2®(M§!1 MM Beheerder C. Menheere moet soms tussendoor even een knorretje doen Gasten camping Stavenisse helpen en leven met elkaar mee Donderdag 14 augustus 1997 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT 7 DE THOOLSE COURANT DE THOOLSE COURANT Hydrauliekslangen Handelsonderneming Van Beers Techniek B.V. tavenis.se. Aan de Scheldseweg, op het LJ meest westelijke punt je van Tholen, ligt camping Stavenisse. Het is een heel eind rijden voor de toerist die van 'over de brug komt. De camping ligt er rustig bij, badend in het zonlicht en de bomen die om het terrein staan, rui sen in het verkoelende briesje. Campingbeheerder Kees Menheere zit op z'n knieën aan de rand van het zwembad. Voor hem zijn het hoogtijdagen. „Routine", zegt Menheere. Hij is bezig om de filters in de rand van het zwembad te legen. De pompen zuigen daarin allerlei vuil dat in het water terecht komt, zoals bladeren van de bomen. „Hier begin ik eigenlijk elke dag mee. Maar nu loop ik nogal achter op schema." Het is inderdaad al tien uur, terwijl de beheerder al vanaf half acht uit de veren is. Maar voor veel gasten maakt dat niet zoveel uit. Slechts enkelen verlaten hun bed even vroeg als Menheere. Nu, om tien uur, komt de stroom echter pas goed op gang. Maar ja, het is nu eenmaal vakantie. Kreukelberm Vakantie, jawel, maar niet niet voor Menheere en zijn familie. Het is hoogseizoen. En aangezien het weer perfect is, zit de camping dan ook vol. Dat is wel anders geweest dit jaar. „Tja, het is buitengewoon slecht begonnen. Regen en niet warm. Dat merk je toch wel in de aanloop. Een topzo- mer wordt het niet. Zo'n slecht be gin maak je echt niet meer goed. Al wordt het nog tachtig graden. Maar vooruit, we hebben op het moment niet te klagen over de drukte", zegt de beheerder, terwijl hij naar het kantoortje loopt. Over iets anders heeft hij echter wel een klacht. Midden in de bouwvak vakantie besloot het waterschap Zeeuwse Eilanden om vlak voor zijn camping de zogenaamde kreu kelberm (de basaltblokken onderaan de zeedijk en op het strand) op te gaan trekken. „We hadden die dag een zeskamp, dus in eerste instantie had niemand er zo'n erg in. We zagen die kraan wel staan, maar we wisten niet waar die voor was", vertelt een verbolgen Menheere. „En toen bleek dat ze over een paar honderd meter de kreukelberm had den opgetrokken. We hadden in de loop der jaren een mooi paadje gemaakt tussen de ba saltblokken door. Dan konden de kinderen veilig bij het water komen. Maar nu ligt er een wal van stenen waar je bijna niet overheen komt. Heel raar. Ik heb dan ook wel aan de bel getrokken en het werk is ge stopt, maar het leed is al geschied. Beheerder C. Menheere (links) van camping Stavenisse en zijn zwager C. Nagelkerke die het horeca-gedeelte beheert. Hoe moeten mijn gasten nu aan de dijk recreëren?" Kabelkrant Normaal gesproken is Menheere niet zo snel kwaad. Integendeel, hij blijkt een man die wel van een grapje houdt. Dat blijkt als een dame voor de slag boom staat te wachten tot ze erdoor gelaten wordt. Menheere doet net of hij zeggen wil: Blijf daar nog maar een kwartiertje staan. „Zie je? Zo moet je omgaan met je gasten", lacht de Stavenissenaar. In zijn kan toortje (annex receptie) staan alle be nodigdheden om de administratie bij te houden. Een groot bord met alle namen en standplaatsen van de campinggasten erop, een computer, een kopieerma chine en een hele reeks mappen en ordners. In een hoek staat ook de computer waarop de kabelkrant van de cam ping wordt gemaakt. „Elke stand plaats heeft een aansluiting. In 1980 is het hele terrein op z'n kop gegaan. Toen hebben we meteen ook die aansluitingen meegenomen. We wa ren toen één van de eerste campings die zo'n kabelkrant hadden. Nu heeft bijna iedereen er één. We begonnen met