'Mensen hebben nu geen enkele binding meer met het platteland' 'Mobiele telefoon verkeert door vele functies in identiteitscrisis' •vvr i - «f* Rini Mathijssen Thoolse rayondirecteur Rabobank Vrijdag 4 januari 2008 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT Na 35 jaar neemt dierenarts Jan Flameling op 13 januari afscheid van de praktijken in Dinteloord, Steenbergen, Fijnaart en Willemstad. In de beginjaren kwam hij ook regelmatig bij veeboeren op Sint-Philipsland. „Bezig zijn met zoiets positiefs en de humor vind ik het mooie van het vak", zegt Flameling. Sommige mensen zou je moeten verbieden om dieren te houden Verwording platteland Dierenarts Jan Flameling ziet veel veranderd in 35-jarige praktijk Zijn politieke carrière bij D66 kostte hem klanten Een hond van 85 kilo zou er maar 40 moeten wegen De mobiele telefoon verkeert in een identiteitscrisis. Er zijn zoveel functies op, dat het zelfs geen mobiele tele foon genoemd kan worden. De 22-jarige Willem Horst uit Sint-Annaland zoekt aan de universiteit in Denemar ken met behulp van gebruikers naar nieuwe mogelijkhe den van technologische apparatuur. Rond de feestdagen was hij thuis. Up2date Willem Horst uit Sint-Annaland studeert it product designin Denemarken Huisgenoten Trap van koe Adviseur van collega's in ontwikkelingslanden met problemen Rini Mathijssen (51) uit Bergen op Zoom is per 1 maart benoemd tot rayondirecteur Tholen van de Rabobank Oosterschelde. „We gaan er iets moois van maken", zegt Mathijssen, die sinds mei 2002 op Tholen werkt. „Met de benoeming van een bekend figuur op Tholen zorgen we voor een fors stuk continuïteit", aldus de huidige direc teur Cees van der Velden, die na de fusie gaat vertrekken. OOT en SEPT Hij begon met werken in 1972 toen hij de kalfjes nog in de wei opzocht. Flameling zwaait af in een tijd waarin honden soms naar de Weight Watchers moeten. Wie Jan Flameling ooit als dierenarts meemaakte, weet hoe hij werkt. Recht door zee, geen fratsen of vals sentiment, maar op een nuch tere manier bezig met het dier dat op dat moment aandacht nodig heeft. Jan is nog een dierenarts van het type zoals dokter Vlimmcn van de gelijknamige film. Prak tijkmensen die zowel koeien als varkens, maar ook ponden en katten of cavia's onder handen namen. Helemaal thuis op de bedrijven waar hij de koeien ver loste of de biggen castreerde. „Er is geen stal van Bergen op Zoom tot aan Willemstad en van Sint- Philipsland tot aan Klundert waar ik niet ben geweest in die 35 jaar", stelt Flameling. Voor de komst van Willem Brons kwam Flameling bij de veeboeren op Tholen. Hij werkte toen samen met dierenarts Rinses. Zeker in de beginjaren 70 en 80 waren er nog veel boeren met vee op Sint-Philipsland. Fla meling kwam onder meer bij Bram en Johan Verwijs in Anna Jacobapolder. Maar het aantal vee boeren is sindsdien sterk terugge lopen. „Zo'n dertig jaar geleden, toen ik begon, was het een nuchtere tijd. In 1972 ben ik begonnen bij Piet Magnus, maar twee jaar daarvoor werkte ik al als vervanger. Dat ging gewoon zo. Als je wist hoe je het moest doen, dan was het oké. Er waren te weinig dierenartsen en je ging aan de slag. Nu is alles vastgelegd en gecertificeerd. Als de dierenartsen hier in de praktijk visite gaan rijden, moeten ze van tevoren een medicijnenlogboek maken. Alle medicijnen zitten achter slot en grendel. Vroeger waren er 36 farmaceutische be drijven die bij je langs kwamen om medicijnen te verkopen. Nu zijn dat nog vier firma's. Augmen- tin bijvoorbeeld is een middel dat aan mensen wordt voorgeschre ven. We gebruiken het ook voor dieren, maar dan kost het maar 60% daarvan. Nog even en de prij zen zullen wel gelijk zijn." Flameling startte dus bij dieren arts Magnus aan de Kruispoort in Steenbergen. Het was de tijd dat alle landbouwhuisdieren nog wer den ingeënt tegen mond- en klauwzeer. Vanaf 1991 werd de verplichte enting afgeschaft. Jaar lijks deden de dierenartsen ook onderzoek naar tuberculose, waar voor ze