A AUTOBEDRIJF FOC... Van Burgh krijgt Focwa garantiefonds Juwelier Mireille wordt boerin Slib zuivering door droogcabine Cello naast wc-rol in supermarkt Thools auto- en autoschadebedrijf houdt een open dag Proefopstelling op Tholen Tholenaren diep onder indruk van situatie in Roemenië Donderdag 8 september 1994 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT 13 IC T Twaalf en een halfjaar geleden begon A.J. van Burgh een eigen automobielbedrijf aan de Wattstraat in Tholen. Aanvankelijk in een klein hoekje, maar al spoedig kocht hij het hele pand. Onlangs verwierf hij het predikaat Foc- wa-garantiefondsbedrijf. Op 10 september gaan de deu ren van het nieuwe pand aan de Ampèrestraat open voor het publiek. Eisen Reparatie Slechte auto's Geen spijt i j ll|P9 Het vervoer en storten van zuiveringsslib kost het water schap Tholen handen vol geld. Het slib bevat veel water en moet over een grote afstand getransporteerd worden naar de stortplaats van Midden-Zeeland. Primeur Troosteloos. Dat was het eerste dat de vijf Thoolse man nen opviel toen ze Roemenië binnen reden. Alles oud, grauw, kapot en vuil. Geen vrolijk gekleurde bloemen, geen mooie, verharde wegen, maar veel armoede. In het Transsylvaanse plaatsje Salard, niet ver van de grens met Hongarije, staat een 'dispensar'. In dit medisch centrum- pje werkten vijf Tholenaren twee weken aan een water leidingsproject. Verroeste bak Druk spreekuur Ondrinkbaar Gloeilamp Veemarkt Slecht water Overleden Mooie herinnering Terug A.J. van Burgh en zijn vrouw J.M. van Burgh-Stoutjesdijk voor het nieuwe bord dat de gevel van het pand aan de Ampèrestraat gaat sieren. rijk is opgericht. Daardoor strekt de service zich ook uit over Europa", zegt Van Burgh. "AD biedt onder steuning, trainingen voor de leden en voor de klanten een aanvullende reparatieverzekering (ter verlenging van de Bovag-garantie), een klan tenpas en een 24-uursservice. Via AD hebben we ook toegang tot de wat moeilijkere merken." Dit voorjaar haalde Van Burgh het diploma patroon autoschadeherstel ler. Dat betekent dat hij nu een Foc wa erkend schadebedrijf heeft. "Door de fusie tussen de Bovag en Focwa, zou ik automatisch wel Foc- wa-lid geworden zijn, maar geen garantiefondsbedrijf. En dat ben ik nu wel", legt de Tholenaar uit. "Daar worden nogal wat eisen aan gesteld. Zo moet je een bepaalde uitstraling hebben, een aparte wachtruimte en toilet voor de klanten en de schades moeten in de computer vast worden gelegd. Natuurlijk moet ook de uit rusting van de werkplaats aan bepaalde eisen voldoen. Zo moet er een hefbrug en spuitcabine zijn." In totaal zijn er drie niveaus te halen. Van Burgh behaalde het middelste. Als 13-jarige jongen trok de metaal kant op de technische school Adrie van Burgh meer dan het hout. Hij volgde daarom de monteursoplei ding. Na een paar jaar als monteur te hebben gewerkt, begon Van Burgh op 1 januari 1982 zijn eigen bedrijf. Eind 1982 kocht hij het pand aan de Wattstraat in Tholen. Daar bleef hij tot maart vorig jaar, toen hij in het gebouw van Maasair aan de Ampè restraat trok. Van Burgh is geen garage, maar een automobielbedrijf, voornamelijk gericht op reparatie en schadeher- stel. Dat wil overigens niet zeggen dat men er geen auto's of accessoires kan kopen. Het niet gebonden zijn aan een bepaald merk geeft voorde len. "Ik ben aangesloten bij AD (autodistrubutie) Nederland. Dat is eigenlijk de tegenhanger van de vakgarage. AD-pro is echter een Europese organisatie die in Frank- "Dat is genoeg, maar misschien dat ik nog