'Waterschap Tholen laat sporen
na in de harten van de mensen'
Meer betrokkenheid
met organisaties in
waterschapsbestuur
Hervormd Tholen bouwt nieuw
verenigingsgebouw Wingerd
Dijkwerkers met
versleten ruggen
Historie kan ook bouwsteen zijn voor toekomstig beleid
Omwonenden bang voor overlast en minder privacy
Donderdag 14 november 1996
EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT
7
"Het leest als een roman."
Tijdelijk dijkgraaf H.
Eversdijk van het water
schap Zeeuwse Eilanden
(op 18 december neemt
hij afscheid) maakte
meteen maar reclame voor
het boek dat de 37-jarige
geschiedenis van het
voormalige waterschap
Tholen beschrijft.
Vrijdagmiddag kreeg hij
in Haestinge te Sint-Maar
tensdijk het eerste exem
plaar van 'Van Rumoirt tot
Razernij' uit handen van
J.L. van Gorsel.
De Vossemeerder was de
laatste - waarnemend -
dijkgraaf van Tholen.
Niet afbreken
Stoomgemaal
Drie tegenstemmers
Van Gorsel bezorgd over draagvlak
Het zou te overwegen zijn om bij waterschapsverkiezin
gen het personenstelsel te vervangen door het lastenstel
sel. Niet om politieke partijen een gooi te laten doen naar
een bestuurszetel, maar organisaties op het terrein van
bijvoorbeeld landbouw en milieu, en woningcorporaties.
Hoofdingeland J.L. van Gorsel van Zeeuwse Eilanden
zei dat vrijdag in Sint-Maartensdijk.
Dilemma
Slangen voor
hogedrukreinigers
Handelsonderneming
Van Beers Techniek B.V.
Kroonjuweel
De Hervormde' Gemeente Tholen gaat een nieuw vereni
gingsgebouw neerzetten. Op de plaats van de huidige
Wingerd verrijst een gebouw van twee verdiepingen. Het
zou eind volgend jaar gereed moeten zijn. Tegen de
bouwaanvraag is door drie mensen bezwaar gemaakt bij
de gemeente. Zij verwachten in toenemende mate over- Spelende kinderen
last.
Historie 37 jaar waterschap Tholen
Werken aan de zeedijken was 'ruggenwerk'. Dijkwerkers
hadden aan het einde van een dag vaak het gevoel zo
krom als een hoepel te zijn. Ze hielden versleten ruggen
en enkels over aan het lichamelijk zware werk. Werk dat
op Tholen en Sint-Philipsland nog lang op de traditione
le manier werd uitgevoerd. Dit beschrijft mevr. J.L.
Kool-Blokland in het boek 'Van Rumoirt tot Razernij.
Waterschap Tholen 1959-1995'.
141 hoofdingelanden
Tïiinders moeten
drainagewater
hergebruiken
Scheepswerven
in het Zeeuwse
Agrarisch
Waterschap mag
niet met klemmen
en kunstlicht op
konijnen jagen
Eversdijk was blij met dit eerste his
torische boek over een deel van het
grondgebied van 'zijn' waterschap.
Werken over de andere fusiepart
ners - de waterschappen Walcheren,
Noord- en Zuid-Beveland en Schou-
wen-Duiveland en het wegschap
Walcheren - staan op stapel. De
dijkgraaf bedankte schrijfster mevr.
J.L. Kool-Blokland, de begelei
dingscommissie en iedereen die
materiaal voor het boek beschikbaar
stelde. Hij vertelde genoten te heb
ben van de plakboeken van
mevrouw Van Gorsel-van Westen.
De echtgenote van de eerste Thoolse
dijkgraaf heeft jarenlang krante
knipsels, foto's en andere zaken over
het waterschap verzameld.
