Kaart van het Oudeland duikt op bij voorbereiden expositie Meestoof 'Het is belangrijk dat er blijvend aandacht is voor slachtoffers' In bedrijfskaartenboekje van Thoolse boerderij uit 1765 Museum verwerft pièce de milieu Boerderijen in de schijnwerper Kijkuur politie gestolen fietsen In tijd van oorlog Samenwerking Van den Hoek en Van Oost 9 graven Gouden speld van Oorlogsgravenstichting voor Wally Blaas Donderdag 3 april 2003 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT Een getekende kaart uit 1765 van het Oudeland bij Tholen. Daarmee verraste secretaris Willem Heij- broek de leden van De Meestoof op de jaarverga dering van het streekmuse um. De plattegrond staat in een bedrijfskaartenboek, waarin voor een akker bouwbedrijf alle percelen getekend staan. Dergelijke boekjes worden dit jaar geëxposeerd, waarmee De Meestoof inspeelt op het jaar van de boerderij. Meekrap Hulpgoederen Brochure Negen klachten bij meldpunt voor verkeersonveiligheid Tot zijn eigen verrassing kreeg Wally Blaas uit Tholen vrijdag de gouden erespeld uitgereikt van de Oorlogsgra venstichting. Blaas was 36 jaar lang consul voor deze or ganisatie en rapporteerde als zodanig jaarlijks over de toestand van de negen oorlogsgraven op Tholen en Sint- Philipsland. „Ik heb dat werk altijd met veel plezier ge daan. Het is heel belangrijk dat er blijvend aandacht is voor slachtoffers, niet alleen van oorlogsgeweld, maar ook bijvoorbeeld van de watersnoodramp", zei Blaas in het gemeentehuis, waar algemeen directeur P.C. van der Graaf hem de onderscheiding uitreikte. Java Reizen Het Thoolse streekmuseum is een fraai voorwerp rijker. Het zoge naamde pièce de milieu, een fruit schaal op een voet met in het mid den een vaas voor bloemen, is van zilver en kristal gemaakt. De Meestoof kocht het van mevrouw Martini Buys uit Brugge, een nako meling van Del Campo die in de 19e eeuw de Anna Jacobapolder bij Sint-Philipsland bedijkte. Op de voet staat onder meer '25 jarig ju- bilé Anna Jacobapolder 1847- 1872'. Het stuk is dus kennelijk in 1872 geschonken in verband met het 25-jarig bestaan van de polder. Het werd geschonken aan M.F.M. Martini Buys, geboren Del Campo genaamd Camp. Door wie en waar om, dat is niet bekend. „Het verhaal achter dit stuk zoeken we nog", al dus voorzitter Theo Westerveld van museum De Meestoof. Magdalena Ferdinanda Maria was de oudste dochter van Willem Fre- derik del Campo genaamd Camp en Anna Jacoba van Sonsbeek. Ze werd in 1836 geboren te Vlissingen en trouwde in 1861 met jonkheer Paulus Hubert Andries Martini Buys, ambachtsheer van Loener- sloot, Oucoop en Ter Aa. Het paar woonde in Rotterdam en Den Haag, en overleed op kasteel Loenersloot (in maart 1915, twee dagen na el kaar). Magdalena kreeg bij de ver deling van de erfenis van haar vader de boerderij de Stelberg met toebe horende gronden. Ze werd in 1909 verkocht, drie jaar nadat het paar al de Magdalenahoeve van de hand had gedaan. Martini Buys kreeg in 1882 van de provincie vergunning om samen met A.H. Brand uit Dor drecht een eendenkooi te stichten in de Anna Jacobapolder. Die is in 1916 verkocht aan kooiker Van Herk. De Meestoof kocht een fraai stuk aan dat met Anna Jacobapolder verband houdt. Het jaar van de boerderij krijgt op Tholen en Sint-Philipsland op di verse manieren aandacht. Het streekmuseum wijdt dit seizoen ex posities aan de boerderij, bedrijfs- kaartenboekjes en de meekrap. Op de jaarvergadering van heemkun dekring Stad en Lande van Tholen, 15 april in Sint-Annaland, verzorgt mr. G.W. Smallegange van de Zeeuwse boerderijenstichting een lezing met dia's over boerderijen. En op 14 juni is er een excursie langs veertien karakteristieke boer derijen in de streek (genoemde