Johan Aarnoudse wil bijdragen aan opener karakter SGP-fractie 't voordeel van de winter... halve prijs! 1 1 6 maart Nu heel veel voor de den Engelsman c^van Driel en fusies baren zorgen Waterschapsbestuurder uit Oud-Vossemeer stapt over naar gemeente Uit de staten van Zeeland Vrijdag 4 januari 2002 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT 7 De- kinderen van 5, 3, 2 en 0 jaar zijn naar bed. Vader Jo han Aarnoudse heeft voorgelezen voor ze en is bezig om aan de tafel in de kamer het kinderboekje te herstellen. „Op 1 november is onze vierde dochter geboren. Dat was de eerste debatavond over Tholen 2025, maar die heb ik toen laten schieten. Ik was thuis nodig. Kinderen zijn een rijk bezit en gelukkig zijn ze allemaal gezond." De 35-jarige J.M. Aarnoudse uit Oud-Vossemeer is één van de nieuwe kandidaten bij de gemeenteraadsverkie zingen van 6 maart 2002 die op een verkiesbare plaats staat. Bij de SGP is hij op de vierde plaats de hoogst ge noteerde nieuweling, direct achter het zittende trio Heij- boer, Hoek en Klippel. Hij wordt gewaardeerd door de SGP-leden uit de gehele gemeente. Waterschap Landbouwopleiding 'Als ik de kans kreeg, zou ik boer willen zijn' Goede leerschool Op weg naar raadsverkiezingen Geen achterkamertjespolitiek Drie wethouders 'Werken met de portemonnee van ander valt niet mee' Dierenwinkel 'Ik houd van een stevige discussie maar ik ben geen straatvechter' Niet tegen sport Raadscommissie over postagentschap W WÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊIIIÊSÊÈÊÈÊÈÈÊÊÊÊtÈÊÈÊÊÊÊÈÈÊÈÊÊÊtÊÊÊÊÊKSKÊIÊttÊÈÈ< Aarnoudse zelf gebruikt liever het woord vertrouwen. „Het draait im mers niet om mij. Personen staan niet op de voorgrond, het gaat om onze beginselen. En principiële punten we gen het zwaarst." Vrouwen in de Staatkundig Gerefor meerde Partij zijn daarvan een voor beeld. Vrijdag werd bekend, dat de commissie gelijke behandeling zich zelf niet bevoegd acht om een uit spraak te doen over de weigering van de SGP om een vrouw als volwaardig lid toe te laten. „Ik kan de landelijke commotie over dit onderwerp niet be grijpen", zegt Aarnoudse. „Het komt vaak over, dat het met geweld gaat, maar gelukkig staan heel veel vrou wen in onze kring er uit vrije keus achter dat ze geen lid worden van de SGP. Als het over de rechten van de vrouw gaat, kunnen we ons beter druk maken over prostitutie. Op grond van Gods Woord zijn we niet voor het lidmaatschap van vrouwen, maar sommige vrouwen zullen daar moeite mee hebben. Wij willen onze beginselen tot meerdere erkenning brengen. Alleen uit liefde tot de naas te en niet om macht uit te oefenen. De SGP heeft niet tot doel om een machtsfactor te worden." Wat gaat Aarnoudse volgend jaar doen wanneer er een nieuw college van b. en w. gekozen moet worden met mevr. Velthuis als PvdA-kandi- daat? Volgt hij de lijn van Jan Kees Koopman, die als enige SGP'er te genstemde toen Velthuis de vacature Moerland vervulde? Aarnoudse wil zich er niet over uitlaten. „Dat zal niet iedereen waarderen, maar ik zeg het nu niet. Ik heb er wel een standpunt over, maar de tijd is er nog niet voor om dat kenbaar te maken. Ik begin ook pas, dus ben ik voorzichtig. Som migen zullen dat zwak vinden, maar zakelijke dingen liggen nu eenmaal gemakkelijker dan principiële. Voor veel mensen is het geen populaire boodschap, maar het gaat ons erom wat God wil." De raadsfractie van de SGP laat de in dividuele leden vrij in dit soort kwes ties, zo bleek wel bij de verkiezing van mevr. Velthuis als PvdA-wethou- der. „De praktijk is, dat er over princi piële punten verschillend gedacht wordt, maar het