Uit de delen van het boek die Van
Gorsel had gelezen, concludeerde
hij dat niet alleen de geschiedenis is
vastgelegd, maar dat het boek ook
een bouwsteen kan zijn voor toe
komstig beleid. "Er is in te lezen
waarin een klein waterschap groot
kan zijn; waar we visie hadden,
maar ook waar we gezellig en kneu
terig bezig waren." Het boek straalt
volgens de oud-dijkgraaf een grote
betrokkenheid uit bij het water
schap. "Zeer zeker ook bij de mede
werkers, de ingelanden en de land
en tuinbouw." Die betrokkenheid
had ook schrijfster mevr. Kool
geproefd in de gesprekken die ze
met bestuurders en medewerkers
voerde. "Bij ieder van hen bemerkte
ik een liefde voor het waterschap,
een innige verbondenheid met het
werk en een gevoel van verantwoor
delijkheid voor het hele gebied. Dat
vond ik bijzonder en ik denk dat het
Dijkgraaf H. Eversdijk rechtsvan Zeeuwse Eilanden kreeg van J.L. van Gorsel het eerste exemplaar van het boek 'Van Rumoirt tot Razer
nij'. Tussen hen in de auteur, mevrouw J.L. Kool-Blokland.
kenmerkend is voor Tholen en Sint-
Philipsland."
Kritiek op het waterschap had mevr.
Kool ook te horen gekregen, maar
dan in positieve zin: een meedenken
hoe iets beter kon. "Soms, als het
spannend werd, zei men: Maar dat
mag u niet opschrijven. Men wilde
meedenken, niet afbreken." De
auteur zei boeken te kunnen vullen
over alles wat niet opgeschreven
mocht worden. Zoals de te grote zui
nigheid van de vooroorlogse polder
besturen en schrijnende voorbeelden
daarvan. Maar ook grappige situ
aties zoals de opdracht van een oud-
hoofd technische dienst om te teren,
ook al vroor het; toen de slang barst
te, spoot de teer hem om de oren.
Mevrouw Kool concludeerde dat het
waterschap Tholen in de bestaans-
periode 1959-1995 zijn sporen dui
delijk heeft achtergelaten. "In het
landschap en in de harten van de
mensen. Het is een periode geweest
van ingrijpende veranderingen, van
grote vernieuwingen, van integraal
waterbeheer, partiële dijkversterkin
gen en waterkwaliteitsbeheer. Maat
schappelijke processen hebben ook
het waterschap niet onberoerd gela
ten." Het waterschap groeide mee en
werd van een sterk agrarisch ge
oriënteerde organisatie een instel
ling waarin alle specifieke taakbe-
langen eigen vertegenwoordigers
kregen. "Een waterschap dat zijn
verantwoordelijkheid niet uit de
weg is gegaan, maar de uitdaging
van de maatschappelijke vernieu
wingen heeft opgenomen."
De watersnood van 1953 was de
aanleiding tot de waterschapsfusie
op Tholen, memoreerde mevrouw
Kool. Ook na de ramp van 1906
werd de roep om concentratie
gehoord, maar de aparte status van
de calamiteuze polders bleek toen
een onoverkomelijke hindernis.
Fusie op beperkte schaal had op
Tholen ook in 1874 al plaats, mede
veroorzaakt door de problematische
afwatering van de oudlandgebieden.
Door het samengaan van polders
konden de kosten voor de bouw van
een gemaal opgebracht worden. "Ik
vind het nog altijd jammer dat het
laatste stoomgemaal in Zeeland, de
'Drie Grote Polders' bij Oud-Vosse-
meer, niet is gered", zei mevrouw
Kool. Ze refereerde aan de hoge
bestuurlijke kwaliteit in het nieuwe
waterschap vanaf de eerste minuut.
De nieuwe gezworenen waren in
veel gevallen de dijkgraven van de
opgeheven waterschappen en ze
hadden een grote deskundigheid.
