Kunst is voor gemeente Tholen
voortaan een verplicht nummer
OGB gaat omlaag
Door grote offervaardigheid
toch eigen verenigingsgebouw
Kleine Chr. Geref. Kerk Oud-Vossemeer met 105 leden
Naar Zeeuwse vrienden
Donderdag 14 december 1989
EENDRACHTBODE, DE THOOLSE COURANT
LEDEBOER/ANEN (21):
door J.M. Vermeulen
Audiëntie
Bevestigd
Isolement
Hulpdiensten
Burgemeester Van der Munnik bij onthullingtransparante muur9
Dinsdagmiddag bracht oud-gemeentesecretaris T.C.
Benou licht in de 'transparante muur' voor de balie in
de hal van het gemeentehuis te Sint-Maartensdijk.
Lange weg
Uitbreiding REC
Voorstel b. en w. Sint-Philipsland:
De onroerend goedbelasting in Sint-Philipsland gaat
volgend jaar omlaag. B. en w. stellen de raad voor om
het tarief voor eigenaren vast te stellen op f. 5,88 (was
f. 6,31) en dat voor gebruikers op f. 4,06 (was f. 4,20)
per 3.000 gulden waarde. De totale opbrengst is dan
f. 294.140,-, ofwel 3% meer dan dit jaar.
Sint-Philipsland
wil twee leden
méér in de raad
TAALPRAATJE
HEMEL
De 105 doopleden tellende Christelijk Gereformeerde
Kerk in Oud-Vossemeer had zaterdagmiddag reden tot
vreugde en dankbaarheid. Door grote financiële offers
en veel zelfwerkzaamheid slaagde men erin een pand
te kopen en te verbouwen tot een verenigingsgebouw
met 50 zitplaatsen.
Eigen beheer
Stil
Begrafenissen
Hoewel ds. Ledeboer zich op
een bepaalde manier aan de
Christelijk Afgescheidenen ver
bonden heeft, zijn de kontakten
met die kerkformatie niet hecht
geweest. Benthuizen blijft in het
jaar 1841 min of meer op zich
zelf staan. Als ds. Ledeboer
thuis is, wat nogal eens mist,
preekt hij in de paardenstal bij
Leendert Rodenburg. Deze on
wettige samenkomsten worden
door burgemeester Willem van
Galen met argusogen gevolgd
en diens verslaggeving ademt
een puur vijandige geest. Nee,
van zijn hervormde vrienden
heeft hij geen goeds te wach
ten: de kerkdiensten van Lede
boer zijn onwettig en de
processen-verbaal gaan hem
geld kosten.
Ledeboer blijkt reeds in maart
1841 veroordeeld te worden.
Op deze veroordelingen volgen
in juli en september enkele rake
brieven aan Willem II, waarin Le
deboer zelfs geen koning meer
kent naar het vlees. Lambertus
piekert er niet over om zijn boe
ten te betalen. Wat hij om
Christus' wil lijden moet, is voor
hem niet met geld goed te ma
ken. Daarom wenst Ledeboer in
een schrijven van 14 juli 1841,
ter audiëntie bij koning Willem te
worden toegelaten. Zijn vriend
Jan van Golverlinge(n) uit de
Vlamingstraat in Den Haag,
voegt er een korte toelichting
bij. Maar tot een audiëntie komt
het niet. Dan, nu voor de twee
de keer, richt Ledeboer zich tot
de vorst: 'Gij, o Koning! kondet
tot mij niet spreken, maar ik kan
van LI niet afkomen. Telkens
mocht ik verwaardigd worden
Uwe Majesteit op te dragen, in
het gebed, tot den Aller-
hoogsten. Dit weten wij, dat
God uw vader, de kroon ontno
men heeft, omdat hij Zijn volk
vervolgde. De weg der afschei
ding is des Heeren. Gij zult God
tegen krijgen, als gij die we
derstaat...'
