Praktijk van bedrijfsleven wordt nagebootst in lessen Schelde college „Leerkracht is geen flitsende baan, maar wel de leukste die ik ken" Kees v.d. Berge komt na zwaar ongeval terug 'Kijken hoever je met gehandicapten komt' 'Met verzorging kun je ook dieren verzorgen' 'Ik wil zelf graag aan een vliegtuigmotor werken' Opknappen van kantine, loge van conciërge en balies in vaklokalen Iris Clardey (16) uit Stavenisse Carlo van Dienst (16) uit Tholen Vestigingsdirecteur G.R.J. van Heukelom van Calvijncollege: Donderdag 18 januari 2001 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT 11 Scala is breder Hele klus Bij de mariniers wil hij. Daarvoor moet hij nog wel een hele weg afleggen, maar een doorzetter is hij wel. Kees van den Berge uit Tholen is examenkan didaat op het Calvijncolle- ge in Tholen. Roken Na Calvijncollege, mts en hts bij mariniers Elsbeth Reitsma blokt kort voor examens Elsbeth Reitsma uit Sint-Philipsland weet precies wat ze wil. Als ze haar examen op het Calvijncollege in Tholen heeft behaald, wil ze naar het Albedacollege in Rotter dam om daar sociaal-pedagogisch werk (SPW) te gaan studeren. Haar tijd op de mavo in Tholen heeft ze als prettig ervaren, maar het wordt wel tijd voor wat anders. Afwisseling Het laatste half jaar op het Schelde college in Sint- Maartensidjk is voor Iris Clardey uit Stavenisse een spannende tijd. Ze moet schoolonderzoeken doen, het examen staat voor de deur en ze moet een keuze maken voor een vervolg opleiding. Eén ding is wel zeker; ze wil dieren gaan verzorgen. Drachtige vos Vierdejaars Carlo van Dienst uit Tholen wist al in groep 6 van de basisschool dat hij voertuigentechniek zou gaan doen aan het Schelde college in Sint- Maartensdijk. Hij is van jongsaf aan een fanatiek knutselaar, die thuis altijd in de weer was met draad jes en moertjes en zelf op lossingen bedacht voor technische probleempjes. Trekkertrek Koning docent Salaris loopt achter Leerlingen op het Schelde colle ge in Sint-Maartensdijk zullen steeds meer zelfstandiger moe ten leren werken., De schoolsitu atie moet meer gaan lijken op de praktijk in het bedrijfsleven. In het nieuwe schooljaar begin nen de leerlingen uit de derde klas aan de nieuwe leerwegen van het voorbereidend middel baar beroepsonderwijs (vmbo). Op vrijdag 9 februari houdt de school open huis. Ook wordt de kantine en de loge van de con ciërge opgeknapt en er komen balies in de praktijklokalen. Directeur M. Spaapen: „De invoering van de nieuwe leerwegen is een hele grote omslag. Er komen nieuwe me thodes die de docenten nu allemaal moeten bekijken. De basisvorming blijft, maar aan het eind van het twee de jaar zullen leerlingen moeten kie zen uit verschillende sectoren en af delingen. Binnen het vmbo komen er vier: techniek, zorg en welzijn, eco nomie en landbouw. Binnen onze vestiging worden dat techniek en zorg en welzijn. Daarbinnen zijn af delingen die we nu ook al hebben: verzorging, bouwtechniek, metaal techniek en voertuigentechniek." Voor de derdejaars is straks de inde ling in niveaus van de vakken (A,B,C en D) van de baan. Daarvoor in de plaats komen de basisberoepsgerich te leerweg (was B niveau, vergelijk baar met lts), de kaderberoepsgerich te leerweg (was C-niveau, tussen lts en mavo) en de gemengde leerweg. (Er is ook nog een theoretisch gerich te leerweg - mavo -, maar die wordt niet op de vestiging in de smalstad gegeven). De basis- en kadergerichte leerwegen hebben vier algemene vakken en 2 beroepsgerichte vakken, de gemeng de leerweg heeft 1 beroepsgericht