Zeeuwse foto's over religie en gebruiken hangen in Grote Kerk 'Poolse stemmen zijn niet zacht gevoosd en altijd forte voor een special effect' 'Bij een overstroming kwam hier het bootje aangevaren en instappen kon via het trapje' Poolse koorleden smijten muziek op de grond, maar vinden elkaar in welluidende akkoorden Camerata treedt drie keer met luide stem op in Tholen MultiMedia producten van Bose Trekkertrek verzet naar zaterdag Donderdag 18 september 2008 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT „Welkom, wat leuk dat u komt." Elke bezoeker van hof stee Den Rosentuyll in Stavenisse wordt vriendelijk be groet door eigenaresse Annemiek Buijs. Enthousiast be gint ze te vertellen over de oude boerderij en hoe zij en haar man Ton het gebouw, met de woning en het omlig gende erf in oude luister willen herstellen. Het is één van de 19 locaties op het eiland die zaterdag tijdens open monumentendag te bezichtigen waren. Leemvloer Thoolse open monumentendag leidt bezoekers ook langs erf en tuin Foto's Klei Woonboulevard Het Poolse gemengd koor Camerata uit zusterstad Ilawa opende vrijdag het theaterseizoen van Uit op Tholen. In een goed gevulde Rooms-Katholieke kerk in Tholen bracht het koor onder leiding van Honorata Cybula een breed a capella repertoire; van religieus uit de 17e eeuw tot hedendaags wereldlijk. Goed geschoold Camerata opent seizoen Uit op Tholen indrukwekkend O zo dichtbij Het gezang van Camerata stijgt tot hoog in het houten gewelf van de koorkerk op om daar nog na te klinken. Het zijn luide stemmen, vindt Gré Boelhouwers, de voorzitter van de stichting Ilawa-Tholen. „Poolse stem men zijn hard. Hoe noem je dat? Niet zacht gevoosd, al tijd forte in plaats van pianissimo. Dat geeft een special effect." Het koor uit Ilawa trad zaterdag onder grote be langstelling twee keer op in de Grote kerk in Tholen. JBMF Ton en Annemiek Buijs woonden in Brabant, eveneens in een vrij lig gend huis tussen de landerijen. De restauraties aan dat huis waren klaar en daarom was het echtpaar op zoek naar iets anders. In elk geval een boerderij waar iets aan te restaure ren viel. Ze vielen voor de gebou wen aan de Buurtweg. „Het huis is nog helemaal origineel van binnen, met een bedstee", vertelt Annemiek. Het is hun passie om alles weer zo te maken zoals het vroeger was. Ze hebben genoeg materiaal verzameld om te weten hoe dat eruit zag. Het is nog niet helemaal duidelijk uit welke tijd de boerderij stamt. De schuur, die van steen is, heeft 1853 op de gevelsteen staan. De familie Buijs denkt dat de woning ouder is. „We hebben samen met meneer Zuurdeeg, de archivaris, onderzoek gedaan. Hij vond een kaart uit 1700 waar de bebouwing al op staat." De boerderij was volgens Buijs ei gendom van Hiëronymus van Tuyll van Serooskerken. „Hij gebruikte het waarschijnlijk als jachthuis." In overleg met de archivaris hebben Ton en Annemiek de huidige naam aan de hofstee gegeven. „Roos uit Serooskerken en tuyll van Van Tuyll." De hond en de kat zijn ook naar de boerderij vernoemd: Yellow rose of Texas en Rambler. De laatste naam is een klimroossoort. Die staat midden in de boomgaard. Als daar alles in bloei staat, is alles wit, ver telt Buijs. In het gras staan made liefjes, aan de bomen bloeit de witte bloesem en ook de klimroos is dan vol met witte roosjes. „Het is net een sprookje", zegt Annemiek. Als Kees en Nel Knuist uit Sint- Maartensdijk een kijkje komen ne men, leidt ze het echtpaar eerst rond in de schuur. Ook het dak komt aan bod. „Het is gelaterd", weet Kees Knuist. Buijs noemt het zelf gestro- dekt. Het stro zit aan de binnenkant, buiten zijn er dakpannen. Buijs wijst vervolgens op de houten dors vloer, waarvan de planken bol