"Het gemeenschapsidee is hier nog sterker dan in een dorp11 Vakantie 1995 Wat is 't êêt ee! Familie Van der Zande is een oud geslacht op Botshoofd m Donderdag 10 augustus 1995 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT 9 Veerdienst Familie Inwoners Even ten zuidoosten van Oud-Vossemeer ligt Botshoofd, of 'Pesööt' zoals de Vossemeerders het zelf noemen. Ook dit gehucht bevatte vroeger meer mensen dan tegenwoor dig. Nu staan er nog tien huisjes waaronder het voorma lige veerhuis. Mevr. C. Zeeman-van der Zande is (samen met haar zoon) de enige die hier vanaf haar geboorte woont. Haar man woont inmiddels ook al 36 jaar op Botshoofd. Indonesië Verhuizen Gezin Oud-Vossemeer. Lopend naar school Hoofd van Bot Stemmen van lezers Middelburgse wint wedstrijd waterschap Hydrauliekkoppelingen Handelsonderneming Van Beers Techniek B.V. ckagie' (circa 1576) en heeft daar de betekenis van 'pal, rechtstreeks op'. In ieder geval kan men concluderen dat de benamingen 'Bosschehoofd en Boshoofd' zoals die in het verle den ook wel werden gebruikt, ver basteringen zijn. Met een bos heeft het niets te maken. De omgeving van het gehucht werd in 1492 aange duid met Cleyn Vossemar. Het veer is ingesteld door de ambachtsheren van Vossemeer. Al in 1575 - tijdens de tachtigjarige oorlog - wilde de veerman zijn veer opgeven. Dit omdat hij erg veel last had van de soldaten en hij vrijwel geen inko men had. Maar de ambachtsheren wisten hem over te halen om toch te blijven. Vijf jaar later werden alle veerlieden verplicht om aan de westkant van het water te komen wonen. Zo kon men alle schepen aan wal en buiten bereik houden van eventuele belagers vanuit het Bra bantse. In 1581 schrijft de gouver neur van Walcheren aan de ambachtsheren dat het veerhuis bij Botshoofd onmiddellijk moet wor den afgebroken. Zo niet, dan zou hij het zijn soldaten laten platbranden. De rentmeester besloot hierop het pand maar te verkopen. Dan bracht het tenminste nog wat op. De veren bleven echter nog wel in werking. Tussen 1583 en 1609 namen solda ten het veer over en bedienden het. Lange tijd lag er een kwartier solda ten in Botshoofd om De Eendracht en het eiland Tholen te beschermen. Het veer bij Botshoofd werd weer verpacht in 1609. Zoals vaak gebeurde in die tijd na de Reforma tie, kreeg de veerman in 1628 het bevel van de staten van Zeeland om geen katholieken meer over te zet ten. Twee jaar later voegden de ambachtsheren van Vossemeer daar het verbod aan toe om landlopers en bedelaars uit Brabant te vervoeren. In 1659 werd het veer geschikt gemaakt voor het vervoer van kar ren en wagens. Vanaf dat moment ging het erg goed met de pont. Rond 1660 was de bloeitijd van de veer- verbinding. Later nam het nieuwe veer bij Vossemeer de taken meer en meer over en Botshoofd raakte in verval. In 1883 werd het veer hier voor het laatst verpacht en bevaren. Drie jaar later werd het opgeheven. Van het veer is nu alleen nog maar het oude veerhuis te zien. Het staat eenzaam, los van de overige bebou wing, tegen de dijk. Dit is het einde van de Leguitsedijk. Mevr. Zeeman weet over deze doodlopende weg nog wel een leuke anecdote. 'Toen Van de Klundert stopte met het bus vervoer op Tholen, werd dat overge nomen door de BBA", vertelt ze. "Op een dag zagen we tot onze ver bazing een BBA-bus hier langs komen. De buschauffeur vroeg of een auto die in de weg stond niet even kon worden verplaatst. 