Speelgoedwinkel 't Vosje sluit
1 september in stadskern Tholen
'Je wil iets betekenen voor de ander,
maar je krijgt er ook iets voor terug'
EElfl Lente...
den Engelsman cCvan Driel
Deel pand Dalemsestraat wordt theorielokaal autorijschool
NPV en Pelma
Dochter
Hulp vragen
Donderdag 9 april 2009 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT
Een van de oudste zoniet de oudste winkel (uit 1847) van
Tholen sluit per 1 september. Speelgoedwinkel 't Vosje
in de Bebouwdendam en Dalemsestraat gaat dicht en dat
betekent na de sluiting van viswinkel Frans Bout en Foto
Tholen weer een winkel minder in de stadskern van Tho
len. „Met heel veel liefde en inzet heb ik het 16 jaar ge
daan", zegt Bianca Heuseveldt-Schot (38). Zij en de drie
medewerksters verliezen hun baan.
Vlag halfstok
Vier panden
Braderie finale
55 Tholenaren
wachten op hulp
maatschappelijk werk
Ria Roggeband en Tonnie Janssen-Poot bieden hulp in de laatste levensfase
Vrijwillig aan het sterfbed gaan zitten van iemand die je
niet kent. Gewoon, omdat je niet wilt dat die persoon
eenzaam is in de laatste fase van zijn leven, of om de
mensen om hem heen te helpen. Dat doen de vrijwilli
gers van de palliatieve terminale zorg (VPTZ). Ria Rog
geband uit Tholen en Tonnie Janssen-Poot uit Sint-Maar
tensdijk zijn twee van die vrijwilligers. Ze vertellen over
hun werk en beweegredenen om zich via de VPTZ-afde-
ling West-Brabant en Tholen in te zetten voor zieke men
sen die thuis hun laatste dagen willen doorbrengen. En
vooral ook om te laten weten dat zij er zijn én dat men
sen van hun hulp gebruik kunnen maken.
Scholing
Pannenkoeken
Klik
Gewoontes
11
If
wLa Gekleed of casual
De kinderen van Tholen weten de speelgoed- en snoepwinkel 't Vosje op de hoek Bebouwdendam/Dalemsestraat allemaal te vinden. Na
september moeten ze hun Lego en snoepjes echter elders halen, want de zaak gaat dicht.
VERVOLG DURA VERMEER
Beiden zijn verknocht aan het bedrijf.
Volgens Van Dijke en Aarnoudse is
het tekenend voor de onderneming
dat er weinig verloop is in het perso
neel. „Als je aangenomen werd, bleef
je hangen." zegt Aarnoudse. „Je
bouwt samen wat op. Er is een grote
Hommelband."
Volgens Van Dijke worden de perso
neelsleden die vanuit Tholen naar
hun werk gaan, zelf nog steeds de
Hommeltjes genoemd. „Ook door de
opdrachtgevers." Cees Hommel heeft
het bedrijf opgebouwd. Het was ge
weldig. Met bruisende energie haalde
hij opdrachten binnen. Hij was ook
goed voor zijn mensen. Wel eens
hard. maar rechtvaardig."
„De vlag hangt hier wel een beetje
halfstok", reageert Cees Hommel op
het nieuws over de Vossemeerse
Dura-vestiging. Hij verkocht Hom
mel aannemingsbedrijf eind 2001 aan
Dura Vermeer. Het familiebedrijf is
in de jaren vijftig van de vorige eeuw
gesticht door zijn vader, die destijds
begon met drainagewerkzaamheden.
„Wat nu gebeurt, was niet de opzet
van de verkoop", zegt Hommel. „Het
was een toegevoegde waarde. De be
doeling was dat het bedrijf zou groei
en. Daarmee inspelend op een wens
van onze opdrachtgevers, die grotere
bedrijven méér kansen toedichtten
dan de middelgrote onderneming die
Hommel toen was." De vertrouwde
oranje busjes verdwenen uit het
straatbeeld om plaats te maken voor
het groen en geel van de nieuwe eige
naar.
Sinds 2002 beleefde de vestiging in
Oud-Vossemeer de ene reorganisatie
na de andere. Het aantal personeels
leden daalde van 120 naar rond de
tachtig, nu zijn dat er nog zo'n 65.