streven is om er een heid in te krijgen. Voor sommigen is het echter een gewetenszaak." Aarnoudse behoort tot hetzelfde kerk genootschap als de lijsttrekker van de SGP in 1998, A. Kersbergen: de Ge reformeerde Gemeente in Nederland. De worsteling met de principes ligt daar gevoeliger dan in de Gerefor meerde Gemeente of de Nederlandse Hervormde Kerk. Hoewel bij dat laat ste kerkgenootschap de richting Het Gekrookte Riet (waartoe Jan Kees Koopman behoort) zeer dicht bij de Gereformeerde Gemeente in Neder land komt. Kersbergen was destijds de kandidaat-wethouder, maar hij wilde geen collega-wethouder steu nen die de belofte in plaats van de eed aflegde. Aarnoudse behoort tot de zelfde leerschool. Als secretaris van de SGP-kiesvereniging Oud-Vosse- meer werkt hij al geruime tijd met zijn voorzitter Kersbergen samen. Wat ideologie betreft, zal het nieuwe raadslid tot de rechter vleugel binnen de fractie behoren, maar zijn open baar optreden tot nu toe kenmerkten zich vooral door praktische zaken. En dan met name bij het waterschap. Voor de fusie maakte hij als hoofdin geland voor de categorie ingezetenen twee jaar deel uit van het waterschap Tholen. Hij deed mee aan de discus sie over het basisplan watervoorzie ning, waarbij de kosten waren opge lopen van 25 tot 45 gulden per ha. De Vossemeerder stroomde door naar het fusiewaterschap Zeeuwse Eilanden, waar hij voorzitter werd van de ge- biedscommissie Tholen. Daar kon hij zich profileren. „Het waterschap is wat zakelijker dan de gemeenteraad. Je hebt er wel met bloedgroepen te maken zoals de landbouw, natuur en milieu en bedrijfsgebouwd. Ik ben nu aan mijn tweede zittingsperiode bezig voor de categorie ingezetenen. Als SGP'ers binnen Zeeuwse Eilanden hebben we wel contacten, maar het is niet zo, dat er elke vergadering voor overleg is. Als je over een bepaald on derwerp een standpunt hebt, moet je er steun voor zien te zoeken, anders haal je het niet." Het leggen van con tacten met collega's voor de commis sievergaderingen is Aarnoudse dan ook niet vreemd. Maar ook zonder steun durft de Vossemeerder met een standpunt naar voren komen. Zoals over handhaving van de districten bij de keuze van gezworenen. Als enige hoofdingeland stemde hij voor het vastleggen van een Thoolse zetel in het dagelijks bestuur. Inmiddels is dat door het provinciaal bestuur in tact gelaten. Aarnoudse liet ook een eigen standpunt horen bij de inzet van me dewerkers van het waterschap bij de autoloze zondag in Goes. Daar was hij niet voor. „Overigens was dit één van de weinige principiële punten die in het waterschap aan de orde is ge weest." Na twee jaar waterschap Tholen en acht jaar Zeeuwse Eilanden stapt Aarnoudse over naar de gemeentepo litiek. „Waterschap en raad vind ik niet te combineren, naast mijn werk en gezin." Daarom kiest de Vosse meerder nu voluit voor de gemeente politiek. „Ik heb wel een stukje be kendheid gekregen door het waterschap. Ook het meedraaien in het verenigingsleven binnen de partij heeft daarbij een rol gespeeld. Mee denken en meeleven is belangrijk. Ik kwam destijds als opvolger van mijn achterneef Arend Aarnoudse in de schaduwffactie, waarvan ik minimaal acht jaar deel heb uitgemaakt. Oud- Vossemeer heeft met 30 leden maar een kleine SGP-kiesvereniging, maar wel een actieve." Teun Aarnoudse, ook een achterneef, was destijds frac tievoorzitter en na 6 maart lijkt de Thoolse gemeenteraad opnieuw een Aarnoudse in de gelederen te krijgen. De geboren en getogen Vossemeerder is eraan toe. „Overigens denk ik niet, dat ik een rasechte politicus ben. Ik profileer me niet over de rug van een