„Slapeloze nachten over vertrek van leerlingen naar Krabbendijke" „Geen tijd om me te gaan vervelen" Publiciteitsbeluste F rigge benadeelt wielercomité V Donderdag 15 juni 2000 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT 3 Verknocht is hij aan wat in 22 jaar toch wel een beetje 'zijn' school is geworden. En toch neemt hij vrijwillig de beslissing om per 1 augustus te stoppen. A.A. Meloen, directeur en vestigingsleider van het Scheldecollege in Sint-Maartensdijk, gaat andere dingen doen. Want stil zitten kan hij niet. Directeur A.A. Meloen verlaat Schelde college in Sint-Maartensdijk 'Ik zou geen leraar worden bij wie de krijtjes en sponzen rond de oren vlogen' Zwaar voor vrouw Niet thuis zitten Decaan Overal brood Sfeer vriendelijker Zwarte bladzijde Openbaar Tolerantie 'Respect krijg je niet omdat je directeur bent, dat moet je verdienen' Schade obstakels Dorpsweg Oud-Vossemeer Telefoons gemeente slecht bereikbaar Calvijncollege Tholen Schelde college Sint-Maartensdijk Calvijncollege Goes Calvijn college Krabbendijke 't Rijks V Schelde college Bergen Moller VMBO Groen Scheidend schooldirecteur Meloen: Tijd voor kinderen Vestigingsleider A.A. Meloen zal de voormalige Burg. Bouwenseschool aan Onder de Linden zeker gaan missen. De inmiddels 60-jarige Meloen werd geboren in Krabbendijke. Maar die Zeeuwse achtergrond zou hem later niet beletten het land in te trekken. Na de lagere school koos Meloen voor de ambachtsschool. Hoewel dat voor vele Nederlanders een logische keuze was, lag dat in het gezin Meloen anders. „Ze von den het thuis eigenlijk maar niets. Mijn vader was fruitkweker en zei tegen me: 'Je mag alles worden, be halve fruitkweker, want daarmee is niets te verdienen'. Mijn broer ging naar de mulo en men had verwacht dat ik ook wel zoiets zou gaan doen. Maar dat trok me niet. Ik was altijd al gefascineerd door de elektrotech niek. Op mijn vijftiende ging ik werken bij een installatiebureau en daarna ging ik naar de PZEM (nu Delta Nutsbedrijven). Eén van mijn docenten aan de ambachtsschool stimuleerde me om verder te gaan. Hij dwong me bijna om een avond opleiding te gaan volgen. Daar gaf hij dan ook zelf les, dus het was zijn brood", vertelt Meloen. „Overdag werkte ik als opzichter aan de eerste 150 kilovoltlijn (hoogspannings masten) van Roosendaal naar Vlis- singen. In de avonduren leerde ik verder. Ik heb een mbo- en hbo-op- leiding gevolgd. Ik zat in Goes op school en een docent vond dat ik wel geschikt was om docent te wor den. Later ben ik nog op zijn af scheid geweest en daar vertelde hij trots dat er één klas was geweest (de mijne) waaruit zeven leerlingen in het onderwijs terecht waren geko men. Eén was er directeur gewor den (dat was ik) en een andere di recteur-generaal van het ministerie van onderwijs." Bij Meloen groeide gaandeweg de wens om zijn vak over te brengen aan anderen. Eigenlijk was dat het keerpunt in zijn carrière. De over stap van het praktische vakwerk waarvoor hij aanvankelijk uit volle overtuiging had gekozen, naar het meer theoretische lesgeven. En daarmee waren de veranderingen nog niet op. „Ik was 26 toen ik de overstap naar het onderwijs maakte. Mijn vrouw en ik waren net twee jaar getrouwd toen ik drie brieven schreef op advertenties uit onder- wijsvakbladen. Arnhem, Assen en ergens in de Flevopolder. Ik werd in Arnhem aangenomen. Het was een christelijk nationale school, een lts. Bijna een jaar lang lag ik in de kost. Ze vonden dat ik nogal ver weg woonde en daarom zei de directeur dat ik een aangepast rooster zou krijgen, zodat ik 's maandags niet zo vroeg hoefde te beginnen en 's vrijdags niet te laat klaar was. Maar toen ik mijn rooster thuisgestuurd kreeg, moest ik op maandag om acht uur beginnen en had ik 's zater dags nog vier lessen!", herinnert Meloen zich nog. „Ik moest op maandagmorgen in mijn Fiatje om vijf uur weg, want je was drie uren onderweg in die tijd. Er waren nog geen ruime, gebaande wegen. Alle