een Commodoretje met alleen tekst in verschillende kleuren en drie lettertypen. Simpel, maar het werkte wel. Nu staat er een moderne pc te draaien met allerlei plaatjes erop." Camping Stavenisse werd in 1969 opgezet door het echtpaar Van der Sande. Zo'n 21 jaar later namen dochter en schoonzoon Kees en In de zomermaanden trekken vele Nederlanders eropuit. Een groot aantal vertrekt naar een buitenlandse bestemming, maar anderen zoeken het meer in eigen land. Niet altijd gaat op: Wat men ver haalt is lekker. Nee, ook Ne derland heeft het nodige te bieden. Zeeland is een toeristische provincie bij uitstek. Stranden, dijken, zee, zon en frisse lucht zijn ingrediënten die als sinds de levensdagen van Jan Toorop en Piet Mondriaan mensen naar Zee land lokken. De hoofdstroom zet koers naar de Noordzeekust, maar ook Tho len krijgt er heel wat inwoners bij. In al die recreatiewoede zijn er bedrijven en mensen die niet op hun achterste kunnen zitten, maar juist zo'n acht we ken hard aan de bak moeten. In deze aflevering van Zomerse Drukte: de camping. Beheerder C. Menheere toont aan R. Driessen (links) hoe de stofzuiger voor het zwembad werkt. Enkele gasten kijken geïnteresseerd toe. Thea Menheere-v.d. Sande het be drijf over samen met de zus en zwa ger van Menheere: Kees en Anja Nagelkerke-Menheere. De familie Nagelkerke ontfermt zich hoofdza kelijk over het horecagedeelte van de camping (de kantine, frituur en het winkeltje), terwijl Menheere en zijn vrouw het beheer van het terrein op zich nemen. De Stavenissenaar komt overigens helemaal niet uit de recreatiesector. „Nee, ik heb nog een paar jaar op een zandzuiger gewerkt, omdat ik altijd wilde varen. En ik ben vrachtwagenchauffeur ge weest bij Geuze transport", vertelt Menheere. „Toen ik verkering kreeg met Thea ging ik natuurlijk ook een beetje meehelpen op de camping. En in de weekeinden ging ik met mijn schoonvader mee. Want ik dacht: Daar is het altijd vakantie. Nou, daar ben ik dus nu wel achter gekomen. In het hoogseizoen heb ik zo'n vier a vijf uurtjes slaap per nacht. Het is heel druk. Soms moet je dan tussen door even 'een knorretje' doen." Zoutzuur Een paar gasten komen vragen waar de post blijft. De PTT is laat van daag. Anderen komen om muntjes voor de douche of voor de wasma chine. „Het blijft lopen. En zo gaat dat de hele dag", zegt Menheere. Achter hem zijn een aantal mensen bezig met het plannen van allerlei activiteiten. Want de tijd dat een camping een grasveld met een was hok was, is voorbij. „Echt voorbij. De mensen willen een stuk kwaliteit voor hun werk. De zaak moet er net jes bij liggen. De voorzieningen moeten goed zijn en er moet voldoende georganiseerd worden", zegt de beheerder. Daar om organiseert de camping dingen als zeskampen, voetbalwedstrijden, kanotochten, playbackshows, kaart en dartavonden. Want ook de vakan tiegangers (en vooral hun kinderen) willen vermaakt worden. Menheere moet naar het zwembad. Eén van de plezierige extra's van de camping. „Er zijn altijd mensen die niet in het zeewater komen. Maar het is natuurlijk slechts een klein zwembad, 's Middags zit het hier echt vol", legt de Stavenissenaar uit, terwijl hij drie kleine glazen flesjes met water vult. „Dat is om de kwali teit van het water te controleren", antwoordt hij op de vraag naar het waarom. „Je bent aan zoveel regels gebonden. Een aantal keren per dag moet je het water controleren. Of er de juiste hoeveelheid chloor in zit en of de ph-waarde (zuurtegraad) goed is. Is de ph-waarde niet goed, dan ga je het chloor ruiken. Dat is namelijk een teken dat er twee stof fen met elkaar reageren. Als er even wicht is, gebeurt dat niet. En er wordt op gecontroleerd. Ze kunnen van de provincie ineens langskomen en om het logboek vra gen." Menheere loopt met de flesjes