'Mijn vrouw zegt wel eens: Zou je je bed niet in de school zetten?' Meerpaal, zeemeeuw en reddingsboeien ingrediënten voor uitwisselingsproject 'Eigenlijk wilde ik bij de politie, maar dat vonden mijn ouders niet goed' Bevlogen directeur A.J. Nederlof 30 jaar bij Eben-Haëzer Donderdag 3 mei 2001 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT 13 Een 'vakidioot' noemt hij zichzelf. Misschien wat kras uitgedrukt, maar het omschrijft Aad Nederlof wel ten voeten uit. De 58-jarige directeur van basisschool Eben- Haëzer in Tholen gedenkt dat hij 30 jaar aan de school verbonden is, waarvan 25 als 'hoofd der school'. Voorzienigheid Kikkervisjes vangen Laptops Adaptief onderwijs Zwarte sneeuw Belgische docenten zijn streng voor hun studenten etalagebouw Jubilerende juf De Kam gaat al 25 jaar op 'visite'bij de Eben-Haëzerschool Ze komt uit een onderwijsfamilie en is geen thuiszitter. Juffrouw D. de Kam-Schippers werkt dan ook niet voor niets al meer dan 25 jaar in het onderwijs. Vorige week vierde zij haar 25-jarig jubileum op de Eben-Haëzer school in Tholen. „Ik ben op 12 juni 1974 geslaagd voor mijn PA-opleiding en de volgende dag werd ik voor de klas gezet. Tijd voor een examenfeest was er niet. Zo ging dat vroeger." Politieagente De klus is geklaard. Een zwart-witte meerpaal met daarboven de 'klok van Ar- nemuiden' siert de etalage van de Rabobank in Sint- Maartensdijk. Vier Belgi sche studenten van het Ste delijk Instituut voor schone kunsten en ambachten (Si- sa) uit Antwerpen bekijken het resultaat. De studenten van de opleiding etalage zijn donderdag twee uur bezig geweest om de ruim te 'op te fraaien'. „Deze opdracht hebben wij uitge voerd in het kader van een uitwisselingsproject met het Zoomvlietcollege uit Bergen op Zoom." Voorbereiding Nieuwe riolering Verbrandestraat en Parksingel Tegenwoordig de meest kenmerkende plek voor Nederlof, achter zijn bureau, als een spin in het web. Eigenlijk is het nooit zijn bedoeling geweest om naar Tholen te komen. De in Rotterdam geboren en geto gen Nederlof zag meer in de regio Veenendaal, omdat hij van plan was verder te studeren. „Geschiedenis", zegt hij desgevraagd. „Ik woonde destijds in Naarden en er lag al een sollicitatiebrief gereed voor een school in Veenendaal. Net toen ik in millitaire dienst zat, kwam er een brief van het toenmalig hoofd van de Eben-Haëzerschool, dhr. De Bo de. Of ik geen intéresse had om les te komen geven in Tholen. Maar dat wilde ik dus eigenlijk niet en die brief bleef in mijn standaard staan. Maar om de één of andere reden is die brief naar Veenendaal ook nooit weggegaan. En toen ben ik toch eens bij de Eben-Haëzer gaan kij ken. Waarom? Ik weet het eigenlijk niet. Nieuwsgierig en toch de uitda ging denk ik. Ik werd afgehaald van het station in Bergen op Zoom en ik had een gesprek met voorzitter Boender van het schoolbestuur en met De Bode. Aan het eind van het gesprek zei Boender: 'En, doe je het?' Ik voelde me overvallen en zei: 'Als ik ja zeg, wat dan?' 'Dan ben je aangenomen', zei Boender. Nou, ik wilde er eerst nog wel even met mijn verloofde (mijn huidige vrouw) over praten. We hebben toen besloten het toch maar te doen. De manier waarop dat in het bestuur werd behandeld, was wel bijzonder. Boender deelde gewoon mee dat dhr. Nederlof zo spoedig mogelijk les zou gaan geven aan de school." Een proefles geven, was er niet bij. "Ik houd niet van die toneelstuk jes", zei Boender. In 1970 kwam Nederlof met zijn vrouw naar Tholen. Het vervroegde ontslag uit millitaire dienst liet lan ger op zich wachten dan gepland, maar uiteindelijk kon hij dan toch vertrekken, ,,'s Vrijdags zwaaide ik af, 's zaterdags zijn we verhuisd en 's maandags stond ik voor de klas", aldus Nederlof. „We woonden eerst een paar maanden in een kamer bo ven de