Plan jeugdraad wint prijs op
manifestatie voor jongeren
'Gevolgen van intensieve landbouw
niet alleen op de boeren afwentelen'
'Fusie nodig, maar is
nog geen gelopen race'
Thoolse jongens en meisjes willen een hangplek in elke woonkern
Eén bestuur voor peuterspeelzalen
Het einde van
'the godfather'
Donderdag 31 januari 2002
EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT
3
Een jeugdraad om voor alle jongeren van Tholen tussen
de 11 en 18 jaar iets te organiseren. Dat plan won vrijdag
avond 2500 euro tijdens de slotmanifestatie van de jeugd-
debatten in Meulvliet in Tholen. Thoolse jongeren willen
dat er in elke woonkern een hangplek komt. Ook een
overdekt zwembad scoort hoog onder de jeugd. Voorlich
ting over alcohol en drugs haalt minder punten, maar
wordt niet onbelangrijk geacht. De raadsleden bleken
goed op de hoogte te zijn van de wensen van de jeugd.
Bijverdienen
Spannend
De acht peuterspeelzalen streven ernaar om de krachten
te bundelen. In plaats van acht besturen zou er een cen
traal bestuur moeten komen, plus twee beroepskrachten.
De besturen van de verschillende peuterspeelzalen moe
ten hun fiat nog aan de fusie geven, maar voorzitter J.
van 't Hof van stichting de Sgakel acht de kans groot dat
het gaat lukken, zo zei hij woensdag na het bestuurlijk
overleg in Sint-Maartensdijk.
Lonen stegen
Voor de problemen op milieugebied die momenteel in de
landbouw spelen, kan de schuld niet eenzijdig bij de boeren
gelegd worden. De overheid is mede-verantwoordelijk, be
toogde SGP-fractievoorzitter in de Tweede Kamer B.J. van
der Vlies vrijdag in Tholen op een regionale avond van de
SGP-studievereniging Calvijn en SGP-jongeren. M. Jaco-
busse van Het Zeeuwse Landschap zei dat zijn organisatie
tot volle tevredenheid natuurgebieden door boeren laat be
heren. Hij noemde dat 'een product net zoals aardappelen
of uien'. Maar ook een boer is slechts als rentmeester over
zijn grond aangesteld, aldus Jacobusse. Beide sprekers wa
ren het erover eens dat natuur niet als een luxe gezien moet
worden, maar als iets waaraan mensen behoefte hebben.
Inkomenssteun
Accent op beheer
SGP'er Van der Vlies en M. Jacobusse vinden natuurbeheer dooor agrariërs waardevol
Verrommeling
Waterberging
Macht is groot
De stemming onder de jongeren zat
er op de heenweg naar Tholen al
goed in. De touringcar die leeg van
uit Anna Jacobapolder vertrok, pik
te in Sint-Philipsland de eerste jon
geren op. Onderweg breidde het
aantal reizigers zich uit en klonk het
trance-nummer Something van Las-
go door de luxe bus. In Scherpenis-
se stapten de 15-jarige Ellen Hage
en de 13-jarige Jozina Bevelander
in. „Ik kom voor de hapjes," lacht
Ellen. „Nee hoor, we gaan omdat er
een vriendin van ons in het jeugdpa-
nel zit. We hebben er veel over ge
hoord. En we hebben er hartstikke
veel zin in."
Ze blijven giechelen. Wat zij willen
dat er voor de jeugd wordt gedaan?
Speelterreinen voor de kleine kin
deren. Basketbalpalen om te kunnen
spelen. Of volleybal, zegt Jozina.
„Of een gebouw waar je samen kan
komen."
In Poortvliet staat één meisje bij de
halte, maar in Oud-Vossemeer stap
pen acht jongens en meisjes de bus
in. Ter hoogte van Botshoofd wordt
Party-affair van dj Boozy Woozy
aangeheven. Voor hen kan de avond
al niet meer stuk.
Dat enthousiasme zet zich voort in
de sportzaal, waar omroep Tholen
voor de muziek zorgt en David
Bruggeman van de stichting Alexan
der uit Amsterdam de avond leidt.
