omdat ik een automaat heb en onlze kwaliteit goed aangeschreven staaa." Maar voor de speelgoedwinkel is het 1 september over enuiit aan de Bebouwdendam in Tholefi Een hele lange geschiedenis wordt daarmee afgesloten. De wachtlijsten bij het maatschap pelijk werk zijn voor het gemeente bestuur onacceptabel. Begin maart wachtten er 21 inwoners op een eer ste gesprek, en waren 34 anderen nog niet in de directe hulpverlening opgenomen (één persoon wacht al een half jaar). Burgemeester en wet houders stellen de gemeenteraad dan ook voor om eenmalig 47.040 euro beschikbaar te stellen. Schou- wen-Duiveland is bereid 64.960 eu ro op tafel te leggen. Van dat geld kan de stichting maatschappelijk werk Oosterscheideregio (SMWO) extra personeel aannemen. Dat moet in juli aan de slag gaan om de wachtlijsten weg te werken en de wachttijd voor cliënten te bekorten tot maximaal twee weken. Eind vo rig jaar luidde de directeur van de SMWO al de noodklok, maar een raadsmeerderheid was toen nog niet bereid om met extra geld over de brug te komen. Inmiddels studeert een ambtelijke werkgroep - waarin de gemeente Tholen is vertegenwoordigd - op een andere manier van financiering van het maatschappelijk werk in de toekomst. Tevens zet deze de voor- en nadelen op een rij van het even tueel overstappen naar een andere organisatie dan de SMWO. Het ad vies wordt nog dit voorjaar ver wacht. Tholen denkt dat daaruit dui delijker wordt hoe ze meer grip kan krijgen op de kwaliteit en de kwan titeit van het maatschappelijk werk. In het artikel vorige week in deze krant over de NPV op de beursvloer in Goes stond dat een van de deel nemers Pelam, was. Dat moet zijn Pelma Keukens. Het is geen onder deel van Ardi Keuken, maar een zusterbedrijf dat geheel zelfstandig functioneert. Beide bedrijven zijn onderdeel van DB-Keukengroep. Dura Vermeer Ondergrondse Infra b.v. (met vestigingen in Oud-Vosse meer en Son, en het hoofdkantoor in Hoofddorp) bestaat sinds 2004. Het bedrijf is toen gevormd uit Vermeer Leidingen en drie dochtermaat schappijen. Die laatste waren Hommel aannemingsbedrijf in Oud-Vos semeer (eind 2001 verkocht), alsmede Westcrlo en Westerlo boringen in Helmond (in 2002 overgenomen). De onderneming telt 300 medewer kers, waarvan er ongeveer 120 actief zijn in de distributie. Ze is onder deel van de Dura Vermeer Groep N.V. met ongeveer 3300 werknemers. Ria Roggeband (links) en Tonnie Janssen-Poot bieden vrijwillig hulp a mensen in de laatste levensfase via de VPTZ West-Brabant en-Tholen. Het is nogal wat, steeds weer ie mand opzoeken waarvan je weet dat die er binnenkort niet meer is. Tel kens weer opnieuw je vrijwillig dienstbaar opstellen, bij een andere cliënt. Tonnie en Ria willen iets voor iemand betekenen zolang die nog zorg nodig heeft. En dat is niet alleen voor de cliënt, ook voor de mensen om hem heen. De vrijwilli gers springen bij in de zware last van de zorg voor de ernstig zieke. Al is het maar, zodat iemand even lek ker naar de stad kan gaan of even iets voor zichzelf kan doen. Want dat kan vaak niet eens als je de zorg voor je zieke echtgenoot hebt, ver tellen de dames. De twee hebben zich allebei om verschillende redenen aangesloten bij de VPTZ. De 62-jarige Ria doet het vrijwilligerswerk sinds een half jaar. „Ik ben niet de vut gegaan en dan zoek je weer wat op. Ik heb als activiteitenbegeleider in een ver pleeghuis gewerkt en merkte om mij heen dat het wel eens heel druk was in de zorg. Ik zag soms. dat mensen die tegen hun einde aankeken, al leen waren. Niemand hield hun hand vast, want daar was