de dieren prikjes in de hals gaven. Ze prikten bloed bij koeien voor controle op abortus bang (een besmettelijke infectieziekte bij runderen en mensen). Flameling: „In het kruisgebouw in Dinteloord gaven we in 1976 alle honden een verplichte enting te gen hondsdolheid. Nick de Bruijn was jachtopzichter en hartstikke doof en hij hielp me. De mensen stonden werkelijk in lange rijen te wachten. Nick werkte nogal ruw en pakte een hond zo bij de achter poten en gooide hem min of meer of de tafel. Ie mand riep toen •dierenbeul' naar hem. Hij stevende er op af, want hij kon niet verstaan wat de man zei. Die deinsde vervolgens helemaal achteruit van angst. Nee, het was een heel andere tijd. Nu gaan de honden naar de Weight watchers en wordt er aan genetic counce- ling, genetisch onderzoek, gedaan voordat mensen gaan fokken met een hond. De gezinnen hebben te genwoordig met de dieren even veel personen in huis als voor heen." Flameling is niet de man om senti menteel te doen over zijn vak of alles van vroeger op te waarderen. Toch zegt hij het jammer te vinden dat de boerenerven zo veranderd zijn. „Op zo'n boerenerf liepen al tijd kalfjes in de wei, kippen en paarden, maar dat is de verwor ding van het platteland. We missen tegenwoordig echt de boerenlobby in Den Haag. Mensen hebben geen enkele binding meer met het plat teland." De diereneigenaren die in de die renartsenpraktijk van Flameling komen, zijn anno 2007 veel meer voorbereid. Volgens Jan Flameling hebben ze zelfs op internet al vol op gewinkeld en opgezocht wat het trouwe beestje mankeert. Hij zegt vaak aan de hand van die we tenschap van de klant de medicij nen te moeten afstemmen. De baasjes zijn vooral heel assertief. Flameling vindt het heel belang rijk op een efficiënte manier met de klant om te gaan. Zo werd het gebruik van allerlei voedingssup plementen, gemaakt van haaien- kraakbeen, geïntroduceerd. In het begin was het omstreden, maar in de sportwereld een tendens en ook in de dierenwereld druppelt het door. Volgens hem ligt de waar heid over goed of slecht altijd in Jan Flameling was met veel plezier 35 jaar dierenarts in de regio, maar neemt deze maand afscheid van de praktijk. het midden. „Het is de kunst van het vak", ver telt hij gedreven. „Het beest moet beter worden, maar je moet de the rapie bij de eigenaar zoeken. Je moet kijken of de therapie te betalen is en ook is te re aliseren. Kijken of iemand het vol zal houden om zes keer per dag een pilletje te geven, waarmee de be handeling maar dertig euro kost of eenmaal een injectie per week of per maand, maar wat veel duurder is. Mensenkennis is daarbij cruci aal. We zijn met zes dierenartsen in de praktijk. Ik ben van het over legmodel van de jaren zestig en probeer het door de mensen ver schillende keuzes voor te leggen. Je moet niet teveel de dokter uit willen hangen. In de eerste jaren had ik lang haar en speelde in een rockband in Rotterdam. Ik had al- tijd een muts op en toen ik die niet meer ophad, herkenden de mensen mij niet meer. Het vak is niet ro mantisch, maar het draait om de humor." In 1974 werd Jan dierenarts in de praktijk van Hein van der Hammen. Spreekuur werd gehouden in de grote huiskamer waar de spreekkamer slechts door openstaande schuifdeuren werd gescheiden van de wachtkamer. Iedereen die zat te wachten, kon dus meegenieten. Prachtig om te zien hoe een bok behandeld werd door de jonge dierenarts. Toen de eigenaar hem mee naar huis wilde nemen, bleek het dier nog een beetje te bloeden. Geen punt vond Flameling. Hij greep de theedoek naast het fonteintje en knoopte hem zo rond de buik. Klaar en naar huis. Toen Van der Hammen stopte, be gon Flameling een eigen praktijk in Welberg in het pand waar hij ook met zijn gezin woonde. Zijn vrouw Inez was afgestudeerd arts en doorliep bij dok ter Leo Schutter in Dinteloord de ver tot het voor het eerst hielp met een kei zersnede door de baarmoeder van het dier vast te houden. Hij is het nooit meer vergeten volgens