ander. Je hebt als raadsüd een dienen de functie voor de bevolking, maar je kunt ook niet elke wens in vervulling laten gaan. Het zakelijk bezig zijn, dat staat me wel aan." Johan Aarnoudse heeft een land- bouw-opleiding. Zijn vader werkte o.a. op het landbouwbedrijf van Hendrik van Gorsel (Bagijnhoeve), later bij de gebr. Koopman en het zil- veruienbedrijf SVZ. Thuis waren er elf kinderen (7 meisjes en 4 jongens); Johan is de oudste zoon. „Als ik de kans kreeg, zou ik zelf boer willen zijn, maar daarvoor zijn de mogelijk heden niet aanwezig. Als je grond moet kopen, kun je dat puur land bouwkundig gezien niet rendabel ma ken. Alleen bedrijven die elders ontei gend zijn voor woningbouw of bedrijventerreinen vestigen zich nog op Tholen." Johan volgde de middelbare land bouwschool in Goes en de hogere landbouwschool in Dordrecht, waar hij de richting plantenteelt koos. Hij liep stage in de Flevopolder en in Westzaan in de kop van Noord-Hol land. „Tijdens mijn opleiding deed je ook een stuk algemene ontwikkeling op. Mijn afstudeeropdracht ging over het zoet water op Tholen met als titel: Een lust of een last? Het was met na me veel literatuurstudie, maar de Johan en Nelleke Aarnoudse met hun kinderen Carin (5), Petra (2), Dianne (3) en Willemieke (2 maanden). pluspünten van het basisplan Tholen voor de peilbeheersing kwamen ook wel aan bod." Na zijn studie moest Johan Aarnoud se als oudste zoon van het gezin zijn dienstplicht, vervullen. Hij zat in de voorste linies. Als chauffeur van een M 113 pantservoertuig maakte hij deel uit van een verkenningspeleton. „De Golfoorlog van 1991 viel mid den in mijn diensttijd, dus dat was best wel spannend." Aarnoudse be gon als huzaar en zwaaide als korpo raal af. Daarna kon hij een baan gaan zoeken en dat werd Van Iperen in Westmaas, een landelijk opererende toeleverancier van gewasbescher mingsmiddelen, meststoffen en poot- goed voor de akkerbouw, vollegronds tuinbouw en de glastuinbouw. Aarn oudse rijdt als vertegenwoordiger zo'n 50.000 km per jaar. Zijn werkge bied ligt voornamelijk in de Hoekse Waard, maar ook op Tholen heeft hij enkele klanten. Hij heeft een com merciële functie, vopral in de buiten dienst, maar ook wel op het kantoor. „Van Iperen heeft 45 mensen in dienst en ik werk in het akkerbouw team met zes collega's. Voor het leve ren van vloeibare meststoffen vervul len we een landelijke functie. Als je in het bedrijfsleven werkzaam bent, moet je wel wennen aan de gemeen telijke organisatie. Daar heb ik nu in de schaduwffactie al mee te maken en dan zeg ik: daar wen je nooit aan. Het waterschap is slagvaardiger dan de gemeente, zo is mijn ervaring." Johan Aarnoudse kijkt tevreden terug op tien jaar waterschap. „Dat is een goede leerschool geweest. Vooral na de wateroverlast in 1998 in Sint-Phi- lipsland en Sint-Annaland was het leiden van de gebiedscommissie een moeilijker opgave. Belangrijk is dan om heel goed te luisteren. Voor mijn werk houd ik ook wel eens inleidin gen, maar dan kun je veel directer zijn dan bij het waterschap en de gemeen te. Je groeit echter ook in een organi satie en net zoals bij het waterschap hoop ik bij de gemeente ook contac ten op te bouwen met ambtenaren en collega's. Mijn piek ligt in de zomer maanden, maar het is een kwestie van goed plannen en je klanten tevreden stellen om daarnaast het raadswerk nog te kunnen doen." De commissie gemeentelijke ontwik keling heeft de voorkeur van Aarn oudse. „Openbare werken en ruimte lijke ordening hebben mijn interesse. En ik zie het ook als een opgave om de kloof tussen burgers en bestuur te SS I®; helpen dichten. Dat