'Waar om moet dat dan?', vroegen we ver baasd. 'Ik moet naar Tholen', ant woordde de chauffeur. Nou, toen hebben we wel gelachen hoor. Het is de enige keer geweest dat er uier een bus langskwam." Tegenwoordig woont er veel 'import' uit Brabant en Zuid-Holland in Botshoofd, zoals in veel gehuch ten. Overigens is dat volgens het Hoewel de familie Van der Zande al lang op Botshoofd woont, wisselde de rest van de bevolking nogal. In 1935 woonden bijvoorbeeld de vol gende gezinnen op Pesööt: Overbeeke, J. Franken, J.J. Franken, H.M. Boogaart, A.C. Verhees, P. van der Zande, J. Plompen, A.H. Boogaart en A. van der Zande. Nog geen twin tig jaar later, in 1954, bestond Botshoofd uit de families: D.L. Oostdijk, M.C. Franken, C.L. Oostdijk, P. Verhees, M. v.d. Watering, P. van der Zan de, W. van der Zande, C. Pias mans, H.M. Boogaart, A.H. Boogaart en A. van der Zande. echtpaar Zeeman geen enkel nadeel. "Het is echt een soort familie. Vroe ger was dat nog wel sterker, maar ook nu is het erg gezellig", vertelt mevr. Zeeman. 'We helpen elkaar en we kunnen heel goed met de anderen opschieten. Het gemeen schapsidee is hier toch nog sterker dan in een dorp. Bovendien is het hier heerlijk rustig en je hebt mooie natuur om je heen. Hier komt geen snelverkeer langs, want de weg loopt dood. De kinderen kunnen hier nog rustig op straat spelen." Daarom zou het echtpaar Zeeman Botshoofd niet graag verlaten. "Als we weg moeten, willen we we wat dichter bij het dorp gaan wonen, maar toch nog wel graag buitenaf." Bronnen: I. Tirions, Tegenwoordige staat van Zeeland. Encyclopedie van Zeeland. A. Delahaye, Vossemeer land van 1000 heren.' Smallegange, Cronyck van Zee land. G. van Berkel en K. Samplonius, Nederlandse Plaatsnamen. Mona. Met zijn emmertje voer in de hand, stapt hij dan het weilandje in en wordt binnen de kortste keren omringd door kippen. Zeeman had veel voor zijn kinderen over. Hij veranderde zelfs twee keer van baan voor zijn gezin. "Ik werkte tien jaar lang bij Jaartsveld. In het begin waren er veel klussen dicht bij huis, maar later zaten we steeds verder weg in Limburg of Drenthe", vertelt Zeeman. "Dan moest ik daar blijven. Ik ging maandagmorgen weg en kwam vrijdags pas weer terug. Ik zag mijn kinderen nauwelijks. Toen ben ik bij Heineken gekomen, maar toen ze daar ook volcontinu gingen van Tholen, maar in de loop der tijd verschoof het honderden meters naar het noorden tot bij Botshoofd. Het is niet duidelijk of dit 'botsen van stromen' iets te maken heeft met de naam Botshoofd. Volgens de auteurs van het Prisma-boek Neder landse Plaatsnamen heeft het een andere betekenis. Een hoofd was destijds een 'werk van rijshout en steen, dwars op de oever aangelegd om afslag te voorkomen.' Hier zou dit waarschijnlijk gecombineerd zijn met de persoonsnaam Bot, of (min der waarschijnlijk) met het bijvoeg lijk naamwoord 'bots'. Dit woord komt voor in het 'Tractaet van Dij- Het voormalige veerhuis te Botshoofd, gezien vanaf de dijk van het Schelde-Rijnkanaal. Een oude prent uit de beginjaren van deze eeuw. Uiterst links op de foto W. van der Zande, de vader van mevr. Zeeman-van der Zande. Naast hem zijn zuster. Botshoofd ligt in de uiterste punt van de in 1483 bedijkte Leguitpol- der. Het gehucht werd voornamelijk bekend om het veer dat er door de ambachtsheren