vak. „De leerwegen leiden op tot het mid delbaar beroepsonderwijs, de mts- lang en de korte beroepsopleidingen en de streekschool. Het hangt ervan af op welk niveau je uitstroomt. Er zijn goede vervolgopleidingen. De maatschappij zit te springen om technische mensen." Nieuwe leerwegen en kleine verbouwingen. Directeur M. Spaapen van het Schelde college van de vestiging Sint-Maartensdijk noemt het een uitdaging. Volgens Spaapen en onderbouw- coördinator B. te Kulve zijn er legio mogelijkheden voor de leerlingen van het Schelde college. Te Kulve: „Het beeld van deze school is dat je timmerman, metaalbewerker, mon teur kan worden of oude mensen gaat verzorgen, maar het scala van beroepen is veel breder. Met de bouw kun je ook de meubelbranche in, de stoffering, je kan opzichter worden, tekenaar en uitvoerder. Met de metaal kun je ook opticien wor den, horlogemaker of juwelier. Met motorvoertuigen kun je ook kiezen voor de landbouw, carrosseriebouw, vliegtuigindustrie of de tweewielers- handel. Met verzorging kun je naar de horeca, kok of kelner worden, maar ook de sociaal-pedagogische kant op, peuterspeelzalen en poli tie." Dat er belangstelling is voor de leer lingen blijkt volgens Spaapen wel uit het feit dat de verschillende branches tijdens de open dag op vrijdag 9 fe bruari naar de open dag komen. In- novam zal voor de afdeling voertui gentechniek een quiz samenstellen en brengt een 'vermogensfiets' mee. Ook de stichting samenwerkingsver band praktijkopleiding bouw is pre sent, de stichting vakopleiding me taal Midden en West-Brabant komt en voor de verzorging de stichting Savelanden. Met de nieuwe leermethodes wordt beoogd de zelfstandigheid van de leerlingen te vergroten. Dat heeft ook gevolgen voor de indeling van de praktijklokalen. Spaapen: „Binnen de lessituatie moet het meer op het bedrijfsleven gaan lijken. Zo komen er balies in de praktijklokalen waar leerlingen bijvoorbeeld hun opdracht ophalen en dan aan de slag gaan. Dan boots je als het ware een werkplek na." Voor deze manier van werken is geld beschikbaar. Het betreffen kleine aanpassingen aan de lokalen. Ook de loge van de conciërge wordt echter onder handen genomen. De ruimte bij de ingang van de school wordt opgeknapt. Er komt een nieuwe vloer en een com puter zodat de absenten kunnen wor den bijgehouden. Groter is de ingreep in de kantine. Die wordt helemaal opgeknapt met een nieuwe vloer en gordijnen. Alle automaten die nu op de gangen staan, krijgen straks een plekje in deze ge meenschappelijke ruimte. Dat moet echter tijdens de zomervakantie plaatsvinden. Het wordt een hele klus om de ver anderingen door te voeren en ook toekomstige leerlingen, ouders en onderwijzend personeel van de basis scholen daarover te informeren, zo beseffen Spaapen en Te Kulve. De leerlingen van de basisscholen be zoeken op 1 en 2 februari de school. Spaapen: „We laten ze de verschil lende afdelingen zien en nu juist ook vakken die ze niet kennen. Anders gingen ze bijvoorbeeld naar aard rijkskunde en geschiedenis, maar die kennen ze al. Daarom willen we ook andere vakken laten zien, zodat ze zich beter kunnen oriënteren." Met behulp van moderne communi catieapparatuur zullen de ouders voorgelicht worden met tekst en plaatjes op een groot scherm. Over de nieuwe leerwegen maar ook over de activiteiten op school, zoals het galafeest voor de leerlingen van de hoogste klassen in december met de verkiezing van mister en miss gala. Kees heeft bepaald niet de gemakke lijkste weg gekozen. Als mavo-scho lier heeft hij