is toch één van de onderwerpen die uit de debatten Tho len 2025 naar voren is gekomen. Wat leeft er bij de mensen? Niet alles wat gewenst is, kun je inwilligen, want je moet keuzes maken." De Vossemeerse raadskandidaat zegt een hekel te hebben aan achterkamer tjespolitiek. Toch staat de SGP-fractie o.l.v. M. Dijke en wethouder K.A. Heijboer niet bekend als de grootste voorstander van openheid. Aarnoud se, na Peter Hoek straks het op één na jongste lid van de fractie, is van een nieuwe generatie politici die directer is en grotere openheid nastreeft. „De meeste weerstand ontstaat omdat je niet open bent en niet omdat je een andere opvatting hebt. Je hoeft het niet met elkaar eens te zijn, maar wel moet je de zaak samen bespreken. Ik kan er slecht tegen wanneer iets met een zogenaamde mantel der liefde be dekt wordt. Via een gezonde discussie moetje zaken tot stand brengen. En je moet ook durven bij te sturen of zelfs terug te draaien." Als lid van de schaduwffactie maakte Aarnoudse de voorbereiding van de raadsvergaderingen mee en wanneer hij dan het raadsverslag las, zat hij soms hoofdschuddend aan tafel. „Dat is geen verwijt, maar ik vind toch, dat de fractie wat krachtiger moet opere ren. Van afstand is dat gemakkelijk gezegt en ik weet niet wat ik straks doe, maar ik houd wel van een stevige discussie, al ben ik ook weer geen straatvechter. De politiek kan wel hard zijn. Je kunt behoorlijk onderuit gehaald worden, maar daar moet je tegen kunnen. Ik heb echter wel een behoorlijk ontwikkeld rechtvaardig heidsgevoel." Durft Aarnoudse nog geen uitspraak te doen over het steunen van een vrouwelijke wethouder, hij is wel voorstander van drie wethouders in plaats van vier. „De huidige situatie met vier collegepartijen is nogal breed. Komt dat de besluitvorming wel ten goede? Mijn persoonlijke voorkeur gaat uit naar drie wethou ders, want ik ben voor daadkracht. De burgemeester kan dan wat meer taken krijgen dan hij nu heeft, maar de raad zit daarbij en kan controle uitoefe nen." Ingaande op een aantal hete hangij zers wil Aarnoudse geen bedrijfseco nomische motieven hanteren ten aan zien van de zwaar verliesgevende haven van Sint-Philipsland, waar al leen rond de kerst en jaarwisseling nog een paar schepen liggen. „Een monument is ook niet rendabel, maar dat houd je toch in ere. Wij zijn er ook niet voor om het verlies te beperken door de recreatiefunctie van de ha vens te versterken. Recreatie is naar onze opvattingen niet de basis voor werkgelegenheidsbeleid. De zon dagsrust en de rust in het algemeen zijn ook in het geding. Er moet op Tholen wel een stuk werkgelegenheid zijn, want dat gecross en gependel heeft ook zijn nadelen." Zelf maakt Aarnoudse ook heel wat kilometers voor zijn werk, maar hij blijft in Oud-Vossemeer wonen. „Ik heb het hier naar mijn zin. Het eiland Tholen is prachtig om te wonen. Van af 1995 wonen we in dit huis aan de Dorpsweg, een vooroorlogse woning uit 1938 met een flinke tuin. Tuinie ren is mijn hobby en ik heb ook een kas. Alleen ligt alles niet nog op win- tervoor en dat is niet naar mijn boe- renhart, maar ik heb er nog geen gele genheid voor gehad. Lezen is ook een hobby van me en techniek interes seert me ook, maar niet als hobby." Hoewel geboren en getogen in Oud- Vossemeer is Johan Aarnoudse niet uitgesproken chauvinistisch aange legd. Zijn kinderen gaan naar de Re- hobothschool in Stavenisse en zijn vrouw haalt boeken in de bibliotheek van Tholen omdat de keuze daar veel groter is dan in de uitleenpost Oud- Vossemeer. „Ik zal trachten gemeen telijk te denken, maar het in stand houden van plaatselijke (winkel-) voorzieningen is natuurlijk ook een verantwoordelijkheid van de inwo ners zelf. We hebben in Vossemeer pas een dierenwinkel en daar maken we gebruik van voor het kopen van voer voor ons konijn. Dat halen we niet in de supermarkt, ook al is het daar misschien twee kwartjes goed koper. Men mag het elders kopen, maar dan moet je ook niet klagen wanneer zo'n speciaalwinkel dan ver dwijnt. Een gemeentebestuur kan zijn inwoners niet verplichten om in eigen ■dorp te kopen, maar de gemeente heeft wel een verantwoordelijkheid in het scheppen van voorwaarden. Zo moet er voor voldoende parkeergele genheid gezorgd worden. In Oud- Vossemeer en ook in andere dorpen is het matig gesteld met de winkelvoor zieningen, maar de bevolking is daar ook zelf schuldig aan." Ten aanzien van de bibliotheek mag er van de SGP-kandidaat best bewus ter naar de kosten gekeken worden. „Als je ziet wat zo'n boekje kost en wat de lezer daarvoor betaalt. Daar komt bij, dat er een categorie boeken is waar we niet achter kunnen staan." De principiële punten komen steeds naar voren. „In Oud-Vossemeer heb je de kermis en het carnaval. Daar zal ik zeker niet voorstemmen. Ik ga met heel veel verschillende typen mensen om, maar je hebt toch je waarden en normen die ontleend zijn aan Gods Woord. Maar hoe breng je dat over. Dat is een opgave. Uit liefde tot je- naaste moet je zeggen: op grond van Gods Woord is het beter om dit of dat niet te doen. Ook in de gemeenteraad moetje de Bijbelse boodschap op ge paste wijze uitdragen. Er is immers gevochten voor een stuk gewetens vrijheid en er zullen dan ook zeker za ken zijn, waar ik niet zomaar even een beslissing in neem. Maar de SGP is niet fundamentalisch. Wij passen geen dwang toe of boetes zoals in Af ghanistan. Wij kiezen uit overtuiging, uit liefde tot de naaste. De boodschap dragen wij uit omdat je gelooft, dat alle mensen hetzelfde nodig hebben als schepsels van de enige, ware God. Dat vergemakkelijkt overigens het brengen van die boodschap niet." Aarnoudse bekleedt binnen zijn kerk genootschap geen functies, maar is wel een trouw kerkganger. En principiële keuzes zouden volgens de SGP-kandidaat ook veel geld kun nen opleveren. „Als je kijkt hoeveel geld er op Tholen naar de sport gaat en welk een beperkt deel van de be volking daarvan gebruik maakt, dan zeg ik: een evenwichter verdeling van de gemeenschapsgelden zou op zijn plaats zijn. Ik ben niet tegen sport. Voetballen deed ik in mijn jeugd heel graag. Balspel en gymnastiek, maar geen wedstrijdsport. Wat is het nut daarvan? Een mens is erop uit om prestaties te leveren en dan krijg je de competitie, de bekerstrijd en zelfs het aankopen van spelers. Waar leidt dat niet allemaal toe?" Aarnoudse realiseert zich dat de sport op Tholen flink georganiseerd is. „Hoe sterker mensen voor hun belan gen opkomen, des te meer ga je het standpunt over dat onderwerp nog eens heroverwegen. En dan kan dat wel eens tot een ander besluit leiden, dan wanneer er geen actie geweest zou zijn. Want wie is er ongevoelig voor actie? Het is echter een kwalijke ontwikkeling wanneer alleen de 'schreeuwers' gehoord worden. Dat is ook het gevaar van de debatavonden Tholen 2025. Een behoorlijke cate gorie van de bevolking is daar niet aan bod gekomen en daar moet je als raadsleden rekening mee houden. De overheid is er voor de burgers." Aarnoudse vindt, dat er bij de bouw van het nieuwe gemeentehuis onvol doende open gehandeld is richting de inwoners. „Je weet dat zo'n onder werp gevoelig ligt en dat het veel ge meenschapsgeld kost. Communicatie en het besluitvormingstraject wegen dan