Mantelzorgers op Tholen laten van zich horen in Sint-Annaland lil Thoolse ouderen hebben maar weinig hobby's buiten de deur Bomvolle zaal voor bijbelverhalen in modern jasje van Simon en Zo j Praet Zêêuws mit je kinders in kleinkinders 'Het zorgen voor mijn pa, leerde me leven bij de dag' 'Ze zijn onzichtbaar en staan niet vaak op de voorgrond' Van de blinde Bartimeüs tot een barmhartige baviaan Ruim helft gebruikers is tevreden over openbaar vervoer Donderdag 2 november 2000 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT 9* Tannie den Engelsman mantelzorger 4 'Waarem nisje' Scholenproject Graag gedaan Theoloog Deurloo krijgt psalmen in dialect De gemiddelde 65-plusser op Tholen heeft niet veel be zigheden buiten de deur. Meer dan driekwart van de ou deren maakt geen gebruik van recreatieve voorzieningen als clubs, sozen, ouderenbonden of kerkelijke activitei ten. Ook muziek of sport worden niet vaak beoefend. Dat blijkt uit het gemeentelijke onderzoek naar de leef baarheid voor 65-plussers op Tholen. Niet leuk Meer bussen en haltes De voorstelling van Simon en Zo die zaterdag in Meul- vliet werd georganiseerd, is een groot succes geworden. De feestzaal van het gemeenschapscentrum zat bomvol kinderen en ouders die luisterden, maar vooral ook mee deden met Simon en zusje Zo. Bijbelverhalen in een ver rassend nieuw jasje. Als je voor een ander zorgt...Iaat van je horen. Met die oproep wordt op vrijdag 10 november vanaf half twee in De Wellevaete in Sint-Annaland de dag van de mantelzorg gehouden. Het is de eerste keer dat deze dag op Tholen plaatsvindt. Bedoeld voor mensen die zich inzetten voor hun naaste; gehandicapt, ouder of chronisch ziek. Dat gebeurt belangeloos en anoniem. Het zijn ook geen vrijwilligers. Ze voelen zich betrokken bij hun naaste die hulpbehoevend is en worden mantelzorgers genoemd. De middag in De Wellevaete wordt te lang. Van half twee tot vier uur. Dat aangeboden door stichting netwerk vrijwilligers in de zorgsector Tholen. Coördinator Jacqueline Heijboer van het netwerk: „Velen staan er niet bij stil dat ze mantelzorgers zijn. Het wordt gedaan uit liefde of uit een mo rele verplichting die kinderen bijvoor beeld voor hun ouders hebben. Ze zijn onzichtbaar en staan niet vaak op de voorgrond. Met zo'n dag willen we laten zien dat een mantelzorger niet alleen in de zorg staat." Het pro gramma is daarop gericht. Het is in formatief, maar ook komisch en niet is niet zomaar. „De mantelzorger kan juist moeilijk van huis weg. Daarom hebben we het niet te lang willen ma ken. Mensen kunnen ook een gedeel te van de middag bijwonen. Met de wijkverpleging hebben we zelfs afge sproken dat die wat extra zorg ver leent, zodat de mensen makkelijker kunnen komen", zegt mevr. Heijboer. Volgens de coördinator zet elf procent van de Nederlanders zich in voor de naaste. „Reken maar uit wat dat voor Tholen betekent. De mantelzorg is hier nog vrij sterk, maar dat verandert m$M toch langzaamaan. Via de wijkverple ging (waarin ze zelf als parttimer ac tief is - red.) krijgen we die signalen. Er zijn meer mensen die van buiten Tholen hier zijn komen wonen. Zon der kinderen of van wie de kinderen veraf wonen en waar ze minder be roep op kunnen doen." Als nieuw netwerk op Tholen, wil de stichting de mantelzorgers ondersteu nen. „Een dochter die haar zieke moeder verzorgt, rolt daar vanzelf in. Het zijn meestal familieleden of men sen uit de naaste omgeving. Een vrij williger die zich bij ons