wel eens besluit om voor het hoogste te gaan." Volgens Van Burgh is het belangrijk om het Focwa predikaat te hebben. "Steeds meer verzekeringen gaan de schadestroom naar Focwa-bedrijven leiden." Bij de uitrusting van Van Burgh hoort ook een moderne richtbank. Het richten van een auto, het weer recht trekken van verbogen onder delen, komt volgens de Thoolse schadehersteller steeds vaker voor. "Met die moderne kreukelzones zit ten de auto's wat sneller in elkaar. En dan moet je ervoor zorgen dat alles weer op zijn plaats komt. De veiligheid van de klanten gaat immers boven alles." Op dit moment heeft Van Burgh twee monteurs, een leerlingmonteur en een plaatwerker in dienst. Zelf is hij ook regelmatig in de werkplaats te vinden, maar hoofdzakelijk houdt hij zich bezig met het schadchcrstel. Vergeleken met de eerste jaren van zijn bedrijf is er toch wel het één en ander veranderd. "De auto's zijn geavanceerder geworden. Ze doen langer met hun beurten en steeds meer onderdelen worden electro- nisch bestuurd", zegt Van Burgh. "Dat betekent dat je ook regelmatig bijscholingscursussen moet volgen. Als er een storing in een wagen zit, is dat meestal een electronische en geen mechanische. Want slechte auto's worden er niet meer gemaakt. En bijvoorbeeld het verhaaltje dat Japanse auto's slechter zouden zijn dan Europese is al lang achterhaald. De Japanners lopen zelfs voorop wat autotechniek betreft." De 36-jarige Adrie van Burgh is getrouwd met Janneke Stoutjesdijk. Sinds 8 april is het gezin Van Burgh uitgebreid met een zoon: Wim. Van de keuze voor het monteursvak heeft Van Burgh nooit spijt gehad, maar of hij in zijn zoon een opvolger heeft? "Ik heb hem verteld dat hij eerst maar eens zijn best moet doen op school. Monteur kan hij altijd nog worden", lacht de Thoolse gara gehouder. Het open huis, zaterdag, duurt van tien tot vier uur. Bezoekers krijgen de gelegenheid het bedrijf eens op hun gemak te bekijken of vragen te stellen aan het personeel. Op de richtbank zal een vernielde auto worden rechtgetrokken en er is te zien hoe een dergelijk voertuig uit eindelijk weer uit de spuitcabine tevoorschijn komt. Molenstraat 15, St.-Maartensdijk tel. 01666-4041 01640-41497 vrijdag en zaterdag geopend De gerenommeerde EEUWEN LIJSTENMAKER IJSTWERK y°0f eiland Tholen Juwelier Mireille aan de Boter markt in Tholen sluit deze maand na tien jaar haar deuren, maar de opvolgers staan al klaar: Chris- tianne juweliers en diamantairs uit Bergen op Zoom nemen het bedrijf over. Mireille Geluk- Haentjes Dekker gaat zich in St. Annaland aan haar gezin wijden; de Bergse zusters Christine en Dianne beginnen half september in Tholen. "Ik had er nog steeds plezier in", ver telt Mireille Geluk (33), "maar de dagen werden steeds langer en dat houd je op den duur niet vol. En ik ga mijn dochter Elisabeth (2) niet wegbrengen naar de kinderopvang. Daar ben ik het type moeder niet voor. Op de boerderij van mijn man is werk zat en daarnaast doe ik nog administratie voor mijn vader. Ik ga echt niet op mijn lauweren rusten." Juwelier Mireille, afgestudeerd aan de school voor goud- en zilversme den te Schoonhoven begon bijna tien jaar geleden na een stageperio de in Keulen in het ouderlijk huis aan de Bartelmeetweg in Tholen met een werktafel. Daarna opende ze een winkel in de Stoofstraat, waar momenteel de Wereldwinkel zit. "Mevr. Wolff in de Brugstraat was toen net gestopt en ik had al mijn papieren. Ik ben toen in het diepe gesprongen door in Tholen te gaan pionieren." Het liep allemaal voorspoedig