staan. Ze vertelt dat daarop het graan werd gedorst. „We hebben ook nog een leemvloer, maar ik weet niet goed wat ze daarop deden." Dan komt Kees Knuist aan het woord. „Daar werd het graan opge tast. In de zomer werd het hier in de vakken opgeslagen en in de winter gingen ze het dorsen." Elke keer als Buijs niet de precieze details weet, vult Knuist haar verhaal aan. Hij heeft veel belangstelling voor ge schiedenis en heeft zich erin ver diept. Daardoor weet hij veel van de oude boeren gebruiken. „We zijn al lemaal in het verleden geïnteres seerd. Mijn zoon studeert geschie denis. Hij geeft vandaag rond leidingen in de Maartenskerk in Sint-Maartensdijk. Hij is 18 en doet het voor het eerst." Buijs leidt het gezelschap door de originele paardenstallen met houten krib en hooiruif en over de voer- gang. Onderweg vertelt ze over de elementen die ze terug wil brengen. Zoals een groot ijzeren sierhek op het erf. Ook staat er een houten ma kelaar, een paneel dat de punten van het dak met elkaar verbindt en de naad ertussen afdekt. Erboven is een uitsnede van een pauw met hangen de staart. „Hij pronkt niet en dat heeft met de mentaliteit van de be volking te maken. Tholenaren zijn bescheiden. Dat heeft Eef de Jonge mij zo uitgelegd." Daarna gaat de rondleiding buiten verder. Ze vertelt dat de oude 'drinkpitten' terug in de wei zijn ge bracht en ze laat de zelfgebouwde haag zien. „Ze heten rillen", zegt Buijs over de gevlochten takken die samen een afrastering vormen. In de boomgaard groeien nog oude oogst rassen, zoals vlierbessen, kweepeer, mistel en moerbei. De moerbei boom vindt ze de mooiste stam van alle bomen hebben. „Ik heb een he le oude gezien, die was kronkelig als een oude wilg." De moerbeien noemt ze 'rinsig' van smaak, als ap pelstroop. Achter de schuur is er nog het koei- enstraatje. En aan de achterzijde van de woning is zit de achterdeur hoog Annemiek Buijs links) leidt het echtpaar Knuist langs en door boerderij Den Rosentuyll in Stavenisse. Op de achtergrond de woning met de vloeddeur en de in de tijd veranderde ramen. Ervoor de bakkeet en een oude zieke haag. in de gevel. Hij is te bereiken via een stenen trapje. „Dit is de vloed deur. Bij een overstroming kwam hier het bootje aangevaren. Via het trapje konden de mensen zo instap pen." Het huis is op enkele plaatsen voorzien van andere, grotere ra men. „Dat zijn tijdsbeeldmomen ten. We willen de oude ramen weer terugzetten." Toch ziet Buijs de verschillende ramen als iets posi tiefs. „Het zijn sporen uit de tijd." Via foto's van één van de bewoners in 1900, heeft ze een beeld kunnen krijgen van de veranderingen aan het huis. „Het was een jongen die ziek was en dus aan huis was ge bonden. Hij heeft toen heel veel fo to's gemaakt. Ze hangen in de Meestoof." Enkele exemplaren heeft Buijs opgehangen achter het klinket, het kleine deurtje dat toe gang geeft tot de schuur. Aan de voorkant van de woning is er discussie over het huisnummer. Er hangt een vijf met een streep er door en daarnaast 239. Dat laatste is het huidige nummer. „Het komt door het vakantiepark dat hiernaast ligt", vertelt Annemiek. „Ons huis is meegeteld in de nieuwe vernum mering. We hadden vijf." Buijs neemt het echtpaar nog even terug de schuur in. „Willen jullie even het gastenboek tekenen?" Dat doet Nel. Ze maken een toer per fiets langs de monumenten. „Nu gaan we naar Scherpenisse", ver tellen ze. De naam Hiëronymus van Tuyll van Serooskerken valt ook bij de restanten van het slot aan het Bos in Stavenisse. Het was zijn eigen dom en heeft het in 1653 laten bou wen. Leen en Hester de Bruin heb ben de buitenmuren van het oude slot in hun achtertuin. Ze hebben ze zelf gerestaureerd. „Toen we in 1990 het huis