Er zijn zo'n vijftig jongeren. De
kerngroep Kan Beter, die een jeugd
bij lage heeft gemaakt voor de ge
meentelijke nota over jeugdbeleid,
mag zich op het podium voorstel
len. Het zijn tien jongeren afkom
stig uit alle woonkernen: Joost van
Dort, Lotte Leemreijze, Frans For
tuin, Ruth van de Sande, Cees-Jan
Koopman, Amanda Bout, Timo
Buijs, Frans Boogaard, Mariëlle
Lindhoud, Ellen Rottier, Anika
Boxhoorn, Geertrui Burgers, Jeroen
van Starkenburg en Hermen Geluk.
Ze praatten onder meer over ver
voer, criminaliteit, werken, vrije
tijd, school en thuis. De meesten
kenden elkaar niet.
Bij de gevoerde debatten met de
jeugd zaten drie raadsleden de bij
eenkomsten voor: M.A.J. van der
Linde (PvdA), E. Frigge-Hogestee-
ger (VVD) en A.L. Piet (Christenu
nie). Hoe ze dat deden, wilde Brug
geman weten. Hermen: „Ze
luisteren goed en doen in ieder ge
val zo dat ze het belangrijk vinden."
Er zijn plannen gemaakt door de
jongeren. Of daar wat mee zal ge
beuren? Mariëlle: „Ik denk wel dat
het helpt, anders zouden ze er niet
zo veel geld aan uitgeven."
Wat er zoal gezegd is in de panels?
Dat de meeste kernen saai zijn. Dat
jongeren graag jeugd uit andere
dorpen ontmoeten willen. Dat ze
gauw weggestuurd worden als ze
ergens (voet)ballen. Dat ze daarom
veel thuis zitten te computeren.
Maar dat ze ook iets 'terugdoen' als
de buurt klaagt: zit er een paaltje los
dan wordt het uit de grond gehaald.
De meesten gaan nog niet uit. Daar
om zou een bus die langs de woon
kernen rijdt bij 'alle hangplekken'
wel leuk zijn. En op school zouden
er meer feesten moeten worden ge
organiseerd en minder huiswerk ge
geven. En voorlichting over drugs
en alcohol zou door de jeugd zelf
gedaan moeten worden. Vrienden
zijn belangrijk om over problemen
te praten. En blowen (roken van een
joint) valt op Tholen wel mee.
Wel wordt er te hard gereden. Er
zou meer controle moeten zijn en er
zouden hogere boetes moeten wor
den uitgedeeld. Jongeren zouden
automobilisten zelf aan het verstand
kunnen brengen dat ze te hard rij
den. Het fietspad langs de Tholense-
weg moet verbeterd worden en op
veel meer plaatsen moeten straten
beter worden verlicht.
Jongeren vanaf 16 jaar blijken bijna
allemaal bij te verdienen. En bijna
niemand van de jongens denkt er
aan van Tholen weg te gaan. Bij de
meisjes ligt dat aantal hoger. Dat
heeft te maken met de sociale con
trole: iedereen houdt je in de gaten.
Al die punten staan in de bijlage
'onze mening over de nota lokaal
jeugdbeleid Tholen' die aan wet
houder mevr. M.A.E. Velthuis werd
overhandigd.
Dan is het tijd voor actie. De raads
leden worden getest op hun kennis
over de Thoolse jongeren. Zes
raadsleden worden in twee teams
ondergebracht. Team I zijn J.P. Bout
(CDA), Frigge en J. van den Donker
(D66), team II Van der Linde, Piet
en M.A.H. den Haan (PvdA). Maar
eerst worden ze de zaal uitgestuurd
en gaan de ongeveer 60 jongeren
een lijst met actiepunten invullen.
De raadsleden moeten dan raden
hoeveel jongeren voor of tegen zo'n
actiepunt zijn.
Het wordt een nek-aan-nekrace,
maar team II wint met 9 tegen 7.
Van der Linde, Piet en Den Haan
krijgen de eretitel 'verstand van jon
geren'.
Een van de actiepunten is dat het
beter is om één overdekt zwembad
te hebben dan twee openluchtba-
den. Alle jongeren blijken daar voor
te zijn. Piet dacht 80 procent, Van
den Donker 75 procent. De inschat
ting van het percentage werd beoor
deeld door de jongeren, maar ook
de uitleg van de raadsleden werd
gewogen.