en vijf jaar geleden huurde ze aan de Botermarkt een nieuw pand van haar vader. De betere ligging voor het winkelend publiek en een nieuw interieur deden de omzet stijgen. "Het ging heel hard", aldus mevr. Geluk. "Goud, zilver, klokken, hor loges, overal kwamen de klanten vandaan, maar met name uit Tholen. En je kwam veelal via leuke dingen met de mensen in contact: geschen ken voor huwelijk, geboorte, ver jaardagen, e.d." Twee jaar geleden werd Elisabeth geboren en vanaf haar vierde week nam Mireille haar dochter mee naar de winkel in Tholen. "Maar de ruim te is beperkt, op de boerderij kan Elisabeth zich beter ontwikkelen. En de diefstallen die er in onze zaak zijn geweest, zijn ook niet zo fijn. Dat is voor een kind ook bedrei gend. Dan moet je een knoop doorhakken, anders gaat of je man, je kind of de winkel eronder lijden. Twee jaar geleden kreeg ik in de winkel wel hulp van mevr. De Graaff uit Oud- Vossemeer, maar toch ben je nooit klaar. Het is ook belangrijk dat je zelf de vinger aan de pols houdt en daarom heb ik de bewuste keuze gemaakt om te stoppen. Sinds een jaar ben ik naar een opvolger aan het uitkijken en via een vertegenwoor diger vernam ik de belangstelling van Christine en Dianne uit Bergen op Zoom. Die bleken heel aardig en attent en ik vind het leuk, dat twee jonge vrouwen mij gaan opvolgen. Er komt nu een wisseling van de wacht. Juist op tijd heb ik die beslis sing genomen", aldus Mireille Geluk. p M: I mm J - N 4 -• - "I "■Kr*'- Mireille met dochter Elisabeth. Advertentie I.M. Om het volume te beperken heeft het bedrijf Ecoservices een methode ontwikkeld om het water uit het slib te persen. Het waterschap schakelde dit bedrijf in om het slib in de water zuiveringsinstallaties in Tholen en Sint-Maartensdijk op die manier te verwerken. Er werd door hetzelfde bedrijf proefgedraaid met een nieuwe methode. Behalve dat de installatie het vocht uit het slib perst, wordt het nu ook in een droogcabine zoveel mogelijk van water ontdaan. Lever de het persen (met de centripress) 28 procent droge stof op, met de droger erbij wordt dat 75 procent. De methode van Ecoservices is vol gens het bedrijf een primeur voor Nederland. De onderneming draait proef voor de waterschappen Tholen en Schouwen-Duiveland. M. Klippel van het waterschap Tho len: "We mogen nu nog van de pro vincie slib storten van 28 procent droge stof, maar dat moet 60 procent worden. Als waterschappen moeten we proberen zo weinig mogelijk af te voeren en te storten om het betaal baar te houden." De droogcabine waar het slib door heen wordt gevoerd, heeft een tem peratuur van 500 graden. "Maar het gaat er zo snel door dat het produkt zelf niet warmer wordt dan 40 gra den. Anders zou de kans op verbran den groot worden omdat er veel organisch materiaal in zit." Klippel en zijn collega uit Schou wen zagen de installatie in juni al in Duitsland werken, maar daar werd volgens Klippel een heel ander soort slib gebruikt. Het is voor de water schappen nu een kwestie van reke nen: alleen persen (wat goedkoper is, maar meer vervoer en stortkosten eist) of persen en drogen (wat duur der is, maar minder transport en stortkosten vergt). Volgens Klippel zijn de resultaten van de proefopstelling bemoedi gend. "Het slib komt er als een soort poe der uit. Dat vermindert het stortvo lume aanzienlijk." Op 19 augustus stapten J. Wesdorp uit Sint-Annaland, W.A. Blaas uit Tholen en W.J. Beeke, W.C. Quaak en J. Quist uit Stavenisse in de auto op weg naar Roemenië. Eerder ging al het materieel hen voor en ook