gewoon de tijd niet voor. Om iemand alleen te laten op het laatst van zijn leven, dat vind ik echt heel erg. Die mensen kon ik dan ook niet alleen laten." Ria heeft in het Verpleeghuis' gezien wat er op mensen afkomt als er ie mand in hun familie op zijn sterfbed ligt. „Het is mooi als dat verlicht kan worden." Ria is bij de vrijwillige thuiszorg gaan kijken of zij zoiets kon gaan doen, maar dat was er niet. Ze zag een advertentie van de VPTZ en ging op gesprek. Ze'weet dan nog niet goed wat haar te .wachten staat. „Op een vergadering werd het me duidelijk en inmiddels heb ik een aantal cliënten gehad. Nu vind ik het nog mooier. Heel zinvol." Het is niet zo, dat de vrijwilligers in het diepe worden gegooid. Ze krij gen veel scholing door cursussen en ze kunnen met vragen bij elkaar, de vier coördinatoren of bij de regio coördinator Anja Vriens terecht. „Maar iedereen heeft zijn eigen in steek en doet het op zijn eigen ma nier", zegt Ria. Tonnie (55) heeft het nooit moeilijk gevonden om de kamer van een ern stig zieke binnen te stappen. „Veel mensen blokkeren als het einde van het leven in het spel is, die weten niet wat ze moeten zeggen of zijn bang om verkeerde dingen te doen. Dat heb ik nooit gehad. Ik vind het belangrijk om er gewoon te zijn." Ze vertelt dat ze op haar vijftiende al voorlas aan de stervende moeder van een vriendje. Dat ging volgens haar vanzelf. „Die mevrouw wilde graag boeken lezen, maar ze kon dat niet meer. Dus dan kwam ik langs om dat voor haar te doen." Niet verwonderlijk dus, dat Tonnie in de verpleging is gegaan. „Ik heb op de intensive care gewerkt en heb daar een hele hoop ellende gezien. Jonge ouders die hun kind verlie zen, maar ook in mijn eigen omge ving heb ik veel mensen meege maakt die gingen overlijden." Tonnie heeft gemerkt dat er een groot gemis is aan hulp bij mensen om de zieke heen. „Er is een grote behoefte aan opvang als het je als mantelzorger eigenlijk boven je hoofd groeit." Zelf ervaart ze dat ook als ze haar moeder in huis neemt als die hulpbehoevend is. „Wal had ik toen graag geweten dat de VPTZ bestond." Ze ziet haar ervaring met de zorg voor haar moeder als de doorslag om zich aan te sluiten bij de vrijwil ligersorganisatie. Als ze in 2002 een advertentie ziet, meldt ze zich aan. „Ik heb gemist dat er een ander was die even de dingen kon overnemen. Ik heb het gevoel dat ik met al die ervaring heel veel kan betekenen voor mensen die in hun laatste le vensfase zitten. Je groeit erin, krijgt een antenne voor behoeftes en weet hoe je die moet invullen." Zo vindt Tonnie dat mensen niets moet worden verboden bij het af scheid nemen. „Als een moeder een kind heeft beloofd pannenkoeken te bakken bij zijn begrafenis, ik noem maar iets geks, dan moet dat moge lijk zijn." Het hoeft ook allemaal niet zo ern stig van Ria en Tonnie, als ze tijdens hun inzet bij de zieke zijn. „Nee zeg, liever niet! Humor mag. Graag zelfs. Dat wordt vaak in dank afgenomen." Tonnie: „Ik schrijf vaak korte ge dichtjes, lollige gedichtjes. Of ik kijk samen met iemand naar televi sie of een film zo lang het nog kan." Ria: „We proberen een beetje kleur en licht te geven waar alles somber lijkt. Het is fijn dat ik dat mag doen." De vrouwen merken dat cliënten het vaak prettig vinden dat /.ij er zijn, omdat ze dan met iemand te maken hebben die al vaker met mensen in de laatste levensfase te maken heb ben gehad. „Cliënten vinden het fijn dat er iemand is die dat al eerder bij de hand heeft gehad. Ze denken, die mevrouw weet hoe dat gaat." Ook bezoekers stellen de aanwezigheid van