maal enkele banen en je moest dwars door de steden (Breda, Nij megen). Nou ja, dat heeft maar drie kwart jaar geduurd. Het probleem was dat er heel moeilijk een huis te vinden was in Arnhem. Maar uitein delijk zijn we verhuisd en kwamen we op een flatje driehoog te zitten. Dat is met name voor mijn vrouw best zwaar geweest. Onze tweede dochter is daar geboren en je hebt er geen enkel familielid of kennis zit ten." Samen met nog twee andere leer krachten werd Meloen benoemd op de lts in Arnhem. „Als laatste die erbij kwam, kreeg je alle restlessen toegewezen. Ik moest Nederlands en natuurkunde gever), terwijl ik daar totaal onbevoegd voor was. Ik had de bevoegdheid elektrotech niek. Bovendien maakten we toen overuren. In die tijd kon dat nog", vertelt Meloen. De Zeeuw in den vreemde was en is nog steeds niet groot van postuur. Integendeel, hij is tenger en klein. Het laat zich ra den dat het creëren van een over wicht op leerlingen die groter wa ren dan hij niet zo vanzelfsprekend was. „In die periode heb ik overi gens met mezelf de afspraak ge maakt dat ik geen leraar zou wor den bij wie de krijtjes en sponzen om de oren vlogen. Als dat toch het geval zou zijn geweest, zou ik er mee stoppen en terug gaan naar het bedrijfsleven. Maar ik heb het altijd leuk gevonden om met jongeren om te gaan en ik heb ook altijd goed met de collaga's kunnen samenwer ken." De lts waarop Meloen werkte, fu seerde met de lhno (lager huishoud en nijverheidsonderwijs). Een voorteken, want in zijn loopbaan zou hij nog twee fusies meemaken. „Het samengaan van de lts en lhno was overigens een heel gebruikelij ke combinatie. De onderwijssoor ten lagen dicht bij elkaar en men vond het toen ook goed dat er 'ge mengd publiek' op de scholen kwam. Op de lagere school zaten jongens en meisjes toch ook bij el kaar, dus heb ik het altijd wat onlo gisch gevonden om die twee in het voortgezet onderwijs te scheiden." Eenmaal aan het werk, bleef Me loen niet stilzitten. Dat zit nu een maal niet in zijn aard. „Ik had de eerste bevoegdheid elektrotechniek (praktische vakken), maar daarna heb ik ook het pedagogisch getuig schrift gehaald en later onder meer de akte elektrotechniek in de theo retische vakken en de bevoegdheid voor natuur- en scheikunde. Ik heb wel eens geprobeerd om een winter thuis te zitten, maar dat was niets voor mij. Ik heb ook nog een akte creatief tekenen behaald. We kre gen daarbij les van een kunstschil der. En toen ben ik eigenlijk voor het eerst geïnteresseerd geraakt in iets heel anders dan techniek. Tot dan toe draaide daar eigenlijk alles om. Die kunstschilder had een flin ke bibliotheek met allerlei boeken over kunst en bouwstijlen. En die mochten we lezen. Ik vond het fan tastisch." Het ging vooruit met de docent. Hij ging wonen in een nieuw huis in Dieren, mooi midden in de bossen. Meloen ging les geven aan de lera renopleiding waar hij zelf zijn op leiding had genoten en ook volgden er gastlessen aan de hts. Een vol gend markeerpunt in zijn loopbaan kwam in 1968. „Toen kwam de mammoetwet. Daarin werd onder meer bepaald dat ook alle techni sche scholen een decaan moesten hebben. De directeur zei dat we er maar eens over moesten denken wie dat baantje wilde hebben. Een aan tal mensen heeft toen gesolliciteerd en ik ben het geworden. Daar moest ik dan wel weer een twee jaar du rende cursus voor volgen", zegt Meloen, die vindt dat decanaat en directie gescheiden moeten zijn. „Toen ik hier in Sint-Maartensdijk kwam, was de adjunct-directeur ook decaan. Dat heb ik geprobeerd te scheiden, want een decaan moet al leen oog hebben voor het belang van de leerlingen, terwijl de direc teur ook met andere zaken rekening moet houden. Dat kan soms tegen strijdigheden oproepen." Nadat de school in Arnhem fuseer de, zaten er 1100 leerlingen op. Me loen solliciteerde op een functie als staffunctionaris en kreeg de baan. Hij maakte onder meer de roosters. Het lesgeven werd steeds minder en besloeg