bakkerij van Deij in de Vis- straat. Later gingen we in de Jan van Bloisstraat wonen." Waarom Nederlof nu precies voor Tholen koos en zijn wens om verder te studeren op de helling zette, kan hij niet goed aangeven. „Eigenlijk is het op volkomen irrationele gron den gebeurd. Ik beschouw het toch als Gods voorzienigheid", zegt de directeur. Hij begon zijn carrière in klas 2 (de huidige groep 4) en kreeg daarna meteen een combinatiegroep van 43 leerlingen. „We waren in die tijd met 4 leerkrachten voor 160 leerlingen. Het was best zwaar. In het begin zitje tot tien uur 's avonds te corrigeren. Maar je leert in zo'n periode wel heel veel. Je leert bij voorbeeld dat kinderen ook best ta ken over kunnen nemen. Ze kunnen zelfs aan andere kinderen iets uit leggen." Zes jaar later vertrok De Bode als directeur en Nederlof werd zijn op volger. „Daar heb ik wel heel lang over na moeten denken. Wilde ik dat wel? Bovendien werd er ook van buiten Tholen aan me getrok ken. Ik ben zelfs op twee scholen gaan kijken. Maar toch heeft Tholen telkens gewonnen. Waarom? Dat heeft voor een groot deel te maken met het naar je zin hebben. Het werkklimaat. En ik vond het direc teurschap ook wel weer een uitda ging. Dat is voor mij belangrijk. Ik ben een bouwer. In het begin was het overigens nog niet veel meer dan een onderwijzer met daar naast een administratieve taak. Nu is dat heel anders. Je hebt met veel meer processen te maken. Met het motiveren van leerkrachten bijvoor beeld." De directeurstaken van Nederlof na men almaar toe. Hij is inmiddels veranderd in een 'manager' zoals hij het zelf zegt. Overigens zegt hij dat absoluut niet met spijt. „In die ver anderingen, merk je opeens dat je ook die organisatorische kant heel erg boeiend vindt. En dat terwijl ik heel bewust voor het onderwijs heb gekozen. Het werken met kinderen. En ik moet zeggen dat ik wel nog eens met weemoed terugdenk aan de tijd dat we met de klas naar De Tol gingen om daar in de sloot kik kervisjes te vangen. Dat was de eni ge plek waar dat nog kon. De ande re sloten waren te vervuild. Daar vond je hooguit nog wat stekel baarsjes", zegt Nederlof. „Het is het vak geweest waar je voor koos. En dat verandert. Je komt op een gegeven moment in een spannings veld waarbij het lesgeven minder wordt en het leidinggeven alleen maar meer. Je gaat je ongelukkig voelen met zo'n half-om-half situ atie. Gelukkig hen ik daar nu uit. Wij zijn hier goed toegerust en van af volgend jaar sta ik nauwelijks meer voor de klas. Wat dat betreft, benijd ik mijn collega's van kleinere scholen niet. Zij zitten nog steeds in dat spanningsveld. Ze moeten heel veel taken zelf verrichten." Toch kom je als directeur verder van de kinderen te staan als je nau welijks les meer geeft. Is dat geen bezwaar voor iemand die juist voor het werken met kinderen koos? „Natuurlijk wordt die binding min der. Als je mij een klassefoto van 25 jaar geleden laat zien, zal ik de kin deren die erop staan vrijwel zonder aarzeling kunnen benoemen. Maar bij een foto van tien jaar geleden zullen er gaten vallen. En dat wordt alleen maar meer. Er zijn ook zeker collega's die helemaal omdraaien. Die dat aspect niet leuk vinden en zich beter voelen voor de klas. Ik heb voor mezelf gezien dat het as pect van het leidinggeven me meer aantrekt. En je doet het nog steeds voor de kinderen, alleen nu in de voorwaarden scheppende sfeer." De veranderingen zijn legio in de tijd die Nederlof in het Thoolse onderwijs werkt. „Ach, dat zijn er zoveel geweest. De wet op het ba sisonderwijs is gekomen en ook de computers. Dat is wel een grote verandering geweest. We hebben nu een ICT-commissie waarin ook de directie vertegenwoordigd is. Er is best een flinke discussie over opgezet. Want hoe ga je om met computergebruik? De ontwikke lingen gaan enorm snel. Ga je in elke klas een paar computers weg zetten, of geef je leerlingen alle maal een laptop mee? Dat is fi nancieel nog niet te dragen. Maar we gaan echt naar een tijd toe dat leerlingen hun werk op de compu ter maken. 