naast het verplichte aan tal van zes vakken nog een extra zevende vak. Zijn pakket bestaat zo doende uit Nederlands, Engels, Duits, natuurkunde, scheikunde, wis kunde en economie. Daar komt nog eens bij dat hij in zijn examenjaar een flink deel heeft gemist (waaronder tentamens) vanwege een ernstig ver keersongeval. De resultaten van het eerste schoolonderzoek waren dan ook in de hele vierde klas gemiddeld slecht. Maar de Tholenaar kwam er weer bovenop en is van plan snel te rug te komen zodat hij toch op tijd examen kan doen. Het zevende vak heeft echter ook weer een veilig heidsfunctie. „Als ik voor scheikun de zou zakken, kan ik dat vak laten vallen en er economie voor in de plaats nemen. Dat vind ik echt een heel leuk vak en ik heb er ook altijd goede cijfers voor", zegt Kees. „Het is een heel zwaar jaar. Ik moet het echt bijhouden, anders gaat het niet", zegt Kees. Als hij slaagt, wil hij naar de mts in Bergen op Zoom of Rotterdam, en wel naar de afdeling motorvoertuigentechniek. „Je moet Voor Kees van den Berge is het een enorme uitdaging om zijn examen op tijd af te leggen, ondanks het feit dat hij langdurig ziek was. een goede opleiding hebben. Theorie de mariniers ga solliciteren, wil ik staat me niet zo aan en op de mts zijn ook de hts nog doen. Dat is niet perse veel praktische vakken. Voordat ik bij nodig, maar je kunt dan veel langer blijven." Het korps mariniers heeft de zwaarste keuring van alle legeronder delen. „Vooral psychisch is het heel zwaar. Ik heb gehoord dat negentig procent van de kandidaten afvalt", aldus de Thoolse mavo-scholier die zelf altijd van veel beweging en sport heeft gehouden. Het avontuur en de uitdagingen spreken hem aan in het werk van de mariniers. Het Calvijncollege was volgens Kees een leuke school. „We hadden een goede verstandhouding met de lera ren. En toch zal ik blij zijn als ik naar een andere school kan. Het lijkt alle maal zo nutteloos hier op school. Je ziet niet waarvoor je aan het leren bent. Veel theorie en daar houd ik niet van. Ik ben meer voor het wer ken met mijn handen." Het moeilijk ste vak vindt Kees scheikunde en dan vooral de structuurformules. Toch is hij redelijk exact aangelegd. „Je moet er inzicht in hebben en eigenlijk ook wel aanleg. Want als je er geen in zicht in hebt, dan lukt het gewoon niet." Het Calvijncollege achterlaten, zal Kees op zich wel spijten. „Het was hier heel leuk. En we hebben echt een heel goede directeur. Er zijn na tuurlijk ook wel dingen die zouden mogen veranderen. Het rookverbod bijvoorbeeld. Dat is volgens mij niet zinvol. Daarmee stop je het roken van de jongeren niet." Met de identiteit van de school heeft de Tholenaar nooit problemen gehad. Ook vindt hij het Calvijncollege niet te streng. Zijn volgende opleiding zal echter geen christelijke zijn. „Dat is best een hele uitdaging. Maar ik denk dat je er ge woon voor uit moet komen dat je christelijk bent. Moslims doen dat toch ook?" Exact is niet haar sterkste kant. Van wis- en natuurkunde gruwt ze. Elsbeth wil meer de 'zachte' sector in. In haar pakket zitten dan ook de vakken Nederlands, Engels, Duits, biologie, scheikunde en economie. Daarvan is scheikunde het minst leuke, vindt ze zelf. Wat wil ze met haar opleiding gaan doen? Werken met kinderen? „Nee, ik vind kinderen heel leuk, maar niet om mee te werken. Ik wil iets met verstandelijk gehandi capten gaan doen. Dat lijkt me een hele uitdaging. Om te zien hoever je met die mensen kunt komen door begeleiding in een instel ling", zegt Elsbeth. Ze heeft geen