Bij het actiepunt over voorlichting
geven over drugs en alcohol was het
verschil het grootst. Van de jonge
ren is daar 60 procent voor. De
raadsleden dachten dat de jeugd
daar meer behoefte aan zou hebben.
Bout zei 80 procent, Van der Linde
90 procent. Over een hangplek in
elke woonkern was weinig verschil
van mening. Honderd procent van
de jongeren ziet dat zitten. Me
vrouw Frigge schatte dat als enige
helemaal goed in, Den Haan zat er
met 95 procent een klein stukje on
der. De jeugdjury gaf punten en gaf
ook argumenten.
Het laatste onderdeel wordt span
nend. Er worden tennisballen rond
gedeeld onder de jongeren. Die mo
gen ze in een opgespannen doek
gooien als ze het eens zijn met een
project dat door jongeren wordt
voorgesteld om 2500 euro te win
nen. Cees-Jan Koopman en Joost
van Dort pleiten voor en directe ac
tie. Het plaatsen van meer basket
balpalen. In elke woonkern eentje.
Maar omdat Tholen al voorzien is en
er eentje komt in Sint-Maartensdijk,
stelt het duo voor om er eentje in
Poortvliet te zetten.
Frans Boogaard lanceert het plan
om voetbalvelden beter te gebrui
ken. Juist op dagen dat ze door de
vereniging niet worden gebruikt. De
jeugd zou het trainingsveld kunnen
benutten en zelf beheren. De vereni
ging zou hen daarbij kunnen helpen.
De vereniging zou daarvoor beloond
moeten worden.
Plan drie wordt door drie meisjes op
ludieke wijze gepresenteerd. Een
voor een komen Anika Boxhoom,
Ruth van de Sande en Geertrui Bur
gers dansend het podium op. Anders
gekleed en ieder op hele andere mu
ziek. Ze raken daarover in gesprek.
Dat het niets wordt zo omdat ze alle
drie zo verschillen. Een manier om
wel iedereen aan zijn trekken te la
ten komen, is het samen te doen in
een jeugd- of jongerenraad, stelt
Ruth voor. De raad kan dan bijvoor
beeld een sportmiddag organiseren
of bandjes op laten treden en overal
wat leuks doen voor de jeugd. En de
gemeente advies geven.
Met de tennisballen maken de jon
geren uit welk plan het wint: de bas
ketbalpalen krijgen drie ballen, het
gebruiken van bestaande sportvel
den 10 en het instellen van een jon
gerenraad 25. En dus 2500 euro.
Wethouder Velthuis vindt het een
goed idee, zegt ze aan het slot van
de bijeenkomst. „Maar ook de ande
re plannen zijn niet slecht, bijvoor
beeld om gebruik te maken van
sportvelden die er ai zijn." Ze bena
drukte dat de avond geen eindmani-
festatie was, maar het einde van het
begin. „We willen graag in gesprek
blijven met jongeren. In de nieuwe
raad zullen we snel over het jeugd
beleid gaan praten."
In de bus terug is de stemming op
perbest. Bijna alle jongeren hebben
zich nu achterin verenigd. Buiten
waait het en regent het. Binnen zingt
de jeugd nummers van Marco Bor-
sato en Bl0f. Het is net een school
reisje. Hoe Ellen Hage uit Scherpe-
nisse de avond vond? „Tof."
Volgens Van 't Hof ligt de fusie op
koers, zo bleek tijdens het overleg
van de voorzitters en penning
meesters van de afzonderlijke be
sturen. „De noodzaak is ook
groot. Nu is het zo dat acht bestu
ren hetzelfde moeten doen als het
om het innen van ouderbijdrage
gaat, het overleggen met de ge
meente of het aanvragen van sub
sidie. Je moet dan op een vergade
ring elkaar informeren wat je
gedaan hebt."
Ook krijgen de peuterspeelzalen
steeds meer te maken met de nieu
we regels die bijvoorbeeld de Ar-
bowet stelt en over hoe aansprake
lijkheden geregeld moeten wor
den. „Er zijn nogal wat zaken die
op ons af komen. De besturen wor
den gevormd door vrijwilligers.