'Learning anywhere, anytime'. Dat is geen grapje. Die tijd komt. De vraag is of het wen selijk is om het onderwijs zo kil te maken. En in wat voor tempo en welke mate moet je daarin mee? Dat zijn principiële vragen. Niet alleen op geloofsgebied, maar ook pedagogisch", vindt Nederlof die overigens behoorlijk wat ruimte heeft gemaakt voor automatise ring in zijn school. Die veranderingen vergen veel van kinderen, maar ook van hel personeel. En daar komt dan weer de taak van de directeur om de hoek kijken om te motiveren en te stimuleren. „Als een spin in het web", zoals Nederlof zegt. Het opstellen van het schoolwerkplan, de veel intensiever geworden con troles van de onderwijsinspectie (vroeger kwam een inspecteur een les bijwonen, nu komen ze met z'n tweeën een hele week), de zorgverbreding en dan tegenwoor dig het adaptief onderwijs." Dat adaptief onderwijs is nieuw voor Eben-Haëzer dat tot nu toe klassikaal werkte. „Adaptief on derwijs gaat ervanuit dat er een goede relatie is tussen leerlingen en leerkrachten, dat de leerlingen de stof die ze voorgezet krijgen, kunnen begrijpen en dat er zelf standigheid is", zegt Nederlof. „Wij boden tot nog toe de lesstof klassikaal aan en gingen vervol gens hulp bieden waar er proble men ontstonden. Dat is het zoge naamde 'overkookmodel'. De inspecteur van onderwijs heeft aangegeven dat we het in dat klas sikale systeem ons plafond heb ben bereikt. Hoever gaat de rek van de leerkracht om kinderen met behulp van extra programma's en de nodige zorg erbij te houden? En een belangrijke vraag is ook of de verschillen tussen kinderen in dit concept wel echt geaccepteerd en gerespecteerd worden. Het is best een heel proces om in te zien datje eigenlijk toe moet naar meer individueel gericht onderwijs. Ie der kind heeft immers in verschil lende mate diverse gaven gekre gen van de Schepper? En het is zeker niet voor alle leerkrachten eenvoudig om zich daaraan aan te passen. Dat vraagt tijd en inspan ning. Maar we zijn nu bezig met het BAS-project (bouwen aan een adaptieve school)." Als Nederlof terugkijkt op de ach terliggende periode, is dat met een mengeling van verwondering en dankbaarheid. „Verwondering vanwege de fijne samenwerking met" de leerkrachten. Die is er al tijd geweest. Maar ook met het be stuur dat me al die tijd best veel beleidsvrijheid heeft gegeven. En dan nog de goede relatie met de ouders. De ouders die zoveel werk in de school verrichten. Vrijwilli gers, leden van de ouderraad en hulpouders. En dan ben ik dank baar dat ik, ondanks de tekortko mingen die ik heb, dit werk zo lang heb mogen doen", zegt Nederlof. En dat werk deed hij al tijd met plezier. „Natuurlijk heb ik ook zwarte sneeuw gezien met twee vacatures en periodes waarin er vanuit personeel, bestuur en ou ders 200 procent inzet van je ver wacht wordt. Maar desondanks heb ik het altijd goed naar mijn zin gehad. Er viel hier ook iets op te bouwen. En ik ben een bouwer. In letterlijke en figuurlijke zin." Lange uren maakt Nederlof wel. Voor een onderzoek moest hij eens op een rijtje zetten hoeveel tijd hij aan school spendeerde, en daar kwam een gemiddelde van tussen de 50 en 60 uren per week uit. „Maar dat is niet gedwongen. Ik kies ervoor. Het trekt me ge woon." Een echte Tholenaar is Nederlof nooit geworden. Maar een Rotter dammer is hij ook niet gebleven. „Je raakt wel in de Thoolse ge meenschap thuis. Je kinderen groeien er op en als ze getrouwd zijn, gaan ze er wonen. Ik moet zeggen dat dat het niet gemakke lijker maakt om nog eens over te stappen naar een andere school. Ik heb wel aanbiedingen gehad, maar daar is nooit wat van gekomen. Niet zolang er op de Eben-Haë zerschool nog wat te bouwen viel", aldus de directeur. Hij is verknocht aan zijn werk. Zal hij dan doorgaan tot aan zijn pen sioen? „Ik denk het niet. Ik mag er (zoals het er nu voorstaat) op mijn 62e uit. Maar als het aan mijn vrouw ligt, stop ik al op mijn 60e. Ik ben ook een beetje getrouwd met de school. 