Afstand naar bestuur wordt steeds groter St. Philipsland was heel betrokken Afscheid van 'geest van verbondenheid' Bodem Weihoek 20 cm gezakt en capaciteit gemaal minder Stouten geeft waterschap de schuld Nader onderzoek naar gevolgen wateroverlast Mutaties bij het personeel Verlaging subsidie zoet water Donderdag 31 maart 1994 EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT 15 L.C. Groenewege na 22 jaar weg L. de Oude vertrekt na ruim 7 jaar Door inklinking van de veenachtige bodem blijkt de Poortvlietse Weihoek 20 cm lager te liggen dan in 1955. Bovendien kampt het gemaal de Eendracht met capaci- teitsverlies. Uniek veengebied Verlies 20% Afvoer verhogen Besparing slib en energie Contact na fusie "Door het weifelende bestuur van het waterschap Tholen is de subsidie voor het zoet water gezakt. U hebt de kans op meer gehad", hield hoofdingelande P.K.M. Stouten uit Stavenisse de Thoolse dijkgraaf I.C. Hage voor. Risico's Betrouwbaar L.C. Groenewege (65) uit St. Maartensdijk was met 22 jaar de langst zittende hoofdingelande die vrijdagmiddag afscheid nam van het water schap Tholen. Hij volgde op 1 januari 1972 zijn vader op. "Nu was mijn zoon reserve-kandidaat voor de pachters, maar hij heeft het niet gehaald." Groenewege heeft in district I voor de ongebouwde eigendommen (lan derijen) zitting gehad. Hij heeft nog onder dijkgraaf H. van Gorsel gediend. "In 22 jaar heb ik het gehe le dagelijks bestuur vernieuwd zien worden. Zelf heb ik nooit ambities gehad om gezworene te worden. Ik vond het fijn om in het waterschap te zitten. Je kreeg direct informatie over tal van belangrijke onderwer pen. Ik zat dicht bij het vuur." De komende fusie per 1 januari 1996 ziet Groenewege dan ook niet als een verbetering. "Dat is voor de ingelanden gewoon ongunstig, want je komt verder van het bestuur te zit ten. En goedkoper zal het er ook niet op worden. Maar fusies en concen traties zijn ontwikkelingen waar je niet buiten kan. Je ziet het allerwe gen gebeuren." De beslissing over het basisplan watervoorziening noemt Groenewe ge de belangrijkste beslissing uit zijn 22-jarige periode bij het waterschap. "Ik behoorde bij de tegenstanders, maar we hebben verloren, maar het onderwerp zoet water is nog steeds niet afgelopen. Ik vrees, dat het meer zal kosten, dan het opbrengt." De hoofdingelande uit St. Maartens dijk constateert, dat de landbouw aan invloed inboet. "Op zich hoeft dat nog niet slecht te zijn. Ik ben meer beducht voor de concentratie omdat je dan als ingelanden zo ver van je bestuur komt af te staan.", aldus Groenewege, die wegens het passeren van de 65-jarige leeftijd bij de verkiezingen geen kandidaat meer was. De langst zittende hoofdingelande, L.C. Groenewege uit St. Maar tensdijk nam na 22 jaar vrijwillig afscheid nemen. Er kon geen waterschapsvergadering voorbij gaan, of hij nam deel aan de discussie.. Zo kort als zijn zittingsperiode als hoofdingelande voor de ongebouwde eigendommen in district V was, zo enorm groot was zijn inbreng. "Wij voelden ons als hoofdingelan den uit St. Philipsland ontzettend betrokken bij de onderwerpen", zegt L. de Oude. "Je hebt niks aan ja-en- amen-vergaderingen. Sommige din gen moesten gewoon anders naar onze mening of bij andere zaken was er te weinig informatie. Onze opstelling was positief-kritisch, opbouwend, niet negatief. Wij wil den het dagelijks bestuur meningen meegeven om over na te denken." Leo de Oude volgde per 1 januari 1987 zijn vader N.L. de Oude als hoofdingelande op. Hij was weer herkiesbaar, maar kreeg in de cate gorie pachters te weinig stemmen. "Mijn kansen waren klein gezien het geringe aantal stemmen dat in mijn categorie op St. Philipsland uitge bracht kon worden. Ik was zeer ver baasd over het grote aantal stemmen dat ik op Tholen