behoefte aan verder studeren na haar mbo-opleiding. En werk is er genoeg. „Er is best veel vraag naar personeel in die beroepen." Het examenjaar valt de Sint-Phi- lipslandse tegen. „Het is ontzet tend veel wat je moet leren. En je hebt alles al wel eerder gehad, maar je vergeet het ook weer zo snel. Maar de leerkrachten probe ren je wel wat te sturen. Ze zeggen waar je vooral op moet letten bij voorbeeld. En we krijgen ook oe fententamens en -examens", aldus Elsbeth. Zij ziet meer op tegen het examen dan de schoolonderzoe ken. „Bij het examen moet je alles in één keer leren. Over alle stof van een vak. Dat is echt heel veel." Toch is de leerlinge van het Cal vijncollege niet iemand die al een week van tevoren met de neus in de boeken duikt. „Dat zou ik niet kunnen. Het is meer twee dagen van tevoren alles in je hoofd stam pen." De klas en de leerkrachten heeft Elsbeth altijd wel plezierig gevon den. „Er zijn wel veel aparte groepjes in de klas, maar iedereen kan wel redelijk goed met elkaar opschieten. Wat dat betreft, zal ik het Calvijncollege wel niesen. Elsbeth Reitsma ziet op tegen haar tentamens en examens, maar denkt wel dat ze het (met hard blokken) zal halen. Maar voor de afwisseling is het wel zo leuk als je eens ergens an der naartoe kunt." Elsbeths favo riete vak is Engels. Toch kan ze zo gauw (net als haar medeleerling Kees van den Berge) geen favoriete leerkracht bedenken. „Ik vind ook Van Heukelom wel heel goed." Dat haar nieuwe school (als ze het exa men haalt) niet christelijk is, ziet ze niet als een bezwaar. „Het is wel eens goed als je uit de beschermde omgeving gaat. Bovendien zitten er op het Albedacollege ook heel wat 'refo's'. Dus het zal best meeval len", aldus Elsbeth. Iris zit op de afdeling verzorging T, de theoretische richting. Het gaat best goed zegt ze. „Alleen met wis kunde heb ik veel moeite. Ik vraag veel aan de leraar, maar de klas is met dertig leerlingen erg groot. Ik ben snel afgeleid; als er nog maar een pen op de grond valt, dan kijk ik al op. Voor de leraar is dat ook las tig. Met zo'n grote klas is het ook eerder rumoerig." Iris zit met nog 11 leerlingen in 4 verzorging, maar voor algemene lessen zoals wiskunde, Engels en Nederlands worden er groepen sa mengevoegd en dijt de klas aanzien lijk uit. Naast deze vakken heeft Iris ook nog biologie, gezondheidsknn- de, huishoudkunde, informatica en maatschappijleer. Dat laatste is een bijvak. Maar ze heeft het niet voor niets gekozen, zegt ze. „Het is best moeilijk hoor, maar als je voor een vak een onvoldoende hebt, maar voor maatschappijleer een voldoen de, dan heb je toch een voldoende op je lijst. En als maatschappijleer onvoldoende is, dan telt het gewoon niet mee." Toen Iris van De Schalm naar het Iris roert hier nog in de pan van het Schelde college, maar ze wil de dierenverzorging in. Schelde college kwam, wist ze nog niet welke richting ze zou kiezen. „Eerst dacht ik eraan om bouwtech niek te gaan doen. Maar dan zou ik misschien als enige meisje tussen de jongens komen. Dat wilde ik niet. Maar de bouw vond ik wel leuk. In de eerste twee jaren kregen we het vak techniek. Je moest dan werkstukken maken van hout of metaal enzo. Ik was altijd als eerste klaar." Wat ook meespeelde bij de keuze was wat Iris er na de school mee zou kunnen. „Dat wist ik niet bij de bouw. Maar als ik nu leerlingen zie die een uitklapbare trap hebben ge maakt, vind ik dat nog steeds heel leuk." Ze koos voor verzorging en vindt gezondheidskunde het leukste vak. „Er wordt veel gepraat. Het