Dat zijn bijna altijd ouders. Je hebt
met mutaties te maken. Over het
algemeen moet er na twee jaar
weer iemand anders worden ge
zocht omdat de kinderen ook maar
twee jaar op de peuterspeelzaal
zitten. Dat betekent veel wisselin
gen van mensen en kennis."
Om dat te ondervangen en de zaak
te stroomlijnen zou er een centraal
bestuur moeten komen, plus twee
beroepskrachten: een coördinator
en een administratief medewerker.
Voor de laatste is al een adverten
tie geplaatst. Voor de afzonderlij
ke peuterspeelzalen zouden ouder
raden voor de praktische zaken
kunnen zorgen. Bij de acht peuter
speelzalen zijn nu meer dan veer
tig bestuursleden betrokken voor
325 kinderen met in totaal negen
tien parttime leidsters.
Een beroepskracht moet iemand
zijn die op de hoogte is van de
ontwikkelingen op het gebied van
het peuterwerk. Zo'n coördinator
kan volgens Van 't Hof het bestuur
en de leidsters ondersteunen. „Het
moet iemand zijn die van de hoed
en de rand weet en daarvoor is op
geleid. Het liefst iemand die peda
gogisch is onderlegd."
De administratief medewerker kan
zich dan meer met de praktische
zaken bezighouden, zoals het aan
vragen van subsidie en het innen
van de ouderbijdrage. „Het zijn
geen volledige banen. Om ze te
betalen hoeven de ouderbijdragen
niet omhoog. Dat kan uit het bud
get van de gemeente. Die heeft
daar straks ook voordeel van om
dat er dan niet langer door acht
peuterspeelzalen subsidie hoeft te
worden aangevraagd."
Uitgangspunt van de fusie is dat
de peuter en het personeel er beter
van moeten worden, zegt Van 't
Hof. „Voor het personeel is het
ook van belang. Met extra oplei
dingen kun je dat naar een nog ho
ger plan trekken. Het vooroverleg
verloopt goed, maar het is wel zo
dat je als peuterspeelzaal je eigen
identiteit weggeeft."
Zo'n 2,5 jaar geleden raakte een
aantal peuterspeelzalen financieel
in de problemen. „De lonen van
het personeel stegen, maar de sub
sidies bleven op hetzelfde peil.
Om de extra kosten op te vangen,
werden de reserves aangesproken,
maar die raakten ook op. Nu is de
subsidie geïndexeerd en stijgt
jaarlijks mee met 2 tot 3 procent."
Wanneer de fusie rondkomt, is
nog niet zeker. Volgens Van 't Hof
is het nog geen gelopen race, maar
is de intentie er wel om er samen
uit te komen. „Het moet nog goed
besproken worden in de afzonder
lijke besturen. Begin februari ko
men we weer bij elkaar, maar er is
geen datum afgeproken dat het
rond moet zijn. Dus is er ook nog
geen garantie te geven dat het
lukt."
Voorzitter M. Eversen van peuter
speelzaal De Pluus in Oud-Vosse
meer is al meer dan twintig jaar
bestuurslid. Ook hij is ervan over
tuigd dat de fusie noodzakelijk is,
maar dat een en ander wel grondig
moet worden voorbereid. „We
moeten niet fuseren omwille van
de fusie. We zijn al een heel stuk
opgeschoten. Het zal er zeker wel
van komen, maar een bouwwerk
moet eerst wel goed staan, voordat
je gaat verhuizen."
Dat de tegenstellingen tussen de
landbouw en de milieubeweging zo
scherp zijn, verbaast Jacobusse, zei
hij tot de meer dan honderd aanwe
zigen in het Calvijn college. „Als
het over een belangentegenstelling
tussen landbouw en natuur gaat, lo
pen de gemoederen vaak verbazend
hoog op. Nauwelijks tegengas ech
ter werd er gegeven bij de plannen
voor Sluis aan zee en het Goese
Meer, waarbij landbouwgrond
wordt opgeofferd aan respectievelijk
ontpoldering en woningbouw." De
natuurbeheerder stelde dat boeren
een belangrijke rol hebben gespeeld
- en nog spelen - bij zowat ieder stuk
natuur. „Het ingrijpen door de boer
heeft tot een verrijking geleid. Dat
bijvoorbeeld 80% van de wereld
populatie van de grutto in ons land
is te vinden, danken we aan onze
manier van landbouw bedrijven. En
zijn in het verdronken land van
Saeftinge na minutieus zoeken veer
tig plantensoorten te vinden, op een
akker waar het onkruid niet is bes
treden zijn dat er simpelweg veel
meer." Na de Tweede Wereldoorlog
veranderde het beeld, gaf Jacobusse
aan. De toepassing van moderne
landbouwmethoden, intensivering,
kunstmestgebruik en verkavelingen
grepen diep in de natuur in.