aanmeldt, staat er anders tegenover. Die wil voor een paar uren per week wat doen. Bijvoorbeeld koffieschenken in een verzorgingshuis, boodschappen doen voor iemand of samen met een zieke de krant lezen. Een kind voelt het vaak als een morele verplichting Ültt! om voor zijn ouders te zorgen. Dat is verder ook goed, maar het kan voor sommigen ook heel zwaar wegen. Een vrijwilliger doet het meer uit so ciale bewogenheid. Die kan de man telzorg ontlasten." Coördinator Jacqueline Heijboer van de stichting netwerk vrijwilligers in de zorgsector Tholen houdt kantoor in het centrum Thuiszorg in Sint-Maartensdijk. Mantelzorgers treden niet graag op de voorgrond, dat geldt ook voor Tannie den Engelsman- Fase uit Sint-Annaland. Als we haar vragen voor een interview naar aanleiding van de dag van de Mantelzorg, zegt ze dat dan ook meteen. Maar toch twijfelt ze ook niet lang om er aan mee te wer ken, ze heeft wel een boodschap uit te dragen. Tijdens de periode van de intensieve zorg voor haar vader, kreeg Tannie af en toe reacties als: 'Wat investeer je toch veel, hoe kun je het allemaal doen?' „Ik moest voor mijn gevoel wel eens in de verdediging. Maar voor mij is de zorg voor mijn vader beslist niet alleen geven. Ik krijg er zoveel voor terug; het is een stuk zorg geven in een liefdevolle omgeving." De zorg voor vader begon vorig na jaar, hij werd moelijker ter been en er moest op toe worden gezien dat hij veilig beneden kwam. Geleidelijk aan had Tannies moeder meer onder steuning nodig bij de zorg voor haar man. Helpen bij het opstaan en naar bed brengen Dit voorjaar werd Tannies vader een paar weken opgenomen in het zie kenhuis. „Pa had vreselijk veel heim wee en de opname bracht hem dan ook helemaal van streek." Maar dat niet alleen, het ziekenhuis had hem kennelijk niet de zorg kunnen geven die hij nodig had en Tannies vader kwam thuis met verschillende won den van het doorliggen. De zorg door de wijkverpleging, die tot zijn zie kenhuisopname slechts bestond uit een dagelijkse wasbeurt, moest flink worden uitgebreid. „Het RIO gaf pa een verpleeghuisindicatie. Dat bete kende intensieve verpleging aan huis of een opname. We hebben het geza menlijk besproken, mijn ouders, mijn vier broers en ik. Mijn ouders wilden uiteraard graag thuis blijven en voor Reacties van lezers op de rubriek zijn welkom bij de dialectgroep Tholen, tel. 0166-602226 Om d'r wêêr 'n bitje in te kommen, is d' êêste bie- draehe vö Werèntug 'n ver slag van de Zêêuwse dia lectdag die g'ouwe wier in De Vroone in Kapelle. Ontvangst mee koffie in 'n Zêêuwse bolus is volhes ons nog 'n êêl hoed behin. De ver- haederienge öör g'opend deur de voorzitter, Kees Martens, in behin mee 't uusouweluk hedêêlte. Je ken tat wè: jaer- verslag, verantwoording van de penningmêêster, in deze kêêr hoedkeuring zonder op- of anmerkiengen. In dat hae aol- lemael in 't Zêêuws, in daerom stik leuk eiheluk. Varder óór je oalles wat a t'r zoal an verêênehiengsactivitei- ten hebeurt. Wat dienk je van ing. J.l. de Ff egt, voorzitter van de stichting De Zeeuwse Taele? De voorzitter oa anhaele de verkriehing van 'n bepaelde subsidie van de provincie. De Regt pakten de microfoon, ie keek na commesoares Van Gel der, in toen zei t'n: „Comme soares, de voorzitter is 'n êêle mij heeft daar ook nooit enige twijfel over bestaan. Dat pa in zijn eigen vertrouwde omgeving kon blijven, was belangrijk voor me. Het was voor mij geen verplichting. Voor el kaar zorgen, dat is voor