„Men koos voor een andere werkwij
ze, met inleenkrachten voor bepaalde
werkzaamheden. Terwijl wij altijd
met onze eigen opgeleide mensen
werkten. Die hebben een andere ver
houding tot het bedrijf", aldus de
oud-directeur. Hij denkt ook dat de
leiding van Dura in Hoofddorp on
voldoende rekening heeft gehouden
met de cultuur van het bedrijf dat ze
had overgenomen. „Hoe mensen bin
nen een bedrijf bewegen, hoe ze
functioneren. Je kunt niet alles in één
lijn verpakken." Uit de contacten die
Hommel met een deel van de mede
werkers heeft gehouden, is hem ge
bleken dat een aantal best moeite had
met de nieuwe cultuur na de overna
me. Wat er nu gebeurt, noemt hij
voor de mensen teleurstellend. „Deze
afloop is voor velen een heel slechte
gang van zaken. Hopelijk dat er in de
toekomst toch nog wat positiefs uit
komt", aldus oud-directeur Cees
Hommel bij wie de aangekondigde
sluiting hard is aangekomen. Ook in
Oud-Vossemeer is het het gesprek
van de dag.
Volgens Jos Lindhout uit Sint-Anna
land heerst er een grafstemming bij
het personeel van Dura Vermeer.
„Binnen zes weken weten we meer
details, maar het is over en sluiten.
De stekker wordt er uit gehaald." De
59-jarige hoort bij het vergrijzende
personeel van Dura Vermeer. Over
enkele maanden is hij 26 jaar in
dienst bij Hommel/Dura Vermeer.
Hij heeft een mooi jubileumcadeau
gekregen, zegt hij, maar over zijn
toekomst is hij nu onzeker. Lindhout
verwacht dan ook geen gouden
handdruk. Hij vreest dat het vooral
voor de ouderen lastig wordt em
plooi te vinden. „De gemiddelde
leeftijd is bij ons 48. 49 jaar. Als ik
kijk naar de mensen waar ik mee sa
men reis, dan zitten we op bijna 170
jaar." Lindhout rijdt samen met Dick
Geluk (51en Kees Polderman (57)
uit Sint-Maartensdijk. Op het ogen
blijk zijn ze bezig in de buurt van
Rotterdam, op Voorne-Putten. Om
zes uur 's ochtends rijden ze weg.
Arjon Lindhout uit Sint-Maartens
dijk zit bij Dura Vermeer in het gas
en elektra en is niet zo bang voor de
toekomst. „We hebben een berg
kennis en ervaring in huis. We zitten
op een project in Rotterdam dat tot
2013 loopt. Ik denk dat er wel be
langstelling van andere werkgevers
is." Hij is 17 jaar in dienst bij het
bedrijf.
Persoonlijke omstandigheden heb
ben de sluiting versneld die wegens
bedrijfseconomische omstandighe
den anders mogelijk pas volgend
jaar zou hebben plaatsgevonden. Jo-
han Heuseveldt (38) zet zijn autorij
school gewoon voort. In het najaar
wordt van de speelgoedwinkel aan
de kant van de Dalemsestraat een
theorielokaal met kantoor gemaakt.
De winkel aan de kant van de Be
bouwdendam is voor de verhuur be
schikbaar. Johan blijft naast de win
kel wonen.
„Dankzij onze inkooporganisatie
Top 1 Toys hebben we het nog zo
lang kunnen volhouden, want de
rendementen staan behoorlijk onder
druk. Wij zijn dit jaar al de vijfde
zaak van Top I Toys die stopt in
Zeeland. Je kunt tegenwoordig
overal speelgoed kopen en de klan
tenbinding neemt af. Volgens de Ka
mer van Koophandel is onze bran
che een van de moeilijkste gezien
de beperkte marges."
Bianca heeft het daarentegen als
,een geweldige branche' ervaren.