de vrijwilligers vaak op prijs. De vrijwilligers passen zich volle dig aan aan de situatie hoe mensen thuis leven. „Dat vergt flexibiliteit. De meeste mensen willen het liefste thuis zijn in de laatste fase van hun leven. Jij past je aan het leven aan in hun huis." Het is voor de vrijwilli gers altijd een verrassing waar ze te rechtkomen. „Als ik voor het eerst bij iemand voor de deur sta. denk ik altijd, wat wacht mij hier. De geur en de sfeer is bij iedereen anders." Dat aanpassen betekent ook, niet oordelen. „Je wordt getraind om je eigen geyoel en je vooroordelen op de achtergrond te laten." Tonnie geeft als voorbeeld een ernstige longpatiënt die bezoek kreeg van een jongen die samen met haar een sigaretje ging roken. „Dan denk je, dat doe je toch niet. Maar die vrouw vertelde dat dat het enige was dat ze nog samen konden doen. Door niet te oordelen en je bescheiden op te stellen, leer je open te staan voor an dere dingen. Jij doet alleen waar be hoefte aan is bij die zieke." Een ander voorbeeld is een gezin dat de televisie keihard aanzet. „Dan denk jij, wat raar. Maar dan blijkt dat die mensen altijd al zo hebben geleefd." Ria: „Dat is het le ven van hen en niet dat van ons. Dat moetje respecteren." Het is niet zo, dat een willekeurige vrijwilliger naar een willekeurige cliënt wordt gestuurd. De coördina toren zoeken bij elke cliënt een pas sende vrijwilliger. Volgens coördina tor Anja gaat er bijvoorbeeld niet een vrijwilliger die bang is voor honden naar een cliënt die een huis vol met dieren heeft. Tonnie heeft één keer meegemaakt dat het niet boterde tus sen haar en een cliënt. „Er was geen klik. Maar als dat zo is, dan meld je dat. De cliënt had dat ook al gemeld. Die heeft de vrijheid om dat te mo gen zeggen." Tonnie geeft toe dat ze het vervelend vond, maar ze is blij dat er voor zowel haar als de cliënt de mogelijkheid is om dat aan te ge ven en voor iemand anders te kiezen. „De vrijwilliger moet iemand zijn die bij een cliënt past, anders heeft het geen zin om naast zijn bed te gaan zitten", zegt Anja Vriens. „Als het niet klikt, dan moet je accepteren dat je daar misschien niet de juiste persoon voor die cliënt bent." Er zit volgens de dames verschil tussen een 'gewone' en een VPTZ- vrijwilliger. „Gewone vrijwilligers zijn 'doeners'. Wij zijn vaak men sen die de rust hebben om stil te staan. Soms zeg je, ik ben er, maar trekje van mij niets aan. Een patiënt of zijn mantelzorgers hoeven zich niet verplicht te voelen tegen ons te praten. Soms is het alleen nodig om er gewoon te zijn. Dan ga ik een boekje lezen of zo." De vrijwilligers zijn er puur om de zorg te verlichten. De cliënt heeft iemand om tegen te praten en ie mand die over hen waakt en de mantelzorger heeft even tijd voor zichzelf of kan bijvoorbeeld een nacht doorslapen, terwijl de vrijwil liger oppast. „Je merkt dat de man of vrouw van een cliënt in een heel klein kringetje terecht is gekomen door de zorg voor de patiënt. Ze ko men aan hun eigen leven niet meer toe. Dan zegje 'ga maar' en merkje dat het iemand goed doet om even vrij te zijn. Ook voor de patiënt is het fijn. Die voelt zich vaak schul dig, omdat zijn vrouw of haar man geen tijd meer heeft voor andere dingen. Ik denk dat je dat ook wil, dat het voor de ander doorgaat. Dat die bijvoorbeeld naar de kapper kan gaan." Ria en Tonnie krijgen er voldoening door. „Voor ons is het ook een fijn idee, dat ze dat dankzij jou kunnen doen. Dat geeft jou als vrijwilliger èen heel positief gevoel." Tonnie legt uit dat hun komst ook nog een andere betekenis heeft voor