mij de bedoe ling geweest van deze wereld", zegt Tannie. Een drukke tijd brak aan voor de fa milie Fase. De wijkverpleging kwam driemaal per dag voor de lichamelij ke verzorging en de wondbehande- ling van vader. Tannie assisteerde de wijkverpleegkundigen bij de verzor ging en ondersteunde haar moeder bij de verdere verzorging van haar vader als er geen verpleegkundige zorg aanwezig was. „Ik kwam 6 keer per dag bij pa en moe. Als ik er niet was, had ik altijd mijn mobiele tele foon bij me. Ik kon mijn zieke vader niet uit mijn gedachten bannen, voor al niet toen zijn situatie een week of 5 erg zorgwekkend was." Intussen had Tannie thuis haar gezin met man en 3 kinderen, ze behoort daarmee zoals ze het zelf ook noemt tot de 'sand wich generatie': aan de ene kant de zorg voor je kinderen, aan de andere kant de zorg voor je ouders en zelf zit je daar tussenin." Ik wilde mijn kin deren niet belasten met huishoudelij ke taken. Ik vond dat ik hen door mijn afwezigheid al genoeg belastte en ik wilde dat ze aan deze situatie een goed gevoel zouden overhouden. Het bezwaarde me wel, totdat mijn dochter op een dag tegen me zei: 'Ma, zo zou ik dat nou ook later wil- hoeie man in a t'n wat vraegt an joe, dan mö jie dat geve. In zeker a t'n om held vraegt.'t Bleef even stille netuurluk in toen zei De Regt: „Nou maan- sen j' èn 't gööre. Die a zwiegt, stemt toe. Dus bie deze anhe- nome in inêêns notulere; 't gae vee vluhher as 't poldermedel van premier Kok. Vervolgens kwam prof. dr. R. van Hout aan de beurt over de erkenning van streektalen in het algemeen. Het Nedersak- sisch en het Limburgs zijn al erkend door de Europese Commissie. Dat probeert men voor het Zeeuws eveneens ge daan te krijgen, hetgeen subsi die kan opleveren ter onder steuning van de activiteiten om ons dialect te bevorderen. (Mocht u hier meer van willen weten, bel ons dan gerust op). Daarna 'Psalmen in het Zeeuws' - dat wil zeggen de streektaal van Nieuw- en Sint- Joosland - door Wim Joosse, nu 85 jaar oud, die daar twintig jaar aan heeft gewerkt. Het boek is uitgegeven in samen werking met het Nederlands Bijbelgenootschap, waarvan len'. Toen viel er een hele last van me af." Tannie is eigenlijk de spil van een team mantelzorgers, haar broers dra gen allevier hun steentje bij. Thijs helpt bijvoorbeeld iedere doorde weekse dag om kwart voor één samen met Tannie vader in bed. "Als we pa dan moeten verleggen, slaan we let terlijk en figuurlijk de handen in één. Het geeft een geweldig gevoel om sa men onze pa zo te kunnen helpen!" De anderen helpen weer op andere momenten van de dag, zoals Ewoud regelmatig s'avonds helpt om vader naar bed te brengen. De band met haar broers en haar ouders is door de situatie nog sterker geworden." Want we kwamen al 'uut 'n êêl waarem nis je'", lacht Tannie. Heel de familie- en de kennissenkring leeft mee en zij zijn door hun bezoekjes en hand- en spandiensten vader en moeder Fase en hun kinderen ook tot steun. Zonder de professionele hulp van de Ooster- schelde thuiszorg had dhr. Fase niet thuis kunnen blijven. Tannie en haar broers hebben veel van de wijkver pleegkundigen geleerd; van tiltech- niek tot wondverzorging. En ze kun nen hun zorgen aan hen kwijt. Er is ook altijd goed overleg geweest over de afstemming van de te verlenen zorg door de wijkverpleging en de mogelijkheden die de familie had. „Als mantelzorger staat je gevoel bo venaan en het was moeilijk te zien hoe pijnlijk en vermoeiend de behan