is een gezellige les. Je krijgt alles te horen over het menselijk lichaam, over verzorging, EHBO, verbandjes leg gen. Onze klas is goed in samen werken. Er is nooit ruzie." Hoewel ze binnenkort een keuze moet maken voor een vervolgoplei ding, is ze er nog niet echt mee be zig. „Ik moet eerst maar aan mijn exa men denken. Ik ga wel open dagen bezoeken. Ik denk dat ik naar het Groencollege in Goes ga want daar kun je dierverzorging doen. Dat is wel wat ik zeker weet. Ik wil wer ken met dieren, in een dierentuin of in ieder geval dieren verzorgen. Als klein kind speelde ik vaak met een hondje en ik nam alle dode vogels van straat mee naar huis om ze te begraven." Thuis heeft ze een paard, de vos Pi- scha. Het dier is twee jaar oud en al een poosje drachtig. „Ik moet er veel mee rijden. Dat is goed voor de bevalling straks. Ik ben er elke avond van zes tot acht mee bezig, borstelen en schoonmaken." Haar huiswerk lijdt daar niet onder, zegt ze. „Dat doe ik ervoor en erna. Dat huiswerk moet gewoon gebeuren want ik wil gewoon drie vakken op C-niveau." „Nee verzorging ligt mij helemaal niet," zegt Carlo als hij wordt ge vraagd naar de andere afdelingen op de school voor voorbereidend mid delbaar beroepsonderwijs. Bouw techniek en metaaltechniek vallen ook af. „In de bouw blijf je altijd maar timmeren, vind ik. En metaal kun je ook thuis in je schuurtje doen." Nee, dan motorvoertuigen. Dat is nog eens een afdeling. „Voor motorvoertuigen heb je veel kennis nodig. Dat kun je hier echt allemaal leren." Carlo zit dus gebeiteld op zijn afde ling. In groen overall buigt hij zich over een motorblok om de kleppen af te stellen. Hij is geen theoreticus, dat is wel duidelijk. „Ik ben graag bezig met mijn handen. Praktijk vind ik het leukste. Als we acht uur les hebben, dan is er gelukkig twee uur praktijk bij. Daar kijk ik naar uit." Daarom koos Carlo voor motor voertuigen P, ofwel praktisch ge richt. „We halen hele auto's uit el kaar, remschijven, aandrijfassen, sluiten elektrische schema's aan. Ja, Carlo sleutelt graag aan motoren, thuis en op de afdeling voertuigentechniek van het Scheldecollege. alles wat je maar kan bedenken. En niet alleen auto's maar ook vracht wagens, trekkers en brommers." Toch heeft Carlo wel even getwij feld na het tweede jaar, bekent hij. De bouw leek hem toch ook wel leuk, maar de gedachte dat hij altijd buiten zou moeten werken, deed hem besluiten om motorvoertuigen te kiezen. „Liever in de garage, lekker bin nen." Zijn vakken zijn Nederlands, Engels, wiskunde, natuurkunde, vaktheorie en praktijktekenen. De moeilijkste vakken zijn de talen. „Die kan ik wel blijven leren, maar het wordt toch niks. Ik sta wel voor allebei voldoende en mag zelfs Ne derlandse op C-niveau doen." De twee andere vakken op dit niveau zijn vaktheorie en praktijktekenen. Het aantal behaalde vakken op C- niveau is belangrijk voor de ver volgopleiding. Er zijn maar 8 jongens op de afde ling. Dat is te weinig, vindt Carlo. „In de metaal zit het dubbele. Ik weet niet waardoor het komt. Ja over 35 jaar heb je misschien geen brandstofmotoren meer. Ik vind het jammer dat er zich zo weinig voor opgeven. Velen denken alleen aan automotoren, maar zelf wil ik graag aan vliegtuigmotoren werken. Ik ben al aan het solliciteren bij Fok ker. Daar wil ik graag naar toe. In dat vak kun je steeds verder groei en. Je kan echt hoog komen." Over de leraar motorvoertuigen is Carlo vol lof. „Het is een van de besten. Je leert zelfstandig te wer ken. Hij zegt hoe het moet en als het hem niet