stichting, Heemschut en de heem kundekringen van Tholen en Sint- Philipsland zijn daarbij betrokken). De trip neemt een volle dag in be slag en gaat met bussen vanaf het station in Bergen op Zoom. Behal ve boerderijen staan het streekmu seum in Sint-Annaland, een boer- derijtuin in Poortvliet en de eendenkooi in Anna Jacobapolder op het programma. Op de binnenplaats van het politie bureau aan de Simon Lindhoutstraat in Tholen kunnen mensen van wie een fiets of brommer is gestolen, woensdagmorgen terecht. Tussen tien en elf uur is er de gelegenheid om een vijftigtal gevonden fietsen en brommers te bekijken, waarvan de rechtmatige eigenaren tot nog toe onbekend zijn. Melden die zich ook woensdag niet, dan gaan de rijwie len naar een opkoper. Naast de Tweede Wereldoorlog hebben we sinds enkele weken ook een Tweede Golfoorlog. Ik ben geen politicoloog, buitenlanddeskundige of de fensiespecialist, daarom zal ik me op deze plaats ook niet bezondigen aan het doen van boude uitspraken over rechtvaardiging of afkeuring van het oorlogsgeweld tussen coalitiegenoten Amerika en Groot-Brittannië en Irak. Diplomaten zwijgen en wapens spreken op dit moment. Hoe er wereldwijd ook wordt geprotesteerd tegen het gewelddadig beslechten van de twist tus sen Bush en Saddam Hussein, er rest slechts één conclusie: waar geen wil is, is geen weg! De recente ontwikkelingen zorgen uiteraard wereldwijd voor veel onrust. Natuurlijk maak ook ik me zorgen over dreigende terroristische aanslagen en over de grote kloof die dreigt te ontstaan tussen de islamitische en de westerse wereld. Maar naast die angst vind ik het fascinerend te zien hoe ie dereen op zijn of haar eigen manier omgaat met of uiting geeft aan gevoe lens van angst, woede en afkeer. Je hoort en ziet onder deze abnormale om standigheden de meest vreemde dingen. Neem bijvoorbeeld het verschijnsel 'vredesdemonstratie'. Wie kan mij duidelijk maken waarom mensen, die massaal voor wereldvrede zeggen te pleiten, de politie ~f ME te lijf gaan met flessen, stokken, stenen of ander primitief wapentuig Ik vermoed dat ook hier de invloed van notoire, op sensatie beluste 'beroepsdemonstran ten' merkbaar is. Waar het bij een protestmars eigenlijk om gaat, is voor de ze lieden van ondergeschikt belang. Nee, dan de geweldloze, maar vaak niet minder vreemde, anti-oorlogacties die kunstzinnige beroepsbeoefenaars houden. Creatief als ze zijn, hebben kunstenaars zo hun eigen manier om de wereldproblematiek aan de kaak te stellen. De eerste superhits over de oor log zijn al weer op cd verschenen en onlangs kon ik een glimlach niet on derdrukken toen ik op tv zag hoe enkele dichters in de open lucht, voor een handjevol toehoorders, een zelfgemaakt versje over de Golfoorlog stonden voor te dragen. Nou, dacht ik, dit zal hard aankomen in Washington en Bag dad. De wereld is dus heel erg in de war en politieke leiders en de media doen er alles aan om deze situatie zolang mogelijk in stand te houden. Geruchten en loze praatjes worden aan de lopende band verspreid, tegengesproken, offi cieel bevestigd, toch weer ingetrokken en ze blijken uiteindelijk nergens op gebaseerd. De veldslagen aan het front worden onafgebroken en integraal op ons tv-scherm gebracht, de ene deskundige na de andere wordt uitvoerig aan het woord gelaten en alle registers gaan open om de publieke opinie te beïnvloeden. Een bejaarde islamitische boer staat doodleuk voor de camera te vertellen hoe hij zojuist met zijn aftandse windbuks een ultra moderne Amerikaanse Apache gevechtshelikopter heeft neergehaald. De grijze Ira kees weet op dat moment niet dat hij er met zijn gefantaseerde verhaal hoogstpersoonlijk verantwoordelijk voor is dat de Dow Jones index onmid dellijk met