Deed Johan naast zijn autorijschool
nog gedeeltelijk de inkoop, zijn
vrouw was honderd procent met de
winkel bezig, naast haar gezin met
twee kinderen. „Je verkocht altijd
cadeautjes en dat was plezierig
werk. Altijd met een feestelijke ver
pakking voor een verjaardag of Sin
terklaas. Naast het speelgoed had
den we ook nog een snoepafdeling
en dat bracht vooral op woensdag
middag en zaterdag veel kinderen in
de winkel. Ook tijdens onze vakan
tie bleven we open, want we hebben
drie geweldige meiden. Jeannet
Rijstenbil uit Scherpenisse is al zes
jaar bij ons en nam een heleboel
werk uit handen. Ook Rosalie Eer-
land. die vier dagen bij ons werkte
en nog 1 dag naar school ging, deed
het goed. En in Linda Deurloo had
den we een prima zaterdaghulp. Ik
hoop dat de meiden na I september
een leuke stek kunnen vinden."
De oorsprong van het familiebedrijf
in 1847 was de verhuur van hotel
porselein voor bruiloften en begra
fenissen in een wijde omtrek. Niet
alleen op het eiland Tholen, maar
tot in Dinteloord toe bezorgde opa
De Vos met een mand op zijn fiets
de spullen bij de klanten. In de Be
bouwdendam werd een winkel geo
pend in huishoudelijke artikelen en
rond Sinterklaas kwam er speelgoed
bij.
De zaak breidde fors uit, toen de va
der van Johan - J. Heuseveldt - er
veertig jaar geleden drie panden bij-
kocht. De winkel kon toen groeien
tot aan de Dalemsestraat. Later
werd er nog een vierde pand aan
toegevoegd, dat vijftien jaar geleden
bij de winkel werd getrokken. De
huishoudelijke artikelen waren het
jaar daarvoor al verdwenen, toen Jo
han en Bianca de zaak yan hun ou
ders overnamen. Waren ze eerst bij
de inkooporganisatie Wigman aan
gesloten, later werd dat Top I Toys.
Over aanloop hadden ze nooit te
klagen. „De omzet is steeds om-
hooggegaan, maar de marges daal
den. We zaten daarom na gesprek
ken met onze boekhouder al langer
over stoppen te dubben, want je
moet niet wachten totdat het finan
cieel moeilijk wordt. De beslissing
is echter door persoonlijke omstan
digheden nu wat geforceerder en
sneller gekomen."
De traditionele braderie van eind
augustus in Tholen vormt de finale
voor speelgoedwinkel 't Vosje. Op 1
september is de zaak dicht en dat
betekent weer een winkelvoorzie
ning minder. Bianca Heusevelt gaat
het aan haar hart. „Het is allemaal
heel verdrietig." Zowel persoonlijk,
maar ook als bestuurslid van de on
dernemersvereniging Tholen, waar
ze zich actief inzette voor allerlei
acties zoals Sinterklaas en moon-
lightshopping. „Ook na de sluiting
van de winkel wil ik proberen actief
te blijven voor de ondernemersver
eniging."
Johan zet zijn bloeiende autorij
school voort, waarmee hij veertien
jaar geleden begon. Met 7 perso
neelsleden bedient hij het hele ei
land en het West-Brabantse Halste
ren en Steenbergen met 9 auto's en
4 motoren. „De automaat is iets ex
tra's voor de regio en ik heb ook
nog een aanhangwagen. Mede om
dat er .eenmansbedrijven stoppen,
zit er groei in. Bovendien hanteer ik
de norm van een kwartier voor het
ophalen van de klanten. Wie verder
weg woont, zoals bijvoorbeeld in
Stavenisse, moet zelf'.naar Tholen
komen. En dat werkt ui'tstekend. Op
verzoek van het Centiraal Bureau
Rijbewijzen les ik incidenteel ook
verder - o.a. Huijbergeri - omdat ik
een automaat heb en onlze kwaliteit
goed aangeschreven staaa."
Maar voor de speelgoedwinkel is
het 1 september over enuiit aan de
Bebouwdendam in Tholefi Een hele
lange geschiedenis wordt daarmee
afgesloten.