aanstaat, dan zegt hij dat ook gewoon." Zijn hobby's? Knutselen natuurlijk. Aan mini-tractoren voor trekker- trek. Schaalmodel 1 op 10. „Vier takt en tweetakt. Die voer je dan op. Ik doe dit nu een jaar. Ik ben de jongste deelnemer en ben in één keer kampioen van Nederland ge worden. In de superstocks klasse 3.4 en 4.4. Dat zijn kilogrammen." Het Calvijncollege in Tholen telt momenteel 300 leerlingen. Rond dat cijfer cirkelt de school de laatste jaren en blijft dus redelijk stabiel. De prognoses geven een lichte groei aan. Met de komst van de basisvor ming is er heel wat op de school afgekomen. Zet daar nog eens het te kort aan leerkrachten bij en dan heb je je handen vol. Dat merkt ook vestigingsdirecteur G.R.J. van Heukelom. Toch blijft hij leerkracht de leukste baan vinden die er is. Het Calvijncollege hield gisteren open dag. Dat gebeurde voor het eerst op een bijzondere manier. „We gooi en de deuren helemaal open en dat is nieuw, 's Morgens komen de leerlin gen aan bod en 's avonds kunnen alle belangstellenden de school bezoeken. Er worden presentaties van de vakken gegeven en in elk lokaal is er infor matie te krijgen", vertelt Van Heuke lom vooraf. „Er werken ook leerlin gen mee. En naast informatie over het vmbo-onderwijs dat hier wordt gege ven, is er ook uitleg over de afdelin gen havo en vwo binnen het Calvijn college. Boeken, studiekosten en ook de identiteit worden besproken." Die identiteit is (samen met het pro beren zo goed mogelijk onderwijs te bieden) de kurk waarop het Calvijn college drijft. Het reformatorische ka rakter is in elk geval duidelijk, maar zorgt zo'n beschermde omgeving niet voor leerlingen die niet opgewassen zijn tegen de harde werkelijkheid? „In zekere zin is het inderdaad een beschermde omgeving. Zeker in de onderbouw, maar in de bovenbouw zetten we de ramen toch wel open. We proberen de leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden op wat hen te wachten staat. Niet dat dat honderd procent lukt, maar we doen ons best. Bovendien moet je niet vergeten dat de jongeren die hier zitten, buiten schooltijd gewoon in de samenleving functioneren. Zij weten echt wel wat er te koop is." Door de basisvorming heeft de voor malige christelijke mavo nu een heel ander lesaanbod gekregen. Was er vroeger simpelweg de mavo met de niveaus A tot en met D, nu zijn er leerwegen voor in de plaats gekomen. De theoretische leerweg (de oude mavo op D-niveau) wordt op het Cal- vijncollege gegeven. Maar ook de ge mengde leerweg (gericht naar een be paald vakgebied toe leren). Drie i gemengde leerwegen zijn er te vol gen, namelijk metalektro (metaal- en elektrotechniek), verzorging en han del en administratie. Voor de basis- en kaderberoepsgerichte leerwegen, moet men bij de vestiging Krabben- dijke van het Calvijncollege zijn. Ha vo en vwo worden in Goes gegeven. „Het zijn nu geen losse vakken meer die worden gegeven, maar de vakken waarvoor je kiest, hebben een samen hang. Wat dat betreft, is het jammer dat ze de onderbouw zo laten zwem men. Daar hebben we nog steeds vijf tien verplichte vakken. En dat is heel veel", vindt Van Heukelom. De klacht van leerlingen dat ze van som mige vakken (vaak worden geschie denis en aardrijkskunde genoemd) het nut niet zien, vindt de directeur jam mer. „Juist geschiedenis is heel be langrijk voor het algemene begrip. De samenhang tussen de dingen. Hoe je tot een bepaald punt gekomen bent. Het is jammer dat leerlingen er zo over denken. Het hangt ook een beet je af van hoe je het brengt. Wat dat be treft, is