'leder bleek nog in bezit
van een schop of spade'
Donderdag 27 oktober 1994
v EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT
13
Vrijwilligers gevraagd
Afsluiting riolen
Lekkage waterkering
Beschrijving van de gemaakte werken tegen de inundatie van Tholen
Omkading Voorstad
Kwelwater
Wandeling
Bevrijding
De Dorpsweg - nu Bierensstraat - in Sint-Annaland geï
nundeerd. (Foto Zeeuws Documentatiecentrum).
'Toen op 15 februari 1944
bekend werd, dat het eiland
Tholen zou worden geïnun
deerd, heeft de burgemeester
van Tholen de districtsopzich
ter gevraagd of het mogelijk
was de stad Tholen watervrij
te houden door middel van
een omwalling. Het was
bekend dat het inundatiewater
een hoogte moest bereiken
van 50 cm plus NAP. De dis
trictsopzichter heeft de nodige
waterpassingen uitgevoerd
om een overzicht te verkrijgen
van de eventueel ter bescher
ming van de gemeente uit te
voeren werken.
De burgemeester keerde op 22
februari 1944 des avonds om 9
uur van Utrecht terug, waar hij
besprekingen gevoerd had
met Duitse autoriteiten over de
mogelijkheid om de bewoners
van de bebouwde kom van de
gemeente Tholen aldaar te
doen blijven, indien de nodige
maatregels werden getroffen
welke dit mogelijk maakten.
Aan den districtsopzichter
vroeg de burgemeester: Ziet
gij kans de gemeente droog te
houden? Waarop deze een
bevestigend antwoord kon
geven omdat hij hiervoor
reeds een plan had ontwor
pen, waarop de burgemeester
hem opdroeg zo spoedig
mogelijk het werk aan te van
gen.
Waar de te maken werken op
zeer korten termijn moesten
worden uitgevoerd daar met
het inunderen reeds een aan
vang was gemaakt, heeft de
opzichter gevraagd de mede
werking te mogen vragen van
de opzichter van den Provin
ciale Waterstaat, den heer
Goedemondt en de water
bouwkundig ambtenaar der
Vrije Polders onder Tholen,
den heer J. Kramer, beiden te
Tholen. De burgemeester ging
volkomen hiermede accoord
en de genoemde heren wer
den uitgenodigd voor een
bespreking, waarop de burge
meester het doel uiteenzette.
De heren zegden hun volle
medewerking toe en de dis
trictsopzichter kon zijn ont
werp aan de beoordeling van
de heren voorleggen. Er werd
volkomen overeenstemming
bereikt en besloten de volgen
de morgen te 8.30 uur het werk
aan te vatten.
Vanwege de burgemeester
werd de bevolking opgeroe
pen om zich vrijwillig voor het
helpen uitvoeren der werken
beschikbaar te stellen. Aan
deze oproep is spontaan
gevolg gegeven, zodat direct
met het voorgenomen werk
begonnen kon worden, vooral
de vissersbevolking was sterk
vertegenwoordigd.
Het eerst werd begonnen met
het graven van een verbin-
dingssloot tussen de sloot op
het eind van de Bosstraat en
de riolering van de Venkel
straat. Op deze verbindings-
sloot zou later een pompinstal-
latie worden geplaatst welke al
het riool- en regenwater van
het oostelijk deel der bebouw
de kom van de gemeente zou
wegmalen. De uitgegraven
grond uit deze sloot werd
direct opgeladen en met hand
karren vervoerd over een
afstand van ca. 200 m, voor het
maken van een wal langs de
Vest achter de woningen aan
de Oudelandsepoort.
Na 2 dagen kon de heer J.J.
Kramer zich niet meer beschik
baar stellen, daar hij in zijn
functie als waterbouwkundig
ambtenaar steeds op het
motorgemaal der Vrije Polders
aanwezig moest zijn voor het
inlaten van water voor de
inundatie, zodat het werk
voorts onder leiding van beide
andere opzichters moest wor
den uitgevoerd.
Er werd hard gewerkt en tij
dens de werkzaamheden kwa
men zich nog velen melden,
waaronder zelfs al hoog
bejaarden en ieder bleek nog
in het bezit van een schop of
spade te zijn. Waar de grond
soms hard bevroren was,
werkte dit belemmerend bij de
ontgraving, doch gunstig bij
het vervoer van den grond met
de handkarren.