nu nog maar de helft van de werkdagen van Meloen. „Ik merkte dat het organisatorische werk bin nen de school me erg aantrok. Toen op een gegeven moment de elektro nica opkwam (transistoren enzo voort) veranderde het technisch on derwijs. En ik dacht: Wat wil ik nu nog? Hts, mts? Ik ging nu in de vak bladen ook eens naar de adverten ties kijken." En toen - in oktober 1978 - zag hij de vacature voor een directeur op de lts Burgemeester Bouwenseschool in Sint-Maartensdijk. „De functie op zich leek me wel wat, maar wil je wel weg? We hadden het er fijn. Geen familie in de buurt, maar wel veel vrienden en kennissen. Onze kinderen gingen er naar school en we hadden een kerkgenootschap ge vonden waar we ons goed thuis- voelden. We kenden Tholen niet. Toen waren de dammen er nog niet en als we naar Zuid-Beveland gin gen, reden we over Bergen op Zoom. Ik vroeg aan mijn vrouw: Zou je op Tholen willen wonen? En zij zei toen letterlijk: Ach, ze bak ken overal brood", vertelt Meloen die bij het eerstvolgende bezoek aan zijn familie in het Zeeuwse, een rondje over Tholen reed. „Het was in de winter en heel kaal en vlak. Wat troosteloos eigenlijk." En toch solliciteerde hij naar de functie. De Burgemeester Bouwenseschool was destijds een integraal door de ge meente bestuurde school. Dus de gemeenteraad was het bestuur van de school. Er waren dan ook twee sollicitatiecommissies. De eerste bestond uit burgemeester Baerends (die overigens net daarvoor be noemd was), secretaris Benou, de wethouders Moerland, Koopman en Scherpenisse en de vertrekkende di recteur. De tweede commissie be stond uit de adjunct-directeur en vertegenwoordigers van het perso neel en de ouderraad. Meloen werd uit de 27 sollicitanten ('ze zeggen dat dat er evenveel waren als voor de functie van burgemeester') uitge kozen. „Dan realiseer je je pas dat je allerlei touwtjes door moet gaan snijden. Je moetje huis verkopen en een nieuwe woning bouwen in Sint- Maartensdijk. Dat duurde een jaar en in de tussentijd woonden we in de woning van mijn voorganger aan de Parallelweg", weet Meloen nog. Meloen kwam in een school van 318 leerlingen terecht, allemaal jongens en ook het personeel bestond voor het overgrote deel uit mannen. En nu was hij dus directeur zonder lessen, zonder werken met de handen waar het allemaal mee begon. „Ik heb dat praktische werk nooit gemist. Ik heb veel zaken aangepakt, ook buiten de school. Omdat ik in veel organisaties heb gezeten, had ik ook veel contac ten en die hebben mij en de school voordeel opgeleverd. Dat was be langrijk voor de school. Een direc teur moet ook volgens mij geen les blijven geven. Een schoolleider is meer een manager die randvoor- waardenscheppend bezig is. En dat betekent dat je andere kanalen moet zoeken om de leerlinge te leren ken nen." De Burgemeester Bouwenseschool groeide onder Meloen uit tot net geen 400 leerlingen in de topperiode. Toch was dat niet genoeg en weer kwam fusie in beeld. „De minister trok de opheffingsnormen alsmaar omhoog en door die veranderende wetgeving moesten we, om het hoofd boven water te houden, om ons heen kijken. We begonnen ge sprekken met de lhno in Tholen (huishoudschool in de Oesterschelp - red.). Maar net in die tijd werd Tho len aangewezen als proefgebied voor het project 'funderend onderwijs' waarbij een betere afstemming tus sen het lager en voortgezet onderwijs werd beoogd. Ik heb dat toen mee helpen opzetten. En omdat je geen twee grote dingen tegelijk kunt doen, kwam de fusie even op een laag pitje te staan", vertelt Meloen. „Maar de besprekingen werden beginjaren '80 weer hervat en ook de gemeentelijke mavo werd daarbij betrokken. We kwamen in 1986 uit op een fusie tot de Thoolse Scholengemeenschap (TSG). Een school voor mavo, Ito en lhno. We hadden in totaal zo'n 750 leerlingen. Uit de solicitanten voor het directeurschap werd ik wederom gekozen. Het was het soort onder wijs dat de minister wel zag zitten. Maar even