deling vaak was. De wijkverpleeg kundigen dSden wat het beste was voor pa en hielpen mij daarbij door moeilijke momenten heen." Zonder twee personen in Kapelle aan wezig waren. Bij het Bijbelge nootschap is de gedachte dat iedereen de Bijbel in zijn eigen taal moet kunnen lezen; dus ook in streektalen als het Zeeuws. Het eerste exemplaar werd overhandigd aan com missaris van de koningin Van Gelder, het tweede aan de heer Joosse zelf die zijn werk daarmee voor het eerst in boekvorm in handen kreeg. De theoloog die hem al die jaren geholpen heeft om aan de grondteksten van de Bijbel recht te doen, prof. dr. K. Deur- loo, was ook aanwezig en kreeg eveneens een exem plaar. Hij zei: „Ik komme van 't land van d' oahe boamen (van Poortvliet) in dae bin 'k hröös op." Je snapt, die kon bie ons hin kwaed mêê doen. Eêst nog 'n optraejen van Kantööi mee 'n paer liedjes in de streektaele van Schouwen in daenae hezaemeluk 'n Zêêuwse koffietaefel. 't Gieng 'r hoed in. 'k Zag iemand die Vooral bij mensen die op sterven lig gen, kan het voor kinderen of part ners heel zwaar zijn om weken of maanden achtereen in touw te zijn om de zorg aan de zieke te verlenen. „Bij terminale zorg wordt er steeds meer een beroep gedaan op een meldpunt. Dat wordt nu nog ver zorgd vanuit Schouwen, maar op den duur willen we dat vanuit Tholen gaan regelen", zegt mevr. Heijboer. Over het werk van het meldpunt zal zij op de dag van de mantelzorg een inleiding houden. Daarnaast zal Ank Verschoor uit Tholen vertellen over haar ervaringen als vrijwilligster en coördinator van Graag Gedaan waar ze al 20 jaar bij betrokken is. „Zij zal vertellen over haar drijfveren; waar om ze dat werk voor een ander wil doen." Een voorbeeld uit de praktijk wordt door Ans Schilders en Ineke de Man ten tonele gebracht. Ze spelen twee zussen die hun dementerende moeder naar het verzorgingshuis hebben ge bracht. Ze beelden twee verschillen de types uit: „De een is emotioneel en neemt veel van de zorg op zich. De ander is zakelijker. Wil wel wat doen, maar kiest meer voor haar ei gen leven. Het is een optreden met een lach en een traan. Eenvoudig en voor iedereen begrijpelijk." Burgemeester W. Nuis opent de mid dag. „We hebben bewust iemand van de lokale overheid gevraagd, want het heeft ook aandacht van de gemeente nodig. Ze mag er best op gewezen worden dat de mantelzorg een onmis baar deel van de gezondheidszorg is. Als die er niet zou zijn, dan zouden er meer mensen in een verpleeghuis worden opgenomen. Dat durf ik stel lig te beweren", zegt de coördinator. Ze weet dat uit de praktijk als wijk verpleegkundige. „Ik heb voor de in zet van partners voor hun zieke man of vrouw heel veel bewondering. Vaak hebben ze er een heel netwerk van familie omheen, anders kunnen ze het niet volhouden." de thuiszorg had dhr. Fase niet thuis kunnen blijven, maar ook zonder de ze mantelzorgers had dat niet gekund. Bovendien zegt Tannie veel onder steuning te hebben ontvangen van de pastorale begeleiding vanuit de kerk. Zo heeft alles zijn plaats in het ge heel. Neem nou de doktersassistente; Tannie kwam soms bijna dagelijks bij haar over de vloer. Er vond veel vuldig overleg plaats over de te be stellen materialen voor de verpleging van Tannies vader. Gelukkig gaat het nu beter met hem en is er ruimte voor leuke dingen, zoals een veijaardags- visite of een wandeling door het dorp. „Toen ik met pa door de Voor straat reed, kwamen we de doktersas sistente tegen. Het was voor