Een van de ministers conclu
deert: 'Dat eene steeds klim
mende dweeperij den ongelukki-
gen man tot eenen staat, aan
krankzinnigheid grenzende ge-
bragt heeft'. En hoe is ds. Lede
boer gesteld? Krankzinnig? Of
daar kort bij? Overspannen mis
schien? Of mag hij op de weg uit
de beek drinken? Hij, Ledeboer,
de man die in alles zo afhankelijk
leeft van de Heere, legt het neer
voor God. En ondanks het woe
den van hervormd Nederland,
gaat hij door met preken: tijdig
en ontijdig.
Zo wordt hij bijzonder versterkt
als, op zondag 10 oktober
1841, in Benthuizen zijn 'opvol
ger' bevestigd wordt. Dan leidt
de Heere hem de ganse dag aan
zeer stille wateren en verkwikt
zijn ziel uit zijn intree van 1838.
Uit diezelfde woorden mag Lam
bertus dan spreken in de stal bij
Rodenburg: 'Mijn hulp is van de
Heere, Die hemel en aarde ge
maakt heeft'. De God der blijd
schap vernieuwt Zijn verbond
met Gereformeerd Benthuizen.
Eeuwige trouw. Eeuwige armen
en eeuwige liefde; het is er goed
nabij God te wezen en ds. Lede
boer schrijft: 'Dat het mij beter
was door God als door de men
sen bevestigd te worden'.
't Is voor de jonge Lambertus
wel moeilijk om met de meerder
heid der afgescheiden gemeen
ten samen te werken. Hij raakt
los van de 'hoofdstroom'. (Tus
sen haakjes: U herinnert zich
nog wel de narigheid bij zijn
'Amsterdams avontuur'). Maar
er is nog zoveel meer. Door het
vragen van vrijheid immers wa
ren de gereformeerden een nieu
we kerk geworden. En dat wil
Ledeboer niet! O, als de afge
scheiden broeders nu al begon
nen te schipperen, waar zou dan
het einde zijn? Zo komt Lede
boer alleen te staan. Hij institu-
eert nieuwe kerken zonder er an
dere leraren of meerdere verga
deringen in te kennen en drukt
zijn stempel op deze gemeen
ten. Men noemt zich 'Ledeboeri-
aans' en banden met de Christe
lijk Afgescheidenen komen er
niet. Maar van een direkte
scheuring spreken, kèn en mèg
hier niet. 't Blijft een isolement.
In Zeeland kennen we reeds de
Vrije Gereformeerde Gemeenten
van Budding en Van Dijke. Ge
meenten eveneens zonder vrij
heid. Budding preekt er dag in
dag uit één of meerdere keren,
en elke dienst kost zo rond de
honderd gulden. Maar Budding
wordt er niet koud of heet van.
En ook Van Dijke doet dapper
mee. Dan volgt gijzeling. En daar
gaat Budding. Op 10 maart
1842 wordt hij uit Goes in Mid
delburg gevangen gezet met zijn
ouderling 'hemelse' bakker De
Jonge en Adriaan Kant Kasse
aanvankelijk zes weken in geïso
leerde cellen. Zo'n stuk of vijf
tien Budding-kerken zitten zon
der bediening van de sacramen
ten. Budding is voprlopig van
het toneel verdwenen en Van
Dijke mag niet dopen. Dan herin
nert Zeeland zich de vluchtige
kontakten met Ledeboer en
diens afkeer van vrijheidvragen
en met de meeste spoed gaat
een verzoek om hulp naar Bent
huizen om te komen helpen.
Nog diezelfde maand trekt ds.
Ledeboer naar het zuiden en de
banden met de Budding-
gemeenten aan de rand van de
diaspora worden bevestigd.
We hebben in dit hoofdstuk ('Le
deboer bij de Christelijk Afge
scheidenen') de eerste drie
hoofdstukken aan elkaar ge
knoopt. U zag Ledeboer en de
zijnen losraken van de hoofd
stroom der Afscheiding. Bij Bud
ding ging dat via een keiharde
scheuring (1839); bij Ledeboer
met een geleidelijk isolement
(1841-1842). We zullen probe
ren in hoofdstuk 5 van 'LEDE-
BOERIANEN' onze vrienden ver
der te volgen in hun gang naar
de gevangenis. Er was vervol
ging. Vervolging, wat was dat?