kochten, was dit een volkstuin met een vieze waterplas." Het echtpaar kocht de veste er in 2001 bij en ging het herstellen. „We hebben met onze buik op een vlot gelegen en zo de oude stenen die uit de muur waren gevallen uit het water gevist." Baggeren mogen ze niet en graven binnen de ves tingmuren mag ook niet van de monumentenzorg. Het echtpaar maakt er daarom op een andere manier gebruik van. Ze hebben er een weelderige bloementuin waar het heerlijk vertoeven is aan het water waarin lelies bloeien. Leen de Bruin leidt de bezoekers rond, terwijl zijn vrouw Hester voor de koffie zorgt. Het is even rustig, zeggen ze, want de meeste mensen gaan op dit tijdstip even eten. Twee gasten maken aan de tuintafel ge bruik van de gastvrijheid van de fa milie De Bruin. Bij een ronde langs de muren vertelt Leen dat de monu mentenzorg ze eigenlijk weer onder de klei wilden gooien. Op een be paalde plek staat de muur iets bol en daarom wilde de instelling ze met de klei beschermen en bewaren voor het nageslacht. Daar was De Bruin het niet mee eens. Hij is hele maal lyrisch over de geschiedenis van het slot. „Naast familie Van Tuyll wordt ook Van der Lek de Clercq in verband gebracht met de veste. Dat vind ik leuk. Hoe verder je komt, hoe meer je wilt weten." Toen familie De Bruin het slot ging openstellen voor publiek, kwamen de herinneringen van de omwonen den naar boven. „Heel veel mensen wisten niet eens dat het nog be stond. De gracht was tot de water snood in gebruik als schaatsbaan. Toen de mensen weer een kijkje kwamen nemen, kwamen de verha len los. Pietje verspeelde hier zijn schaats, enzovoorts." Cees Boogaart uit Oud-Vossemeer komt de familie De Bruin bezoeken met nog enkele documenten die hij over het slot heeft kunnen vinden. Hij heeft onder meer een kranten artikel uit de Eendrachtbode van 1963 bij zich. Omdat de monumentendag van dit jaar ook gaat over sporen van religieus erfgoed, zijn diverse ook niet-monumentale kerken open voor publiek. Wel monumentaal is de Grote Kerk in Tholen. waar naast het bezichtigen van het ge bouw, een fototentoonstelling kan worden bekeken en geluisterd wor den naar het Poolse koor Camerata. Aan de andere kant van de muur, in de kerk, bespeelt Mariëlle Klavers het orgel. Het is een contrast met de met bezoekers gevulde koor kerk. Twee mensen zitten op één van de verder volledig verlaten banken midden in de kerk. Het zijn de tante en oma van de Thoolse or- ganiste: mevrouw Versluis en me vrouw Bout uit Tholen. „Als we kunnen, gaan we altijd even luiste ren naar haar", vertellen ze. De da mes luisteren verder. „Als God mijn God maar voor mij is, wie is er dan mijn tegen", antwoordt me vrouw Bout op de vraag welk stuk Klavers op dat moment speelt. Bij de kerk zijn er geen gidsen, maar wel mensen die vriendelijk wijzen op de aanwezige informatie. Bezoekers die de kerk willen zien, kunnen een folder over het gebouw meekrijgen. Ook is er een diapre sentatie over het gebouw in de con sistorie. Toch is een medewerker van de kerk bereid om de verslagge ver rond te leiden. Hij wil niet met zijn naam in de krant. „Ik kwam hier als bezoeker en toen mocht ik meteen koffie zetten voor het koor", lacht hij. Hij vertelt over de vorm van de kerk, een kruisbasiliek. En dat de ruimte tussen de koorkerk en het middenschip eerst open was. Nu staat er een muur tussen. Door het raam midden in de achterste muur van de koorkerk, komt 's morgens het eerste licht binnen. „Het mid delste raam staat precies op het oos ten. Dat maakt deel uit van een be paalde symboliek." Veel elementen in de kerk zijn goed bewaard gebleven, maar bij enkele grafstenen in de vloer ontbreken stukken. „In de Franse tijd zijn de wapens eruit gehakt." De