J. Dorst uit Sint-Maartensdijk die rap port uitbracht over de stand van zaken. Het kwam erop neer dat de water voorziening in het gebouw zo slecht was, dat de dokters het water niet meer durfden te gebruiken. Een groot gedeelte van de leidingen was nog van lood en de talloze lekkages waren met plakband gerepareerd. Twee van de mannen die een deel van hun vakantie opofferden voor dit project zijn W.A. Blaas en J. Wesdorp. Blaas is in het dagelijks leven bureauchef civiel-technische zaken van de gemeente Tholen en tevens voorzitter van bejaardencen trum De Schutse in Sint-Annaland. Wesdorp is directeur van De Schut se. Blaas en Wesdorp weten niet goed hoe ze hun eerste bezoek aan Roe menië moeten noemen. "Het is moeilijk te omschrijven. Leuk? Nee, zo kun je dat niet zeggen, maar wel interessant", zegt Wesdorp. "Je weet nu in ieder geval of iemand over drijft als hi) vertelt over Roemenië. En de situatie is er erg. Erger dan je je kunt voorstellen." Beide mannen zijn geschokt door de armoede die heerst in het land. "Zé hebben wer kelijk niets. Een soort openbaar vervoer bestaat daar uit een verroeste ijzeren bak op wielen achter een tractor. In de dor pen zijn maar één of twee wegen verhard, de rest is gewoon grond met af en toe een randje beton er langs. Als het droog is, is het stoffig en als het regent, is het een modder poel dus is het er altijd vuil. Zelfs een vaatdoek hebben ze niet. Als je ziet met wat voor vieze, vettige doekjes ze staan te poetsen... Dat is verschrikkelijk", vertelt de Sint- Annalander. Het gebouw in Salard waar de Tho lenaren de watervoorziening zouden vernieuwen, is een soort medisch centrum. "Je kunt het 't beste verge lijken met een soort Groene-Kruis- gebouw", legt Blaas uit. "Het werd gebruikt als consultatiebureau en voor het spreekuur van een prikzus- ter, dokter en tandarts. In totaal werkten er drie dokters, een tan darts, vijf dokters- en één tandarts assistente, een werkster en een klus jesman die ook dienst deed als koet sier wanneer een assistente naar een ander dorp moest." De woning van één van de artsen, tevens democra tisch gekozen burgemeester, was aan het medisch centrum vastge- bouwd. De mannen mochten het huis gedurende hun werkzaamheden gebruiken. Overdag werd er spreek uur gehouden van acht tot twaalf uur en van vijf tot acht uur. "In die periodes zat de wachtkamer con stant vol. Maar ook in de tussenlig gende uren wanneer uitsluitend de assistenten er waren, was er aan loop", vertelt Blaas. "Er werd alleen de praktijk uitgevoerd van een huis arts. Een prik en een verband leggen bijvoorbeeld. Voor iets ernstigere dingen die om opname vroegen, zoals een open been of suikerziekte, was er een 'hospital'. Maar ook hier werden alleen oppervlakkige dingen behandeld. Voor breuken en inwen dige verwondingen moest men naar het ziekenhuis in de stad Oradea, zo'n 30 km verderop." Met veel leidingen nog van lood, een slechte pompinstallatie, lekka ges en verouderd materieel was de watervoorziening van het medisch centrum hard aan vervanging toe. De tandarts kon zijn patiënten niet meer laten spoelen met het water en ook de dokters waren bang om het te gebruiken. Er werd nooit van gedronken. Met sponsoring van bedrijven en particulieren verzamel de de groep Tholenaren de materia len om de zaak te vervangen. In totaal ging er voor zo'n 8000 gulden aan spullen mee waaronder 165 meter pvc-pijp, een pomp met een capaciteit van 150 liter per minuut, een speciaal gemaakte watertank van 1150 liter en een 80 liter boiler. "Eigenlijk