De 'transparante muur' zojuist onthuld door oud-gemeentesecretaris T.C. Benou (onzichtbaar) in de hal van het gemeentehuis te Sint-
Maartensdijk. Links van de muur, burgemeester H.A. van der Munnik en de beeldend kunstenaars Wies de Bles en Martin McNama-
ra. Op de voorgrond J. de Kok van de afdeling Welzijn en lid van de kunstcommissie van de gemeente Tholen.
De handeling die Benou daarvoor
verrichtte, was eenvoudig: door
het trekken aan een koordje ging
het licht aan in de muur die door
de beeldend kunstenaars Wies de
Bles en Martin Mc Namara een
ander aanzien heeft gekregen. De
gemeente verleende aan deze twee
kunstenaars de opdracht om 'iets
met de muur' te doen. Dat ge
beurde op advies van de gemeen
telijke kunstcommissie waarvan
Benou voorzitter was. Het kunst
werk is de eerste opdracht die
voortvloeit uit het beleid dat door
de gemeente in een nota is vastge
legd. De nota 'Tholen in beeld'
geeft onder meer aan dat er bij
het totstand komen van nieuwe
gebouwen of uitbreiding aan
dacht besteed dient te worden aan
een kunstwerk. Omdat er bij de
eerste uitbreiding van het gemeen
tehuis geen opdracht werd ver
leend voor het plaatsen van een
kunstwerk (de gemeente wilde
toen het carillon uit de toren van
Sint-Maartensdijk een permanen
te plaats in het gemeentehuis ge
ven, maar dat werd door
monumentenzorg niet toegestaan)
werd de tweede uitbreiding van
het gemeentehuis aangegrepen om
alsnog aandacht te schenken aan
kunst. Het plaatsen van kunstwer
ken in de open lucht in alle kernen
van de gemeente zal eerst gestalte
krijgen in Oud-Vossemeer. En
daarmee wordt een ander uit
gangspunt van het gemeentelijk
kunstbeleid ter hand genomen.
Volgens burgemeester H.A. van
der Munnik heeft het kunstebe-
leid van de gemeente Tholen een
lange weg moeten afleggen. Er
werd door de gemeenten niet of
nauwelijks aandacht aan ge
schonken. In de jaren 50 kwam
daarin verandering toen het mini
sterie van onderwijs, kunsten en
wetenschappen de 1%-regeling in
voerde. Hiermee werd het moge
lijk om 1% van de bouwkosten
aan te wenden voor het maken
van een kunstwerk. De regeling
vond op Tholen voornamelijk
toepassing bij schoolgebouwen.
Toch bleef het kunstbeleid on
gestructureerd ook al werd er
jaarlijks geld voor opzij gelegd,
zo stelde de burgemeester. Die re
serve bedroeg in 1979 31.000 gul
den, in 1986 was dat opgelopen
tot 100.000 gulden. In 1988 zag de
nota 'Tholen in beeld' het licht en
daarmee werd een start gemaakt
met een actief kunstbeleid. Naast
de nota werd een adviescommissie
ingesteld die moest bestaan uit
deskundigen, zodat de gemeente
ook een beroep kan doen op pro
vinciale subsidies. De burgemees
ter noemde het een plicht van de
gemeente Tholen om' blijvend
aandacht te besteden aan de beel
dende kunst. 'Dat houdt in dat
aan de schoonheid van Tholen de
komende jaren een extra dimensie
wordt gegeven'.