gids grin nikt bij een steen die rechtop tegen de wand geplaatst is. „Dit noemen ze de pissekijker. De man die hier op is afgebeeld was zo trots op zichzelf dat hij zelfs na zijn dood wilde laten zien wat hij deed. Hij was iets van een dokter of zo." In de koorkerk leest een man aan dachtig de grafsteen van Jonckheer Pieter van Berghem die in 1606 is gestorven. Het is Kees Stokvis uit Bergen op Zoom. „Ik was eigenlijk op weg naar de woonboulevard in Poortvliet, maar ik kon niet verder vanwege de wielerronde. Toen be dacht ik mij dat de kerk open was en ben ik een kijkje komen ne men." Stokvis was één van de naar schatting 159 bezoekers van de Grote Kerk. De uitvoering van het evenwichtig samengesteld programma begon met een uitbundig Jubilate Deo van Wolfgang Amadeus Mozart ge volgd door een O Gloriosa Virgi- num van de 19e eeuwse Vlaamse componist Oscar van Durme en een fraai, in een moderner klankidioom getoondicht. Cantate Dominum van de Poolse componist Stefan Stuligrosz. In de daaropvolgende drie Maria- liederen kwam de balans tussen de stemmen van het ca. 40 leden tel lende koor goed naar voren. Zowel in de verstilde passages als in de fortissimo gedeeltes bleef de klank homogeen, al hadden de bassen een enkele keer wat moeite hun muzikaal enthousiasme binnen de kaders van de koorklank te houden. Met het derde concertblokje be sloot het koor het religieuze deel van hun optreden. Een Spaans Can tate Deo van M. Angel Viro (Can- tad al Senor) deed denken aan passages uit de Missa Creola, een Argentijnse volksmis van Ariel Ramirez waarin ooit José Carreras als te nor heeft geschitterd. In een Kyrie, Sanctus en Agnus Dei uit de Msza Andaluzyska, geïnspireerd door volksmuziek uit Andalusië, blon ken Magdalena Wróblewska en Katarzyna Byczkowska uit als so listen. Overigens lieten ook andere koorleden in solistische bijdragen horen dat we met zeer goed ge schoolde amateurzangers te maken hebben. Het tweede deel van het concert opende Camerata met vier Poolse volksliederen. De speelse arrange menten vroegen het uiterste van de zangers in articulatie en ritmiek. Niettemin bleef het een natuurlijke beweging van klank en tekst die op geen enkele wijze ontspoorde. De liefde voor het volkslied blijft bij het koor niet beperkt tot het ei gen land. Het Lauf Jager Lauf en Con el Vito waren daar zingende voorbeel den van. De broeder schap met zusterstad Tholen werd door Camerata bezongen in Komt Vrienden in het ronde in de Nederlandse taal. Muziek verbindt en krijgt een extra dimensie als de Poolse vrienden zingen in je eigen taal. De waardering voor deze goed geslaagde poging werd dan ook niet onder stoelen of banken gesto ken. Het koor zong in diverse opstellin- gen, bewoog mee op de golven van de muziek en acteerde met verve in het laatste Salatka Wtowska; een komische compositie van Ri chard Genée waarin de dirigent de grip op het koor dreigt te verlie zen. Solisten steken elkaar op the atrale wijze naar de kroon in flui sterend pianissimo en bravoure forte. Koorleden tonen hun onge noegen door de muziekmappen op de grond te smijten. Uiteindelijk weten ze elkaar in de taal van de muziek toch weer te vinden in ho mogene en welluidende akkoor den. De staande ovatie werd tot een rit mische uitnodiging voor een toe gift. Het koor zong tot slot een rus tige compositie die verstild van klank in de ruimte verdween. Ver weg, maar o zo dichtbij. De voorzitter van Uit Op Tholen, Eef de Jonge, besloot de avond en verwoordde haar waardering als volgt: 'Een uur en een kwartier is veel te kortkonden we maar opnieuw beginnen. Camerata, dziekuje!' (Camerata, dank je wel!) AI van een afstand zijn ze goed te bekijken. De foto's van de expositie 'In