'Zou je je bed er niet zetten?', zegt mijn vrouw wel eens." Ellen Beeldens, Maarten van den Broeck, Stephanie van Keers en Bart de Laet van het Sisa uit Antwerpen voor de door hen ingerichte etalage van de Rabobank in Sint-Maartensdijk. De 48-jarige mevr. De Kam begon haar onderwijscarrière op een basis school in Goes. Mijn echtgenoot had al een baan bij Rijkswaterstaat in Bergen op Zoom. Nadat wij ge trouwd waren, fietste ik elke dag van Halsteren naar Bergen op Zoom. Daar pakte ik dan de trein richting Goes. Hier kwam verandering in toen ik gevraagd werd als leerkracht op de Eben-Haëzerschool in Tholen. Daar kon ik dhr. Burger vervangen. De hoofden van de beide scholen hadden onderling contact en mijn nieuwe baan was een feit. Ik geloof niet dat er een sollicitatieformulier aan te pas is gekomen. Ik vond de kortere reistijd natuurlijk ideaal en ben op het aanbod ingegaan." De jonge onderwijzeres werd gelijk in het diepe gegooid. „In augustus kwam ik voor de combinatieklas 3 en 4 te staan. Dat was weer eens wat anders dan klas 1 uit Goes." In die tijd bestond het team uit vier perso neelsleden. A. Nederlof verving in diezelfde periode directeur De Bo de. Wij zijn samen met leerkracht S. Maljaars de langst dienenden van deze school. Verder had je destijds nog juffrouw Langejan. Toen werkte je nog een hele week. Adv-dagen bestonden niet. Met een jong gezin kon dit nog wel eens voor proble men zorgen. Om dit te voorkomen, paste de echtgenote van de directeur op mijn kinderen. Zo hielpen wij el kaar." Tegenwoordig 'zwerft' juf De Kam door alle groepen van de school. „Ik werk al jaren part-time als inval kracht, omdat een fulltime-baan niet te combineren is met mijn gezin. Dit jaar neem ik bijvoorbeeld zes ver schillende groepen voor mijn reke ning. Meestal word ik ingezet in de bovenbouw. Eerder had ik een duo- baan met een collega. Ik sluit niet uit dat dit in de toekomst nog eens zal gebeuren." De uit Lisse afkomstige mevr. De Kam komt uit een typische onder wijsfamilie. „Mijn twee oudste zus sen waren mij al voorgegaan. Ik was de derde in de rij. Als jongste van het stel moest ik mijzelf soms be wijzen. Nog steeds heb ik het ge voel dat mijn zussen meer denken te weten van het vak. Leerkrachten zijn over het algemeen best eigen wijs, dus er werd veel gediscus sieerd. Een oom en tante van mijn moeders kant waren ook actief in het onderwijs. Mijn moeder, Zeeuwse van oorsprong, heeft ons altijd gestimuleerd om door te le ren. „Als je kunt leren, dan moet je het doen", zei ze altijd. Zelf kreeg zij die kans niet, terwijl ze heel ge motiveerd was. Ze zat altijd met haar neus in de boeken. Ik probeer dit ook door te geven aan mijn leer lingen. Ik stimuleer ze om door te leren. Dit geldt zeker voor de meis jes. Zij zijn er niet alleen voor het huishouden. Begrijp me nietf ver keerd, dat is geen geringe taak. De huisvrouw fungeert vaak als ma nager van het gezin." Zelf is mevr. De Kam niet zo'n thuiszitter. „Ik ben niet huishoudelijk aangelegd. Andere vrouwen gaan op visite bij de buurvrouw. Ik ga op visite op school", zegt ze lachend. „Het is een soort hobby van me." Een hob by is het zeker, want ook op basis scholen in Sint-Annaland en Sint- Maartensdijk staat juf De Kam regelmatig voor de klas. Het beroep van juffrouw was geen meisjesdroom van mevr. De Kam. „Ik wilde liever politieagente wor