Oud-Gemeentesecretaris Benou
herinnerde aan de bestuurders van
de voormalige gemeentes op Tho
len die moeite hadden geld uit te
trekken voor het laten maken van
schilderijen van de havens toen
bekend werd dat er een aantal zou
worden gedempt. "Nu zijn we er
blij mee dat ze gemaakt zijn. Wees
er zuinig op". Benou verwacht dat
de Thoolse bevolking het kunst
beleid op prijs zal stellen. Hij ont
leende die verwachting aan het
feit dat er op Tholen al het een en
ander gebeurt op het terrein van
kunst- en cultuurbeleving: drie
openbare bibliotheken, plus uit-
leenposten in elke kern, het REC
in Tholen, de afdeling van de
Zeeuwse Muziekschool en Uit op
Tholen. "Kortom de bevolking
voelt voor kunst". Benou riep het
gemeentebestuur op deze voorzie
ningen zoveel mogelijk te spreiden
om achterstanden in bepaalde
dorpen weg te werken. 'Wat met
de bibliotheken mogelijk is, waar
om zou dat ook niet met het REC
kunnen", zo zei de oud-voorzitter
van de adviescommissie.
De muur in de hal van het ge
meentehuis is volgens Benou het
symbool geworden waarop het
kunstbeleid van Tholen steunt.
"Als de kunstcommissie het tem
po volhoudt waarmee ze heeft ge
werkt om deze opdracht tot
uitvoering te laten brengen, dan
kan er nagenoeg elk jaar een
kunstwerk tot stand komen". Van
de vijf inzendingen die de com
missie bereikten waren er volgens
Benou drie die heel goed waren.
De keuze voor de inzending van
mevrouw De Bles was een eensge
zinde, zo liet Benou weten. Hij in
formeerde of het geld voor deze
opdracht nu op was, al besefte hij
met deze vraag andermaal zijn
plaats als oud-gemeentesecretaris
"Waar bemoei ik me weer mee,
zult U zeggen". Na het verlichten
van het kunstwerk in de hal gaf
Wies de Bles een toelichting. Zij
vertelde dat de eerste gedachte die
bij haar en Mc Namara opkwam
was om de muur in zijn geheel af
te breken en er en kunstwerk te
plaatsen. Die gedachte aan wat
juist niet kon, leidde tot dit kunst-
werk. De muur verwijst volgens
de makers naar een 'imaginaire
wereld, naar herinnering, verleden
en is geplaatst in het heden en de
toekomst".
De gemeente Sint-Philipsland wil
proberen met ingang van volgend
jaar (de nieuwe zittingsperiode)
het aantal raadsleden met twee uit
te breiden naar negen. Bij het on
derzoek naar de begroting 1990 is
er over gesproken dat te proberen
door middel van een zogenaamde
anticipatiewet. De haalbaarheid
blijft echter twijfelachtig en is af
hankelijk van de Tweede Kamer.
I
Volgens artikel 5 van de Gemeen
tewet hebben gemeenten beneden
3.000 inwoners zeven raadsleden
en gemeenten tussen 3.000 en
6.000 inwoners elf.
Bij het begrotingsonderzoek is
ook het gemeentelijk woningbe
drijf aan de orde gesteld. CDA en
PVAB willen dat afstoten. Nu
krijgt de gemeente ongeveer
f. 30.000,- aan personeelskosten,
maar voor dat bedrag kan het wo
ningbedrijf volgens beide fracties
niet deskundig worden beheerd.
Uit het onderzoek bleek verder,
dat de post leerlingenvervoer bij
na 33.000 gulden hoger is. Dit
komt omdat weer vervoer nodig is
naar De Veste in Tholen, terwijl
voor het eerst ook kinderen uit
Sint-Philipsland naar de z.m.l.k.-
school in Sommelsdijk gaan.
De waarde van het onroerend
goed in Sint-Philipsland is ge
taxeerd op ongeveer 90 miljoen
gulden. Een waardestijging van
zo'n 9%, die mede is veroorzaakt
door nieuwbouw. De verhouding
tussen de tarieven voor eigenaren
en gebruikers moet worden aange
past, omdat wettelijk op 1 januari
1994 die verhouding 100:125 moet
zijn. Voor 1989 was het 100:150 en
voor 1990 is het tarief berekend
op 100:145.