beeld'. Hiervoor zijn 40 foto's van een bij anderhalve meter in een zig zaggende u-vorm uitgestald in de Grote Kerk in Tholen. Het is werk van Zeeuwse amateurfotografen, waaronder Jan Capello, Wim van den Ber ge en Co Coppoolse. De foto's gaan over cultuur, wereldbeeld en religie en haken in op het jaar van het religieus erfgoed. De Walcherse kunste naar Ramon de Nennie heeft de tentoonstelling ingericht en daarbij stel lingen met lichtspots gebruikt, waartussen de posters zijn opgehangen. Onder elke foto staat een begeleidende tekst van Nico Out. De foto's zijn uit ruim 150 inzendingen geselecteerd door Volkskrant-fotograaf Hans Aarsman en de hoofdbestuurder van de landelijke fotobond BNAFV Frank Boots. De tentoonstelling is tot 27 september van maandag tot en met zaterdag van 13.30 tot 17 uur te zien in de Grote Kerk. Na Tholen reist 'In Beeld' verder langs andere locaties in Zeeland. Verkrijgbaar bij: Gré Boelhouwers geeft een toelichting op de liederen van het Poolse koor. Als het weer goed blijft, gaat de trekkertrek zaterdag wel door. Het evene ment van de stichting Thoolse Dagen werd afgelopen zaterdag afgelast, om dat het terrein te nat was. Bij het opzetten van de tent en het klaarzetten van het parcours viel volgens voorzitter Anco Fase 17 mm regen. De tent heb ben ze vol goede hoop laten staan op het Klaverveld in Oud-Vossemeer. Het programma blijft ongewijzigd. De wedstrijden beginnen om elf uur en du ren tot een uur of zes. Advertentie I.M. Hi-Fi. LCD DVD Plasma Automatisering Een dag eerder werden de Polen onthaald in het gemeentehuis door burgemeester Nuis Ook kregen ze een rondleiding door Tholen waar bij ze het oude stadhuis aandeden. Vrijdagavond genoten ze mee met een barbecue van de gemeente en daarna zongen de Polen in de Rooms Katholieke kerk. Alle ongeveer vijftig stoeltjes tus sen de fototentoonstelling in de koorkerk zijn bezet als Camerata begint te zingen. De toehoorders luisteren geboeid. Een enkeling is verrast door het optreden als hij of zij de kerk betreedt. De kerk is na melijk gewoon open voor monu mentendag en het optreden van het koor valt daar toevaliig mee samen. Boelhouwers geeft tussendoor toe lichting op de liederen die het koor zingt. Daarna trekt ze zich terug en neemt plaats op de graftombe die zich naast het koor bevindt. Het koor dat uit 38 leden bestaat, heeft al verschillende internationale prijzen in de wacht gesleept. Het bestaat uit inwoners van Ilawa van verschillende leeftijden die naast Pools ook in het in het Russisch, Duits, Engels en Latijn zingen in een breed genre, waaronder volks liedjes. Hoewel het koor al in meer dere Europese landen als Duitsland en Frankrijk heeft opgetreden, is het voor het eerst in Nederland. „Tho len heeft een primeur", zegt Boel- houwers. Zaterdagavond kreeg het koor een afscheidsdiner in De Lagu ne in Sint-Annaland. Zondag reis den de leden naar Rotterdam om een Poolse mis te begeleiden. De stichting Ilawa-Tholen heeft sinds vrijdag ook een Poolse va riant: the foundation for cooperation with Tholen in the Netherlands. „Op die manier krijgen we een zo'n breed mogelijk draagvlak in de hele bevolking. We willen zo veel moge lijk mensen bij de stedenband be trekken. Een voorbeeld is de uitwis seling van de scouts naar Polen", vertelt Boelhouwers. „We hebben vrijdag voor het eerst samen verga derd. Het volgende plan is om de Poolse en de Thoolse afdeling van het Rode Kruis uit te wisselen. Ook willen we Poolse kunstenaars laten deelnemen aan de kunstroute in Tholen." Antwerpsestraat 12-14-16 4611 AG Bergen op Zoom tel. 0164 237940 vww.verburgh.nl mi <rf»i SimMlntmm om t» <tO*n in I

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 2008 | | pagina 5