werd ingesteld. In 1493 is er al sprake van een veer tus sen Vossemeer en het Brabantse Kijkuit. Deze oversteekplaats zou bijna 400 jaar blijven bestaan. De Van der Zandes zijn een echte Botshoofdse familie. Al in 1787 wordt er melding gemaakt van een telg van deze familie. Franciscus van der Zande kocht toen namelijk een huisje op Botshoofd. Negen jaar later koopt een Adria'an van der Zan de er een huis. Ook de grootouders en ouders van mevr. Zeeman woon den hier als landarbeiders. Vader Van der Zande en zijn zoon Piet werkten bij boer Friderichs op de boerderij Welgelegen. Na 45 jaar dienst kon hij de mechanisatie niet meer bijhouden en stopte dhr. Van der Zande. Hij werkte de laatste jaren voor zijn pensioen in Rotter dam. Het gezin Van der Zande telde zeven kinderen. Vier broers en drie zusters. Daarvan bleef uiteindelijk alleen mevr. Zeeman op Botshoofd. "Mijn broers en zusters wilden hier wel blijven wonen, maar hun part ners niet. En daar moet je toch ook rekening mee houden. Zo gaan veel mensen weg van de plek waar ze geboren zijn", zegt mevr. Zeeman. "Je moet wel van het buitenleven houden. Maar drie van mijn broers wonen in Vossemeer en die komen nog elke zondag op de koffie. Ook een oom van me komt nog vaak even kijken op Pesööt." De 55-jarige C.F. Zeeman werd geboren te Yogyakarta in Indonesië. Toen hij zes jaar oud was, verhuisde de familie Zeeman naar Bergen op Zoom. Daar groeide Kees op, maar toen hij mevr. Van der Zande en Botshoofd zag, werd hij op allebei stapelverliefd. "Ik kwam iedere dag na mijn werk op de brommer naar Botshoofd. En toen het huisje naast dat van haar ouders vrijkwam, heb ik het gekocht", vertelt Zeeman. "Het is hier geweldig en ik wil hier niet meer weg." Nadat ze getrouwd waren, verruilde het echtpaar Zee man hun huis voor dat van mevr. Zeemans ouders. "Zo woonde ik weer in het huis waarin ik geboren ben", lacht ze. Even zag het ernaar uit dat de Van der Zande's ook van Botshoofd zou den verdwijnen. "Wegens mijn gezondheid kan ik me niet meer zoveel inspannen", vertelt Zeeman. "En ik heb nogal wat land aan dit huis zitten. Het is zonde om dat voor een deel aan vreemden te gaan ver kopen, dan verkoop ik het nog liever allemaal. Maar toen er eens een paar mensen waren die het huis wilden kopen, zei m'n zoon John dat daar niets van in kwam. Hij wil hier niet meer weg en neemt het huis over van ons. Zo blijft de familie hier toch nog wonen." Mevr. Van der Zande vult aan: "Als hij een meisje vindt dat het hier ook leuk vindt, anders gaat het nog niet. Maar hij heeft gezegd, dat hij dan net zo lang zoekt totdat hij dat meisje vindt." Maar een eventuele verhuizing van het echtpaar Zeeman zal nog wel even op zich laten wachten. Zeeman zelf zou best willen emigreren naar Indonesië. Dit land bezocht hij onlangs, samen met zijn hele fami lie, een maand lang. "Tja, ik zou er best willen wonen, maar mijn vrouw niet. Kijk, daar heb je nou hetzelfde probleem weer. Dan kan het gewoon niet", zegt Zeeman. Zijn echtgenote schudt haar hoofd. "Nee, op vakan tie in Indonesië is heel mooi, maar ik zou er absoluut niet willen wonen." Voorlopig zit het echtpaar echter nog goed op Botshoofd. "De moder ne techniek maakt het ook wel wat gemakkelijker om het lapje grond te onderhouden. Wat je vroeger met de hark moest doen, kan nu met een frees en in plaats van de zeis, pak je