Toen de verbindingssloot was
gegraven en hieruit verder
geen grond meer vrij kwam,
werd begonnen een hoogte af
te graven in de Wandeling en
de grond met kruiwagens naar
de wal vervoerd.
Daar het vervoer met handwa
gens beëindigd was en er
zodoende veel personeel vrij
kwam, werd begonnen een
wal te leggen vanaf de molen
de Hoop in noordelijke richting
waarvoor de grond in de Wan
deling werd gestoken en met
de kruiwagen aan den wal
gereden. Voor het vast aan
trappen van den grond werd
gebruik gemaakt van een
paard.
Vanaf de riolering op het einde
van de Plantagestraat werd
een verbinding gegraven naar
een aanwezige sloot en een
opening gemaakt in de riole-
ringsput zodat het rioolwater
van het middengedeelte der
gemeente naar de sloot kon
afvoeren, welke als bergboe-
zem zou dienst doen. Op deze
sloot zou ook een pompinstal-
latie geplaatst worden.
Daar het inundatiewater iedere
dag steeg, moesten de uit
mondingen der rioleringen
worden afgestopt, daar anders
het buitenwater via de riolen in
de gemeente zou stromen. In
verband met deze afstoppin
gen moesten bemalingen bij
molen de Verwachting en in de
Plantagestraat worden
geplaatst en in werking
gesteld. Het bleek dat de
bemalingen zeer goed aan de
verwachtingen voldeden. Tij
dens de werkzaamheden aan
de wallen is gezorgd dat tijdig
het bemalingsmateriaal 't welk
bij meerdere personen, o.a. te
Sint-Annaland, Oud-Vosse-
meer, Tholen en Bergen op
Zoom moest worden gehuurd,
aanwezig kon zijn.
Bij het vorderen der werk
zaamheden werden de wallen
oostwaarts verlengd, tot 60 m
voorbij het heuveltje. In de
Wandeling voor de Hofstraat
moest een pompinstallatie op
de riolering geplaatst worden
voor het wegmalen van het
rioolwater van het noord-wes
telijk gedeelte van de gemeen
te. Door het tijdig afstoppen
van een heul onder de Singel
kon het graven van de bema-
lingsput en doorbreken der
riolering gemakkelijk worden
uitgevoerd hetgeen bij de
andere geplaatste installatie
niet het geval was, daar het
afstoppen der riolering en
doorbreken geheel onder
water moest geschieden. Om
de bemalingsput voor de Hof
straat is van de ontgraven
grond een wal opgeworpen ter
bescherming van de bema
lingsinstallatie.
Toen de grondwerken aan de
wallen om de bebouwde kom
bijna voltooid waren, was ook
de grote ploeg vrijwilligers
geleidelijk geslonken tot
slechts 15 a 16 man, welke het
resterende werk als zoden ste
ken, leggen, enz. hebben uit
gevoerd. De wallen zijn aan de
buitenzijde bekramd met rog-
gestro, wat is uitgevoerd door
een werkman van de Vrije Pol
ders onder Tholen.
Het werk aan de wallen, pomp-
installaties, enz. was zo goed
als voltooid toen des vrijdags
avonds 24 maart bleek dat er
een lek was ontstaan in een
stuk buiten dienst gestelde rio
lering in de Wandeling op het
einde van de Bosstraat, waar
door zoveel water binnen
kwam dat het reeds in de Ven
kelstraat kwam te staan.
Direct werd een aanvang
gemaakt om dit euvel te ver
helpen, wat evenwel geen
gemakkelijke taak was. Het
betreffende riool was gemet-
In de meidagen van 1940 werd de brug bij Tholen opgeblazen om de vijand de toegang tot het eiland te beletten. Vier
jaar later, in de nacht van 29 op 30 oktober, joegen de Duitsers de brug opnieuw de lucht in. Het verzet had die actie
kunnen saboteren, maar wilde het leven van de inwoners van Tholen niet in de waagschaal stellen. Zolang er van de
geallieerden geen signaal kwam dat ze Tholen zouden bereiken, kon het verzet het gevaar van Duitste represailles niet
negeren. (Foto Zeeuws Documentatiecentrum).
Zondag is het precies vijftig jaar geleden dat, na vijfjaar Duitse bezetting, de eerste geallieerde soldaten voet op Thoolse bodem
zetten. Drie Canadezen werden in een roeiboot over de Eendracht gebracht. De brug was in de nacht van 29 op 30 oktober 1944
door de Duitsers opgeblazen. Na vijf jaar nazi-terreur was Tholen vrij. Maar bij het veer in Oud-Vossemeer werd nog enkele
dagen gevochten. Op 2 november sneuvelden Bou Kooijman uit Sint-Annaland en Cornells Franken uit Bergen op Zoom er.