Fla meling. Zijn verwachtingen over het dierenartsen- volgopleiding huisarts. In kruisgebouw er- naast hield ze weke lijks het zuigelingenspreekuur. Het gebeurde regelmatig dat ie mand haar in de ochtend bij haar thuis in de dierenartsenpraktijk aan de telefoon kreeg voor de mel ding van een ziek dier en vervol gens 's middags op het consulta tiebureau sprak over de gezondheidstoestand van de baby. Toen zijn kinderen klein waren, stond hij regelmatig te opereren met één van de kinderen in een ba bystoeltje naast de behandeltafel. Zoon Peter was zeven jaar toen hij vak zijn zeker uitgekomen, zo bekent hij. Hij kan op de vijfen dertig jaar met veel plezier te rug kijken. „Dieren zijn betrouw bare wezens en je weet wat je aan ze hebt", meent hij oprecht. „Ze hebben nooit verborgen be doelingen. Een dier is een naïef wezen zonder streken." Op de vraag wat hij het leukste dier vindt, noemt hij er twee: hond en kat. „Zij maken emoties los bij mensen. Koeien vind ik ook bij zonder. Koeien hebben te maken met het oerbestaan. Hoe we in de wereld met dieren omgegaan zijn. Het is nog steeds een oerdier. Hij praat nog onvervalst dialect maar in de internationale wereld van de ontwerpers worden vele En gelse woorden gebruikt. Willem verkeert in het gezelschap van stu denten van bijna alle continenten. In die wereld is het belangrijk om te leren samenwerken. Hij geeft er zelfs al les aan studenten die ouder zijn. Willem maakt er prototypes voor apparatuur en geeft daar ook les over. Voor Willem is het wel een uitda ging om samen met anderen aan een project bezig te zijn. „Samenwerken is een belangrijke vaardigheid in de ze tijd. Het is goed dat je wat van een andere cultuur kent. Hun werk wijze is anders. Een vijfde van de wereldbevolking is Chinees en een vijfde is Indiër tenslotte." Horst moet nog 2,5 jaar studeren voor zijn promotie (tot Phd. Ameri kaanse titel voor doctor of philoso phy) aan de universiteit in Spnder- borg in het zuiden van Denemarken, ongeveer 40 kilometer van de Duit se grens. Aan de universiteit is ook het Mads Clausen Instituut verbon den, het centrum voor productinno vatie. Horst kende het instituut al toen hij nog op de Technische Uni versiteit in Eindhoven zat. „Een van mijn leraren gaf er les en vroeg of ik er twee weken een 'mastercourse' wilde volgen. Dat beviel me wel. In het derde jaar ben ik terug gegaan. Je moest dan een stage volgen of meedoen aan een uitwisseling. Ik heb toen mijn portfolio opgestuurd en ben toegelaten. Het was de be doeling dat ik er één semester zou blijven. Maar het beviel erg goed. Bovendien kreeg ik er een vriendin en besloot ik een half jaar langer te blijven. Zodoende ben ik er een jaar geweest. Maar ik moest wel terug naar Eindhoven om mijn bachelor af te maken." Hij rondde de studie in Eindhoven in februari vorig jaar af en kon pas in september in Spnderborg aan de slag. In de tussenliggende periode kon hij als ontwerper aan de slag bij het gerenommeerde B O, Bang and Olufsen. Het bedrijf dat in Struer ligt, in het noordwesten van Dene marken. 4,5 uur treinen van Spndcr- borg. Op het instituut houdt Willem zich bezig met het 'herdefiniëren' van producten. Dat doet hij samen met het bedrijf Nokia. „Een mobiele te lefoon kan veel, maar het mist een eigen identiteit. Het gaat er nu om een nieuw product te ontwerpen met veel functies en toch een sterke identiteit. Nu zitten er bijvoorbeeld een camera en een agenda in, kun je er muziek mee afspelen, bellen en spelletjes mee doen." Eerder onder zocht Horst al het gebruik van bij voorbeeld de camera op het toestel. „Het bleek dat die gebruikt wordt als mensen zich vervelen als ze bij voorbeeld thuis op de bank zitten. Het kent een heel eigen gebruik. Als ze echt foto's willen maken van een speciale gelegenheid, gebruiken ze een echte camera. En de naam mo biele telefoon dekt al lang niet meer de lading. Het is veel meer. Het is vreemd dat het apparaatje nog steeds zo genoemd wordt. Eigenlijk verkeert