maar liefst 153 punten keldert. Wie beweerde daar dat sentimen ten geen rol spelen op de financiële wereldmarkt? „Alles gaat volgens plan", zegt Bush. „We hebben de overwinning binnen handbereik", zegt Saddam. Beide heren houden miljoenen marionetten aan een touwtje en ze lijken zich allebei geen zorgen te maken. In de optiek van de twee kemphanen is in tijd van oorlog alles geoorloofd. En hoewel velen daar wellicht anders over denken (of het graag anders doen geloven) be perkt onze rol zich voorlopig tot het toekijken naar de afloop van de wed strijd Bush-Saddam. Gemeentearchivaris Hans Zuur deeg toont zich blij verrast met de kaart van het Thoolse buurtschap. „Daar was van voor 1832 (de in voering van het kadaster - red.) he lemaal geen detailkaart van be kend", zegt hij. Ze is getekend door de landmeter Korstiaan Beste broer. Hij maakte het kaartenboek destijds voor landbouwer P. van Luijk. Opmerkelijk is de bebou wing die staat ingetekend aan weerskanten van het weggetje dat naar de zuidkant van het kerkhof loopt. Die is tegenwoordig prak tisch helemaal verdwenen. De kaart is getekend met de Oudeland sedijk - die aan de oostkant ligt - onderaan. Het museum kreeg het kaartenboek in bruikleen, vertelde Heijbroek. Hij trof het aan bij familie De Wil de op de boerderij Vrouw Belya. „Ze hadden me gezegd dat ze een kaartenboek uit 1927 hadden, maar vonden ook dit oude nog." Ook een ingekleurde prent van de meestoof die ten westen van boer derij Cereshof heeft gestaan, kon Heijbroek laten zien. De aanwin sten komen goed van pas voor de komende tentoonstelling 'Boeren op goede gronden'. De bedrijfs- kaartenboekjes vormen daar name lijk een onderdeel van. Deze boek jes blijken een typisch Zeeuws verschijnsel te zijn. Ze bevatten al le bij een boerderij behorende ka vels, getekend en gesigneerd door een landmeter, met opgave van de grootte en aanduiding van de hoek waarin ze lagen. Een afbeelding van de ligging van de bedrijfsge bouwen met erf en tuin staat meest al op het tweede blad. Het titelblad is vaak versierd met allerhande or namenten. In een kaartenboek wor den nogal eens bladen aangetroffen die duidelijk door een andere hand getekend zijn. Heijbroek vermoedt dat ze uit andere boeken komen, en bij verkoop van een perceel aan de nieuwe gebruiker werden gegeven. In Zeeland loopt momenteel een project om deze bedrijfskaarten- boekjes te documenteren. Ze wor den daartoe allemaal gedigitali seerd door de universiteit van Utrecht en er zal een publicatie verschijnen. Van Tholen en Sint- Philipsland blijken de meeste boekjes bewaard gebleven te zijn, De boerderij (4) op de hoek van de Kerkweg en de Oudelandsedijk bestaat niet meer, en ook voor de rest ziet het Oudeland er anders uit dan 240jaar geleden. aldus Heijbroek. De Meestoof zal er een stuk of zestien kunnen to nen. Tot nog toe was de oudste uit 1770, van landmeter Arie van de Graaf. Het exemplaar van Beste broer is vijf jaar ouder. Ook K. van Dalen, M. Kievit en C. Douw zijn landmeters die dergelijke boekjes in opdracht van boeren hebben ge maakt. Van bijvoorbeeld de Bijen korf onder Poortvliet, Reigersburg bij Sint-Maartensdijk en Wulpdal bij Gorishoek. „En we hebben een kaartenboek van het slot bij Sint- Maartensdijk, van De Jonge van Ellemeet." Naast de boekjes besteedt het mu seum aandacht aan de boerderijen zelf, waarvan er talloze zijn in onze streek. Onder meer aan de hand van foto's. Een derde thema is de meekrap, die in een uitgebreide ex positie wordt belicht. Die extra aandacht heeft onder meer te ma ken met de naam van het museum, aldus beheerder Frank Kousema ker. Het fabriekje waarin de wor tels van de meekrap werden ver werkt tot een grondstof voor een rode kleurstof, werd