extra zwaar. Hoe ga je daarmee om richting de bevolking? Werken met een ander zijn portemonnee valt niet mee. Maar ik ben er voor de in woners, al zal ik niet elk onderwerp op de raadstafel leggen. Hoe groot is het probleem en hoeveel mensen gaat het aan, bekijk ik dan eerst. Maar ik heb wel een functie om die mensen hun weg te laten vinden in het ge meentehuis. Dat deed ik bij het water schap ook wanneer het om prakti sche, individuele punten ging." Aarnoudse zal zijn partij wel meebla- zen in de gemeenteraad van Tholen. Uitglijders neemt hij op de koop toe. Dat bleek in bij het waterschap Zeeuwse Eilanden ('ik zit hier om te leren', zei hij toen dijkgraaf Gosse- laar hem óp een stopwoord opmerk zaam maakte) en het slotdebat Tholen 2025, toen de Vossemeerder eerlijk bekende ook de betekenis van het door hem gebruikte woord ,footlose' niet te kennen. „Ik kan heel serieus zijn, maar ook humoristisch." Wanneer tenslotte de foto gemaakt moet worden, kiest Johan Aarnoudse voor een gezinsfoto. Zijn vrouw - de uit Sint-Annaland afkomstige Nelleke v.d. Perk - vindt deze Amerikaanse aanpak eerst niet zo'n goed idee. „We zijn het niet altijd eens, maar na de storm klaart altijd de lucht weer op", laat ze weten. Johan blijft aandringen op de gezinsfoto. „Wat is immers een mens alleen? Het is zeer waardevol om een vrouw en kinderen te hebben. En tot de kandidatuur voor de ge meenteraad heb ik in overleg met mijn vrouw besloten. Dat doe je sa men. Zo zit ik in de nieuwe raadsfrac tie ook niet als individu", aldus de Oud-Vossemeerse nummer vier van de SGP-lijst voor de gemeenteraads verkiezingen op 6 maart 2002. De raadscommissie algemeen bestuur en welzijn bespreekt donderdagavond een motie van de gemeenteraad van het Friese Neijefurd voor het behoud van dienstverlening van de postagent schappen. Ook Tholen ondervindt al de gevolgen van de reorganisatie bij de postkantoren. Zowel Stavenisse als Sint-Maartensdijk zitten al zonder postbank, zodat er geen geldhandelin gen meer mogelijk zijn. Zeker met de overgang van de gulden naar de euro per 1 januari betekent dat een inwis- selpunt minder. In Stavenisse is te vens de dienstverlening wat postza ken betreft in het agentschap nieuwe stijl verminderd. Sint-Maartensdijk heeft dat nog kunnen redden, maar meerdere plaatsen gaan dezelfde weg als Stavenisse, om te beginnen Oud- Vossemeer. In de Tweede Kamer is de kwestie ook al aan de orde geweest, maar het ministerie van verkeer en waterstaat blijkt niets te kunnen doen tegen het uitkleden van de postagentschappen. De Postbank wet blijkt geen verplich tingen te bevatten over de omvang van de dienstverlening. De postkanto ren mogen dat zelf bepalen. Ook met het omzetten van postagentschappen in servicepunten wordt niet in strijd met de wet gehandeld. Op verzoek van staatssecretaris De Vries van verkeer en waterstaat gaat minister Zalm van financiën wel on derzoeken, of de banken met hun dienstverlening nog wel aan maat schappelijke eisen voldoen. Naast het vervallen van de postbank sluiten ook de andere banken kantoren, waardoor steeds meer mensen niet meer in hun eigen woonplaats voor geldhandelin gen terecht kunnen. De Thoolse raadscommissie mag er donderdag avond zijn zegje over doen. K. m BS: JB «f mi T':,;v Voorstraat 15, 4697 EH Sint-Annaland lïB® Tel/Fax (0166) 65 24 90 IjlStMBMI .IIIIIIEB woensdagmiddag gesloten ij vrijdag koopavond ij m Advertentie I.M. i De laatste statenvergadering van het jaar 2001 kenmerkte zich door de korte en weinig politiek geladen agenda. De link naar de actualiteit werd gelegd door de CDA-fractie met zoals dat in het