het toestel in een identi teitscrisis door de vele functies." Volgens Horst is het zaak om voor elk product een 'script' te maken. Zoals een acteur een bepaald podi um bespeelt. „Dit en dat moet er mee te doen zijn. Het moet heel simpel zijn. Samen met de gebrui kers moeten we dat verder uit ont wikkelen. De vraag is om na te gaan wat gebruikers er mee doen. Daar maak ik prototypes voor." Horst is nu bezig aan een project dat up2date heet. Het ontwikkelen van een mobiel apparaat waarop gebrui kers kunnen zien welke films er uit komen en welke cd's. Maar waar ook op te zien is welke evenemen ten er in de buurt zijn. Op het schermpje kan iemand dan bijvoor beeld een voorfilmpje (trailer) zien, maar ook de recensie over de film lezen. Het apparaat is dan draadloos aangesloten op internet." Horst heeft er eerst alleen de ont vangst van muziek en films op mo gelijk gemaakt. Later, op verzoek van de gebruikers, evenementen aan toegevoegd. Het bleek dat er ook mensen waren die het fijn vonden om er hun eigen agenda op te willen zetten." Gebruikers actief betrekken bij het innovatieproces. Daar draait het om bij de eindstudie van Willem Horst op het Deense instituut. Bij Bang and Olufsen hield de stu dent zich al bezig met de bediening van mobiele apparatuur. Niet zozeer de buitenkant (de vormgeving), maar hoe de gebruiker het bedient én beleeft. In zijn woorden het in teractief ontwerp. „Vooral de vorm geving is heel sterk, de opdrachtge ver wil dat ook de binnenkant passend wordt. Het is de truc om dat bij elkaar te laten passen. Het moet namelijk ook een elegante ervaring zijn." Nieuw aan het apparaatje is dat er een speakertje (luidsprekertje) inzit Willem Horst (links) speelt samen met een student tijdens een oefenspelletje om te leren samenwerken. dat uitgeschoven kan worden. Er zit ook een aparte speaker voor telefo nie op, voor muziek, er kunnen vi deo's op afgespeeld worden en de gebruiker kan ook op het internet. Er zitten geen kopjes op zoals bij een mobiele telefoon, maar een schijfje. Willem noemt het een wiel die de gebruiker naar de gewenste functie kan draaien. „Het is belang rijk dat het efficiënt werkt, maar dat het ook mooi is." Hij werkte er aan vanaf maart 2006. In oktober kwam het product op de markt. Via een labtop demonstreert Willem de verschillende mogelijk heden. Niet alles want ook de appa ratuur van een student die zich specialiseert in de informatietech nologie, gaat wel eens kapot. Horst ging na het Juvenaat in Ber gen op Zoom naar Eindhoven om aan de Technische Universiteit in dustrial design te studeren. Hij kon er werken met nieuwe technieken en er zijn creativiteit in leggen. „Het is productgericht, op elektro nisch gebied. Je kunt er geen meu bels ontwerpen." In Denemarken heet mijn richting It Product De sign. Van de drie jaar die hij er ver blijft, moet 20 procent bestaan uit lesgeven. Alles in het Engels. De acht eerstejaars die hij nu.les geeft, komen uit Israel, China, Denemar ken, Duitsland, België, Italië en IJsland. „Voorheen was het stude ren er gratis en kwamen er ook leerlingen uit India, Brazilië en Mexico. Dat is over." Het valt vol gens Willem niet mee om altijd op hetzelfde spoor te zitten. „In het Chinees heeft ja heel veel beteke nissen. Het kan zelfs nee beteke nen. Als je vraagt of ze de opdracht voor de volgende dag begrepen hebben en er wordt ja gezegd, blijkt dat er de andere dag niets is gebeurd." Soms wordt uit beleefd heid ja gezegd om iemand ter wille te zijn. Een fenomeen dat de Ne derlandse manier van omgaan niet kent. „Wij zijn zo direct dat het door anderen als lomp wordt erva ren. Als je kritiek geeft wordt dat ook vaak ervaren als een persoon lijke aanval terwijl dat niet het ge val is." Willem vindt het lesgeven leuk om te doen, zegt hij. „Pas in de samen werking merkje het verschil. En het is ook vaak gezellig. Aan het eind van het jaar bijvoorbeeld maakt ie der een eigen traditioneel gerecht uit zijn of haar land. Wij, Nederlan