beiden leuk om met elkaar kennis te maken; ze hadden al zo veel van elkaar ge hoord!" De zorgmomenten, zoals Tannie ze noemt, zijn een stuk minder gewor den. De wijkverpleging kan haar va der nu alleen verzorgen. „Dat was even slikken toen ik terug kwam van vakantie en de thuisblijvers dat had den geregeld." Maar ze vindt het nu goed zo. Terugkijkend zijn haar veel vuldige bezoeken aan haar ouders haar nooit te veel geweest. „Nee, ik ging liever op bezoek bij vader dan dat ik instanties moest bellen voor het aanvragen van voorzieningen. En ik heb ervan geleerd te leven bij de dag. Ik kon in die drukke periode niet anders. Ik probeerde een paar dagen vooruit te plannen, maar meer kon ik niet overzien." Tannie kijkt uit naar de dag van de Mantelzorg. Ze hoopt 10 november ervaringen met anderen uit te kunnen wisselen. Zoiets van: 'Heb jij dat ook?' Bijvoorbeeld de eerste drie da gen van je vakantie een ziek gevoel hebben van de vermoeidheid die eruit komt en het niet op je horloge hoeven kijken. Wie kan zich dat voorstellen? Andere mantelzorgers vast wel. d'r wiehe at in Indonesië he- staen oa, stroopvet smaere. In oak de spekkosten gienge grif van d' and. 's Middags het zogenaamde scholenproject: een schoolles in het openbaar over het Zeeuws, onder leiding van le raar Piet Scheerders. Daarin werd getest welke dialect woorden bij de kinderen be kend waren. Het bleek dat ze heel wat van deze woorden niet kenden, hoewel hun ou ders allemaal uit Zeeland kwa men. Daerom is 't êêl belan- griek om mit je kinders in kleinkinders Zêêuws te bluve praeten, want 't is 'n stikje van d'r eihe cultuur. In wat a weg is, kom nie trug. Laet je nie wiesmaeke a ze daedeur min der hoed ABN zouwe praete. Want d'r is hebleke at vö d' uutspraek van 't Nederlands hêên inkel verschil uutmaekt of a je as kind dialect hepraet eit of nie. Er volgde nog een prachtig op treden, met zang en gitaarmu ziek, van Anja Kopmels en En gel Reinhoudt in dialect. En een verhaal in de streektaal van Zuid-Beveland door Ber- tus Limonard. Waarna de mid dag werd afgesloten met het zingen van drie coupletten van het Zeeuwse volkslied. Je oa d'r bie motte weze. Jacob en Tonny Duijzer. i Het voorzieningenniveau voor oude ren is op Tholen redelijk op peil, maar wordt er ook gebruik van gemaakt? Die vraag stond ondermeer centraal in het rapport met de conclusies van het onderzoek. Ten eerste de recre atieve voorzieningen. Opvallend is dat driekwart van de ouderen niet meedoet aan voor hen georganiseerde activiteiten. De reden is meestal dat men de activiteiten niet interessant vindt of dat aan de gewenste activitei ten niet in de eigen woonplaats kan worden deelgenomen. De klankbord groep die zich heeft gebogen over de resultaten van het onderzoek, heeft dan ook aan de gemeente de aanbeve ling gedaan om met de betrokken or ganisaties per plaats te onderzoeken wat onder ouderen de behoefte is aan activiteiten. In het kader van het on derzoek hebben zich 26 vrijwilligers gemeld die mee willen helpen met het organiseren van activiteiten voor ou deren. Zeven vrijwilligers wonen in Tholen, drie in Poortvliet, één in Scherpenisse, vijf in Sint-Maartens dijk, twee in Stavenisse, drie in Sint- Annaland, één in Oud-Vossemeer, drie in Sint-Philipsland en één in An na Jacobapolder. Een aanbeveling is, dat er zo snel mogelijk contact wordt gezocht met deze mensen om te zien hoe zij zich verdienstelijk kunnen maken. Met de deelname aan sociale bezighe den is