Dijkgraaf H. van Gorsel wist er een
eenheid uit te smeden "met een gro
te kennis van het gehele gebied en
met een bewonderenswaardige ver
bondenheid met de streek." De band
met de ingelanden was gewaarborgd
door het instellen van zeven distric
ten. Van Gorsel presenteerde in
1959 vooruitstrevende plannen
zoals de kanalisering van de Een
dracht, dijkverhogingen, afsluiting
van de haven van Stavenisse, een
vaste verbinding tussen Tholen en
Zuid-Beveland. Ook de zuivering
van het oppervlaktewater zag de
dijkgraaf als een verantwoordelijk
heid. "De zorg van de gemeenten
daarvoor was onvoldoende. De
gracht om Tholen was berucht. Het
water stonk geweldig en geen vis
kon het leven erin houden. Maar de
Thoolse schoolkinderen zwommen
nog lustig in de vest", zei mevrouw
Kool. Ze riep ook in herinnering dat
na tien jaar het waterschap Sint-Phi
lipsland bij Tholen werd gevoegd.
"Het is opnieuw de persoonlijke
kracht van dijkgraaf Van Gorsel
geweest dat er een eenheid is ont
staan."
De inmiddels hoogbejaarde oud
dijkgraaf was, met zijn vrouw, bij de
presentatie van het boek aanwezig,
evenals oud-dijkgraaf I.C. Hage.
Ook veel (oud-)medewerkers en in
geringere mate (oud-)hoofdingelan-
den toonden hun belangstelling. Ze
bekeken een promotiefilmpje van
Van Oord Werkendam over de dijk
versterking bij Sint-Maartensdijk en
zagen ook door medewerker M.C.
den Engelsman gemaakte water-
schapsbeelden.
'Van Rumoirt tot Razernij' is samen
gesteld in opdracht van het water
schap Tholen. Juni vorig jaar trok de
algemene vergadering er 90.000
gulden voor uit. Slechts de hoofdin
gelanden A.L. Aarnoudse, Chr. van
't Hof en Chr. Koopman stemden
tegen. Er zijn 1200 exemplaren
gemaakt. "Het is een leuke gedachte
dat je de opdracht mag geven en een
ander de rekening mag presenteren",
zei Van Gorsel daarover. Het boek
wordt cadeau gegeven aan alle
bestuurders en medewerkers van het
waterschap Zeeuwse Eilanden, als
mede aan oud-bestuurders en oud
medewerkers van het waterschap
Tholen.
De Vossemeerder zou zich voor
kunnen stellen dat een dergelijke
ommezwaai het resultaat is van een
evaluatie van de twee jaar geleden
vernieuwde waterschapswet. Hoe
wel er in het bestuur van Zeeuwse
eilanden vijf belangencategorieën
zijn, zijn de 62 hoofdingelanden en
gezworenen nu in feite evenzovele
partijtjes. Fracties zoals in politieke
bestuursorganen zijn er niet. Van
Gorsels suggesties zouden ertoe bij
moeten dragen, dat het waterschap
ook in de toekomst draagvlak en
betrokkenheid in het gebied houdt.
Over de betrokkenheid van de inge
zetenen uitte de Vossemeerder zijn
zorg. "Ik kijk bijvoorbeeld naar de
laatste algemene vergadering. Toen
zaten er maar twee ingelanden op de
publieke tribune. Overigens waren
dat wèl Tholenaren."
Binnen het waterschap Tholen was
de betrokkenheid altijd nadrukkelijk
aanwezig. "Niet voor niets was de
helft van de algemene vergadering
er destijds tegen, dat ze als gevolg
van de fusie naar huis werd
gestuurd", aldus Van Gorsel.
Tijdelijk dijkgraaf H. Eversdijk van
Zeeuwse Eilanden zei dat de toe
komstige bestuurssamenstelling
binnen het dagelijks bestuur onder
werp van discussie is. In december
krijgt de algemene vergadering een
voorstel voorgelegd. Het jongste
nummer van GLTO-nieuws besteedt
ook aandacht aan deze materie.