De gemeenteraad spreekt zich
morgen ook uit over verschillende
andere belastingverhogingen. Het
rioolrecht en de hondenbelasting
gaan met 3% omhoog en de reini
gingsrechten voor huishoudens
met bijna 10%. Daarentegen gaan
alleenstaanden 34% minder reini
gingsrecht betalen. Het begraaf-
recht gaat omlaag van f. 491,50
naar f. 375,-. De woonforensenbe-
lasting blijft, aldus het voorstel
van b. en w., ongewijzigd.
Wethouder Walpot is, gezien de
relatie met de voorgestelde sport-
voorzieningen, tegen elke be
lastingverhoging. Verder wil hij de
opbrengst van de reinigingsrech
ten terugbrengen tot een maxima
le dekking van 90% (is nu 100% -
red.). Bij het begrotingsonderzoek
behield SGP-fractievoorzitter H.
Geluk ten aanzien van de be
lastingvoorstellen zijn standpunt
voor.
De uitdrukking 'de bomen groei
en niet meer tot in de hemel' is
aanleiding tot een Taaipraatje
over hemel. De uitdrukking
wordt de laatste jaren uit den
treure gebruikt, om aan te duiden
dat de tijd voorbij is dat vooral
het rijk overal geld voor had. De
tijd van economische teruggang
en bezuiniging werd ermee inge
luid, wel een hemelsbreed verschil
met de welvaartsperiode, toen het
niet op kon. Oorspronkelijk werd
'tot aan de hemel reiken' alleen in
positieve betekenis gebezigd. Het
werd gezegd van hoge gebouwen,
bomen en lange personen. Pas la
ter ook in negatieve zin. Hemels-
breedverschil geeft aan dat de op
vattingen en begrippen aanmerke
lijk uiteen kunnen lopen. Verder
komt hemelsbreed voor in een be
paling van afstand. Dan wordt de
rechte lijn bedoeld. 'Het is naar
die plaats een reis van een mijl op
zeven (men moet een omweg ma
ken) hoewel het hemelsbreed toch
niet ver is'. Vroeger kende men de
schertsende zegswijze 'hemels
breed is het vele mijlen of uren
gaans, maar misschien is er een
kortere landweg'. Betekenis:
waarom omslachtig als het ook
eenvoudig kan.
Onder de hemel verstaat men het
uitspansel, de lucht boven ons,
waarin de zon, maan en sterren
schijnen te staan. Slechts zelden
in het meervoud gebezigd, zoals
in Psalm 19: 'de hemelen verkon
den (verkondigen) Gods eer'.
Afhankelijk van de bevolking
spreekt men van een heldere, don
kere, bedekte, bewolkte of drei
gende hemel. 'Het regent of het
met bakken uit de hemel wordt
gegoten'. Om een onverwachte
ramp of tegenspoed aan te dui
den, kent men nog steeds de uit
drukking 'het kwam als een don
derslag bij (uit) heldere hemel'.
Schertsend zegt men wel 'Een gat
in de hemel (lucht) slaan' voor
een heftig gebaar maken van ver
bazing. Bekend is de aanduiding
'de vogelen des hemels en de die
ren des velds'. Sommige mensen
zijn altijd pessimistisch en hebben
overdreven bezwaren. Om daar
mee de spot te drijven ontstond
de zegswijze 'als de hemel valt
zijn alle mensen (ook mussen)
dood'. Daarbij hoort eveneens
het schertsende antwoord aan het
adres van iemand, die telkens zegt
'als dit of dat eens gebeurde': Als
de hemel valt, hebben we allemaal
een blauwe slaapmuts op.
Bekend is de uitdrukking 'onder
de blote hemel slapen' voor geen
dak boven het hoofd hebben.
Vaak worden hemel en aarde in
één adem genoemd. 'Hemel en
aarde bewegen'. Alles in het werk
stellen iets gedaan te krijgen of
zijn doel te bereiken, ook als het
schier onmogelijk is. Soms: me
delijden opwekken.
Van personen en zaken die 'on
eindig' veel verschillen zegt men
wel 'hemel en aarde verschillen'.