den. Dit keurden mijn ouders echter niet goed." Dat zij dit ideaal nog steeds niet helemaal heeft opgege ven, blijkt uit het feit dat zij toch al enige tijd actief is bij de politie. „Op een gegeven moment ben ik in opleiding gegaan voor reserve agente. Ik heb zelfs overwogen om mij aan te sluiten bij de vrijwillige politie. Dat idee is uiteindelijk op niets uitgelopen. Ten eerste kon ik dat niet maken tegenover mijn ge zin. Het is tenslotte geen ongevaar lijk beroep. En het personeelstekort binnen het onderwijs was voor mij ook een belangrijke afweging." De jubilerende mevr. De Kam is een ,veelzijdige onderwijzeres. Naast haar interesse voor de politie, heeft ze ooit overwogen om een studie rechten te volgen. „Ook dat is er met drie studerende kinderen bij in geschoten." Al met al kijkt juf De Kam terug op een mooie schooltijd. „De keuze voor het onderwijs is uiteindelijk de juiste geweest." Wat betreft de leer lingen zelf, merkt ze op dat die wel veel mondiger zijn geworden in de loop der jaren. „Tegenwoordig komt er veel op de kinderen af. Daardoor zijn ze onrustiger gewor den. Orde en rust zijn juist twee be langrijke factoren die de sfeer in de klas bepalen. Ik spring vaak in wan neer mijn collega's verhinderd zijn. Zo kom je in verschillende klassen en zie je ook duidelijke verschillen. Het is een voordeel wanneer er nor maal gesproken orde heerst in de klas. Het kost mij dan geen moeite om deze orde over te nemen. An ders is het met een moeilijk hanteer bare groep. Het kost energie om dan orde in de klas te brengen. Dit is een nadeel wanneer je af en toe in springt. Vroeger was het beroep van juf of meester een erebaantje. De ouders en hun kinderen toonden re spect voor de leerkracht. Nu is dat helaas aan het veranderen en dat merk je aan de reacties in de groep." De oudste juffrouw van het team op de Eben-Haëzer noemt nog een ont wikkeling van de laatste jaren. „Door de invoering van verschillen de onderwijssystemen moeten de leerkrachten op de Eben-Haëzer school ook bijscholingscursussen volgen. „Eigenlijk is dit niet aan mij besteed, want ik ben een luie leer ling. De bijscholing op zich is niet erg, maar ik heb soms moeite met de frequentie waarmee de cursussen gegeven worden." Verder noemt mevr. De Kam het beroep afwisse lend. „Het is elke dag weer vernieu wend. Ik sta soms versteld van de verrassende uitspraken die kinderen kunnen doen. Het leuke is, dat er veel kinderen van kinderen bij mij in de klas zitten. In mijn eerste jaar hier op de Eben-Haëzer zeiden al die namen mij weinig. Nu weet ik vaak uit welke families de kinderen komen, omdat ik de ouders ook in de klas heb gehad. Nee, voorlopig peins ik er niet over om afstand te doen van mijn werk." y' De beide scholen werken al jarenlang goed samen. „Natuurlijk zijn er klei ne cultuurverschillen", zegt docente etalage D. van Beek van het Sisa. „Op het Sisa leggen wij bijvoorbeeld sterk de nadruk op de praktijklessen. De leerlingen van het Zoomvlietcol lege krijgen doorgaans meer theorie voor hun kiezen. Dat merken wij aan de taalvaardigheid van de Nederland se jongeren." Verder wijst ze enigs zins ontevreden op een voorrecht van de Nederlandse docenten. „Zij hoe ven maar met hun vingers te knippen, of de overheid is bereid om subsidie te geven voor de materialen. Wij moeten vaak lang wachten op geld van de overheid. Zodoende maken wij de meeste attributen zelf." Volgens de Belgische studenten zelf zijn er nog meer opvallende verschil len. „Bij ons gelden strengere re gels." Docente Van Beek ontkent dit niet. „Dat klopt", zegt ze lach-end. „Spijbelen wordt streng gestraft. Ver zuimen is er niet bij. Wanneer de stu denten bijvoorbeeld drie dagen afwe zig zijn, dienen zij een doktersattest aan de docent te overhandigen." Dat de Belgische docenten