nu even de grasmaaier. Het echtpaar Zeeman heeft een zoon (John) die dus nog thuis woont en een getrouwde dochter (Mary). Deze laatste komt regelmatig op bezoek in 'Pesööt'. Kleinzoon Davy komt dan ook mee. Die is dol op de vele dieren die er rondlopen bij zijn opa en oma. De hond, de kat, maar vooral de kippen en het schaap Het echtpaar Zeeman-van der Zande met hun kleinzoon Davy. Rechtsachter het huis waarin mevr. Zeeman werd geboren en nu nog steeds woont. werken, zag ik mijn gezin weer erg weinig. Daarom werk ik nu in het magazijn bij Insulcon in Steenber gen." Toen Zeeman op Botshoofd ging wonen, was er in het hele gehucht vrijwel geen enkele boom te vinden. "Maar ik houd daar wel van en daar om begon ik met aanplanten", zegt de voormalige Bergenaar. "En al snel volgden er meer. Nu is alles begroeid." Er is nog meer veranderd sinds de tijd dat mevr. Zeeman-van der Zande op Pesööt werd geboren. "Er was toen nog geen enkele voor ziening. Eén bewoner had een tele foon. We hebben pas sinds 40 jaar electriciteit en vijftien jaar geleden is de gasleiding aangelegd. We stookten de centrale verwarming nog met olie", zegt mevr. Zeeman, die echter moet toegeven dat het wel een gezellige tijd was. "De schorren waren nog zo mooi en je mocht er ook nog gewoon op komen. Je sneed er lamsoren, zeekraal of we raapten kreukels. En in de winter gingen we met de slee van de dijk af en gleden zo op de ijsschotsen die op het schorre lagen. Het was gezelliger. De jongens gingen voetballen aan de dijk en wij gingen kaatseballen of touwtje springen." Haar man voegt daar nog aan toe: "Je had niets om mee te spelen. Alles moest je zelf maken. En nu hebben de kinderen allemaal een hoop speelgoed en een fiets." Een fiets had mevr. Zeeman in haar jeugd niet tot haar beschik king. "Ik moest dan ook lopend naar school in Vossemeer. Dat is zo'n drie kilometer", vertelt de Oud-Vos- semeerse. "Ik nam dan ook mijn brood mee. En vrijdags als het och tendmis was, dan moest ik nog meer meenemen. Want je mocht niet eten voor de mis, anders kon je geen communie krijgen. Dus dan moest mijn ontbijt ook nog eens mee." Wie vroeger bij Botshoofd de dijk overging, trof daar een wantij aan. Dit is een stuk water waar wel eb en vloed voorkomen, maar vrijwel geen getijdestromingen. Dat werd veroorzaakt doordat het water van Slaak en Mosselkreek dat van de Schelde tegenkwam. Zo kon de rivier zich aan geen van beide kan ten ontlasten. Opmerkelijk is dat, door veranderingen in de stromin gen, het wantij is verplaatst. Het bevond zich aanvankelijk ter hoogte Ik had vakantie, zeven weken, Maar eigenlijk totaal geen doel. 'k Heb toen in eigen land gekeken En daar zag ik een heleboel. Ik was in 't noorden en 't zuiden, In oost en west, door heel het land: Van Ameland tot Arnemuiden, Van Roosendaal tot aan Cadzand. Ik ging per fiets naar Scheveningen. Vandaar nog even naar Kijkduin. Een dag daarna naar Wemeldinge. 