was het hele pand wel aan renovatie toe", vindt Wesdorp. "Er zouden ook andere ambachtslui naar toe moeten gaan om dat te verhel pen. De mensen zelf hebben daar in ieder geval niet de middelen voor." De mensen in Roemenië hebben vrijwel niets. Het communistische regime van dictator Ceausescu zoog de bevolking uit. Na de val van deze regering en de overgang naar een vrije economie, is de levensstan daard er echter niet veel op vooruit gegaan. "Alleen met steun van ande re landen kunnen ze er iets beter op worden. En dat is nog maar een druppel op de gloeiende plaat", zegt Wesdorp. "Ze kunnen zelf best veel. De mensen die ons hielpen, sommigen waren technici anderen niet, begrepen snel wat ze moesten doen. Ze zijn alleen niet bekend met de moderne mate rialen en technieken." Veel materialen zijn in Roemenië niet of maar heel moeilijk te krijgen. Daaronder valt bijvoorbeeld koper, maar ook een gloeilamp. "Toen we aankwamen in het gebouw zeiden we: er zit niet eens een peertje in de fittingen. Dat is toch wel het minste wat je kunt hebben", vertelt Blaas. "Maar toerr we naar de winkel gin gen om lampen te kopen, had de eigenaar er welgeteld elf in zijn zaak liggen. Ze kostten maar liefst 4,75 gulden per stuk. Daarom hadden ze er geen in het medisch centrum. We hebben er toen tien gekocht. Die ene lieten we voor iemand anders lig gen." Ook kostte het Blaas de nodige moeite om aan een bepaald kraantje te komen dat onvoorzien nodig was en niet uit Nederland was meege bracht. "Ik zou er wel even omgaan. Het resultaat was dus dat ik om elf uur 's morgens wegging en pas om half acht 's avonds weer terug was. Na vele winkels te hebben afge zocht, had ik weliswaar een kraan, maar bij terugkomst bleek het een totaal onbruikbaar exemplaar te zijn. We hebben het ding maar als souve nir meegenomen." De inflatie slaat ook in Roemenië toe. Sinds de val van het communis Het 'dispensar' in Salard waar de vijf Tholenaren de waterleiding vernieuwden. tische regime is er in Salard een weekmarkt opgezet waar allerlei groenten, maar vooral beesten wor den verhandeld. "Elke woensdag komen mensen van heinde en verre daar naar toe. Toen wij er waren, stonden er naar schatting zo'n 400 paarden. Maar ook biggen en gan zen werden verkocht", vertelt de Schutse-directeur. "Zoiets zie je hier in Nederland al tijden niet meer." Wie een paard heeft, is in Roemenië behoorlijk kapitaalkrachtig. Een jong paard kost er 1200 gulden. Ter vergelijking: de hoofdassistente van de dokter, die een iets hoger inko men dan gemiddeld heeft, verdient 100 gulden per maand. Dat is zo'n 100.000 Roemeense Lei. In de win kels doet men dan ook bepaald niet aan afdelingen en prachtige etala ges. "In een supermarkt zagen we op één schap aan de ene kant een cello en aan de andere kant een rol wc- papier. En alles wat daar tussenin te krijgen was, stond er ook op", vertelt Wesdorp. "Centrale waterleiding is er niet", vult Blaas aan. "Ieder huis heeft zijn eigen bron waar het water met emmers of een pomp wordt uitge haald. De telefoons die er zijn, kra ken verschrikkelijk en de douches zien er vreselijk smerig uit." Maandag, ruim veertien dagen na hun vertrek, was het karwei geklaard. De vijf Tholenaren kregen hierbij nog hulp van drie mannen uit Oradea: een draaibankwerker, een verwarmingsinstallateur en een las ser. Ook J.L. Noom uit Scherpenisse en K.H. Elenbaas uit Poortvliet, die in bejaardentehuis Filadelfia verble ven, hielpen met het leggen van vloerbedekking en ze schilderden de waterleidingbuizen. Het personeel