vrolijk werden de op heffingsnormen alsmaar verhoogd." Meloen geeft toe dat de fusie deels een noodzakelijke was, maar dat er toch ook wel een onderwijskundige kant aan zat. „Het werd een gemeng de school met jongens en meisjes en mannen en vrouwen. Dat heeft de sfeer in de school heel anders ge maakt. Voorheen was het met de mannen onder elkaar toch een harde wereld. Maar als er vrouwen bij ko men, gedragen mannen zich toch an ders. De sfeer werd vriendelijker", aldus Meloen. „En toch kwam er toen een minder plezierige periode." De tijd waar Meloen over spreekt, is de zwarte bladzijde uit zijn onder- wijsboek. „Er kwam reformatorisch onderwijs in Krabbendijke, mijn ge boortedorp nota bene. En veel ou ders van leerlingen op onze school kozen ervoor om hun kinderen naar Krabbendijke te laten gaan. Dat heeft wel pijn gedaan en ik heb er echt slapeloze nachten van gehad. Het is toch je school die zo getroffen wordt", zegt Meloen. „Wij waren weliswaar openbaar, maar we hiel den terdege rekening met de school bevolking. En die bestond uit een flink aantal leerlingen met een refor matorische achtergrond. Maar het mocht niet baten. En dan moet je gaan snijden. We konden niet meer aan de opheffingsnorm voldoen wat de mavo betreft. En dan hak je die afdeling er maar af. Zoiets doet altijd pijn." De directeur richtte zijn ogen verder. „Ik wist uit mijn contacten in den lande dat de lumpsum-financiering eraan zat te komen en dat het decla ratiesysteem zou verdwijnen. We moesten op zoek naar fusiepartners. Dat was niet gemakkelijk. Men wil de liever zelfstandig blijven, maar ik heb uiteindelijk de neuzen dezelfde kant op kunnen krijgen, ook in de bestuurscommissie. Net over de brug waren diverse scholen al volop bezig met fusiegesprekken. Wij konden daarbij aansluiten", zegt Meloen die een fusie onontkoombaar noemde. „Als we het niet hadden gedaan, was het slecht afgelopen. En ik vind dat er op Tholen dit soort onderwijs moet blijven. Het zorgt namelijk ook voor een stukje leefbaarheid. Kinde ren die in je eigen regio naar school gaan maken het levendig. En de pro vincie heeft in opdracht van het rijk naar de herverdeling van het onder wijs gekeken en gezegd dat er in Sint-Maartensdijk vmbo-onderwijs moet blijven." De TSG zocht toenadering tot de Brabantse scholen en die kwam er. Maar het ging niet zonder slag of stoot. „Er zijn pittige besprekingen geweest. Het heeft me eerlijk ge zegd verbaasd dat het nieuw ge vormde Schelde college een openba re school is geworden. Petrus Canisius, de Lage Meren en Onze Lieve Vrouw ter Duinen waren na melijk allemaal katholiek. De O. El- semanschool was algemeen bijzon der onderwijs en wij waren openbaar", aldus Meloen. „Maar de gemeente Bergen op Zoom wilde graag het Schelde college stichten en dan zou het openbaar moeten worden." De fusie ging door (de Thomas mavo uit Halsteren haakte uiteindelijk af) en in 1995 was het Schelde college een feit. „Dat was voor ons in Sint-Maartensdijk een voordeel, want nu konden we ook een ivbo-afdeling beginnen voor leerlingen die wat moeite hebben met leren. Dat hebben we dan ook acuut gedaan." Tijdens de realisatie van de fusie kreeg Meloen financiën, beheer en gebouwen onder zijn hoede. Die post hield hij als directeur na de fu sie ook. „Ik wilde geen algemeen di recteur worden. Daar was ik (toen 55 jaar) te oud voor naar mijn zin. Ik had namelijk voor mezelf al bepaald dat ik er (bij leven en welzijn) op mijn zestigste mee wilde stoppen. En de post financiën, beheer en ge bouwen lag me wel. Ook daar ben je weer randvoorwaardenscheppend bezig. Ervoor zorgen dat er goed on derwijs kan worden gegeven", aldus Meloen die na zijn vertrek in de cen trale directie wordt opgevolgd door dhr. Verbeek die een financiële ach tergrond heeft. „Dat vond ik belang rijk. Een school moet een aantal vakbekwame mensen in de directie en het bestuur hebben. Een financië le man in de directie, een jurist en accountant in het