Jacobusse vindt niet dat er van een
tegenstelling sprake is. „Boer en na
tuur komen elkaar tegen in een
claim om de ruimte." Hij zei dat Het
Zeeuwse Landschap vele honderden
hectaren voormalige landbouw
grond in eigendom heeft. In principe
wordt die aan boeren in beheer uit
gegeven, die daarbij geen intensieve
methoden mogen toepassen. „Dat
gebeurt tot wederzijdse tevreden
heid, maar Den Haag maakt het ons
daarbij niet gemakkelijk. Zo hebben
we weliswaar de mogelijkheid ge
kregen om grond in natuurpacht uit
te geven - dus met beperkingen -
maar een nadeel is dat tegelijkertijd
een deel van de subsidies is ge
schrapt." Jacobusse noemde de be
heersovereenkomst voor weidevo-
gelgebieden en bloemrijke akker
randen als voorbeelden. Over dat
laatste - op Tholen gestimuleerd via
de vorig jaar gevormde stichting ag
rarisch natuur- en landschapsbeheer
- was Jacobusse niet echt positief.
„Er staat een lucratieve vergoeding
voor de boeren tegenover en dat is
terecht. Maar het is eerder een vorm
van inkomenssteun dan dat het na-
tuurrendement oplevert. Want wat
voegt he{ Canadese bosliefje toe aan
de Nederlandse natuur?" Het
Zeeuwse Landschap ontwikkelt op
verzoek van landbouworganisatie
ZLTO een tiental pakketten voor ak-
kerrandbeheer, onder meer komt er
een experiment met een schelpen-
rand voor pioniervogels.
De indirecte resultaten van het be
heer door de boer zijn voor de na
tuur best groot, zei Jacobusse. Het
draagt bij aan een betere toekomst
voor de boer en daarmee aan een
leefbaar en vitaal platteland. Verder
hebben de beheersovereenkomsten
ertoe bijgedragen dat bij boeren een
stuk bewustwording is gegroeid ten
aanzien van natuurwaarden. Hij
vond dat een boer beloond dient te
worden voor het product natuur, net
zoals voor andere producten. De na
tuurbeheerder ging ook op het bij
belse aspect in. Heel vaak wordt de
natuur als beeld of voorbeeld ge
bruikt in de bijbel. Een houding die
sommige boeren etaleren - ik doe op
mijn grond wat ik wil - past niet,
aangezien de mens slechts als rent
meester is gesteld. „Zo is het bij
voorbeeld niet toegestaan om een
door God geschapen dier, of het nou
schadelijk is of niet, uit te roeien."
Jacobusse nuanceerde dat later in de
discussie, door te stellen dat bestrij
den wél mag.
Van der Vlies hield zijn gehoor voor
dat de SGP zowel voor de natuur als
voor de boeren is. „Het gaat om de
schepping van de Heere God. Die
mogen we gebruiken, ontwikkelen
en ons ten dienste stellen, maar
moeten we ook zo ongeschonden
mogelijk bewaren." In dat licht zal
ook de standpuntbepaling plaatsvin
den ten aanzien van biotechnologie,
waarover de Kamer momenteel de
batteert. Het Kamerlid is niet alleen
landbouwwoordvoerder voor zijn
fractie, maar tevens ondervoorzitter
van de vaste kamercommissie voor
landbouw en visserij. Hij stelde dat
intensivering in de landbouw - meer
doen met de beperkte ruimte - nodig
was door de stijgende kosten van le
vensonderhoud en arbeid „Het is
door de overheid gestimuleerd en
die is dan ook mede verantwoorde
lijk voor de gevolgen. Dat kan niet
afgewenteld worden op de boeren
alleen." Begin jaren zeventig kwam
er het besef dat deze intensieve land
bouw botste met de milieubelangen
en dat leidde tot flinke spanningen.