De wachtlijsten bij het maatschap
pelijk werk zijn voor het gemeente
bestuur onacceptabel. Begin maart
wachtten er 21 inwoners op een eer
ste gesprek, en waren 34 anderen
nog niet in de directe hulpverlening
opgenomen (één persoon wacht al
een half jaar). Burgemeester en wet
houders stellen de gemeenteraad
dan ook voor om eenmalig 47.040
euro beschikbaar te stellen. Schou-
wen-Duiveland is bereid 64.960 eu
ro op tafel te leggen. Van dat geld
kan de stichting maatschappelijk
werk Oosterscheideregio (SMWO)
extra personeel aannemen. Dat
moet in juli aan de slag gaan om de
wachtlijsten weg te werken en de
wachttijd voor cliënten te bekorten
tot maximaal twee weken. Eind vo
rig jaar luidde de directeur van de
SMWO al de noodklok, maar een
raadsmeerderheid was toen nog niet
bereid om met extra geld over de
brug te komen.
Inmiddels studeert een ambtelijke
werkgroep - waarin de gemeente
Tholen is vertegenwoordigd - op
een andere manier van financiering
van het maatschappelijk werk in de
toekomst. Tevens zet deze de voor-
en nadelen op een rij van het even
tueel overstappen naar een andere
organisatie dan de SMWO. Het ad
vies wordt nog dit voorjaar ver
wacht. Tholen denkt dat daaruit dui
delijker wordt hoe ze meer grip kan
krijgen op de kwaliteit en de kwan
titeit van het maatschappelijk werk.
In het artikel vorige week in deze
krant over de NPV op de beursvloer
in Goes stond dat een van de deel
nemers Pelam, was. Dat moet zijn
Pelma Keukens. Het is geen onder
deel van Ardi Keuken, maar een
zusterbedrijf dat geheel zelfstandig
functioneert. Beide bedrijven zijn
onderdeel van DB-Keukengroep.
Dura Vermeer Ondergrondse Infra b.v. (met vestigingen in Oud-Vosse
meer en Son, en het hoofdkantoor in Hoofddorp) bestaat sinds 2004. Het
bedrijf is toen gevormd uit Vermeer Leidingen en drie dochtermaat
schappijen. Die laatste waren Hommel aannemingsbedrijf in Oud-Vos
semeer (eind 2001 verkocht), alsmede Westcrlo en Westerlo boringen in
Helmond (in 2002 overgenomen). De onderneming telt 300 medewer
kers, waarvan er ongeveer 120 actief zijn in de distributie. Ze is onder
deel van de Dura Vermeer Groep N.V. met ongeveer 3300 werknemers.
Ria Roggeband (links) en Tonnie Janssen-Poot bieden vrijwillig hulp a
mensen in de laatste levensfase via de VPTZ West-Brabant en-Tholen.
Het is nogal wat, steeds weer ie
mand opzoeken waarvan je weet dat
die er binnenkort niet meer is. Tel
kens weer opnieuw je vrijwillig
dienstbaar opstellen, bij een andere
cliënt. Tonnie en Ria willen iets
voor iemand betekenen zolang die
nog zorg nodig heeft. En dat is niet
alleen voor de cliënt, ook voor de
mensen om hem heen. De vrijwilli
gers springen bij in de zware last
van de zorg voor de ernstig zieke. Al
is het maar, zodat iemand even lek
ker naar de stad kan gaan of even
iets voor zichzelf kan doen. Want
dat kan vaak niet eens als je de zorg
voor je zieke echtgenoot hebt, ver
tellen de dames.
De twee hebben zich allebei om
verschillende redenen aangesloten
bij de VPTZ. De 62-jarige Ria doet
het vrijwilligerswerk sinds een half
jaar. „Ik ben niet de vut gegaan en
dan zoek je weer wat op. Ik heb als
activiteitenbegeleider in een ver
pleeghuis gewerkt en merkte om mij
heen dat het wel eens heel druk was
in de zorg. Ik zag soms. dat mensen
die tegen hun einde aankeken, al
leen waren. Niemand hield hun
hand vast, want daar was gewoon de
tijd niet voor. Om iemand alleen te
laten op het laatst van zijn leven, dat
vind ik echt heel erg. Die mensen
kon ik dan ook niet alleen laten."
Ria heeft in het Verpleeghuis' gezien
wat er op mensen afkomt als er ie
mand in hun familie op zijn sterfbed
ligt. „Het is mooi als dat verlicht kan
worden." Ria is bij de vrijwillige
thuiszorg gaan kijken of zij zoiets
kon gaan doen, maar dat was er niet.