er denk ik al veel veranderd. Vroeger ging alles klassikaal. De leerkracht kwam binnen, het werd stil. De deur ging dicht en hij was ko ning in zijn klas. Op die manier kan ik me voorstellen dat je bij het achtste uur de neiging krijgt in slaap te val len. Nu gaat dat anders. De leerlingen zijn veel meer zelf bezig. Ze moeten aan de slag met werkstukken, het op zoeken van informatie en ze leren zo wel samen als zelfstandig te werken. Het onderwijs is ten goede veranderd als het gaat om het op de leerling ge richt zijn. Het onderwijs is er voor de leerlingen en moet inspelen op de veranderingen in de maatschappij. Als je bijvoorbeeld kijkt naar wat er allemaal is veranderd op een bouw plaats. Dan kan het niet anders of de afdfling bouw van het Calvijncollege moet daarop inspelen." Toch denkt Van Heukelom dat het niet zover moet gaan dat de leerkracht 'slechts' een begeleider is. „Een do cent is onder andere een identificatie figuur waar leerlingen zich aan spie gelen, zich aan optrekken en tegen puberen. Het gezag moet er wel blij ven, samen met die identificatie. De leerling moet ontwikkelen en heeft daarbij een stuk sturing nodig", aldus Van Heukelom. „En toch moet je de leerlingen er zelf achter laten komen waarom iets zo is als het is. Als do cent ben je al snel geneigd te veel voor te kauwen." Elementen uit de basisvorming vindt de directeur zeker goed. „Maar niet alles kan. Al was het maar qua ge bouw. Er moet bijvoorbeeld een me diatheek komen in het Calvijncollege in Tholen. Dat moet dit kalendeijaar gebeuren. Maar dat vraagt om een ruimte met zitjes en computers en dergelijke. De gemeente doet haar best om ons wat extra geld te geven, maar zij kan ook geen ijzer met han den breken. Dat snappen we. De in voering van zulke dingen vergt tijd", zegt Van Heukelom. En de basisvor ming is niet het enige probleem dat hij heeft. Vacatures blijken moeilijk te vervullen. „Je moet mensen hebben die liefde hebben voor de kinderen. Het probleem in het voortgezet on derwijs bestaat uit een aantal punten. Het eerste is de financiële kant. De sa larissen lopen flink achter bij het be drijfsleven. En als je ziet hoeveel werk je ervoor moet verzetten, dan kan dat eigenlijk niet meer zo. Men sen verkijken zich erop en denken dat leerkrachten een gemakkelijke baan hebben. Maar ik daag die mensen uit om ook eens zes uren per dag les te geven. Een goede les geven, begelei den, de orde bewaren en en passant ook nog opletten omdat de onderwijs inspectie over je schouder meekijkt. Het vraagt veel energie. Daar komt dan ook nog eens bij dat er veel extra werk is (correctie en voorbereiding), dat er veel vergaderingen zijn en dat er in het onderwijs veel vernieuwin gen zijn. Er is wel extra geld voor het onderwijs, maar daarvan gaat maar heel weinig naar het personeel. Tot slot heb je ook nog het feit dat de jeugd veel mondiger is geworden. Dat betekent ook datje meer met sociaal- emotionele problemen geconfron teerd wordt in deze overspannen maatschappij." En toch wil Van Heukelom - die zelf weer een aantal uren lesgeeft vanwe ge vacatutes - niet klagen. „Leer kracht zijn, is geen flitsende baan van het grote geld. Het is wel het mooiste werk dat er is. Het is fijn werken met mensen op die leeftijd. Ook op het godsdienstig vlak. En bij de school moet je zijn, want daar zit de toe komst." Directeur Van Heukelom heeft naast zijn directeursbaan ook nog een aantal lesuren (als invaller) op het rooster staan.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 2001 | | pagina 11