naar een schuur waarin behalve een bakfiets en een hoop gereedschap ook de pomp en het filter voor het zwembad staan. Hij doet in elk fles je een pilletje. „Die moeten eerst op lossen en over een paar minuten kan ik dan de metingen verrichten. Is de ph-waarde van het water te laag, dan moet er zoutzuur bij", zegt Menhee re en hij schudt het kannetje met het gevaarlijke goedje. „Maar het gaat maar met hele kleine hoeveelhe den", zegt hij geruststellend. Geen spijt Een gast van de camping, Rino Driessen uit Terheijden, gaat de bo dem van het pierenbadje schoonma ken. Men zou verwachten dat daar voor het zwembadje leeg moet zijn, maar niets is minder waar. Via een pomp, een flexibele slang en een ap paraat dat een kruising vormt tussen een trekker en een stofzuigermond wordt de bodem onder water schoongezogen. „Je moet van alle markten thuis zijn", lacht Menheere, terwijl hij naar de kantine loopt voor een kopje koffie. Daar is zijn zwager Kees Nagelker ke in de weer. Nagelkerke reed voor heen samen met zijn broer op een melkwagen. Maar zoals deze 'SRV-wagens' overal in den lande het onderspit delven, kwam ook voor Nagelkerke het moment dat er teveel geïnves teerd moest worden om de zaak nog voort te zetten. Daarom stapte hij sa men met Menheere in camping Sta venisse. Van de melk naar het bier en de frisdranken dus. De koffie komt op tafel. Geen van beide mannen heeft ooit spijt gehad van de sprong in het re- creatie-ondernemerschap. „Je hebt er eigenlijk ook geen tijd voor om dat eens af te gaan zetten tegen vroe ger", zegt Menheere. Zijn zwager vult aan: „Nadelen zijn er natuurlijk ook. Dat heeft elk beroep. Maar je bent bijvoorbeeld wel eigen baas." „Voor wat dat waard is dan", vult Menheere wat cynisch aan. Maar toch: wat zijn de voordelen van zo'n baan? Nadelen zijn er genoeg. Druk te, terwijl anderen uit kunnen rusten. De zorgen om het terrein en de voor zieningen. En nooit op vakantie kunnen in de zomermaanden. „Ik denk dat het omgaan met mensen een leuk onder deel van dit beroep is. En je werkt altijd met mensen die in een vakan tiestemming zijn. Dat is heel pret tig" Dat het niet altijd even gemakkelijk is om met mensen om te gaan, weet Menheere ook. „Je moet ook wel eens conflicten tussen mensen op lossen. En je moet ook regelmatig zaken het ene oor in en het andere uit laten gaan. Als je alle problemen die je tegenkomt mee zou nemen naar huis, heb je geen leven. Ik zal niet zeggen dat je een mensenkenner moet zijn, maar een bruut houdt dit werk niet vol", zegt de beheerder, terwijl hij de televisiegids ongeo pend weggooit. „Daar heb ik toch geen tijd voor." Een campinggast komt naar de receptie. „Heb jij een sleutel van die caravan naast ons? Want daar brandt het licht in de wc nog", zegt de man. Als hij vertrok ken is, zegt Menheere: „Dat bedoel ik nou. Er is een stuk sociaal gevoel hier, sociale controle ook. Dat is prettig, vooral ook in de winter als het hier minder druk is. Dan komen er toch nog mensen - voornamelijk in het weekeinde - hiernaartoe." Zonnig humeur Menheere merkt op dat het slechte voorseizoen de gasten ook in hun stemming raakt. „Je merkt heel dui delijk dat de mensen minder kunnen hebben als het regent. Ze klagen over dingen die hen normaal niet op zouden vallen of waar ze overheen zouden stappen. En als het zonnetje schijnt, is men veel opgeruimder. En dat is ook niet zo gek, want naar een camping kom je niet voor de regen", zegt Menheere die naast zijn werk ook secretaris is van de vereniging van samenwerkende campinghou ders Tholen. Als zodanig is hij niet zo blij met de ontwikkelingen op toeristisch gebied in Zeeland. „Steeds meer word je be perkende maatregelen opgelegd. Toen ik hier als jongen kwam, kon je vrij de slikken op. Je kon overal de dijk over en zwemmen. Nu