Daarin snijdt Eversdijk het dilemma
aan waarmee het bestuur worstelt:
Slabbecoornweg 38, 4691 RZ Tholen
tel. 0166-603497
Ook op zaterdagochtend
geopend van 8.00-12.00 uur
Advertentie I.M.
een zo sterk mogelijke agrarische
vertegenwoordiging bereik je met
het hanteren van kiesdistricten. Als
je tegelijk de pachters als categorie
wilt handhaven, zou dat vla het dis
trictenstelsel echter een oververte
genwoordiging opleveren. Want
elke categorie doet dan in elk district
mee.
GLTO-nieuws meldt dat het dage
lijks bestuur met zes tegen vier
stemmen een voorstel heeft aange
nomen om de pachterscategorie af te
schaffen. De gebiedsgezworenen
van Tholen (J.L.C. Mol, zelf pach
ter) en Schouwen-Duiveland zouden
dat niet steunen. Het voorstel voor
een nieuw bestuur zou zijn een 39-
koppig bestuur (nu 62), verdeeld als
volgt: ingezetenen 17 (nu 24),
gebouwd 8 (nu 13), bedrijfsge-
bouwd 8 (nu 10) en ongebouwd 6
(nu 10 5 pachters). Dit betekent
dat de landbouwvertegenwoordi-
ging in het bestuur van 24 naar 15
procent zou dalen, het gebouwd
gelijk zou blijven (21%), bedrijfsge-
bouwd zou stijgen naar 21% (van
16) en ingezetenen naar 44% (van
39).
Gebiedsgezworene Mol wil over het
bestuursvoorstel niet veel kwijt. Pas
morgen beslist het dagelijks bestuur
er definitief over, zegt hij desge
vraagd. Mol verheelt niet dat het een
gevoelige materie is. "Over het alge
meen is het dagelijks bestuur best
voor handhaven van de pachtersca
tegorie, zij het in meer of mindere
mate. Er is misschien een lichtpunt
je en daarvoor zullen we als land
bouw een meerderheid proberen te
vinden."
In Sint-Maartensdijk verzekerde
Eversdijk de aanwezigen dat de
Thoolse belangen vooralsnog in
goede handen zijn bij Zeeuwse
Eilanden. "Tholen blaast zijn partij
tje mee, zowel in de algemene ver
gadering, het dagelijks bestuur als
binnen het ambtelijk apparaat." Het
voormalige waterschap Tholen is als
een gezonde winkel overgedragen,
zonder verborgen gebreken of lijken
in de kast. "We zijn blij met dit
kroonjuweel dat meegekomen is
naar Zeeuwse Eilanden", aldus tijde
lijk dijkgraaf Eversdijk.
f Vs"" -V V
Hervormd verenigingsgebouw De Wingerd moet plaats maken voor nieuwbouw.
meester en wethouders zijn nu
bereid een bouwvergunning af te
geven. Binnen de wettelijke termijn
zijn daartegen drie bezwaren inge
diend.
Volgens het bouwplan heeft de
nieuwbouw aan het Nieuwepad op
de begane grond een entree, kan
toorruimte, keuken, toiletten, ber
ging en twee zalen waarvan één met
een podium. Op de verdieping zijn
eveneens twee zalen gepland. Op
het hoogste punt komt het vereni
gingsgebouw 6,90 m boven het
straatniveau. Het vloeroppervlak
wordt 285 m2 (18 bij 19 meter). De
Hervormde Gemeente denkt de
bovenzalen te gebruiken voor de
jeugdclubs, maar ook als vergader
ruimte. De bouw vergt een investe
ring van 950.000 gulden. Dit wordt
gefinancierd uit het bouwfonds,
leningen van de diakonie en het ver
jaringsfonds, schenkingen (zoge
naamde 'bouwstenen') en obligaties
van gemeenteleden.