kreeg. De land bouw is bewust gaan stemmen, maar alles bij elkaar kreeg ik, zoals ver wacht, toch te weinig steun." De Oude is beducht voor politiek in het waterschap. "Met rasse schreden zijn de politici het waterschap bin nen gekomen. Allerlei politieke afspraken in de compromissfeer zul len het gevolg zijn, maar zeker als waterschap moet je alleen op een zakelijke benadering afgaan." De Oude kijkt terug op een 'hele interessante periode.' "Ik vond de fusie met de andere waterschappen boven de Westerschelde het meest ingrijpende besluit, maar het zoet water was het meest enerverende onderwerp. Ik sta volledig achter de fusie, maar de relatie bestuur/achter ban vind ik wel een probleem. Daar om zijn we in St. Philipsland ook bezig met de Vereniging Agrarisch Belang. Daarmee geven we de waterschapsbestuurders een klank bord. Na de fusie in 1996 wordt dat nog belangrijker. Dan krijg je van heel Tholen en St. Philipsland mis schien 7 tot 8 afgevaardigden." De Oude zal het waterschap blijven volgen. Hij is pas gekozen als bestuurslid van de nieuwe ZMO- kring Noord-Zeeland, zodat het ver lies van de waterschapszetel hem geen leegte bezorgt. "Ik heb ook nog een landbouwbedrijf en een halve baan als rentmeester. En je moet ook niet overal vooraan willen lopen. Een brede basis is er nodig in ver enigingen en instellingen. Je moet niet overal dezelfde poppetjes heb ben", aldus Leo de Oude. L. de Oude uit St. Philipsland viel op 2 maart bij de waterschaps verkiezingen buiten de boot en moest daardoor noodgedwongen afscheid. Gidsen VVV. De VVV-Zeeland heeft nieuwe gidsen uitgegeven voor vakantiegangers en water liefhebbers. Daarin staan alle at tracties en mogelijkheden tot ontspanning in. Verder wordt er aandacht besteed aan accommo daties en benodigdheden voor de diverse activiteiten. Westerschelde. De provincie heeft met de minister van verkeer en waterstaat overeenstemming be reikt over de prijs van de Wester schelde oeververbinding. Deze mag 1,178 miljoen gulden kosten. De verbinding gaat bestaan uit twee tunnelbuizen met elk twee rijstroken. Van 26 hoofdingelanden werd afscheid genomen bij het waterschap Tholen. M.J. Boonman ontbreekt op deze foto. In het personeelsbestand van het waterschap Tholen zijn een aantal wijzigingen opgetreden. Dhr. L.M. Andriesse uit Scherpenisse is benoemd tot kantonnier/tractor- chauffeur bij het bureau beheer en onderhoud. Hij volgde daarmee J.H. Gunter uit St. Annaland op, die assistent klaarmeester/bedienings- man werd bij het bureau waterbe heer. Als technisch medewer ker/opzichter is dhr. M.C. Berkey uit Oud-Vossemeer benoemd bij het bureau beheer en onderhoud. Zowel Andriesse als Berkey hebben een tij delijke aanstelling. Per 1 januari 1996 staat de fusie van de water schappen boven de Westerschelde op stapel, waardoor er een overschot aan personeel zou kunnen komen. De technische dienst van het water schap Tholen telt 27 medewerkers in de binnen- en buitendienst. Bij de administratieve dienst werken 9 mensen vanwie 2 in deeltijd. Nieu we receptioniste/telefoniste/typiste is mej. A.F. Vroegop uit Tholen geworden als opvolgster van mej. J.P. den Engelsman uit Poortvliet. De laatste nam de plaats in op de afdeling financiën van mevr. IJ. Vroegop-Moerland uit St. Anna land, die ontslag heeft genomen. In verband met extra extra door de waterschapsverkiezingen, voorbe reiding van de fusie en een vrij lang durige ziekte van een medewerker, heeft het waterschap Noord- en Zuid-Beveland in het vierde kwar taal van 1993 en het eerste kwartaal van 1994 het waterschap Tholen bij stand verleend. Secretaris J.D. de Korte meldde tijdens de districtsver gadering in Poortvliet een laag ziek teverzuim van ruim 3% in 1993. Dit percentage ondergaat al vele jaren nauwelijks een