ders. hebben boerenkool met worst gemaakt." De student woont in een apparte ment met drie huisgenoten in de binnenstad van Sonderborg (30.000 inwoners), vijf minuten fietsen van de universiteit. Het stadje is bekend om het bedrijf Danfoss dat radiatoren maakt. De oprichter financiert het Mads Clau sen instituut. Het is een beetje ver gelijkbaar met Eindhoven en Phi lips. Een stad ook met ambities, zegt Willem. „In Spnderborg komt een groot nieuw complex met een concertzaal voor een symphonieor- kest, een onderzoekspark, een treinstation en bedrijven. Het is ontworpen door Frank Gehry die ook het Guggenheim museum voor moderne kunst in Bibao heeft ont worpen. Willem gaat dit weekend weer te rug. Hij wil de studie daar afmaken. Of hij daarna terugkomt naar Ne derland is nog niet zeker. In de in ternationale wereld van de design voelt Willem zich thuis. waarbij geen kanker voorkomt, zoals dat wel gebeurt bij de gedo mesticeerde dieren als honden. Daar probeer ik veel over te leren. Je had pest, mkz en nu vogelpest, terwijl watervogels er altijd zijn geweest. Wat zien we niet wat er wel is? Je moet proberen zo ge neeskunst te bedrijven." De dierenartsen waren vroeger kind aan huis bij de boerenbedrij ven, die veelal gemengd waren en soms heel klein. „De boeren wis ten zelf niet zo veel. Nu zijn het allemaal grotere bedrijven waar de boeren veel ervaring hebben. De dierenarts is veel meer adviseur geworden." Toch gebeurt het wel eens dat iemand slecht zorgt voor zijn beesten en telkens weer in herhaling valt. Fla meling: „Sommige mensen zou je moe ten verbieden om dieren te houden. Trek bijvoorbeeld gewoon de hinder wetvergunning in. Afgelopen week had ik iemand in de praktijk die een hond had van 85 kilo, terwijl die er veertig zou moeten wegen." De periode dat hij zeer actief in de politiek acteerde, heeft hem klan ten gekost. Flameling zat in de Steenbergse D66 en stak zijn me ning niet onder stoelen of banken. Zo hij als dierenarts gewend was aan te pakken, zo deed hij dat ook in de politiek: recht door zee en niet te flauw. Hij zegt er veel van geleerd te hebben. Nu neemt hij dus afscheid van de praktijk. Noodgedwongen eigen lijk. Een trap van een koe tegen zijn knie heeft hij min of meer verwaarloosd en ondervindt daar nu de vervelende gevolgen van. Twee jonge dierenartsen, Anne- Rienk Pronk en Lianne van Don gen, vullen straks in de praktijk aan de Kruispoort in Steenbergen de lege plek op en werken er straks samen met René de Theije, Frank Scuren en Sabrina Jansen.. Op zaterdag 13 januari wordt een afscheidsreceptie in de praktijk, Kruispoort 32 in Steenbergen, gehouden van 13.30 tot 17.30 uur. Uren kan Jan over zijn jaren als dierenarts vertellen. Hij doet het bevlogen en wars van opsmuk of opgeklopt sentiment. „Het is een heel leuk vak. Het is niet roman tisch. maar het gaat om de humor en dat je iets positiefs kunt doen. En mensen op zich zijn natuur lijk .heel leuk", stelt hij tot slot. Stilzitten is hij niet van plan. We zullen vast nog wel iets van hem horen, want hij is bezig zijn memoires te schrijven. Daarnaast start hij als adviseur voor dieren artsenpraktijken die problemen hebben. Tevens gaat hij aan de slag als bedrijfsadviseur in ont wikkelingslanden, waaronder Pe ru. Hij zal in die landen in een pe riode van drie tot zes weken bedrijven gaan adviseren hoe ar beid op een efficiënte manier kan worden ingezet, waarvoor hij ook een bedrijfsplan zal opzetten. Vol ledig bezig met begeleiding van mensen dus. Peter Wielaard naar Reimerswaal, Tonny Drijdijk Goes De laatste weken van 2007 waren bijzonder spannend voor menige medewerker van de Rabobank Tho len. Voor de kerst zou de benoeming van de nieuwe Thoolse rayondirec teur bekend worden, maar het werd oudejaarsdag. Terwijl Rini Mathijs sen aan het oliebollen was, kreeg hij het goede nieuws te horen. „Het is voor mij vandaag al nieuwjaars dag", vertelde hij met zijn schort aan, tussen de vele telefonische feli citaties door. Mathijssen