Wijziging van het bestemmingsplan
is voor de bouw niet nodig, maar
tevoren is veel overlegd met de
gemeente om het plan aan alle wel-
standseisen te laten voldoen. Het
gebouw verrijst namelijk binnen een
beschermd stadsgezicht. Burge
Op verzoek van omwonenden uit de
Oudelandsepoort en Regentes-
sestraat is door de kerkvoogdij en de
bouwcommissie een informatie
avond belegd. Daar is het bouwplan
toegelicht. Beide partijen zijn tevre
den over het verloop van de avond.
Van de kant van de hervormde
gemeente kregen de aanwezigen te
horen dat het beslist niet de bedoe
ling is om vaker bruiloften en partij
en in het gebouw toe te staan om het
economisch rendabeler te maken.
Men was overtuigd van de goede
bedoelingen van de huidige kerk
voogdij, maar wilde voor de toe
komst niet met een verkapte horeca
gelegenheid - een feestzaal - opge
zadeld worden. De overlast die de
buurt ondervindt, bestaat uit gepar
keerde auto's en spelende kinderen
die luidruchtig zijn en soms wat ver
nielen. Muziek op feestjes wordt
door de kerkvoogdij niet toegestaan.
Door enkele buurbewoners is
gevraagd een hekwerk bij het
gebouw te plaatsen als afscheiding.
Een ander punt is de aantasting van
de privacy. De nieuwbouw komt
dichter bij de huizen aan de Regen-
tessestraat te staan dan de huidige
Wingerd. Bovendien wordt het
gebouw zowat twee keer zo hoog,
met op de verdieping ramen die uit
zicht bieden op de huizen. Door
voor die vensters glas of folie te
gebruiken waar niet doorheen te kij
ken is, wordt dit mogelijk opgelost.
Het gemeentebestuur zal een besluit
over de bezwaren moeten nemen,
mogelijk na éérst een hoorzitting te
hebben belegd.
Naast het dijkonderhoud wijdt de
auteur hoofdstukken aan calamitei
ten, het Deltaplan en de dijkverzwa
ring (toen de Oosterschelde open
bleef), de peilbeheersing en de
waterzuivering. Dat laatste bracht
weer nieuwe belangencategorieën in
het bestuur. De nog vrij recente
meningsverschillen over het zoet
waterplan, die bijna leidden tot een
bestuurlijke crisis toen de begrotin
gen ver overschreden werden, wor
den in het boek niet verzwegen.
Mevrouw Kool noemt het opmerke
lijk dat 37 jaar lang een agrariër als
dijkgraaf aan het hoofd van het
waterschap Tholen stond. Misschien
nog opvallender is het, dat deze
altijd uit Oud-Vossemeer kwam.
Eerst H. van Gorsel, die bij zijn
afscheid eind 1977 de - inmiddels
afgeschafte - erering van de
gemeente Tholen kreeg. I.C. Hage
volgde hem op en ging begin 1995
met pensioen. Tot aan de opheffing
per 1 januari 1996 nam J.L. van
Gorsel, zoon van de eerste dijkgraaf,
de functie tenslotte waar.
Mevrouw Kool heeft een fraai en
rijk geïllustreerd boekwerk afgele
verd. Er staan 134 afbeeldingen in,
waarvan 32 in kleur. Op een foto
Glastuinders en witlofkwekers moe
ten elke maand hun drainagewater
laten onderzoeken en op den duur
wordt hergebruik zelfs verplicht.