wijziging. Met een terugblik, dankwoorden en een waterschapstegel heeft dijkgraaf I.C. Hage vrijdagmid dag in-Haestinge te St. Maartens dijk afscheid genomen van 26 hoofdingelanden en 1 gezworene. L.C. Groenewege uit St. Maartens dijk zat 22 jaar in het waterschap en A. Geluk uit Tholen slechts 1 jaar. Tussen hen in nog 24 collega's die 19 jaar of korter een stem in het kapittel hadden over wegen, water en dijken. Het in 1959 geconcentreerde water schap Tholen kreeg er in 1975 de waterkwaliteit als nieuwe taak bij. Er moesten zuiveringsinstallaties komen en persleidingen. De dijkver zwaring in verband met het open houden van de Oosterschelde was echter ook een hele drukke periode, zei de dijkgraaf. Verder bouwde het waterschap nieuwe gemalen en de automatisering nam toe. De aanleg van een zoet watervoorziening ging niet vanzelf. Daarom werd 29 augustus 1989 het basis- en verdich tingsplan gesplitst. Hage noemde voorts de nieuwe waterschapswet met de daaruit voortvloeiende bestuurssamenstel ling, kostentoedeling en afschaffing van het districtenstelsel als belang rijke ontwikkeling. "We hebben ook veel bemoeienis met de ruilverkave lingsplannen, maar 9 februari 1994 is ongetwijfeld de meest ingrijpende beslissing door de algemene verga dering genomen: de fusie van de waterschappen boven de Wester schelde en daarmee het einde van het waterschap Tholen in 1996. Gelukkig zijn onze voorstellen niet altijd zonder kritiek aangenomen. Aan vuurwerk heeft het niet ontbro ken, maar de besluitvorming was positief en daar ben ik de algemene vergadering erkentelijk voor. Slechts één aanbesteding is er afge floten door de algemene vergade ring. Hartelijk dank voor ieders bestuurlijke inbreng. Sommige hoofdingelanden hebben wat meer accent gelegd op de discussie, maar u was allemaal volwaardig lid. Iemand die zich minder goed laat horen, hoeft geen mindere bestuur der te zijn", zei dijkgraaf Hage. Eén voor één namen de hoofdinge landen de waterschapstegel in ont vangst en iedereen had nog een kort woord, zoals bijvoorbeeld A.G.M. Wisse: 'Veronachtzaam de traditio nele taken niet', L. de Oude: 'Ik hoop, dat de politiek verre van blij ven van de zakelijke besluiten' en A. Abrahamse: 'Hopelijk doet het nieu we bestuur het nog beter dan het oude.' Mevr. M. Dijkslag-Jansen uit Tho len, die sinds 1 januari 1978 in dis trict IV zitting had als hoofdingelan de voor de waterkwaliteit, hield nog een toespraak. "Het was geen gemakkelijke beslissing om me niet meer verkiesbaar te stellen", zei mevr. Dijkslag. "Negentien jaar waterschap is een stuk van je leven. Het was een onderdeel van de betrokkenheid bij de gemeenschap. Ik bewaar er veel goede herinnerin gen aan, want met plezier en interes se heb ik het waterschapswerk gedaan. Ik zal het dan ook missen. In een tijd van verdeeldheid heb ik het werk bij het waterschap name lijk ervaren als besturen in een geest van verbondenheid. Door die basis is het waterschap na eeuwen ook staande gebleven." Mevr. Dijkslag stipte ook de fusie nog aan en het zoet water. "Ik hoop, dat het waterschap een bijdrage mag blijven leveren aan de bescherming van dit stukje land waar het leven goed is en aan het welzijn van de bewoners", zo besloot de hoofdinge lande uit Tholen. 