Naar deze verzetsmensen zijn straten in het dorp genoemd. Op 4 november, na de bevrijding van Steenbergen, lag Oud-Vos-
semeer niet langer onder vuur. Die dag werd ook Sint-Philipsland bevrijd, waarover volgende week meer.
In totaal lieten meer dan zestig inwoners van het eiland Tholen het leven tijdens de Tweede Wereldoorlog. Nog eens een der
tigtal mensen van elders sneuvelde op Tholen. Van enkelen leven de namen voort doordat straten naar hen zijn vernoemd.
Naast de hierboven al genoemde twee zijn dat de Marinus Lindhoutstraat in Oud-Vossemeer, de Simon Lindhoutstraat in Tho
len en de Laban Deurloostraat in Scherpenisse.
Tholen was dan weliswaar vrij, maar veilig was het nog allerminst. Want Schouwen-Duiveland bleef bezet. Van daaruit over
vielen de Duitsers in maart 1945 nog een bunker bij Stavenisse. En vanaf juni 1944 werden V-1's afgeschoten, met name op Ant
werpen. Op Tholen kwamen zo'n zeventig van deze projectielen terecht. Ondermeer in Poortvliet vielen daardoor slachtoffers.
Op het moment van de bevrijding was Tholen niet dichtbevolkt, want maart/april 1944 werd het eiland door de Duitsers onder
water gezet. De inwoners moesten evacueren. In november kwamen de eersten terug, maar anderen pas na de bevrijding in
mei 1945. Aanvankelijk bewaakte de 247-ste Anti Tank Battery van het Britse leger, met 250 man van de Binnenlandse Strijd
krachten, de kust van Tholen. Naderhand kwam het eiland, evenals Sint-Philipsland, onder bevel van de eveneens Britse No. 4
Commando Brigade te staan.
Het stadje Tholen was in 1944 de enige droge plek op het eiland. Het herbergde naast eigen inwoners ook evacué's uit de ande
re dorpen én alle zes gemeentesecretarieën. Door het opwerpen van een wal werd Tholen tegen het water beschermd. Over de
aanleg daarvan, de gevolgen en bijkomende zaken trof archivaris J.P.B. Zuurdeeg een rapport aan. Hij stelde vast dat districts
opzichter L. W. Blaas van de Centrale Dienst de opsteller ervan moet zijn geweest. De tekst van het rapport publiceren we hier
bij.
seld, op een houten fundatie,
met rechtstands muren en een
gewelf. Om een betrouwbare
afstopping te verkrijgen moest
de riolering tot onder de vloer
doorbroken worden om in de
ontstane opening een ijzeren
plaat te kunnen plaatsen. Het
inundatiewater was toen reeds
tot 0,50 m boven de kruin
van de riolering gestegen
zodat het werk geheel onder
water moest geschieden.
Toen het gewelf was doorbro
ken, is de ijzeren plaat in schui
ne stand aangebracht, zodanig
dat bij de buitenwaartse druk
de plaat niet naar binnen
gedrukt kon worden, daar deze
dan rustte tegen het gewelf en
op de vloer. Bij afmaling bleek
zeer veel gewonnen te zijn,
maar de afstopping was toch
niet voldoende dicht, wat ook
niet verwacht was, doch wel
zodanig dat deze de gelegen
heid bood om wat meer naar
binnen de definitieve afstop
ping aan te brengen.
Om de hoeveelheid indrin-
Aan de Broekseweg maakte J.J. Gelok uit Oud-Vossemeer
in 1944 deze foto van een paard en wagen die zoet water
vervoerde door het geïnundeerde gebied.
gend water zoveel mogelijk te
beperken, is tegen de buiten
zijde van de aangebrachte ijze
ren plaat turfmolm en koolas
gestort. Bij afmaling van de
riolering werd deze molm en
as in de nog aanwezige ope
ningen gezogen waardoor
deze zo goed als dicht geraak
ten. De riolering is daarna
geheel zuiver recht door
gehakt, zodat tegen deze
muurvlakken een zwaar hou
ten schotwerk kon worden
aangebracht met daarvoor een
flinke dam van vette klei.
Dit werk is met de grootste
zorgvuldigheid uitgevoerd, het
^0+
In de Achterstraat - nu F.D. Rooseveltstraat - te Oud-Vos
semeer worden de laatste spullen in een bootje geladen.