de fami lie. „Die familie kan weer gewoon even een gezin of partner zijn. De relatie is weg, omdat ze alleen nog maar hulpverlener zijn." De tijd die Tonnie en Ria besteden aan het vrijwilligerswerk, verschilt per cliënt. Ria doet het in principe een dagdeel in de week. „Maar ik ga ook wel eens vaker als de cliënt of mantelzlorger dat nodig heeft."Voor Tonnie is het afhanke lijk van de grootte van de hulp vraag. „En hoeveel tijd heb je zelf en wil je eraan besteden. Het is ook afhankelijk van de relatie die je met die cliënt hebt opgebouwd." Hoe lang ze zorg aan dezelfde cliënt bie den, hangt van de wensen van de cliënt zelf af en zijn toestand. Als de cliënt dat wil, blijft de vrijwilliger tot het einde hulp bieden. „Hoe lang dat duurt.-dat kun je nooit plannen. Soms een week, soms een halfjaar." Bij elke cliënt volgt er eerst een oriënterend gesprek. „We vragen vooraf even informatie over de ge woontes en dergelijke. En we vra gen de telefoonnummers van de mantelzorger voor als er iets ge beurt, maar ook 'hoe drinkt hij zijn koffie?'." De behoefte van een cliënt is ook wisselend. „De één wil nog een stukje wandelen of dat je er al leen maar zit. De ander wil een ge sprek. De één wil dat je zijn hand vasthoudt, de ander wil juist geen li chaamscontact." Als de cliënt uiteindelijk overlijdt, doet dat de vrijwilligers uiteraard wel wat. Soms bezoeken ze de be grafenis. Wel proberen ze elke keer een beetje afstand te nemen. Tonnie: „Je bouwt bescherming in." Ria probeert het verlies van een cliënt steeds een plekje te geven. Bij het verpleeghuis waar ze heeft gewerkt, is een begraafplaats. „We hadden bijna elke week wel een begrafe nis." Dat heeft haar geleerd om te gaan met afscheid nemen van het le ven. Toch doet het haar nog wel wat. „Je beseft te meer dat je zelf ook eindig bent. Als je taak erop zit bij iemand, heb je dat laatste beeld nog wel even voor ogen. Dat moet je toch even een plekje geven." Als de dames zien dat het goed was wat ze gedaan hebben, en als de fa milie hen achteraf ook nog bedankt, voelen ze zich voldaan. Maar ze noemen hun werk ook bijzonder. „Dat je inzicht krijgt hoe iemand uit het leven gaat. Dat je dat mag delen, vind ik heel bijzonder." Ze worden er zelf ook elke keer weer een stukje wijzer door. Tonnie: „Het is voor mij ook een moment van stilte, be zinning. nadenken over wat het le ven betekent."Ria knikt. „Je wil iets betekenen voor een ander, maar je krijgt er ook iets voor terug." De vrijwilligers van de palliatieve terminale zorg zijn er om mensen thuis hulp te bieden in de zorg voor een zieke in de laatste levens fase. Het woord palliatieve staat voor verzachting. Voor de regio West-Brabant en Tholen zijn 45 vrijwilligers actief, waaiA/an zes mensen op Tholen. De gemiddelde leeftijd van de vrijwilliger is 50- plus, maar de jongere vrijwilligers zijn op komst. De jongste aspi rant is 29. Cliënten kunnen zelf aangeven of ze willen dat de vrijwil liger een man of vrouw is en of ze er bezwaar tegen hebben dat het iemand uit het dorp is, of niet. Hulp vragen kan bij de regio coördinator van West-Brabant en Tholen. Anja Vriens, tel. 06- 51498069. Meer informatie is ook verkrijgbaar via e-mail info@vptz-westbra- banttholen.nl of www.vptz-westbrabanttholen.nl. <\J ir* vO TD v£> C SO O e-» S S. x O ro O -O tl i s x "5 LU 01 r- S l f F u-> O E i-s s S O ro 5 E W [tv Maak nu kennis met de nieuwste voorjaarsmode bij Den "Engelsman en I Van Driel! m www.denengelsmanenvandriel.nl Advertentie I.M.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 2009 | | pagina 7