Ze zag een advertentie van de VPTZ
en ging op gesprek. Ze'weet dan nog
niet goed wat haar te .wachten staat.
„Op een vergadering werd het me
duidelijk en inmiddels heb ik een
aantal cliënten gehad. Nu vind ik het
nog mooier. Heel zinvol."
Het is niet zo, dat de vrijwilligers in
het diepe worden gegooid. Ze krij
gen veel scholing door cursussen en
ze kunnen met vragen bij elkaar, de
vier coördinatoren of bij de regio
coördinator Anja Vriens terecht.
„Maar iedereen heeft zijn eigen in
steek en doet het op zijn eigen ma
nier", zegt Ria.
Tonnie (55) heeft het nooit moeilijk
gevonden om de kamer van een ern
stig zieke binnen te stappen. „Veel
mensen blokkeren als het einde van
het leven in het spel is, die weten
niet wat ze moeten zeggen of zijn
bang om verkeerde dingen te doen.
Dat heb ik nooit gehad. Ik vind het
belangrijk om er gewoon te zijn."
Ze vertelt dat ze op haar vijftiende
al voorlas aan de stervende moeder
van een vriendje. Dat ging volgens
haar vanzelf. „Die mevrouw wilde
graag boeken lezen, maar ze kon dat
niet meer. Dus dan kwam ik langs
om dat voor haar te doen."
Niet verwonderlijk dus, dat Tonnie
in de verpleging is gegaan. „Ik heb
op de intensive care gewerkt en heb
daar een hele hoop ellende gezien.
Jonge ouders die hun kind verlie
zen, maar ook in mijn eigen omge
ving heb ik veel mensen meege
maakt die gingen overlijden."
Tonnie heeft gemerkt dat er een
groot gemis is aan hulp bij mensen
om de zieke heen. „Er is een grote
behoefte aan opvang als het je als
mantelzorger eigenlijk boven je
hoofd groeit." Zelf ervaart ze dat
ook als ze haar moeder in huis
neemt als die hulpbehoevend is.
„Wal had ik toen graag geweten dat
de VPTZ bestond."
Ze ziet haar ervaring met de zorg
voor haar moeder als de doorslag
om zich aan te sluiten bij de vrijwil
ligersorganisatie. Als ze in 2002 een
advertentie ziet, meldt ze zich aan.
„Ik heb gemist dat er een ander was
die even de dingen kon overnemen.
Ik heb het gevoel dat ik met al die
ervaring heel veel kan betekenen
voor mensen die in hun laatste le
vensfase zitten. Je groeit erin, krijgt
een antenne voor behoeftes en weet
hoe je die moet invullen."
Zo vindt Tonnie dat mensen niets
moet worden verboden bij het af
scheid nemen. „Als een moeder een
kind heeft beloofd pannenkoeken te
bakken bij zijn begrafenis, ik noem
maar iets geks, dan moet dat moge
lijk zijn."
Het hoeft ook allemaal niet zo ern
stig van Ria en Tonnie, als ze tijdens
hun inzet bij de zieke zijn. „Nee zeg,
liever niet! Humor mag. Graag zelfs.
Dat wordt vaak in dank afgenomen."
Tonnie: „Ik schrijf vaak korte ge
dichtjes, lollige gedichtjes. Of ik
kijk samen met iemand naar televi
sie of een film zo lang het nog kan."
Ria: „We proberen een beetje kleur
en licht te geven waar alles somber
lijkt. Het is fijn dat ik dat mag doen."
De vrouwen merken dat cliënten het
vaak prettig vinden dat /.ij er zijn,
omdat ze dan met iemand te maken
hebben die al vaker met mensen in
de laatste levensfase te maken heb
ben gehad. „Cliënten vinden het fijn
dat er iemand is die dat al eerder bij
de hand heeft gehad. Ze denken, die
mevrouw weet hoe dat gaat." Ook
bezoekers stellen de aanwezigheid
van de vrijwilligers vaak op prijs.
De vrijwilligers passen zich volle
dig aan aan de situatie hoe mensen
thuis leven. „Dat vergt flexibiliteit.