„Maar zachtjesaan is het besef ge
komen dat we tegen de grenzen van
de draagkracht aanlopen."
Dat als gevolg van het structuiir-
In de pauze wisselt Kamerlid Van der Vlies (midden) van gedachten met enkele bezoekers van de SGP thema-avond.
schema Groene Ruimte naast wo
ningbouw, industrie en infrastruc
tuur nu ook de natuur een aanslag
doet op het landbouwareaal, is een
gegeven. Maar de SGP vraagt zich
of of die doelstelling niet te hoog
gegrepen is, want alle natuurgebie
den moeten ook onderhouden wor
den. De rendementen op boerenbe
drijven zijn de afgelopen jaren fors
gedaald, maar boeren moeten een
boterham kunnen blijven verdienen
in de ogen van de staatkundig gere
formeerden. „De Tweede Kamer
heeft mede daarom het accent ge
legd op natuurbeheer. Vorig jaar is
op voorstel van de SGP 25 miljoen
gulden uit de pot voor aankoop van
natuurterreinen overgeheveld naar
het beheer." Van der Vlies zei dat
ook zijn fractie ervan overtuigd is,
dat het in de landbouw niet kan blij
ven gaan zoals het ging. Er zal ex
tensivering in bepaalde gebieden
moeten plaatsvinden en die kunnen
dan afgebakend worden. „Maar de
bedrijven moeten niet op slot wat
ontwikkeling betreft." In de Kamer
heeft de SGP gestemd tégen de am-
moniakemissiewet en onderdelen
van de stankemissiewet.
Op het terrein van de bestrijdings
middelen heeft Van der Vlies bereikt
dat de Kamer de inspanningsver
plichtingen afzwakte die aan de boe
ren gesteld werden, en dat bepaalde
middelen onmisbaar zijn verklaard.
„Ik wil u persoonlijk bedanken voor
uw inzet daarbij", kreeg de SGP'er
te horen van akkerbouwer J. Hees
termans uit Oud-Vossemeer. Het
Kamerlid zei dat het niet aan de boe
ren ligt dat ze nog geen alternatieven
hebben voor middelen die ze voor
bepaalde teelten niet kunnen missen.
„De multinationals die ze moeten
ontwikkelen, doen dat niet omdat de
afzetmogelijkheden te klein zijn."
Hij vindt dat er in samenspraak met
de sector aan veranderingen gewerkt
moet worden, maar dan in een tem
po dat de landbouw aankan. De con
tinuïteit van de agrarische bedrijven
is immers in het geding. Op veel
plaatsen in ons land zijn er onvol
doende perspectieven voor bedrijfs
opvolging. „Dat gaat. denk ik, te
hard. Waak voor de verrommeling
van het buitengebied en pas op dat -
wanneer er gaten vallen - anderen
daar niet inspringen." Deze waar
schuwing richtte Vart der Vlies aan
de gemeenten en hij verwees naar de
Thoolse situatie met de toeloop van
intensieve veehouderijen. „Wil je de
natuur dienen, dan heb je krachtige
boerenbedrijven nodig. Maar laten
we één ding beseffen: in alle om
standigheden zijn we diep,en steil
van God afhankelijk, en van Zijn ze
gen", aldus Kamerlid Van der Vlies.
In de discussie zei Jacobusse dat een
rijke, gevarieerde natuur geen luxe
is, maar iets wat de mens nodig
heeft. Van der Vlies was het daar
mee eens: „De natuur moet ons wat
te zeggen hebben. In de Flevopol-
ders was, toen daar gebouwd ging
worden, aanvankelijk géén groen
gepland en dat werd door veel men
sen als een kwelling ervaren."
Is er onderhand niet genoeg natuur?
Slaat de balans weer niet te ver door
en hoe staat de SGP tegenover ontei
genen van grond voor natuur, wilde
iemand uit de zaal weten. De partij
heeft daar altijd moeite mee gehad,
aldus Van der Vlies. Maar het alge
meen belang kan zodanig zijn, dat
het niet anders kan. Hij stelde wel
een goede compensatie als voor
waarde. Wat de SGP'er betreft,
hoeft er in totaliteit niet meer na
tuurgebied bij te komen in ons land.