is dat voorbij. Ze hebben de Oosterschelde dichtgetimmerd en tot natuurgebied gemaakt. Maar de recreatiemogelijk heden zijn er niet op vooruitge gaan", zegt Menheere. „En is het nou zo'n ramp om wat meer op de recreatie te letten. Een gebied waar gewaterskied kan worden of een stukje toegankelijk slik bijvoorbeeld. Je mag nu geen pieren meer spitten, maar vroeger mocht dat overal en toen kwamen de meeuwen op de rand van je emmer zitten. En nu nog steeds. Waarom mag het dan ineens niet meer?" Menheere vindt ook dat Tholen als toeristisch gebied ontdekt moet wor den. „Het is rustig, maar het zou geen kwaad kunnen als er wat meer te doen was. Tholen is een mooi ei land en dat zou meer gepromoot moeten worden", vindt Menheere. „De gemeente kan daarin een actie vere rol spelen dan nu het geval is." Actief Langs één van de paadjes bij de in gang staat een klein campingwinkel- V V-y V V- V v tje. Voor de deur zit Jannie van der Heijden uit Breda. Schort voor, zit ze te praten met enkele andere cam pinggasten. En ze roept: 'Lekkerder dan bij Janny kannie'. De Brabantse is een vaste gast die al vanaf het begin op de camping komt. De acht weken die ze hier door brengt, ligt ze echter niet te luieren in de zon, of te zwemmen in het wa ter. Nee, ze werkt in het winkeltje waar ze onder meer brood, warme broodjes, eieren, broodbeleg, snoep en (fris)dranken verkoopt. „Ach, ik ben niet zo iemand die he le dagen op haar achterwerk zit. Ik steek graag de handen uit de mou wen. En bovendien ben ik toch maar al leen, dus zo kom ik onder de men sen en ik help de campingbeheer ders er nog mee uit de brand ook", zegt de Bredase en dat betekent dat ze een hele dag in touw is. „Maar dat vind ik niet erg. En het is hier sowieso een camping waar de gas ten actief zijn. Dat trekt me zo aan deze plaats. De mensen kennen en helpen elkaar. En het is hier heerlijk rustig." Ria van Duuren, die zelf in de cafe taria meehelpt, is het met mevr. Van der Heijden eens. „En ik kan zelf niet eens. tegen de zon. Dus als ik dan kan helpen in een cafetaria, dan is dat toch leuk en nuttig?" Op de zonnige paden van camping Stavenisse heerst inmiddels behoor lijk wat bedrijvigheid. Mensen gaan op pad om iets te ondernemen op de fiets of lopend. Een paar heren hel pen een vrouw met het plaatsen van een hekje rond haar caravan. „Zo gaat dat hier. Ze helpen elkaar en leven mee", zegt Rino Driessen. „Toen één van de gasten die hier al wel dertig jaar zit, te horen kreeg dat hij kanker had, waren we er allemaal van on dersteboven. Maar nu duidelijk is geworden dat het toch geen kwaad kan, zijn we ook weer allemaal blij." Driessen zet zich op de cam ping bijzonder in om met name de oudere jeugd iets te bieden. „De jongeren van dertien tot twintig jaar hangen er vaak maar zo'n beetje bij. Er is eigenlijk maar weinig voor hen. En hoe gaat dat? Als ze zich verve len, komt er rottigheid van. Gaan ze drugs gebruiken of iets dergelijks", zegt Driessen. „Wij proberen met ze te praten. Gewoon, eerlijk. En iedereen is dan gelijk. Dan merk je dat die jongelui best aan te spreken zijn. We hebben van de week een fantastische jeugd- dag gehad. Met allerlei spelletjes en wedstrij den. Het is zo goed aangeslagen bij de oudere campinggasten, dat ze al lemaal kwamen kijken. Een aantal mensen heeft in totaal bijna 700 oliebollen gebakken, een ander maakte pannenkoeken en er was een barbecue. Ouderen kwa men spontaan met zakken snoep aan. Het was geweldig. En zo kan het ook. Dat moet je vast zien te houden, want de jeugd heeft de toekomst." Slabbecoornweg 38, 4691 RZ Tholen tel. 0166-603497 Ook op zaterdagochtend geopend van 8.00-12.00 uur Advertentie I.M. Mevr. J. van der Heijden in 'haar' winkeltje.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1997 | | pagina 7