Zover van elkaar zijn als hemel en
aarde. 'Tussen hemel en aarde
zweven' voor onzeker zijn. 'He
mel en aarde!was een uitroep die
opperste verbazing aangaf. Een
andere betekenis van hemel is de
woonstede van God of der Go
den. Zéér bekend uit het gebed
'Onze Vader die in de hemelen
zijt'. Als iets door de Almachtige
is bepaald of voorbeschikt noemt
men dat 'in den hemel besloten'.
'Huwelijken worden in de hemel
besloten'. Ze worden toegeschre
ven aan een goddelijke be
schikking.
In spreekwoordelijk gebruik
duidt de derde of de zevende he
mel het hoogst bereikbare aan.
De verloofden waren in de zeven
de hemel. Daarentegen ook ge
zegd van iemand die ladderzat
was (zeer dronken). 'Met kousen
(ook schoenen) in de hemel ko
men' wil zeggen zonder strijd of
lijden. 'Menen met kousen en
schoenen naar de hemel te gaan'
betekent denken dat men iets zal
krijgen zonder te werken. Als te
genstelling 'men komt met kou
sen en schoenen in de hemel niet'.
In Vlaanderen: men rijdt naar de
hemel niet in een koets.
'Een stoel in de hemel verdienen'
als beloning voor goed doen.
Ook: de hemel verdienen (bij de
katholieken door vroomheid en
goede werken). Aan iemand de
hemel verdienen: aanspraak op de
hoogste dankbaarheid hebben.
Hemelhoog komt voor in de uit
drukking 'iemand hemelhoog
prijzen'. Overdreven en boven
matig prijzen; verheffen. De
Duitsers kennen 'himmelhoch
jauchzend, zum Tode betrübt'
om de plotselinge veranderlijk
heid van de mens aan te duiden.
Voor het spreekwoord 'na regen
komt zonneschijn' zei men vroe
ger wel 'is de hemel heden grauw,
morgen is hij blauw'. In plaats
van het kwaad straft zichzelf,
kende men 'die naar de hemel
spuwt, spuwt in zijn eigen aange
zicht'. Ook: die een steen naar de
hemel werpt, krijgt hem zelf op
het hoofd.
We besluiten met twee Japanse
spreekwoorden: Door het oog
van een naald kan men de hemel
zien; en: De mannen zouden een
hemel op aarde hebben indien de
vrouwen geen ruzie maakten.
Ds. Boogaard bij de kaart van Israël in het nieuwe verenigingsgebouw met geheel rechts diaken Th. Aarnoudse en ouderling M. van
Gorsel.
Ds. Boogaard toonde trots de
nieuwe ruimte. "Het is voor ons
een grote aanwinst", vertelde hij.
"Je moet dit vergelijken met een
grote gemeente die een nieuwe
kerk in gebruik neemt. Voor ons
betekent dit een verdubbeling van
de ruimte en door de vouwwand
kan het verenigingsgebouw bij
bijzondere diensten direct bij de
kerk getrokken worden. Ook van
uit het verenigingsgebouw houdt
men dan de preekstoel in het
oog."
De voormalige timmermanswerk
plaats van dhr. Van Driel aan de
Molenstraat staat aan de achter
kant tegen de kerk. Toen dat pand
te koop kwam, meende de kerke-
raad dat het voor de kleine groep
leden financieel niet haalbaar zou
zijn. "Enkele dagen later kregen
wij daar spijt van", vertelde dia
ken Th. Aarnoudse in een terug
blik. "Wanneer het gebouw in
andere handen kwam, zouden we
in de kerk wel eens overlast kun
nen krijgen. Daar waren we be
vreesd voor. Bovendien was de
consistorie feitelijk te klein voor
verenigingen en andere vergade
ringen.'
Het pand was echter al verkocht,
maar de adspirant-koper kon geen
geld krijgen, zodat Sturris Vast
goed opnieuw de Chr. Geref. Kerk
benaderde en die was daar blij
mee.
Wijlen ouderling I.J. van Gorsel
en zijn zoon ouderling M.A. van
Gorsel benaderden diezelfde dag
nog alle leden en iedereen was
voor aankoop.