bestuur. Niet al leen maar 'pedagoochelaars'. Laat die maar lesgeven." Blijkbaar was het besluit om te stop pen dus een al langer geleden gepas seerd station. „Ja, ik kan terugkijken op 35 fantastische jaren in het on derwijs. Dat is lang niet iedereen ge gund en vele van mijn collega's zijn gesneuveld. Maar blijkbaar heb ik wat er nodig is om het vol te kunnen houden. En ook heb ik blijkbaar mijn werk gedaan zoals het moet, want ik ben er nooit uitgetrapt. Maar ik heb mijn 40 dienstjaren er ruim schoots opzitten en ik wil ook nog wel eens andere dingen doen." Terugkijkend op 35 jaar onderwijs, ziet Meloen toch wel duidelijke ver anderingen. „We zijn veel toleranter geworden ten opzichte van de leer lingen. Dat is op zich goed, maar ik heb wel eens het gevoel dat we op een glijbaan zitten. Mensen moeten respect voor elkaar hebben. Maar respect krijg je niet vanwege het feit dat je leraar of directeur bent. Dat moet je verdienen en dat gaat met kleine stapjes. Soms vooruit, soms achteruit", meent Meloen die wel een strenge directeur was, maar nooit één van straf op straf. „Ik ben ervan overtuigd dat het geen zin heeft om strafwerk te geven en als iemand dat niet doet, nog meer straf uit te delen. Met praten bereik je vaak veel meer. Je moet een zeker charisma hebben. Als je bij het min ste of geringste straf uitdeelt, ben je verkeerd bezig als leerkracht. Je moet creatief zijn en de leerlingen laten zien waarom ze hun gedrag moeten veranderen. Ik heb in Arn hem eens twee jongens (echte boe ven uit het Spijkerkwartier) voor straf bij mij thuis laten komen op een zaterdag. We hebben samen de auto gewassen en zijn daarna koffie gaan drinken en hebben een praatje gemaakt. Het waren echt geen lie verdjes, maar dat koffiedrinken, heeft toch effect gehad. Ik kon er in elk geval wel mee overweg." Meloen zegt dat hij na het afscheid niet in een gat zal vallen. „Ik heb nog genoeg te doen, denk ik. Maar je weet het nooit. Misschien zit ik me zelf wel wat aan te praten en zal het wel heel moeilijk zijn. In elk geval wordt het wennen om na 22 jaar he lemaal niets meer te zeggen te heb ben. Ik kan hier hooguit nog eens een kopje koffie gaan drinken, maar daar houdt het dan mee op. Dat ge voel is wel vreemd. Maar daar denk ik nu niet aan. En opruimen doe ik ook niet. Daar heb ik geen tijd voor. Eerst de zaken goed overdragen." Donderdagavond 8 juni is er me nig telefoontje geweest tussen de leden van het wielercomité Oud- Vossemeer. Met verbazing en woe de werd kennis genomen van het verslag in de Eendrachtbode van de raadscommissie gemeentelijke ontwikkeling. Daarin geeft mevr. E. Frigge-Hogesteeger het wieler comité de schuld van de vernielin gen aan de obstakels in de Dorps weg te Oud-Vossemeer. Hoe bent u op het idee gekomen om dit op het bord van het wielercomité te leggen? De wielerronde had plaats op 18 maart en begin juni brengt u een en ander als punt in bij de commissie gemeentelijke ont wikkeling. Wanneer hebt u de be schadigingen geconstateerd? Ook na 18 maart komt er klein en groot ver keer met de nodige moeite door de Dorpsweg. Mogelijk is er zelfs een paard met huifkar in de Dorpsweg geweest, en je moet het een paard maar over kunnen brengen: links, rechts, links, rechts, links, rechts. De comitéleden die de obstakels na de wielerronde teruggeplaatst heb ben, zijn er allen van overtuigd dat dit op een correcte manier gebeurd is. Dit is door de bewoners van de Dorpsweg bevestigd. Is het mevr. Frigge bekend, dat er schade is aan een niet verplaatsbaar obstakel? Wij zijn van mening dat de publici teitsbeluste mevr. Frigge met deze beschuldigingen weer een poging heeft gedaan haar naam in het nieuws te krijgen. Dat is haar gelukt, alleen zal de gezochte publiciteit ons inziens in haar nadeel zijn. Het zou u als inwoner van Oud-Vos semeer gesierd hebben, indien u van te voren met het wielercomité over dit onderwerp zou hebben gespro ken in plaats van in het wilde weg deze