Op de achtergrond valt de Hofstraat te herkennen.
resultaat was zeer gunstig en
de lekkage behoorde tot het
verleden. Het was voor de uit
voerders en werklieden een
zeer grote opluchting daar
anders al het uitgevoerde werk
voor niets was geweest en
Tholen toch ontruimd had
moeten worden, daar het
water dan toch de gemeente
was binnengedrongen. Ver
schillende omwonenden
waren reeds aan het inpakken
geweest om te kunnen vertrek
ken.
Van de vrijwilligers die gehol
pen hebben, hebben M.M.
Oerlemans, P.J. Blaas, G. van
Stee en M. Aalbrechtse zich
buitengewoon verdienstelijk
gemaakt, en zeer zeker komt
hun hiervoor een woord van
waardering toe.
Tijdens laatstgenoemde werk
zaamheden ging het gerucht
dat via de Schenkeldijk en de
Dalemsepolder water zou wor
den ingelaten met het gevolg
dat de woningen aan Grind
weg, Polderstraat, Louise-
straat en een gedeelte Singel
(Ten Ankerweg) voor het water
ontruimd zouden moeten wor
den. Eerst was het de bedoe
ling geweest dat het gedeelte
van den Dalemsepolder gele
gen ten oosten van den Grind
weg als groentetuin behouden
zou blijven en zou op de Grind
weg een walletje worden aan
gebracht.
Daar hierin verandering
gebracht scheen te zijn, was
het noodzakelijk ook hier
maatregels te treffen, waar
voor de districtsopzichter een
en ander met de burgemeester
ging bespreken. Dit gebeurde
op zaterdag 25 maart te 5 uur
des namiddags. De burge
meester liet per omroeper de
bevolking uitnodigen hun
krachten ook aan dit werk te
willen geven en zich om 6 uur
op het werk te melden. Aan
deze oproep is in zo grote
getale spontaan gevolg gege
ven, dat het niet mogelijk was
de mensen onder hun werk te
tellen. Het was alles bedrijvig
heid.
Volgens de schatting waren
ongeveer 400 vrijwilligers
opgekomen. Om 8 uur moest
wegens de duisternis het werk
gestaakt worden, waarop de
burgemeester de mensen
heeft toegesproken en bedankt
voor hun hulp en hen uitgeno
digd ook des zondags het werk
voort te zetten. Ook des zon
dags zijn zeer velen opgeko
men en is er zeer hard gewerkt
en het werk de volgende
dagen voortgezet tot het
gevaar bezworen was.
Om een te grote toevoer van
water te voorkomen, zijn door
den Grindweg net ten noorden
van de begraafplaats twee rio
leringen aangebracht, welke
een groot gedeelte van het
water afvoerde naar het overig
gedeelte van de Dalemsepol
der. Voor het verwijderen van
riool- en hemelwater moest
ten behoeve van de woningen
gelegen ten oosten van de
Grindweg een pompinstallatie
geplaatst worden, terwijl voor
de woningen ten westen aan
de Grindweg, Polder- en Loui-
sestraat en een gedeelte Sin
gel dit geschiedde door middel
van een membraanpomp.
Op den maart is de districts
opzichter Jasperse, welke van
Sint-Maartensdijk was geëva
cueerd, te Tholen gedeta
cheerd en heeft vanaf die
datum mede toezicht op de
werken uitgeoefend.
De totale lengte van de aange
legde wallen was na voltooiing
867 m, waaraan is verwerkt
3200 m2 grond.
Achter het veilinggebouw aan
de Oudelandsepoort kwam
kwelwater op het terrein te
staan, omdat de ondergrond
doorlatend was, zodat ook hier
een bemalingsinstallatie nodig
bleek. Voor de bediening van
electromotoren en pompin-
stallaties zijn 4 personen aan
gesteld, tot welker taak ook
behoorde het reinhouden der
bergboezems. Op last van den
burgemeester werd een
gedeelte van de Wandeling
voor het publiek gesloten om
vernieling van de gemaakte
werken te voorkomen.