De meeste mensen willen het liefste
thuis zijn in de laatste fase van hun
leven. Jij past je aan het leven aan in
hun huis." Het is voor de vrijwilli
gers altijd een verrassing waar ze te
rechtkomen. „Als ik voor het eerst
bij iemand voor de deur sta. denk ik
altijd, wat wacht mij hier. De geur
en de sfeer is bij iedereen anders."
Dat aanpassen betekent ook, niet
oordelen. „Je wordt getraind om je
eigen geyoel en je vooroordelen op
de achtergrond te laten." Tonnie
geeft als voorbeeld een ernstige
longpatiënt die bezoek kreeg van
een jongen die samen met haar een
sigaretje ging roken. „Dan denk je,
dat doe je toch niet. Maar die vrouw
vertelde dat dat het enige was dat ze
nog samen konden doen. Door niet
te oordelen en je bescheiden op te
stellen, leer je open te staan voor an
dere dingen. Jij doet alleen waar be
hoefte aan is bij die zieke."
Een ander voorbeeld is een gezin
dat de televisie keihard aanzet.
„Dan denk jij, wat raar. Maar dan
blijkt dat die mensen altijd al zo
hebben geleefd." Ria: „Dat is het le
ven van hen en niet dat van ons. Dat
moetje respecteren."
Het is niet zo, dat een willekeurige
vrijwilliger naar een willekeurige
cliënt wordt gestuurd. De coördina
toren zoeken bij elke cliënt een pas
sende vrijwilliger. Volgens coördina
tor Anja gaat er bijvoorbeeld niet een
vrijwilliger die bang is voor honden
naar een cliënt die een huis vol met
dieren heeft. Tonnie heeft één keer
meegemaakt dat het niet boterde tus
sen haar en een cliënt. „Er was geen
klik. Maar als dat zo is, dan meld je
dat. De cliënt had dat ook al gemeld.
Die heeft de vrijheid om dat te mo
gen zeggen." Tonnie geeft toe dat ze
het vervelend vond, maar ze is blij
dat er voor zowel haar als de cliënt
de mogelijkheid is om dat aan te ge
ven en voor iemand anders te kiezen.
„De vrijwilliger moet iemand zijn
die bij een cliënt past, anders heeft
het geen zin om naast zijn bed te
gaan zitten", zegt Anja Vriens. „Als
het niet klikt, dan moet je accepteren
dat je daar misschien niet de juiste
persoon voor die cliënt bent."
Er zit volgens de dames verschil
tussen een 'gewone' en een VPTZ-
vrijwilliger. „Gewone vrijwilligers
zijn 'doeners'. Wij zijn vaak men
sen die de rust hebben om stil te
staan. Soms zeg je, ik ben er, maar
trekje van mij niets aan. Een patiënt
of zijn mantelzorgers hoeven zich
niet verplicht te voelen tegen ons te
praten. Soms is het alleen nodig om
er gewoon te zijn. Dan ga ik een
boekje lezen of zo."
De vrijwilligers zijn er puur om de
zorg te verlichten. De cliënt heeft
iemand om tegen te praten en ie
mand die over hen waakt en de
mantelzorger heeft even tijd voor
zichzelf of kan bijvoorbeeld een
nacht doorslapen, terwijl de vrijwil
liger oppast. „Je merkt dat de man
of vrouw van een cliënt in een heel
klein kringetje terecht is gekomen
door de zorg voor de patiënt. Ze ko
men aan hun eigen leven niet meer
toe. Dan zegje 'ga maar' en merkje
dat het iemand goed doet om even
vrij te zijn. Ook voor de patiënt is
het fijn. Die voelt zich vaak schul
dig, omdat zijn vrouw of haar man
geen tijd meer heeft voor andere
dingen. Ik denk dat je dat ook wil,
dat het voor de ander doorgaat. Dat
die bijvoorbeeld naar de kapper kan
gaan."
Ria en Tonnie krijgen er voldoening
door. „Voor ons is het ook een fijn
idee, dat ze dat dankzij jou kunnen
doen. Dat geeft jou als vrijwilliger
èen heel positief gevoel." Tonnie
legt uit dat hun komst ook nog een
andere betekenis heeft voor de fami
lie. „Die familie kan weer gewoon
even een gezin of partner zijn. De
relatie is weg, omdat ze alleen nog
maar hulpverlener zijn."