Dat bleek donderdagavond in de
Wellevaete te St. Annaland op een
informatiebijeenkomst van de lto-
raad Zeeland. Voor een dertigtal
belangstellenden van Tholen,
Schouwen-Duiveland en Zuid-
Beveland werden de knelpunten in
de milieuregelgeving uit de doeken
gedaan. Dhr. Groenewegen van de
WLTO en dhr. v.d. Tempel van de:
GLTO gingen op diverse aspecten
in. Er zijn in Zeeland zoYi 70 glas
tuinbouwbedrijven en 50 witlofkwe
kers die met de strengere eisen te
maken krijgen. "Er worden dingen
geëist waar je moeilijk aan kunt vol
doen of die het nodige geld kosten",
zegt glastuinder A.A. van Luijk uit
St. Annaland, die de bijeenkomst
leidde. "En aangezien het de laatste
jaren niet zo goed is gegaan in de
glastuinbouw, hebben een aantal
bedrijven problemen met de voor
zieningen die getroffen moeten wor
den. In overleg met de overheid en
de standsorganisaties wordt naar
oplossingen gezocht."
Behalve het meten van het drainage
water, moet ook de water- en kunst-
mestgift van de planten geregis
treerd worden. Verder wordt het
opvangen van het hemelwater in een
bassin verplicht. Op Tholen is dat
geen probleem omdat vrijwel ieder
een zo'n bassin al heeft. Condenswa-
ter mag echter ook niet meer
geloosd worden op het oppervlakte
water. De tuinders krijgen met stij
gende lasten te maken, dat werd
donderdagavond wel duidelijk.
De grote en kleine scheepswerven
die door de eeuwen heen in Zeeland
hebben bestaan zijn het onderwerp
van een tentoonstelling en een boek.
De expositie, in het stedelijk muse
um in Vlissingen, bestrijkt vier
perioden. Per periode wordt aan
dacht besteed aan de economische
en maritieme ontwikkeling in de
Zeeuwse regio's, aan de scheeps-
bouwfamilies en de scheepstypen.
De expositie is tot 19 januari te zien.
Het stedelijk museum is geopend
van dinsdag t/m vrijdag 10-17 uur,
zaterdag en zondag 13-17 uur.
In het boek 'Scheepswerven in Zee
land. Een onderzoek naar de
geschiedenis en de relicten van de
Zeeuwse scheepswerven' wordt
naast een korte historische beschrij
ving van de scheepsbouw in Zee
land ook ingegaan op enkele beken
de scheepsbouwersfamilies: Van
Duivendijk, Meerman, De Klerk en
Verras. In alfabetische volgorde
volgt per plaats een beschrijving van
de scheepswerven uit verleden en
heden. Uit onze gemeente blijft dat
beperkt tot Tholen. In het stadje
werden bij Van Duivendijk veel
hoogaarzen gebouwd. Het boek is
geschreven door A.F. Franken van
het Rijksarchief in Zeeland. Deze
uitgave van De Koperen Tuin telt 85
pagina's, is rijk geïllustreerd en
voorzien van diverse registers en
een uitgebreide literatuur- en bron
nenlijst.
De expositie en het boek kwamen
tot stand in nauwe samenwerking
met de werkgroep industriële
archeologie Zeeland. Deze houdt
zich bezig met het inventariseren en
documenteren van het industrieel
erfgoed in onze provincie.
van de allerlaatste algemene verga
dering is de auteur zelf te zien. Ze
heeft aan het verhaal een literatuur
lijst en een groot aantal voetnoten
(164 stuks) toegevoegd, alsmede
een namenregister.
Een begrippenlijst waarin de af en
toe wel erg technische termen wor
den uitgelegd, ontbreekt.
Wel zijn acht bijlagen opgenomen
met gegevens over de fusiepartners
waaruit het waterschap Tholen is
gevormd en werken die zijn uitge
voerd.
Ook is een overzicht opgenomen
van alle bestuurders: totaal 141
hoofdingelanden en gezworenen.
'Van Rumoirt tot Razernij' is ver
krijgbaar in de boekhandel en bij het
waterschap Zeeuwse Eilanden in
Goes. Het boek kost 37,50 gulden.
De geschiedbeschrijving van 37 jaar
waterschap Tholen blijft niet
beperkt tot de ontwikkelingen op
bestuurlijk en technisch terrein. De
auteur wijdt een heel hoofdstuk (er
zijn er negen) aan de sociale
omstandigheden van het personeel.