In verband met de inundatie
kon het normale begraven op
de begraafplaats niet meer
geschieden. Aanvankelijk was
het de bedoeling om de over
ledenen allen naar Halsteren
over te brengen en aldaar te
begraven. Door de hoge kos
ten en moeilijkheden hieraan
verbonden, is dit evenwel al
gauw stopgezet omdat hier
voor een andere oplossing
gevonden was. Van 5 t/m 13
mei 1944 werden namelijk op
de begraafplaats 125 karren -
dit is ongeveer 100 m2 - grond
in depot gereden. Sindsdien
werden de overledenen op het
maaiveld van de begraafplaats
bijgezet en bracht men over de
lijkkisten een hoeveelheid
grond aan zoals voorgeschre
ven in de wet voor het begra
ven van lijken.
Als eenmaal de inundatie tot
het verleden behoort, zullen de
kisten geplaatst worden in de
klasse, waarvoor het recht van
begraven is aangevraagd.
Op veler verzoek heeft de bur
gemeester op 8 juli de Wande
ling weder opengesteld. In ver
band hiermede moest bij de
pomp, staande achter de vei
ling (Oudelandsepoort 9), het
voetpad worden omgelegd,
omdat de buisleiding van
genoemde pomp over het pad
liep. Hiertoe is onder de lei
ding een ingraving gemaakt en
alzo een behoorlijke oplossing
tot stand gebracht.
Door het stuk gaan van de kat-
tekoppomp - die gebruikt werd
bij de omwalling aan de Voor
stad - en het aanschaffen van
een andere pomp niet mocht
slagen, zijn door de omwalling
ingravingen gemaakt met een
ontvangkommetje om hier
door uitscheppen het water te
verwijderen, hetgeen altijd
goed heeft gewerkt.
In de aanvang van september
werden de militaire wachtpos
ten van de Duitse Weermacht -
die de toegangen tot het eiland
Tholen bewaakten - weggeno
men en al gauw werd een aan
vang gemaakt om het inunda
tiewater te laten zakken. Hier
bij werd direct reeds onder het
oog gezien, welke gevolgen dit
voor de omwallingen, enz. kon
hebben.
Door het afkondigen van de
uitzonderingstoestand en de
daaruit voortvloeiende gevol
gen, werd in begin oktober de
aflevering van de electrische
stroom ten zeerste beperkt.
Hiermede was reeds van het
begin af gerekend ten aanzien
van de electromotoren van de
pompinstallaties, waartoe gas-
oliemotoren en benzinemoto
ren waren gereserveerd. Deze
werden nu bij de pompinstal
laties geplaatst, zodat alles
normaal kon door functione
ren.
Omstreeks eind oktober maak
te de Duitse Weermacht te
Tholen bekend, dat alles wat
nog op het eiland Tholen was,
moest evacueren omdat men
de zeedijken zou opblazen.
Men heeft toen de insnijdin
gen aan de Oudelandsepoort
als veiligheidsmaatregel nog
tot de hoogte van de omwal
ling doorgetrokken, terwijl ook
werd gedacht om de andere
omwallingen in de doorritten
dicht te maken. Gelukkig is de
evacuatie later afgelast, zodat
verdere werkzaamheden ach
terwege gebleven zijn.
Aangezien nadien het inunda-
tiepeil voortdurend wat zakte
en na de Geallieerde bezetting
op 30 oktober voortdurend
water kon worden afgelaten,
kon de omwalling langs de
Singel op enige plaatsen wor
den doorgegraven, om het
overtollige water zonder enig
gevaar te lozen. Ook werd
door het droogvallen van de
Molenvlietsedam (Molen-
vlietsestraat), de omwalling
weer doorgegraven en de be
strating in orde gebracht. Dit is
ook geschied met de omwal
ling nabij de Oudelandsepoort.
Door het nog niet beschikbaar
zijn van electrische stroom en
voorzichtig omgaan met
motorbrandstof zijn in de
omwalling nabij de houtop
slagplaats van Borsius en v.d.
Leije (Slachtveld tegenover
scheepsreparatïebedrijf Oerle
mans) ook enige ingravingen
gemaakt om het water weg te
scheppen. Ook kon de omwal
ling tegenover de Veiling wor
den doorgegraven om het
water direct af te laten.
Op 17 november was er weer
electrische stroom ter beschik
king, zodat de nog aanwezige
electromotoren weer in wer
king konden worden gesteld.'
In Scherpenisse komt het water tot aan de blinden.
(Foto Zeeuws Documentatiecentrum).
De Kruittorenstraat in Tholen met op de achtergrond de Eendrachtsweg in 1944-1945. De 'moffen' waren weg en de
landmijnen opgeruimd. De man met de fiets is Adrie v.d. Berg.
De Zandhoeve bij Poortvliet.
(Foto Zeeuws Documentatiecentrum).