't Was dertig graden. Ik werd bruin. Ik lag te Krimpen aan den IJssel. In 't Zeeuwse Biervliet kreeg ik dorst. Ik was in Ommen, Overijssel, In Sittard, Echt, Maastricht en Horst. Ik was in Kats en in Bruinisse, In Domburg en in Kamperland, In Leiden, Leiderdorp en Lisse, In Zandvoort en in Loon op Zand. Ik was in Goes, in Perkpolder, In Axel en in Sas van Gent, In Schin op Geul en in Den Dolder, In Amersfoort en Purmerend. M'n fiets heb ik toen thuis gelaten, 'k Ging verder met de bus of trein En kwam in Venlo en Margraten, Madurodam en Nieuwegein. P.M. van Eekelen, Bergen op Zoom. Toen had ik nog maar veertien dagen - vakantietijd gaat razend vlug - Ik had verlenging kunnen vragen, maar 'k moest wel naar mijn baas terug. Ik wilde nog naar heel veel plaatsen, Ook naar 't sportieve Heerenveen, Om met de kernploeg mee te schaatsen En ik kwam ook nog in Geleen. 'k Was in Terneuzen, Biezelinge. Ik lifte nog naar Zevenaar, Toen naar Breda en Teteringen. In Oirschot stond de tafel klaar. Ik heb ook nog een dag gelopen. 'k Ben 't eiland Tholen rondgegaan. Maar dat moest ik wel duur bekopen: Kon van de blaren niet meer staan. Ik ben toen toch maar thuis gebleven. Ik wilde nergens meer naar toe. Toen had ik nog een dag of zeven, Maar ik had blaren en was moe. M'n voeten in het koele water. Dat was een heerlijk, fijn gevoel. Toen dacht ik heus nog niet aan later, 'k Lag rustig in m'n luie stoel. Ik heb een dagboek bijgehouwen Van alles wat ik heb gezien. En volgend jaar, in vol vertrouwen, Doe ik het toch weer zo, misschien. n, f 'l-r' r 'n Méns z'n öören tuutere van 't hekèrm, wat is 't noe toch ontiegluk wèrm. 't Is heweun 'n ouwerwèsse zeumer, anders nie. Ma de boeren vaere d'r wel bie, zo te zie. 'k E 't zelfhezie (ier achtervan de weeke, 'n êêle blok hraen moaje is zo bekeeke. Wat is t'r vroeher hesloafd in wat eitut 'n zwêêt hekost toen a 't hraen d'r nog mee 'n zeise in 'n zeekei of most. In de winter was t'r dan nog wat te verdiene vanweehe 't ddssen mee te vleehel. Vö de rest was 't vd de mêêste èrmoe troef in de reehel. 'n Paer hulden van d'n èrremen in 'n kleinugeid van de kèrreke, dae mdste ze 't mee doe, tot a ze in 't voorjaer konne hae wèrreke. Ma ja, de tieden verandere, zo hae tat noe êêmae. Noe za 'k nog iets laete weete wat a t'r ier de léste tied is hedae. Achter de meule is t'r 'n soart strandje hemaekt vö de passanten, ma oak uut 't durp trék tat êêl wat klanten. D'n diek in 't waeter bin bie zo 'n 'itte érg in trek. Oe a sommehe d'r dan bieloape is soms oal te hek. Wat a klêêren betrèft, ei 't weinug om 't lief, a brieng tie palle zonne op je blööte lief toch oak onherief. Noe mee te vekansie lei 't wérk vaneihus stille, a is de hemêênte teehenwoordeg nog a van hoe je wille. Wannéér d'r wéé wat klaer is, oop 'k dae bie leeven in welweezen hoed op te lette, ma noe hae 'k ier, vanweehe de wèrmte, ma 'n punt achter zette. L.M. Hendrikse-Everaers, Stavenisse. Vietnamezen uit Duitsland roosteren oesters op hun barbecue aan de Schelphoek bij Poortvliet. Bij de fotowedstrijd die is georgani seerd in het kader van de landelijke waterschapsdag op 20 mei is geen Tholenaar in de prijzen gevallen. Van de ruim honderd inzendingen werd een opname van mevrouw Boogerd uit Middelburg als de beste gewaardeerd. Ze fotografeerde een waterpartij bij kasteel Westhove en won daarmee een fotocamera. Met zijn plaatje van een kronkelende watergang sleepte A.J. Eggebeen uit 's-Gravenpolder een verrekijker in de wacht. En de opname van de Zwaakse Weel leverde J. Eversdijk uit Kapelle een disc-man op. Het thema van de wedstrijd was 'Het waterschap: natuurlijk!' Slabbecoomweg 38,4691 RZ Tholen tel. 01660 - 3497 Ook op zaterdagochtend geopend van 8.00-12.00 uur

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1995 | | pagina 9