van het medisch centrum was erg blij met de renovatie. Vooral de tan darts was in zijn nopjes nu zijn apparatuur weer helemaal in orde was en ook op het water was aange sloten. De kwaliteit van het water is welis waar behoorlijk verbeterd, maar het J. Wesdorp is nog steeds niet echt goed. "Dat komt ondermeer door de droogte van de afgelopen tijd. Vlak voordat wij er kwamen, was het zo'n 50 gra den in Roemenië", legt Blaas uit. "Een andere oorzaak is dat de bron eigenlijk niet diep genoeg is. Maar er is nu toch een flinke vooruitgang geboekt." Behalve de waterleiding valt er in het 'dispensar' in Salard nog heel wat te verbeteren. Zo zou er bijvoor beeld een gasleiding aangelegd kun nen worden, want een hoofdleiding met methaangas is er. Maar er is geen vertakking naar het gebouw. Het centrum heeft ook nog een tekort aan elementaire dingen zoals spuiten, verband en anti-biotica. Per maand heeft het dispensar een bud get van de overheid van 800.000 Lei, dat is zo'n 800 gulden. Dat moet worden verdeeld over een bevolking van zo'n 6000 inwoners. Men maakt bij het centrum dan ook schrijnende gevallen mee. Ook de Tholenaren zagen zo'n geval voor hun ogen. "Een man werd binnengebracht die blijkbaar een beroerte had gehad. Hij was op een vrachtwagen naar het medisch centrum gebracht", vertelt Blaas. "Maar daar konden ze niets anders voor hem doen dan hem een prik geven en zijn bldeddruk opme ten. Vervolgens werd hij doorge stuurd naar het ziekenhuis in Ora dea. Dat gebeurde op dezelfde vrachtwa gen. Dertig kilometer over hobbeli ge wegen. Die man is dan ook over leden. Dat is toch gewoon verschrik kelijk?" "Maar je moet niet denken dat ieder een er daar gebukt en depressief bij loopt hoor", zegt Wesdorp. "Ze zijn dat allemaal gewend. En ook wij wenden heel snel aan allerlei situ aties. Ze zijn toch gewoon vrolijk. Men weet ook wel dat het in Nederland beter is dan in Roemenië, maar wat moeten ze eraan doen?" Ondanks de armoede die Wesdorp en Blaas zagen, is dat toch niet de gedachte die overheerst als ze terug denken aan hun verblijf in Salard. "Nee, ik denk dat dat wel het plezier is dat we onder elkaar hebben gehad en het goede contact met elkaar en de bevolking", zegt Blaas. "We heb ben als team samengewerkt en dat ging erg goed. Wat de één niet kon, dat deed een ander." Maar ook leuke anecdotes bleven bij zoals de koeien en ganzen die 's morgens allemaal naar de meent, een gemeenschappe lijke wei, worden gedreven, 's Avonds als ze weer terug worden gehaald, loopt ieder dier uit zichzelf het erf op waar het thuishoort. En ook de nationale drank Palinka, gemaakt van abrikozen, viel goed in de smaak bij de Nederlanders. "Maar wel de echte", zegt Wesdorp. "Sommige mensen stookten het zelf en met 52 procent alcohol kreeg ik het niet door mijn keel." De bevol king die naar de Baptistische kerk ging, wilde persé dat de Tholenaren iets zouden zeggen of zingen in het Nederlands. Daarom zette Wesdorp voor de preekstoel spontaan een psalm in. Erg vermoeid arriveerde het gezel schap vrijdagnacht weer bij De Schutse. Daar werden ze opgehaald door hun echtgenotes. Na een goede nachtrust die ze twee weken lang hadden ontbeerd, deden ze zaterdag 's morgens hun relaas tegenover de bewoners van De Schutse. "Het is mooi om te zien hoe de mensen dan met je meeleven", zegt Blaas. Wes dorp voegt daar aan toe: "Als je een keer in Roemenië bent geweest, kun je alleen maar dankbaar zijn dat je in Nederland woont."

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1994 | | pagina 13