het niet geweldig gesteld onder de ouderen. Driekwart doet niet mee aan clubs of kerkelijke activiteiten. Bijna 85 procent doet niet aan sport en bezoekt ook geen bijeenkomsten van een ouderenbond. En meer dan 90 procent bezoekt geen soos, speelt geen muziek en volgt- geen cursus. Een deel van deze mensen (ongeveer een kwart) geeft aan dat de gezond heid hen niet toestaat zulke dingen te doen. Maar bijna de helft vindt de ge boden activiteiten gewoon niet leuk en nog eens één op de tien zegt de sfeer niet prettig te vinden. Opvallend genoeg geeft ook bijna 22 procent van de ondervraagden aan helemaal geen tijd te hebben voor dergelijke zaken, vanwege drukke bezigheden op ander gebied. Het aanbod stemt dus niet overeen met de vraag. Vandaar de aanbeveling om eens te kijken naar de werkelijke behoefte onder ouderen. Wie de cij fers bekijkt, ziet dat er ook per kern nogal verschillen zijn. Zo blijkt in Poortvliet bijvoorbeeld geen enkele van de ondervraagde 65-plussers re gelmatig (ongeveer wekelijks) naar een club te gaan. Dik 84 procent komt er zelfs nooit. In Sint-Maartensdijk en Oud-Vossemeer ligt dat echter toch heel wat anders. In de smalstad be zoekt 9,2 procent van de ouderen we kelijks een club en in Oud-Vossemeer is dat 6,7 procent. In deze laatste plaats zit 'slechts' iets meer dan de helft van de ouderen niet op een club. De rest komt er af en toe. In Stavenis se bezoeken de minste mensen een vereniging. Sozen en ouderenbonden blijken eveneens niet bijster populair. Over de hele gemeente gezien, bezoekt slechts 1,6 procent van de 65-plussers regelmatig bijeenkomsten van oude renbonden en 2,5 procent komt regel matig bij de soos. In Stavenisse en Poortvliet komt niemand met regel maat bij de soos of ouderenbond. Ei genlijk blijken clubs nog het meest populair. Een kwart van de ouderen gaat daamaartoe, variërend van zo nu en dan tot vaak. Daarnaast scoren ook kerkelijke activiteiten iets beter. Iets minder dan een kwart van de 65-plus- sers bezoekt deze bijeenkomsten wel eens. Nummer drie is een bezoekje aan een restaurant of café. Krap 22 procent van de ondervraagden komt wel een paar keer per maand in zo'n gelegenheid en 2,2 procent verkeert daar zelfs regelmatig. In Oud-Vosse meer en Sint-Maartensdijk is dat per centage het hoogste met respectieve lijk 3,6 en 3,1 procent. In Poortvliet, Scherpenisse en Stavenisse zijn er volgens het onderzoek geen ouderen die regelmatig het café in duiken. Het minst populair onder de ouderen zijn cursussen. Slechts 6,1 procent volgt een cursus. Ook muziekbeoefe ning is niet zo in trek met slechts 7,4 procent van de ouderen die hier iets aan doen. Derde is de soos waar bijna één op de tien 65-plussers wel eens komt. Degenenen die wél meedoen aan een activiteit buitenshuis, geven voor het merendeel aan dat ze dit doen omdat de activiteit leuk is en voor de gezel ligheid. Maar ruim een derde zegt het ook te doen om in beweging te blij ven. Zestien procent wil op deze ma nier eenzaamheid voorkomen en 4,5 procent doet mee op doktersvoor schrift. Als één van de redenen om niet aan een bezigheid buitenshuis mee te doen, werd het ontbreken van ver voer aangegeven. In 6,7 procent van de gevallen was dat een reden. Van alle ondervraagde ouderen geeft bij na 80 procent aan nooit gebruik te maken van collectief vervoer (bel bussen, WVG-vervoer, teletaxi etc.). Veruit de meesten hebben het naar ei gen zeggen niet nodig. Ruim 9 pro cent zegt regelmatig van deze