beschuldigingen in de schoe nen te schuiven van een klein groep je vrijwilligers, dat zich elk jaar in zet bij het organiseren van de wielerronde. Die vrijwilligers (die al zo moeilijk te krijgen zijn) een trap nageven, hoort zeker niet bij een bestuurder van de gemeente. Mevr. Frigge zou ook nog kunnen denken aan de ob stakels die het wielercomité - via het Groene Kruis - voor de inwoners van Oud-Vossemeer opgeruimd heeft bij het schenken van geld voor de aankoop van allerlei benodigdhe den. Wij betreuren het zeer, dat wethou der Van Kempen zich voor de (huif)kar van mevr. Frigge heeft la ten spannen. Mevr. Frigge: dit kost u stemmen van lezers. Namens het wielercomité: A. Havermans, voorzitter T. Versluijs, secretaris M.A. Wessels, penningmeester. Een aantal hoofden van dienst en bureauchefs van de gemeente Tho len is sinds kort een mobiele tele foon rijker, maar de bereikbaarheid laat te wensen over. De keuze is na melijk gevallen op het merk Dutch- tone, waarvoor een Amerikaanse komiek destijds aansprekende ad vertenties maakte. Ook b. en w. van Tholen bezweken daarvoor en lie ten het nationale KPN vallen omdat Dutchtone goedkoper was. „Maar de bereikbaarheid van de ambtena ren is er niet door vergroot", zei raadslid Van Belzen (CU) maandag avond in de commissie middelen. „Dat is even zo geweest", zei bur gemeester Van der Munnik. Chef fi nanciën F. Keur maakte echter dui delijk, dat het nog niet helemaal goed zit met het bereik van Dutch tone. Er moet namelijk eerst nog een steunzender bijkomen. Die is in Oud-Vossemeer gepland. In de raadzaal in Sint-Maartensdijk is het bereik overigens wel goed, zo de monstreerde chef personeelszaken B. van Olffen. Taxatiedag. Op 1 juli van 11 tot 4 uur organiseert het veilinghuis Chris tie's een taxatiedag in De Meestoof te Sint-Annaland. Van voorwerpen uit de periode 1880-1940. Voor het mavo-examen slaagden uit: Tholen: Caroline Aarnoudse, Lies- beth Andriesse, Judith Burger, Crista Copier, Jantien van Gorsel, Desiree Hoogendoom, Heieen Kooistra, An- nemieke Melse, Lydia Oostdijk, Ma rieke Priem, Jan van der Scheer, An- nemieke Schot, Jacoba Schot, Freddy Simons en Maijon Smit. Oud-Vossemeer: Niels Aarnoudse, Mariska van Gorsel en René van Gorsel. Sint-Annaland: Agnes den Engels man, Leonard Ketting, Leontien van Keulen, Sander Koppejan en John de Rooij. Stavenisse: Arinda van Dijke, Caro- la van Dommele, Corine Eerland, Jacoline Eerland en Rolinda Vos. Sint-Maartensdijk: Mark Bosman, Adriana van Haaften, Ilona de Jong, Chrétiënne de Keijzer, Peter van Oe- veren en René Oudesluijs. Scherpenisse: Eduard Baaijens, Wendela Bolier, Marianne Kleppe, Niels Lindhoud en Minke van der Slikke. Poortvliet: Martine de Graaf, Karo- lien Krijger en Adriaan Snoei. Bergen op Zoom: Rudi Joosse. Dinteloord: Hans den Uil. Halsteren: Dianne Pansier. Aan het Schelde college zijn de vol gende leerlingen geslaagd voor het examen BOUWTECHNIEK. Tholen: Mari- us Bal, John Hasny, John v.d. Hoek, Hennie van Houdt, Atjen van de Klundert, Ad van Meel, Johnny Pol- lie, Wim Tichem, Erwin de Visscher. Oud-Vossemeer: Piet Fase, Ivanka van der Meulen. Sint-Annaland: Dennis Borst, Ma thijs van der Graaf, Richard Hcge, Andor Keur, Jan Uijl, Amo Vorsten- bosch, Erik van Vossen. Stavenisse: Jan-Kees Wesdorp. Sint-Maartensdijk: Jurgen Krey- veldt, Govert v.d. Rhee. Poortvliet: Hans Bouman,. Bergen op Zoom: Wesley Aertssen. METAALTECHNIEK. Sint-Anna land: Konny Burgers, Richard Fase, Pieter Lindhoud. Sint-Maartensdijk: Edward van Dorrestein, Rachid Morabit, Tommie Rijnberg. Poortvliet: Richard v.d. Velde. VOERTUIGENTECHNIEK. Sint- Annaland: Edwin Geuze, Jaco van Meggelen. Scherpenisse: Erik Suurd. Poortvliet: René Denissen. Sint-Philipsland: Benjamin Suur- lant. Bergen op Zoom: Friso Rozema. VERZORGING. Tholen: Lenny Bierens, Anouk Jansen, Michael Je- roense, Siham Mohammed A Hus sein, Kim Pollie, Nadja Zakriti. Sint-Annaland: Joyce van Driesten, Carola Giljam, Lennard