's Avonds nam de dijkgraaf afscheid van gezworene T.A. Vogel, die namens de huiseigenaren in het dagelijks bestuur zat sinds 1 juli 1988. De oud-burgemeester van St. Alle vertrekkende hoofdingelan den en gezworene Vogel kregen bij hun afscheid de waterschaps tegel. Het waterschap zwaaide vrijdag avond 26 hoofdingelanden uit vanwie er 18 vrijwillig gingen omdat ze zich niet herkiesbaar stelden en 8 gedwongen omdat ze bij de verkiezingen op 2 maart te weinig stemmen kregen. De vertrekkenden zijn: L.C. Groenewege na 22 jaar, mevr. M. Dijkslag-Jansen, M. Bijl en JJ. van der Slikke na 19 jaar, A. Duijnhouwer na 18 jr, MJ. Boon man en J.J. Goense na 16 jr, A.G.M. Wisse en MJ. Stoutjes- dijk 15 jr, E. Hage 13 jr, mevr. J.A. Snoep-Overbeeke 12 jr, H. van Westen 11 jr, H.A.P. Barten 10 jr, S. Wagemaker en L. de Oude 8 jr, M. Suurland, MJ. de Rooij, L. Hage, J.A.C. Gaakeer, P.K.M. Stouten en mevr. AJ. Nortier-Rijstenbil 7'/2 jr, M.AJ. van der Linde en A. Abrahamse 4 jr, A.C. de Rooij en P.PJ. Verduit 2 jr en A. Geluk nam na slechts 1 jaar waterschap afscheid. T.A. Vogel, die van 1981 tot 1988 hoofdingelande was en daarna gezworene nam vrijdag ook af scheid en ontving daarbij even eens de waterschapstegel. Philipsland is nu nog waarnemend- burgemeester van Kortgene op Noord-Beveland. De dijkgraaf ver telde 'in goede harmonie fijn samen gewerkt' te hebben met Vogel. "U was een bijzonder goed bestuurslid, opbouwend en goed op de hoogte. Het was voor het waterschap een voordeel, dat u als burgemeester van St. Philipsland zo goed bekend was met de onderwerpen. Storend was het nimmer. Tot u ging grossieren in gemeenten, was u ook trouw bezoe ker van onze vergaderingen." De dijkgraaf bracht de waardering tot uiting in de traditionele water schapstegel. In zijn dankwoord zei Vogel nog nooit eerder het woord gevoerd te hebben in de algemene vergadering. "Gezworenen zwijgen daar immers, want die zijn het altijd eens met de dijkgraaf. Het zwaartepunt voor de gezwore nen lag één keer in de veertien dagen in de bestuursvergadering. Ik vond het een voorrecht om in water- schapsverband te mogen werken. Het was wel even wennen, maar het bleek een verademing. Je had geen politiek. Nu kan politiek erg leuk zijn, maar soms ook iets minder. Bij het waterschap had je een heel aan gename sfeer. Dat moet je proeven en dat was heel fijn. Bij de verkie zingen op 2 maart is er even politiek geweest, maar dat is nu over." Vogel schetste in 1988 begonnen te zijn met zoet water en de fusie was het tweede belangrijke punt waar mee hij te maken kreeg. "Fusie van waterschappen was eerst een vies woord, maar op 9 februari werd er met algemene stemmen toe beslo ten. Met weemoed en spijt moet je vaststellen, dat het waterschap te klein wordt. Deskundigheid is alleen in groter verband mogelijk. Daarom is de algemene vergadering te prijzen, dat unaniem - zij het met pijn in het hart - tot fusie werd beslo ten. Ik vind het zelf jammer, dat ik vertrouwde gezichten straks zal gaan missen. Dat doet pijn, maar het waterschap, dat een apart wereldje is, wens ik het allerbeste. Sterkte ook voor de nieuwe bestuurders", zo besloot Vogel. Dijkgraaf I.C. Hage deelde dat mee tijdens de waterschapsvergadering in St. Maartensdijk en hoofd techni sche dienst J.A. Dees kwam er in detail op terug tijdens de zeer matig bezochte districtsvergadering in Poortvliet. Dan was de bijeenkomst op 4 januari in het Polderhuis, waar bij 38 belanghebbenden het water schap om maatregelen tegen de wateroverlast vroegen, heel wat levendiger. Dees noemde dat maan dagavond 'de meeSt geanimeerde districtsvergadering in 4 1/2 jaar.' Volgens A. Hage zijn de waterstan den nog steeds hoog in de Weihoek, al is er dan geen sprake meer van de overlast zoals op 30 en 31 decem ber. Dees legde uit, dat in de Weihoek het veen op sommige plaatsen zeer dicht onder het maaiveld ligt. Met name aan de Zwarteweg, Pelleweg, Boneputteweg en Groenoven. Vol gens hem is dat uniek in Zeeland. Sinds 1955 blijkt de bodem gezakt te zijn van 1.70 naar 1.90 m -NAP of van 1.90 naar 2.10 m -NAP. "De toplaag vergaat langzaam en daar naast hebben we met inklinking van het veen te maken." Dees maakte duidelijk, dat een oplossing niet gemakkelijk is. "We moeten zeer nauwkeurig zoeken naar een balans, want anders krijg je zettingen