een meestoof genoemd. Op Tholen en Sint-Phi lipsland hebben de nodige van deze stoven gestaan (tien in 1820). Op de vergadering vertelde P. Priester - schrijver van het standaardwerk over de Zeeuwse landbouw tot 1910 - over het ontstaan en de ont wikkeling van deze teelt. Ze vond haar hoogtepunt in de periode 1660-1870. Priester vertelde dat in het oogstseizoen eenderde van de inwoners van Sint-Annaland elders verbleef omdat de mannen als stamper of droger in meestoven werkten. De exposities worden op zaterdag 12 april geopend door voorzitter E. Hage van de ZLTO-afdeling Tho len. In zijn jaarverslag gaf voorzitter Theo Westerveld een overzicht van de za ken waarmee De Meestoof in 2002 bezig is geweest. Rondom de huisves ting is het nu zover, dat de gebouwen van de gemeente (hoofdgebouw, oud ste schuur en bodewoning) binnen kort overgedragen zullen worden aan Marsaki b.v., onderdeel van Castria Wonen. De benedenverdieping van de bodewoning wordt verbouwd en in gericht als koffiekamer en ontvangst ruimte. Er wordt hard aan gewerkt om dit op 12 april gereed te hebben. Uit Stavenisse is een Noorse woning naar het museum verplaatst. Wil Nelisse vertelde wat er allemaal voor de in richting - in jaren-50-stijl - is gevon den. Ze meldde daarbij dat er onder meer textiel en gereedschappen ge merkt met een rood kruisje - hulpgoe deren van na de Ramp - geëxposeerd zullen worden. Voor beide bouwpro jecten is veel werk verzet met betrek king tot organisatie en financiering, aldus de voorzitter. De officiële ope ning van de Noorse woning zal op 18 september zijn, wanneer er landelijke aandacht is voor de (inter)nationale hulpverlening na de Ramp. Zo'n 60 ambassadeurs en zaakgelastigden van landen die destijds te hulp schoten, worden verwacht voor een program ma dat op Tholen en in Bergen op Zoom plaatsvindt. Twee bestuursle den van het museum zaten in de ge meentelijke werkgroep die de ramp herdenking voorbereidde. Westerveld meldde, dat het restant Zeeuwse leesplankjes is overgedra gen aan Rabobank Tholen en via dat kanaal zijn weg heeft gevonden naar de basisscholen in de gemeente. Ver der kwam er in 2002 een einde aan een bruikleenovereenkomst, waar door tien schilderijen van Willem Bruijnzeel geroutineerd werden aan diens kleinzoon. De werken zijn in middels in Amsterdam geveild. De Meestoof bracht geen bod uit, omdat het museum al verschillende schilde rijen van Bruijnzeel bezit. In een serie brochures van de Neder landse Museumvereniging (NMV) verscheen begin dit jaar een boekje gewijd aan De Meestoof. Het is ge schreven door oud-bestuurslid Eef de Jonge uit Tholen. Zij belichtte een aantal speerpunten: meekrap, Chris Lanooy, merklappen, stijlkamers en klederdracht, bodemvondsten Rei- merswaal, het winkeltje, het schoollo kaal en de landbouwschuur. Het ge heel is fraai geïllustreerd. De NMV kan voor de gidsjes een beroep doen op het De Gijselaar-Hintzenfonds. De schrijfster kreeg een vergoeding voor haar werk, maar zij wilde het restant - na aftrek van de gemaakte kosten - voor het museum bestemmen. Voor zitter Westerveld was ingenomen met de geste, een gift van 455 euro. De Meestoof sloot 2002 af met een batig saldo van 3690 euro. De totale exploitatie vergde 45.474 euro. Van de gemeente werd 29.945 euro aan subsidie ontvangen. De bakkers Van den Hoek uit Sint- Maartensdijk en Van Oost uit Tho len gaan samenwerken op het ge bied van brood. Vanaf maandag bakt Van Oost het brood voor Van den Hoek, waardoor de laatste zich nog meer kan richten op ban ket. Het vertrek van de broodbak ker bij Van den Hoek was de aan leiding voor de verandering. Eerst zocht hij nog naar een nieuwe me dewerker, maar het aanbod was zo mager dat de bakker van de Markt