„Maar zo hier en daar moet er nog
wel wat kunnen." Jacobusse vond,
als natuurbeheerder, de vraag of er
voldoende natuurgebied is, moeilijk
te beantwoorden. „Je bepaalt dat in
een democratie met zijn allen." Hij
zei ook, dat de beheerders niet mo
gen mopperen over het geld dat
overheid jaarlijks voor natuurbeheer
beschikbaar stelt.
Wethouder K.A. Heijboer roerde het
waterbeheer aan. In dat kader kwam
ontpolderen van landbouwgrond aan
de orde, iets waar de SGP altijd te
gen is geweest, zei Van der Vlies. Ja
cobusse was voor noch tegen. „Voor
mij is het géén beladen begrip, maar
in de discussie is de fout gemaakt het
aan de natuur op te hangen terwijl
het veiligheidsaspect rondom de
Westerschelde zeker zo belangrijk is.
Ik denk dat ontpoldering in Zeeland
onontkoombaar zal zijn." Bij calami
teiten natuurgebieden als waterber
ging gebruiken, kreeg niet on
voorwaardelijk de steun van de na
tuurbeheerder. „Ik zeg ja mits. Dat
wil ik van gebied tot gebied bekij
ken, want bijvoorbeeld met schraal-
land heb ik een probleem gezien de
bemesting." Een aanwezige wilde
weten of inpolderen van het Marker
meer ten behoeve van de landbouw
mogelijk zou kunnen voorkomen dat
boeren - zoals nu wel gebeurt - emi
greren. Jacobusse vond het niet con
sequent om het gebied - nu een
natuurgebied met internationale
waarden - op te offeren voor de land
bouw en tegelijkertijd veel geld uit te
geven om elders natuur te creëren.
Van der Vlies zei dat in de Tweede
Kamer evenmin een meerderheid is
te vinden voor inpoldering. Daarbij
spelen de waterhuishoudkundige ge
volgen voor het oude land een rol.
Verder zei hij dat de akkerbouwers in
ons land het nog redelijk goed heb
ben, hoewel 30% van de boeren on
der het bestaansminimum leeft en er
veel stille armoede heerst. Dat kli
maat maakt dat er aarzeling bestaat
om te investeren en dus is het maar
de vraag of de sector op nieuwe mo
gelijkheden in de Markerwaard zit te
wachten. Een jongere in de zaal had
met diverse boeren gesproken en hun
conclusie was dat een boer mét visie
moet zien dat hij uit Nederland weg
komt. Wie geen visie heeft, moet blij
ven en accepteren dat hij geknecht
wordt. Een emotie die Van der Vlies
begreep. „Er worden teveel regels in
te korte tijd opgelegd. Maar het luis
tert in ons dichtbevolkte land nu een
maal nauwer dan elders in de EU."
Emigreren is volgens de SGP'er niet
de oplossing, want voed-selveilig-
heid, dierwelzijn en gezondheid zul
len maken dat de regelgeving op ter
mijn óveral aangepast gaat worden.
Ook Jacobusse vond de regels in ons
land soms ver doorschieten en hij
noemde de perspectieven voor agra
riërs slecht. Maar het beknotten ge
beurt niet door de natuurbeheerders,
stelde hij.
De oppervlakte landbouwareaal in
relatie tot de voedselvoorziening
kwam eveneens ter sprake. Van alle
agrarische producten in ons land
wordt 70 tot 80% geëxporteerd; na
de Verenigde Staten en Frankrijk is
Nederland het derde exportland. De
productie is dus vele malen groter
dan we voor eigen gebruik nodig
hebben. „Maar zou de export weg
vallen, dan zou dat een beproeving
zijn", zei Van der Vlies. Er is dus
sprake van een economische pijler
en daarom zal de spanning tussen
landbouw en natuur blijven, meende
Jacobusse. Hij stelde wel, dat er we
reldwijd nog genoeg grond is die in
tensiever gebruikt kan worden zon
der dat de natuur daarvan schade
ondervindt. Dertig jaar geleden
voorspelde de Club van Rome (een
groep vooraanstaande economen)
een voedseltekort als er geen ge-
boortenbeperking zou komen. Van
der Vlies zei dat er natuurlijk een
voedselprobleem is. „Maar geen
schaarste. Het is meer een probleem
van de verdeling." Geboortenbeper-
king wijst de SGP af. „In onze op
tiek néém je geen kinderen. Je krijgt
ze."