Hage, Alex Hermans, Tamara Jeroense, Marion Poot. Sint-Maartensdijk: Antoinette Ab- bing, Nadia Achahbar, Farida Allali, Liesbeth Dam, Sabrina van der Hoe ven, Linda van Hooff, Marit van Po- pering, Tim Vergouw, Kelly Voshol. Stavenisse: Leona Elenbaas, Jeanet Vogelaar, Angela van Vossen, Adrienne Walhout. Scherpenisse: Danielle Franken, Cecillia Oppelaar, Kim Schuurmans. Poortvliet: Marian Bezemer, Karla Burgers. Aan de vestiging Goes van het Cal- vijn college slaagden voor het exa men: VWO.Oud-Vossemeer: Bram Deij. Sint-Annaland: Jorien Roeland en William de Rooij. Stavenisse: Corine de Ruiter. Sint-Maartensdijk: Aijan Knuist. Sint-Philipsland: Willem Ridder hof. HAVO. Tholen: Rianne Bijl, Marie ne Geluk, Hendrik de Jongste, Onno Lindhout, Nelleke Priem. Oud-Vossemeer: Martijn Minhee- re. Sint-Annaland: Evert Goedege- buure, Tanneke Gunter, Annemiek Hage, Kees Quist. Stavenisse: John Klippel, Alice Vo gelaar. Scherpenisse: Jaap Bazen, Adriaan Klippel. Poortvliet: Kees van Dieren. Aan de vestiging Krabbendijke van het Calvijn college slaagden voor het examen: BOUWTECHNIEK. Oud-Vosse meer: Adriaan van Beelen. Sint-Annaland: Martijn van Lit. ELEKTROTECHNIEK. Oud-Vos semeer: Henry Aarnoudse, Jaap De- ij- Sint-Philipsland: Bart Steijn. HANDEL EN VERKOOP. Oud- Vossemeer: Janneke Aarnoudse. Scherpenisse: Lizette Andriesse, Annemieke Suurland. METAALTECHNIEK. Tholen: Marchel de Frel, Herman de Jonge. Oud-Vossemeer: Ard Duine, Adri aan Kersbergen. Sint-Annaland: Eduard Goedege- buure. Stavenisse: Berend Klippel, Marijn Priem. Sint-Maartensdijk: Matthijs Goe- degebuure. Scherpenisse: Kees Andriesse, Her man Uyl. Sint-Philipsland: Martin van der Welle. VERZORGING. Tholen: Hanna van Homoet, Carola Knuist. Sint-Annaland: Tineke Quist. Stavenisse: Judi Bentschap Knook. Sint-Maartensdijk: Johanneke Be velander. Scherpenisse: Corina Bazen, Nelia Rijstenbil. Poortvliet: Maartje van Houdt, Jan neke van Houdt, Erika Jansen. Sint-Philipsland: Johanneke van der Reest. Aan de regionale scholengemeen schap 't Rijks te Bergen op Zoom zijn geslaagd voor het examen: VWO. Tholen: Judith Bogert, Wal- die Hanser. Stavenisse: Martijn Potappel. Sint-Maartensdijk: Chantal Bijl, Erik Scherpenisse. Scherpenisse: Marleen Oostdijk. HAVO. Tholen: Sharon Braai, Anouk Broeren, Wilfred Overbeeke, Joyce Tichem, Bas van Zundert. Oud-Vossemeer: Jolinda van Gor sel, Mariska Richter Uitdenbo- gaardt, Pascal Richter Uitdenbo- gaardt. Sint-Annaland: Anne Hage, Renée Quist, Iman Rijnberg. Stavenisse: Colinda Smits. Sint-Maartensdijk: Richard de Jong. Scherpenisse: Mark Smits, Mark Vroegop. MAVO. Tholen: Sherida Quist. Sint-Maartensdijk: Tarita Meye, Miranda Oostdijk. Aan het Schelde college te Bergen op Zoom slaagden de volgende Thoolse leerlingen. MOTORVOERTUIGENTECH NIEK: Halim Tihani uit Tholen. VERZORGING: Shantie Changur uit Tholen en Inge Mantel uit Oud- Vossemeer. ADMINISTRATIE: Heidi van Dijk uit Oud-Vossemeer. Aan het Mollerlyceum te Bergen op Zoom zijn geslaagd voor het exa men: GYMNASIUM. Tholen: Irene van der Meulen, Sarah de Rijke, Janneke Westerweel. ATHENEUM. Tholen: Hélé-Anne de Goffau, Jens Kunst, Sarah Lam- mers, Bonny Raadsen. Oud-Vossemeer: Lieke van Gorsel, Walco Verbiest. Sint-Annaland: Gerard van den Heuvel. HAVO. Tholen: Elma Burger, Jo- ram Dees, Bram Hage, Wouter Troost. Sint-Annaland: Miranda Calsijn, Harm den Haan. Sint-Philipsland: Michel van der Reest. MAVO. Tholen: Laura Bijl, Job van Damme, Chantal Peper, Suzan Troost. Sint-Annaland: Mariska van 't Hof, René van Oudenaarde. Poortvliet: Jelle Helsen. Aan het VMBO Groen te Sommels- dijk zijn de volgende Thoolse leer lingen geslaagd: Tholen: Hans Burger (tevens lasdi- ploma). Oud-Vossemeer: Jenny van Hecke. Sint-Maartensdijk: Harm de Wil de. Sint-Philipsland: Patricia van der Giesen (tevens lasdiploma), Anna bel Lampen, Peggy Pastoor, Eduard van Westen. Anna Jacobapolder: Marcel Wage- maker. Op 29 juni neemt A.A. Meloen afscheid als