begon zijn loopbaan op 23 juni 1975 bij de Rabobank in Bergen op Zoom, werkte in diverse functies bij de interne accountants dienst en de vervangingsdienst van Rabobank Nederland, bij Rabobank Dinteloord en vervolgens weer bij Rabobank Nederland, totdat hij in 2002 naar Sint-Maartensdijk kwam als hoofd bedrijven. Tijdens de ziekte en vervolgens het vertrek van directeur Chris Otto was Mathijssen waarnemend directeur van Rabo bank Tholen. „Het bevalt me hier goed en wat er voor ons ligt, is nu belangrijk. Als rayondirecteur ben ik de bruggenbouwer tussen alles wat de Rabobank Oosterschelde centraal regelt en het eiland Tholen. Veel moet nog uitgekristalliseerd worden en ik heb er zin in om dat allemaal in te gaan vullen." Directeur Cees van der Velden geeft aan dat de leiding van de nieuwe fu- siebank .een zeer goede kandidaat' heeft gekozen. „De ruim 32 jaar er varing binnen de Rabobankorgani- satie waarvan ruim 7 jaar op Tholen is erg belangrijk. Rini Mathijssen blijft in zijn nieuwe functie het aan spreekpunt voor de bedrijven en hij beschikt over diverse netwerken." Zo is hij secretaris van het Onderne mers Overleg Tholen (OOT) en lid van het Sociaal Economisch Plat form Tholen (SEPT). M.C.J. Mathijssen was bij Rabo bank Tholen hoofd bedrijven, maai de laatste maanden hield hij zich bezig met het proces dat moet lei den tot de fusie van de Rabobanken Tholen, Beveland en Schouwen- Duiveland tot Rabobank Ooster schelde per 1 maart 2008. Zo was hij secretaris van de selectiecom missie. „Ik ga me nu echter weer volledig aan Tholen wijden, waarbij ik een nadrukkelijke rol heb voor de ondernemers en hun organisaties. Mijn kennis van dit gebied komt daarbij goed van pas." Eén van zijn adviseurs bij de afde ling bedrijven, Tonny Drijdijk, raakt Mathijssen kwijt. Drijdijk is per 1 maart namelijk benoemd lot hoofd van de afdeling verzekeringen van de Rabobank Oosterschelde. Voor het Thoolse midden- en kleinbedrijf blijft Rien Koppenhol wel op zijn post, evenals Wim Bazen voor de agrarische sector en Kuzee voor de scheepvaart. Bij de afdeling particulieren raakt Tholen per 1 maart Peter Wielaard kwijt. Hij is benoemd tot teamleider particulieren voor Reimerswaal, ook onderdeel van de Rabobank Oosterschelde. Het huidige hoofd particulieren van Rabobank Tholen, Edmee Velthuis, maakt per 1 maart plaats voor Jos van Prooijen. Zij is nu werkzaam bij de Rabobank Schouwen-Duiveland. Intussen heeft de Thoolse bank aan gekondigd de administratie van de verzekeringen te centraliseren. „We waren nog één van de weinige ban ken die lokaal de polissen en de be talingen verwerkten", zegt directeur Cees van der Velden. Voor vragen over nota's en schade kan men voorlaan rechtstreeks Interpolis bel len, de verzekeraar van de Rabo bank. De verzekeringsmensen van de Rabobank Tholen houden zich alleen met verkoop en advisering bezig. Rabobank Nederland heeft verder een landelijke reorganisatie aange kondigd onder de naam Visie 2010 om klanten sneller, beter en goedko per van dienst te zijn. Er zijn vijf proefbanken aangewezen om dat uit te werken. Medewerkers van de Ra bobank zouden voortaan minimaal een mbo-plus-opleiding moeten hebben. De vakbonden vrezen dat de reorganisatie gepaard gaat met banenverlies. Volgens directeur Cees van der Vel den neemt de druk op de marges toe, zodat er zo doelmatig mogelijk ge werkt moet worden. „Wanneer blijkt dat de ene bank voor de verkoop van een hypotheek vijf gesprekken nodig heeft en 4 uren en de andere bank de zelfde hypotheek in twee gesprekken en 2 uren realiseert, kunnen we van die laatste natuurlijk wat Ieren." Eerst staat de ledenvergadering van Rabobank Tholen op 16 januari echter centraal. Dan valt in Meul- vliet de beslissing over het door gaan van de fusie en de vorming van Rabobank Oosterschelde per I maart 2008. Mijn kennis van Tholen komt goed van pas bij mijn nieuwe functie."zegt Rini Mathijssen.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 2008 | | pagina 7