Die verbeterden na de oorlog en dat
zette in de jaren zestig door, zo blijkt
uit het verhaal.
Uitvoerig wordt het ontstaan en de
ontwikkeling van het waterschap in
160 pagina's belicht. De fusiege
dachte die in Zeeland al leefde, werd
door de watersnood van 1953 reali
teit. Een andere belangrijke ontwik
keling in de streek, naast de ramp,
was de ruilverkaveling. Ook daarop
gaat mevrouw Kool in. Al met al
ontstond een klimaat waarin het
mogelijk werd de 20 waterschappen
en 3 calamiteuze polders op Tholen
tot één waterschap samen te voegen.
In 1969 werd Sint-Philipsland eraan
toegevoegd en tenslotte in 1986 het
Zeeuwse deel van het interprovin
ciale waterschap Prins Hendrikpol
der. In 1961 was het Polderhuis in
Sint-Maartensdijk als onderkomen
in gebruik genomen. Niet vanwege
de centrale ligging van de smalstad,
maar omdat een meerderheid van de
algemene vergadering ervoor koos.
Want in het dagelijks bestuur staak
ten de stemmen over de keuze van
een bestuurszetel, waarbij het ging
tussen Tholen en Sint-Maartensdijk.
Heel gedetailleerd vaak beschrijft de
auteur de werken die aangepakt
werden. Zoals de 125 kilo graszaad
die gebruikt werd bij de verhoging
van de zeedijk van de Noordpolder
in 1959.
Tot de fusie was het waterschap uit
sluitend een agrarische aangelegen
heid. Was het toen al wennen aan de
nieuwe categorie gebouwd die in de
lasten ging bijdragen, in 1962 bete
kende het besluit om voortaan over
alle zee- en binnendijken geschot te
heffen het breken met een eeuwen
oude traditie. Tholen had er lande
lijk een primeur mee.
Gedeputeerde staten willen het
waterschap Zeeuwse Eilanden geen
vergunning geven om met klem
men, een geweer en kunstlicht
konijnen op Tholen en St. Philips-
land te schieten. Het waterschap
wilde met deze methode schade aan
de zeewering voorkomen en bestrij
den, maar volgens de provincie zijn
daarvoor voldoende mogelijkheden.
"Het konijn kan door de jachthouder
het gehele jaar bestreden worden
met de middelen die hiervoor in de
Jachtwet zijn opgenomen: o.a. een
kogel- en hagelgeweer, kastvallen,
fretten en buidels. Als deze midde
len niet toereikend zijn, kan de
jachthouder een vergunning aanvra
gen om met gebruikmaking van
kunstlicht de dieren te bestrijden.
Deze middelen zijn binnen Zeeland
voldoende effectief gebleken om de
konijnenstand op een aanvaardbaar
peil te brengen", aldus g.s., die nog
niet eerder een soortgelijk verzoek
als van het waterschap hebben ont
vangen. Uit de argumentatie blijkt
ook niet, dat er op Tholen en St. Phi-
lipsland sprake is van een afwijken
de situatie.
Het merendeel van de eigendommen
van het waterschap vormt geen
bejaagbaar veld omdat de opper
vlakte-eis in de Jachtwet niet
gehaald wordt. Daarom is het jacht-
recht verhuurd aan derden en de ver
antwoordelijkheid voor het bestrij
den van konijnenschade ligt bij de
jachthuurder. Die mag een vergun
ning aanvragen voor jagen met
kunstlicht, maar dat is niet gebeurd.
Als de jachthouder nalatig is bij de
adequate bestrijding van schade,
veroorzaakt door konijnen, kan de
grondgebruiker derden toestaan de
schade te bestrijden. Het gebruik
van fret en buidel kan te allen tijde
plaatsvinden, maar om een geweer
te gebruiken, moet aan de eisen voor
omvang van het jachtveld worden
voldaan.