in Sint-Maartensdijk aan andere oplossingen ging denken. „Van Oost in Tholen is enorm goed in brood en mijn hart ligt bij de ban ketafdeling. Dat laatste kan ik uit breiden nu Van Oost het groot brood voor ons gaat bakken", zegt Adriaan van den Hoek. Van Oost is er blij mee. „Wij heb ben vorig jaar fors geïnvesteerd in nieuwe ovens om gemakkelijker te gaan werken. Er was capaciteit over en het groot brood van Van den Hoek loopt nu mooi in onze omzet mee. Hij zal ook het gemak wel inzien dat hij minder vroeg uit bed hoeft", lacht André van Oost. Voor Van den Hoek was de am bachtsbakker uit Tholen eerste keus. „We hebben nu een unieke samenwerking tussen de beste broodbakker en de beste banket bakker." Het klein brood doet de bakker uit Sint-Maartensdijk nog zelf, evenals gebak en bonbons, waarvan het assortiment zal wor den uitgebreid. Het meldpunt verkeersonveiligheid Zeeland heeft tot nu toe negen klachten uit de gemeente Tholen ontvangen. Vier in de maand janu ari, drie in februari en tot nu toe twee in maart. Er werd o.a. geklaagd over te weinig snelheidscontroles op de provinciale weg tussen Sint- Maartensdijk en Stavenisse. Daarbij werd zelfs de suggestie gedaan om van deze 80 km weg een 60 km weg te maken. De provincie was dat eer der ook van plan, maar de stichting Actief Stavenisse en de inwoners hadden daar grote bezwaren tegen. Klachten kwamen er verder over te hard rijden op de Hikseweg en op de Vogelsangsedijk te Oud-Vossemeer, alsmede de Provincialeweg bij Sta venisse. Vanuit Tholen werd ook ge klaagd, dat op de 30 km wegen veel te weinig wordt gecontroleerd. Een onverlichte kruising op de N59 en zichtbelemmeringen op de Razernij- weg/Boomdijk/Ceresweg werden ook gemeld bij het speciale tele foonnummer 0800-8375337. „We hebben er een heleboel ogen en oren extra bijgekregen om het wegbeheer aan te passen", zegt meldpuntcoör dinator H. Osinga. In heel Zeeland kwamen er na de opening van het meldpunt op 6 januari in de eerste maand van het jaar 292 telefoontjes binnen. De consuls die - belangeloos - voor de stichting de controle uit voeren op de staat van de oorlogs graven, zijn vaak in dienst van de gemeente. Zo ook Blaas, die vorig jaar als chef openbare werken ver vroegd uittrad. Daarbij legde hij ook zijn functie van consul neer, een functie waarin hij per 1 no vember 1966 was benoemd. Van der Graaf wist te vertellen dat de Tholenaar zeer accuraat te werk ging, want als een van de weinige consuls stuurde hij zijn rapportage steeds op tijd in. „Accuraat, dat ty peert je ook echt", vond burge meester W. Nuis. Er zijn weinig consuls die het zolang volhouden en daarom besloot het stichtings bestuur om Blaas de gouden ere- In de gemeente Tholen vallen negen graven onder de Oor logsgravenstichting. Twee er van zijn daadwerkelijk stich tingsgraven, met een uniforme steen. Vier andere zijn militai re rijksgraven, de overige drie zijn particuliere graven. In Tholen liggen twee in 1940 gesneuvelde militairen: Wil lem Abraham Bierens (25) en Andries Bogert (34). In Scher- penisse is er het graf van de in 1945 omgekomen Cornelis Anthonie van der Werff (18) en in Sint-Maartensdijk dat van Pieter van Hemert (23) die in datzelfde jaar in het Duitse Borna omkwam. In Anna Ja cobapolder zijn twee graven: Jan Marinus van Dijke (21) overleed in 1944 en Willem Pieter Lindhout (47) in 1945. Tenslotte liggen in Sint-Anna land drie Engelsen begraven, die in januari 1945 zijn omge komen. Het zijn John Little Brown (34), Edward Callan (19) en Victor Stanley Rapley (24). speld toe te kennen. „En ik kan u vertellen dat dat niet zo vaak ge beurt." De Tholenaar was niets vermoedend naar het gemeente huis gekomen, hij wist niet beter of er zou een overleg