De tijd die Tonnie en Ria besteden
aan het vrijwilligerswerk, verschilt
per cliënt. Ria doet het in principe
een dagdeel in de week. „Maar ik
ga ook wel eens vaker als de cliënt
of mantelzlorger dat nodig
heeft."Voor Tonnie is het afhanke
lijk van de grootte van de hulp
vraag. „En hoeveel tijd heb je zelf
en wil je eraan besteden. Het is ook
afhankelijk van de relatie die je met
die cliënt hebt opgebouwd." Hoe
lang ze zorg aan dezelfde cliënt bie
den, hangt van de wensen van de
cliënt zelf af en zijn toestand. Als de
cliënt dat wil, blijft de vrijwilliger
tot het einde hulp bieden. „Hoe lang
dat duurt.-dat kun je nooit plannen.
Soms een week, soms een halfjaar."
Bij elke cliënt volgt er eerst een
oriënterend gesprek. „We vragen
vooraf even informatie over de ge
woontes en dergelijke. En we vra
gen de telefoonnummers van de
mantelzorger voor als er iets ge
beurt, maar ook 'hoe drinkt hij zijn
koffie?'." De behoefte van een cliënt
is ook wisselend. „De één wil nog
een stukje wandelen of dat je er al
leen maar zit. De ander wil een ge
sprek. De één wil dat je zijn hand
vasthoudt, de ander wil juist geen li
chaamscontact."
Als de cliënt uiteindelijk overlijdt,
doet dat de vrijwilligers uiteraard
wel wat. Soms bezoeken ze de be
grafenis. Wel proberen ze elke keer
een beetje afstand te nemen. Tonnie:
„Je bouwt bescherming in." Ria
probeert het verlies van een cliënt
steeds een plekje te geven. Bij het
verpleeghuis waar ze heeft gewerkt,
is een begraafplaats. „We hadden
bijna elke week wel een begrafe
nis." Dat heeft haar geleerd om te
gaan met afscheid nemen van het le
ven. Toch doet het haar nog wel
wat. „Je beseft te meer dat je zelf
ook eindig bent. Als je taak erop zit
bij iemand, heb je dat laatste beeld
nog wel even voor ogen. Dat moet
je toch even een plekje geven."
Als de dames zien dat het goed was
wat ze gedaan hebben, en als de fa
milie hen achteraf ook nog bedankt,
voelen ze zich voldaan. Maar ze
noemen hun werk ook bijzonder.
„Dat je inzicht krijgt hoe iemand uit
het leven gaat. Dat je dat mag delen,
vind ik heel bijzonder." Ze worden
er zelf ook elke keer weer een stukje
wijzer door. Tonnie: „Het is voor
mij ook een moment van stilte, be
zinning. nadenken over wat het le
ven betekent."Ria knikt. „Je wil iets
betekenen voor een ander, maar je
krijgt er ook iets voor terug."
De vrijwilligers van de palliatieve terminale zorg zijn er om mensen
thuis hulp te bieden in de zorg voor een zieke in de laatste levens
fase. Het woord palliatieve staat voor verzachting. Voor de regio
West-Brabant en Tholen zijn 45 vrijwilligers actief, waaiA/an zes
mensen op Tholen. De gemiddelde leeftijd van de vrijwilliger is 50-
plus, maar de jongere vrijwilligers zijn op komst. De jongste aspi
rant is 29. Cliënten kunnen zelf aangeven of ze willen dat de vrijwil
liger een man of vrouw is en of ze er bezwaar tegen hebben dat
het iemand uit het dorp is, of niet. Hulp vragen kan bij de regio
coördinator van West-Brabant en Tholen. Anja Vriens, tel. 06-
51498069.
Meer informatie is ook verkrijgbaar via e-mail info@vptz-westbra-
banttholen.nl of www.vptz-westbrabanttholen.nl.
<\J
ir*
vO
TD
v£> C
SO O
e-»
S S.
x O
ro O
-O
tl
i s
x "5
LU 01
r-
S l
f F
u-> O
E
i-s
s S
O ro
5 E
W
[tv
Maak nu kennis met de nieuwste
voorjaarsmode bij Den "Engelsman en
I Van Driel!
m
www.denengelsmanenvandriel.nl
Advertentie I.M.