De heer Van Houdt concludeerde dat
de miljoenen die in het verleden op
Tholen in de ruilverkaveling zijn ge
stopt, eigenlijk weggegooid geld
zijn geweest. Hij doelde op het te
rugdraaien van toen genomen maat
regelen, zoals het uit productie ne
men van landbouwgrond en af
sluiten van polderwegen. „Op Zuid-
Bevalnd zijn ze kennelijk slimmer,
want daar is alles zo gebleven als het
was, merk ik wanneer ik daar rond
fiets." Jacobusse gaf hem enigszins
gelijk. „Maar soms moet je fouten
herstellen. En dat gebeurt ook op
Zuid-Beveland." Hij vulde aan het
Het Zeeuwse Landschap waar mo
gelijk zijn terreinen openstelt voor
de recreant. Maar op Tholen heeft
de stichting geen eigendommen
(wél op Sint-Philipsland).
Heestermans vond dat de landbouw
veel schade ondervindt door de na
tuurorganisaties. Hij noemde als
voorbeelden de disteloverlast, het
niet mogen bejagen van ganzen, een
den en duiven, vliegen die uit kada
vers komen en schapen besmetten,
én het niet mogen verbreden van
dammen naar akkers omdat er
bloemdijken liggen. De akkerbou
wer stelde dat de macht van instan
ties als Het Zeeuwse Landschap erg
groot is. Jacobusse ging daar niet op
in, maar zei wel dat zijn organisatie
jaarlijks veel geld uittrekt voor dis-
telbestrijding en met jagers contrac
ten afsluit om actie te ondernemen
als er overlast van wild is. Van der
Vlies merkte op dat de overheid er
voor moet waken dat bepaalde afge
dwongen maatregelen niet dermate
veel onbegrip opwekken dat het
draagvlak ervoor afkalft.
In zijn slotwoord kwam voorzitter
W. Heijboer van studievereniging
Calvijn tot de conclusie dat een agra
riër tegenwoordig zowel boer als
boswachter moet zijn (het thema van
de avond). Hij was de avond begon
nen met het laten zingen van de ver-
sen 17, 18 en 19 van Psalm 107 en
het lezen van Psalm 8. Tot besluit
werd vers 7 van Psalm 33 gezongen.
Het einde van onze eigen godfather
op Tholen is nabij. Na jaren van
strijd tegen zijn rivalen moet hij op
geven. Hij, Bas de Man, die als eni
ge op het hele eiland nog één klein
lichtpuntje vormde in de immense
duisternis, wordt simpelweg als vuil
behandeld door onze goede vrien
den (ohjajajaja) van de gemeente.
Al jaren is zijn kroeg in Sint-Anna-
land de enige echte gezellige bar op
het eiland. De versnaperingen zijn
goed betaalbaar, voor één piek is je
jas de gehele avond veilig, het is al
tijd gezellig en voor een praatje is
Bas altijd in. Zo ook als hij 's
avonds voor de hongerige uitgaan
ders nog een lekker bord friet met
gebakken mosselen maakt. Het eni
ge vertier dat de gemeente ons als
jeugd biedt, is het vernieuwen van
de bushokruiten, zodat een stel idio
ten deze weer maar even lekker ka
pot kan gooien. Het is duidelijk tijd
voor een revolutie bij de gemeente
Tholen, zodat die wel inziet dat Bas
de Man moet blijven. Ik pleit er
voor, dat de boetes dus kwijtge
scholden moeten worden opdat
Tholens laatste beetje hoop in ban
ge dagen niet teloorgaat. De zater
dagavond zal anders nooit meer het
zelfde zijn. Dus ambtenaartjes,
wetende dat jullie werk zeer zwaar
is - je krijgt namelijk best last van
een klotsmaag als je de hele dag
koffie drinkt - neem deze roep seri
eus en doe wat aan deze nijpende si
tuatie.
Leo Geluk,
Klikspaanweg 79,
2324 LV Leiden.
Jongeren konden in Meulvliet hun mening geven over actiepunten uit de jeugdnota.