dien sten gebruik te maken. Van degenen die dat nooit doen, zegt één op de twintig dat hij of zij niet op de hoogte is van het bestaan van collectief ver- voer. Nog eens 1,8 procent weet wel dat het bestaat, maar meent dat hét in i Tholen niet beschikbaar is. De klank- bordgroep die het onderzoek bege- i leidde, adviseert de gemeente dan ook alle ouderen persoonlijk een brief te sturen met daarin de informa- tie over alle aanwezige voorzienin- gen in de gemeente. Afgezien van het collectieve vervoer, t gaat dik 80 procent van de ouderen nooit met het normale openbaar ver- J voer mee. De rest stapt wel regelma- - tig in bus of trein. Opvallend is dat 5 van degenen die er wel gebruik ma-. ken, gemiddeld ruim de helft tevre den is over het openbaar vervoer- Overigens verschilt dat sterk per kern. In Poortvliet is 76,5 procent van J de oudere gebruikers tevreden overt het openbaar vervoer. In Scherpenis- se is dat 66,7 procent, in Tholen 63,2 i procent, in Sint-Maartensdijk 60 pro- cent, in Sint-Philipsland en Anna Ja- cobapolder 52,2 procent en in Stave-1 nisse exact de helft. Negatieve uitschieters zijn Oud-Vossemeer J waar maar 37 procent van de ouderen 1 tevreden is over het openbaar vervoer y en in Sint-Annaland is dat zelfs nog minder, namelijk 28,6 procent. De ouderen die nooit met het open- baar vervoer reizen, geven meestal als reden aan dat ze zelf vervoer heb- ben of het via familieleden hebben geregeld. Daarnaast zijn er klachten j over de slechte verbindingen en aan- sluitingen en bushaltes die te ver jj weg liggen. Meest genoemde moge- lijke verbeterpunten voor het open-1 baar vervoer zijn meer bushaltes en meer bussen. Maar dat lijkt een uto- pie, want de BBA heeft juist vele J haltes op de tocht gezet om sneller te j kunnen rijden. Nu komt er alleen i nog een halte aan de rand van een dorp. D- Het Smalstads Mannenkoor (hier optredend in Ten Anker) telt ook enkele 65-plussers, maar de meeste ouderen doen niets aan muziek. Bij het verhaal over de blinde Bartimeüs krijgen de deelnemende kinderen allemaal een blinddoek voor. Even later zullen ze achter Simon (die Bartimeüs speelt) aanlopen om te leren bedelen. Het podium van Meulvliet wordt niet gebruikt voor de twee uur durende voorstelling (onderbroken door een half uur pauze). Het publiek (meer dan 330 kinderen) zit met de mg naar het podium op de grond en de twee toneelspelers Simon (Harry Nijhof) en zusje Zo (Fredie Nijhof) staan op de parketvloer met een kleurig en fantasierijk decor van pa nelen en netten. Het programma heet 'Ergens in de verte' en het echtpaar Nijhof speelt hierin verhalen uit, rond het leven, sterven en de opstanding van Jezus Christus. Ook worden er liedjes ge zongen. Nadat Irma Piet (één van de initiatiefnemers) de middag heeft ge opend met een gebed, gaan Simon en zijn zusje Zo van start. De ge boorte van Jezus wordt onder meer uitgebeeld, maar ook de genezing van de blinde Bartimeüs. En het ver haal van de barmhartige Samaritaan, wordt in een eigentijds jasje gegoten- met een politieman, een dominee en een 'barmhartige baviaan', waarvan sommige kinderen toch wel even schrikken. Diverse kinderen worden uitgenodigd om mee te doen. Aan vankelijk worden vijf jarigen (die hier hun partijtje houden) gevraagd, maar die durven nog niet. Aan ande re vrijwilligers is echter geen gebrek, want de kinderen waarderen de voor stelling duidelijk. -t- -1

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 2000 | | pagina 9