vestigingsleider van het Schel de college in Sint-Maartensdijk en als lid van de centrale directie. Hij wordt in de smalstad opgevolgd door de huidige adjunct-directeur mevr. M. Spapen. Meloen krijgt zeeën van vrije tijd, zeker gezien het feit dat de schoolzaken hem niet alleen overdag, maar ook vaak 's avonds bezig hiel de. Maar tijd om zich te vervelen zal hij naar eigen zeggen niet krijgen. Meloen is nooit iemand geweest van stilzitten. In zijn 35 jaar lange onder- wijscarrière voelde hij zich steeds uitgedaagd om allerlei studies te gaan volgen. Van diverse onderwijs akten en diploma's tot aan creatief schilderen toe. Maar niet alleen in de studiesfeer had Meloen veel te doen naast zijn dagelijkse werk. Hij nam ook zitting in vele besturen en orga nisaties. Zo was hij in zijn Arnhemse periode secretaris van de decanen- kring en gaf hij gastlessen aan diver se scholen. Daarnaast is hij voorzit ter van de examencommissie elek trotechniek. „Iets dat ik nog tot 2002 blijf doen. Dan komt er een heel an der systeem en dan stop ik. Door die commissie had ik veel contacten met andere scholen", zegt Meloen. Ook was hij lid van de vakorganisatie VDB van directeuren in het beroeps onderwijs. „In die hoedanigheid had ik met enige regelmaat contact met onder meer de staatssecretaris. Uit dien hoofde wist ik als eerste dingen die er gingen veranderen. Terwijl ve len zeiden: die lumpsum-financie ring (een vast budget waarmee de scholen zelf rond moeten zien te ko men - red.) zal zo'n vaart niet lopen, wist ik dat die er hoe dan ook zou komen. Daar kun je dan voor je school je voordeel mee doen. Je kunt overigens alleen maar in dergelijke besturen zitten, als je school daar ook achter staat. Je moet een goed team hebben. En dat is in Sint-Maar tensdijk zeker het geval. Het zijn voor het overgrote deel echt gemoti veerde mensen die het juiste vak hebben gekozen. Een enkeling leeft echt naar het einde toe. En dat is triest. Persoonlijk heb ik nooit één dag gehad waarop ik met de pest in naar school ben gegaan." Maar ook in het maatschappelijk le ven buiten het onderwijs om, heeft Meloen genoeg te doen. Zo was hij voorzitter van de voormalige streek- VVV Eiland Tholen. Nadat deze or ganisatie fuseerde (de zoveelste fusie voor Meloen) met zusterverenigin gen op Zuid-Beveland, werd Meloen ook voorzitter van de nieuwe VVV Zuid-Beveland en Tholen. „Ik heb die fusie tot stand helpen brengen. En ik wilde graag zien dat wat we be gonnen zijn, ook slagen kan", aldus Meloen die overigens voorlopig niet denkt aan stoppen met zijn werk voor de VVV. „We hebben nu een direc teur voor een halve week - een volle dige baan kunnen we simpelweg niet betalen - en die verdient veel steun van het dagelijks bestuur. Daarnaast wil ik graag dat Tholen goed op de kaart blijft." En ja, niets doen is niet de stijl van Meloen. Alhoewel hij grote beslissingen het liefst over denkt als hij 's avonds laat alleen in zijn kamer zit met een glas cognac en een goed muziekje op. Een andere passie van Meloen is zeilen. Hij heeft dan ook een boot in de jachthaven van Sint-Annaland liggen. „En je weet hoe dat gaat. Als men hoort dat er iemand met enige ervaring in het onderwijs en met de nodige fusies achter de rug, veel tijd over heeft, dan komen ze vaak vanzelf. Dat lijkt me ook wel wat. Een beetje advieswerk. En dan zijn er ook de kinderen nog. Er ligt al een heel lijstje van wat er nog moet gebeuren", zegt de direc teur die ondanks het feit dat hij uit de praktijk verdween, zijn handigheid nooit is verloren. Meloen adviseerde een concierge die op de school in Sint-Maartensdijk werkte en die hij stimuleerde om het onderwijs in te gaan, wel om één ding anders te doen dan hij. „Neem meer tijd voor je stu die, zodat je je kinderen kunt zien op groeien. Want dat is bij mij niet goed gegaan. Gelukkig kan ik nu wat inha len bij mijn twee kleinkinderen."

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 2000 | | pagina 3