op wegen en bij gebouwen met alle mogelijke schadeclaims van dien." Naast de bodemdaling blijkt de capaciteit van het in 1957 gebouwde gemaal de Eendracht bij Tholen met 20% afgenomen te zijn. In plaats van 190 m3 per minuut verwerkt de ene pomp nog 172 m3 en de tweede pomp slechts 134 m3 per minuut. Daarentegen doen de twee vijzels aan de Kadijk het nog goed: die halen nog meer dan de vereiste 66 m3 per minuut. Die capaciteit kan zelfs nog vrij eenvoudig met 7% uit gebreid worden. Sinds 1964 is het hulpgemaal De Drie Grote Polders in bedrijf en alles bij elkaar wordt nog voldaan aan de Zeeuwse ont- werpnormen voor bemalingsgebie- den. Voor 11 mm regen per etmaal is een capaciteit van 380 m3 per minuut nodig. In 1958 weas dat 364, in 1964 zelfs zeer royaal 454 en momenteel zit men met 396 m3 per minuut nog boven de norm. "Maar de hele installatie van gemaal de Eendracht moet doorgelicht wor den", stelde Dees vast. "Daar zit het grootste probleem; daar moet het water sneller weg." A. Geluk pleitte ervoor om de afvoercapaciteit te verhogen. "We moeten naar meer dan 11 mm regen per etmaal toe voor lage polders als de Weihoek, de Oudelandpolder en de Scherpenissepolder", zei Geluk, die 55 mm regenval in dit verband 'niet extreem' noemde. "Dan hebben we meer berging, dus meer sloten nodig", antwoordde Dees. "Dat betekent flauwere taluds en bredere waterlopen, maar dat is een kostbare zaak. En voor verbete ring van de afvoercapaciteit is een nieuw gemaal nodig", zei Dees. "Er is overal geld voor, behalve om het water snel weg te krijgen", was de reactie van Geluk. "In de Wei hoek zakt het water pas na vier dagen." M.J. Stoutjesdijk pleitte voor flexi biliteit in het waterpeil. "Dat doen we al",liet Dees weten, "maar met verlaging van het waterpeil moeten we verschrikkelijk voorzichtig zijn. Voor je het weet, krijg je miljoen claims om je oren." Geluk concludeerde, dat versnelde afvoer van het water dan als enige mogelijkheid overblijft om boer in de Weihoek te kunnen blijven. P.K.M. Stouten deed het voorstel om dhr. Dekker, die in het kader van het baisplan watervoorziening het waterschap adviseert, de problemen in de Weihoek gelijk te laten meene men. Dees bleek hem voor het bode monderzoek al ingeschakeld te heb ben, maar volgens het hoofd van de technische dienst is verder onder zoek door andere deskundigen nodig. Tijdens de districtsvergadering in Poortvliet, die maandagavond in 't Ouwe Raed'uus door 8 ingelanden, 7 hoofdingelanden, 5 personeelsleden en 3 bestuursleden werd bezocht, wees Chr. Koopman op het pro bleem van boten op de dijk en deed P.C.A. Versluijs de suggestie om 55% te besparen op de energie van waterzuiveringsinstallaties. Volgens hem is de vermindering van het sli- baanbod en het terugdringen van het energieverbruik al met een investe ring van 50.000 gulden mogelijk. Dhr. De Wilde pleitte voor verbete ring van de Oudelandseweg in Tho len. Dees legde uit, dat de bomen die over 2 tot 3 jaar kaprijk zijn, de grootste bron van ellende vormen. "Het zou weggegooid geld zijn, daar nu asfalt overheen te gooien. En gaten vallen er nog niet in de Oude landseweg." A. Geluk blikte tenslotte vooruit na de fusie in 1996, waarbij het hoofd kantoor van het nieuwe waterschap boven de Westerschelde in Goes, Zierikzee of Middelburg komt. Wat gebeurt er dan met het Polderhuis in St. Maartensdijk? Wat blijft daarvan over? Wordt dat een bijgebouwtje? Geluk vreesde, dat daarmee het con tact met het waterschap ook zal ver minderen. Dijkgraaf Hage zei de nodige zorg te willen besteden aan de handhaving van het contact tussen burgers en waterschap. "De kans dat de dijk graaf van het nieuwe waterschap uit Tholen komt, is klein. Onze streek levert mogelijk 1 of 2 gezworenen en een aantal hoofdingelanden. Maar