plaatsvinden over de Rampherdenking. Hij trof er oud-collega's en persmensen, en plots kwamen ook zijn vrouw en dochter binnen. Maar waar het om ging, wist Blaas nog altijd niet. Van der Graaf, die pas sinds 1 ja nuari algemeen directeur is van de Oorlogsgravenstichting, kende hij ook niet. Deze lichtte kort het werk van de stichting toe. Ze is in 1946 in het leven geroepen om Ne derlandse oorlogsgraven, waar ook ter wereld, te onderhouden, in stand te houden of in te richten. Daarnaast verzorgt de stichting zo'n 5000 in ons land verspreid liggende graven van gesneuvelde geallieerden. Het gaat in totaal om ruim 50.000 graven in 50 landen, waarvan 24.500 op Java (zowel van slachtoffers uit de kampen, van de politionele acties als op Nieuw-Guinea gesneuvelden). Graven van mensen die als militair zijn omgekomen, door vijandelijke handelingen, door vervolging of bij dwangarbeid. De stichting ope reert vanuit een kantoor in Den Haag en heeft enkele mobiele teams voor onderhoudswerk in het land. Totaal 25 medewerkers en in Indonesië nog eens 130. In 450 ge meenten zijn er consuls, aange steld door de burgemeesters. Het werk is belangrijk, mede omdat ook bij jongeren de belangstelling toeneemt, aldus Van der Graaf. Blaas zorgde voor een jaarlijkse controle van de graven. „Ik deed dat zelf, maar vooral de laatste ja ren gebeurde het meestal door een medewerker." Het dagelijkse on derhoud van de graven is een zaak van de gemeente. Als er bijzonder heden zijn, komt de stichting in ac tie. Maar dat is in al die jaren nooit nodig geweest. „Er is goed materi aal gebruikt", aldus Blaas. „Ik heb Jan Sneep (links) is Wally Blaas opgevolgd als consul voor de oorlogsgravenstichting. het als mijn taak en zaak gezien om dit zo goed mogelijk te doen", zei hij in zijn dankwoord. De Tho lenaar noemde het een goede zaak om blijvend aandacht te schenken aan inwoners die door oorlogsge weld om het leven zijn gekomen. Hij wees in dat verband op de aan passing van het monument in het Thoolse Bosje, waar de namen van in Nederlands-Indië omgekomen inwoners worden toegevoegd. De plaquette wordt op 26 april ont huld in het bijzijn van nabestaan den en belangenorganisaties. De burgemeester zei dat het de ge meente Tholen heel wat waard is om te doen wat de Oorlogsgraven stichting nastreeft, namelijk het behouden van oorlogsgraven. „Voor mij heeft het ook een per soonlijk tintje. En voor nabestaan den en verwanten heeft dit een veel diepere betekenis dan wij vaak denken", aldus Nuis. Hij bood Blaas namens het gemeente bestuur een attentie aan, en zijn vrouw een boeket. De Oorlogsgravenstichting krijgt voor haar werk subsidie van het ministerie van binnenlandse za ken. „Wat wij doen is in feite een overheidstaak op afstand", legt Van der Graaf uit. De personalia van de slachtoffers en ligging van de graven zijn vastgelegd in een registratiesysteem dat op internet te raadplegen is (www.ogs.nl). Er zijn nog zo'n 130.000 Nederlandse oorlogsslachtoffers waarvan geen laatste rustplaats bekend is. Hun namen zijn door de stichting opge tekend in een boekenreeks die 43 delen omvat. Deze boeken liggen op de erevelden Loenen en de Grebbeberg, het voormalige kamp Westerbork en in Indonesië. De organisatie regelt verder bloemleggingen op de erevelden in het Verre Oosten en organiseert, voor nabestaanden, pelgrimsreizen daarheen. Een reizenregeling voor de voormalige concentratiekampen in Duitsland en het ereveld in Salzburg loopt eveneens via de stichting. Deze kan ook foto's ver zorgen van erevelden. En ze be schikt over panelen met informatie over haar werk, die kostenloos voor exposities beschikbaar wor den gesteld.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 2003 | | pagina 3