Er werd een plan gemaakt en
bouwbedrijf Krijger uit Poortvliet
ging aan de slag met de plaatselij
ke firma Vos voor de elektriciteit,
Visser uit Poortvliet voor het an
dere installatiewerk en Van der
Harst uit Tholen voor de afzui-
gapparatuur. Heel veel gebeurde
echter in eigen beheer, met name
het schilderwerk. Lichtinval is er
aan de zijkant via grote ramen.
Onder de trap naar de bovenver
dieping - die is als woning ver
huurd aan de fam. Schilperoord -
is de garderobe gemaakt. Daar
naast is er nog een keukentje met
toiletten.
Diaken Aarnoudse dankte de ge
meenteleden voor 'de grote offer
vaardigheid van een klein getal'.
"Het deed de kerkeraad wel eens
stil worden wanneer we de vele en
grote gaven via collecten of over
boekingen mochten ontvangen.
Ook de vele leningen, zowel rente
loos ls rentedragend. Op de leden
vergadering is daarvan al
verantwoording afgelegd. In eens
gezindheid en liefde is er ontzet
tend veel werk op vrijwillige basis
gebeurd. In het bijzonder de
bouwcommissie, maar ook de
vrouwenvereniging 'Wees een ze
gen'. Het overtrof onze stoutste
verwachtingen. Ik denk dat er
aangevoeld is, dat de kerkeraad fi
nancieel wel zo'n beetje aan het
eind van het kopen en betalen
was.'
Aarnoudse noemde vele geschen
ken op: een koffiezetapparaat
voor 80 koppen, wandklok, twee
wandkleedjes, gordijnen, wan
dlampjes, grote deurmat, twee
keukenkastjes, w.c. garnituur voor
beide toiletten, keukenbenodigd
heden als kopjes, glazen, bestek,
enz., een koelkast en brandblu
sapparatuur. De voorraad
schoonmaakartikelen die door de
schoonmakers was verbruikt,
werd direct aangevuld.
De diaken noemde het 'een waar
genoegen' om met bouwbedrijf
Krijger samen te werken. "Wij
kenden u uit eerdere verbouwin
gen en u hebt ons vertrouwen niet
beschaamd."
Aarnoudse hoopte, dat het vereni
gingsgebouw in vrede en onderlin
ge liefde gebruikt zou mogen
worden. "Dat het een samenbin
dende functie binnen onze kleine
gemeente mag hebben. Schenke
de Heere ons daarbij Zijn onmis
bare zegen."
Ds. Boogaard hield ter gelegen
heid van de officiële ingebruikne
ming een meditatie uit Psalm 48.
Ook consulent ds. v.d. Sluys uit
Middelburg voerde nog het
woord. Aannemer J. Krijger bood
namens de bouwers een wan
dkaart van Israël aan.
Na de bijeenkomst met de leden
was er voor andere belangstellen
de nog gelegenheid om het vereni
gingsgebouw te bekijken.
Voor catechisaties, de jeügd- en
actieve vrouwenvereniging is de
grote accommodatie een hele
vooruitgang. De Chr. Geref. Kerk
is nogal gegroeid door de komst
van de predikant en de directeur
van de prot.chr. basisschool in
Oud-Vossemeer, wat tien doople
den meer opleverde.
Diaken Aarnoudse zei desge
vraagd, dat het in de Molenstraat
vlakbij de begraafplaats gelegen
gebouw ook voor begrafenissen
gebruikt kan worden. Er zijn 50
zitplaatsen. Voor niet-leden van
de Chr. Geref. Kerk zal de kerke
raad elk verzoek afzonderlijk be
oordelen. Aarnoudse liet weten,
de plannen voor e?n apart ge
bouw voor begrafenissen niet te
willen doorkruisen. De Hervorm
de Gemeente wil het verenigings
gebouw aan de Ring verkopen en
de voormalige kleuterschool
Hummelvreugd in de Bou Kooij-
manstraat inrichten voor vereni
gingen en begrafenissen.