de mensen van de buitendienst blijven functioneren en die kunnen wensen van burgers doorgeven aan het bestuur", aldus de Thoolse dijk graaf. Hage had de mededeling van de landinrichtingsdienst, dat de subsi die voor de verdichtingsplannen is teruggedraaid van 60 naar 50%, in zijn openingswoord teleurstellend genoemd. "Temeer omdat al dat geschuif met percentages onrust veroorzaakt en daarmee de geloof waardigheid van de toezeggingen wordt aangetast. Ooit begonnen met een toezegging van 50%, terugge bracht naar 40%, opgewaardeerd tot 60% en nu weer bepaald op 50%. In wezen zijn we terug bij af. We moe ten daar niet al te negatief over doen, maar het doet wel afbreuk aan het vertrouwen en werkt onzekerheid in de hand. En daarmee is niemand gebaat", zei de dijkgraaf vrijdagmid dag tijdens de algemene vergadering in Haestinge te St. Maartensdijk. Stouten bracht naar voren, dat het waterschap wist dat er risico's aan de 60% vast zaten. "Gezien de inko mensontwikkeling, was er geen EEG-subsidie haalbaar zoals in de Flevopolder. Het is echter niet terecht om de landinrichtingsdienst de zwarte piet toe te spelen. U kunt teleurgesteld zijn in Brussel, maar niet in de landinrichtingsdienst. Die legt er namelijk zelf 10% bovenop, want eigenlijk is de subsidie maar 40%", aldus Stouten. De dijkgraaf schrok ervan. "Ik heb er moeite mee, dat u het waterschap de schuld geeft. Ik sluit de discus sie." L. de Oude gaf het nog niet op. "Is de subsidie nog haalbaar voor de verdichtingsplannen?", wilde St. Philipslandse hoofdingelande weten. "Van nog veel groter belang is, dat de streek een uitspraak doet over de verdichtingsplannen, want dat loopt al jaren", zei de geïrriteerde dijk graaf. Tevoren hadden A.G.M. Wisse en A.A. van Nieuwenhuijzen er al opmerkingen over gemaakt. Wisse zei, dat in andere gebieden als de Flevopolder en in Zeeuws-Vlaande ren wel meer subsidie gegeven wordt. "Dat is volgens EEG-regelin- gen", antwoordde de dijkgraaf. "Dat is ontwikkelingshulp waarbij naar het inkomen gekeken wordt." Wisse noemde dat 'tamelijk willekeurig.' Hij had daar niet zoveel begrip voor. Van Nieuwenhuijzen noemde de stijging van 40 naar 60% destijds een opsteker, maar de verlaging een teleurstelling. "In hoeverre is de overheid nog betrouwbaar? Het werk is nu voor de helft klaar en per 1 januari 1998 loopt de subsidie af. Er is dus haast geboden", zei Van Nieuwenhuijzen. De dijkgraaf kaatste de bal terug. "Het is nog harder nodig om voort gang te maken met het werk en daar voor is ieders medewerking nodig." A. Geluk uit Tholen informeerde of de vertraging bij het basisplan niet zal leiden tot stijgende kosten, zoals destijds bij plan Noord in St. Phi lipsland. "In hoeverre is de koek van 35 gulden per ha. al op?", wilde Geluk weten. "Als een werk langer duurt, is dat altijd kostenverhogend", antwoord de hoofd technische dienst J. Dees. "Je hebt immers meer toezicht en de grond is langer buiten gebruik. Maar gelukkig zijn er ook wel eens mee vallers. Het is niet uitgesloten dat het karwei duurder wordt, maar we gaan er niet schrikbarend overheen", zei Dees. Secretaris J.D. de Korte wees Geluk er nog op, dat door een andere kos tenverdeling de 35 gulden per ha. veel lager wordt. De grondeigenaren hoeven niet alleen meer op te draai en voor het basisplan; ook de inge zetenen, pachters en huizenbezitters betalen daaraan mee. A.A. van Nieuwenhuijen informeer de nog naar de overschrijding van de kosten in plan Noord en P.C.A. Ver sluijs meende, dat de voortschrij ding van het basisplan via de com puter op de voet gevolgd zou moe ten worden. Dees wilde er in het openbaar weinig van zeggen gezien 'duidelijke verschillen' en 'grote onzekerheid.'

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1994 | | pagina 15