strenger zijn, blijkt ook uit het feit dat zij het werk van de studenten zeer kritisch bekij ken. Na aankomst bij de Rabobank duiken zij gelijk met drie man de pas ingerichte etalage in om de attributen te verzetten. De studenten kijken ge laten toe hoe docente Van Beek aan een van de voorwerpen begint te sjor ren. „Wij kijken of zij de driehoeks- opbouw goed hebben toegepast. In dit geval is dat gelukt. De gebruikte materialen hebben de vier in een driehoek opgesteld." Boven in de eta lage prijkt een zelfgemaakt bord met daarop de tekst van het bekende lied over de klok van Amemuiden. Daar onder hebben de studenten een grote meerpaal geplaatst. Het geheel be staat verder uit verschillende attribu ten uit de scheepvaart, zoals een gro te oranje reddingsboei en een zwaar anker. „Scheepvaart was het thema waar de studenten mee aan de slag moesten gaan. Zij hebben echter niet alle attributen op de juiste plaats ge zet. De diepte ontbreekt. Daarom heb ik een reddingsboei verplaatst." Er schijnt niets aan het oog van rpevr. Van Beek te ontgaan. Zij mist name lijk nog één attribuut. „Waar is de zeemeeuw?" vraagt ze verbaasd. „Alé, zet die meeuw erbijroept ze de studenten toe. Gewillig hollen de vier naar binnen om voor de meeuw een plek op één van de reddingsboei en te zoeken. Aan deze onderneming zijn enkele uren van voorbereiding vooraf ge gaan. „Wanneer het thema bekend is, ga je aan de slag met het maken van schetsen. Wanneer deze op pa pier staan, werk je ze uit tot een de finitieve tekening. Dit neemt onge veer een uur in beslag", legt student Bart de Laet uit. „Verder ga je op zoek naar documentatie over het on derwerp. Tenslotte zoek je bijpas sende materialen uit die je kunt ge bruiken." Bij de inrichting van de etalage moeten de studenten de attri buten zo goed mogelijk benutten. „De voorwerpen mogen elkaar niet overlappen en ze moeten zo opge steld worden, dat er sprake is van een driehoek." Verder krijgen de jongeren lessen in lettertekenen. „Deze lessen kwamen goed van pas bij het maken van het bord met daar op de tekst van 'De klok van Ame muiden'." Verder moeten de jonge ren kijken of de inrichting van de etalage past bij de huisstijl van het bedrijf. „Er zijn best veel regels waar wij ons verplicht aan moeten houden", aldus medestudente Ellen Aannemingsbedrijf Jaartsveld uit Steenbergen mag voor 838.700 gul den, exclusief btw, in Tholen nieuwe riolering aanleggen in de Verbrande- straat en de Parksingel. De onderne ming mocht van b. en w. als enige inschrijven als tegemoetkoming voor het oplossen van calamiteiten bij de aanleg van een rioolpersge- tnaal aan de Hocnderweg in Sint- Beeldens. Liever zouden de jonge ren zelf inspraak hebben. „Daarom kiezen wij na deze 5-jarige oplei ding etalage voor een decorspeciali satie van twee jaar. Bij decorbouw heb je zelf meer inbreng." De leerlingen van het Sisa richtten etalages in bij de Rabobanken in Tholen en Sint-Maartensdijk en bij Busman maritiem in Sint-Annaland het was hun eerste stage-opdracht. Annaland. In Tholen gaat het om een dubbel riool. Eén voor schoon water dat via een filterconstructie in de Veste terecht komt en een tweede riool voor vuil water dat naar de ri oolwaterzuiveringsinstallatie van het waterschap in de Slabbecoornpolder wordt geleid. De riolering in de Ver brandestraat dateert nog uit de derti ger jaren, zodat vernieuwing geen overbodige luxe is. Tegelijk wordt de bestrating vernieuwd. De beton- klinkers verdwijnen en worden ver vangen door gebakken stenen (dik formaat) zoals die al in de Molen- vlietsestraat in Tholen liggery De jubilerende juffrouw De Kam-Schippers temidden van een aantal van haar leerlingen op de Eben-Haëzerschool in Tholen. ma&HSsci BBH

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 2001 | | pagina 13