jargon heet het stellen van vragen 'vreemd aan de orde van de dag'. Op deze manier kan een actueel punt dat niet op de agenda staat, bij het begin van de vergadering alsnog aan de orde komen. Het betrof vragen als gevolg van bezorgdheid over de concentratie van de afdeling kindergeneeskunde en verloskunde in het Oosterscheldeziekenhuis te Goes. Directe aanleiding voor ge noemde concentratie is dat het Streekziekenhuis Walcheren (in Vlissingen) zijn enige fullti me kinderspecialist ziet ver trekken. Deze vacature kan niet worden ingevuld omdat er een groot tekort is aan medisch specialisten. Dit tekort moet niet worden gezien als een in cident, maar als een structu reel gegeven. Deskundigen zeggen dat het (vanwege de duur van de opleiding) wel 10 jaar kan duren voordat de te korten zijn opgeheven. Daarbij komt, dat kleine ziekenhuizen extra onder druk komen te staan omdat wél beschikbare artsen kiezen voor grotere maatschappen. Vijf specialis ten per vakgroep wordt gead viseerd als ondergrens. Dit ge nereert betere werkomstandig heden. De bezorgdheid over de con centratie van kindergenees kunde en verloskunde in Wal cheren en De Bevelanden staat niet op zichzelf. In de regio be staat de angst dat de concen tratie een eerste stap is op weg naar een verdere, langzame af bouw van medische voorzie ningen. Als voorbeeld is ge noemd het ontmantelen van het ziekenhuis in Zierikzee. An dere dreigende voorbeelden daarvan zijn Alphen a.d. Rijn, Baarn, Kerkrade, Oldenzaal en Velsen. Waar de CDA-fractie voor heeft gepleit, is een gede gen visie over de ziekenhuis zorg in Zeeland op de lange termijn. Voor de lezerskring van dit blad zijn het specialistentekort en dreigende fusieprocessen J. v.d. Merbel, CDA, Tholen. dus niet een 'ver-van-mijn- (ziek)bedshow', want deze dreiging gaat ook aan West- Brabant niet voorbij. De schaalvergroting in de zie kenhuiszorg wordt ingegeven door bedrijfseconomische fac toren. Het aanbod overheerst, de vraag van de burger om ba siszorg dicht bij huis delft het onderspit. Inmiddels is in een rapport van het Sociaal Cultu reel Planbureau 'Tussen bed en budget' aangetoond dat de kosten per behandelde patient in grote ziekenhuizen niet per definitie lager zijn dan in klei ne. Die laatste hebben wél voordelen als kwaliteit en per soonlijke benadering. Fusies en concentraties die op be drijfseconomische gronden zijn aangegaan, leveren, op andere terreinen in de maat schappij, zelden beloofde in houdelijke kwaliteitsverbete ring op. Een ander negatief aspect van fusie is de inper king van de bereikbaarheid van de zorg voor een grote groep burgers. De vaste Tweede-Kamercom missie Volksgezondheid heeft kortgeleden nog vergaderd over de kleine en middelgrote ziekenhuizen. Sinds een aantal jaren wordt de regulering van de ziekenhuiscapaciteit steeds meer overgelaten aan het veld. Gevolg is dat spreiding van de ziekenhuiszorg niemands ex clusive verantwoordelijkheid meer is. De overheid laat het aan partijen over, ziekenhuizen worden geprikkeld tot fusie (bonus) en concentratie (bezui niging), specialisten stellen normen en verzekeraars ont wikkelen zich tot landelijke schadeverzekeraars die zich voorbereiden op de slag met Europa en op de vraag of men al dan niet 'de beurs' op moet. Niemand heeft tot taak het al gemeen belang te waarbor gen. Omdat ziekenhuisbestu ren veelal stichtingen zijn en geen publiek karakter hebben, blijft een zorgvuldige afweging van het algemeen belang met democratisch toezicht aan de hand van goede spelregels noodzakelijk. V

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 2002 | | pagina 7