Huis en Heem bewondert N.H. Kerk en gemeentehuis De rooftochten van de Karamojong in Oeganda Ij roept mar, ënneLpmen eraan! pm J RienVroegop topscorer Logiesinfo Zeeland Boekennieuws Huurcommissie blijft in Goes Donderdag 12 juni 1986 DE EENDRACHTBODE 13 Leprabestrijding ondervindt nadelige gevolgen Rust verraderlijk Aminsoldaten Vruchtbaar Schilderijen Uw huis is de schilder waard. OPERATIE Nuts! DE ZOMERMAAND - 1986 Vakantie-onzin-in-ee-klein Oeganda in Oost-Afrika kent 33 verschillende stammen. Al die stam men hebben een eigen taal. De "Parel van Afrika" scoort hoog op de wereldranglijst van landen met een grote verscheidenheid in samenstel ling van de bevolking. Die verscheidenheid leidt soms tot conflicten die zich op regionaal niveau afspelen. Een van die regio's is het grensge bied tussen Teso en Karamajo in het oosten en noorden van het land. In Teso wonen de Itesot, op één na de grootste stam van Oeganda. Hun noorderburen, de Karamajong spreken een verwante taal, zijn veel min der in getal, maar verstoren reglematig het dagelijks leven van andere stammen, zo ook dat van de mensen die in de buurt van het leprazie kenhuis in Kumi wonen. door Arie de Viet Twaalf kilometer ten noorden van het lepraziekenhuis ligt het Bisina- meer. Het vormt de natuurlijke grens tussen Zuid- en Noord-Teso. Via moerassen en tientallen meert jes staat het water in verbinding met het westelijker gelegen visrij ke Kyogameer. In dit meer ver volgt de Victorianijl zijn weg naar het noorden. Staand aan de oever van het Bisi- nameer lijkt het alsof de tijd is stil gezet; de vissers die zich met hun houten kano's enkele kilometers verder op het water bevinden, kun je horen praten, langs de waterkant grazen koeien, verderop vullen en kele vrouwen hun waterkruiken en rennen kinderen door het ondiepe water. Tot zover het oog reikt, is het meer bedekt met een tapijt van waterlelies. Boven de lila bloemen vliegen talrijke libellen en blauwg lanzende ijsvogels die plotseling pijlsnel het water induiken om klei ne visjes te vangen. De bewoners aan de boorden van het meer ver tellen van nijlpaarden die ze soms waarnemen en prijzen het vlees dat veel malser moet zijn dan biefstuk. De vissers klagen over krokodillen die de netten vernielen. Reizigers die naar Noord-Teso wil len, kunnen hier naar de overkant gepeddeld worden, een tochtje van een half uur. De mannen die deze dienst onderhouden, hebben met hun kano's een kaarsrechte vaar route dwars door het tapijt lelies getrokken. De tijd dat iemand snel met een boot aangedreven, door een buitenboordmoter overgezet kon worden, is voorbij. Door de hoge prijs van brandstof en het ge brek aan onderdelen is dit middel van vervoer uit de vaart genomen. De eigenaar laat me met enige trots de motor zien die hij naast het bed in zijn hut bewaard, in de hoop op betere tijden. De rust die hier op en rond het meer heerst is verraderlijk. Tijdens het droge seizoen vluchten Itesot (leden van de stam in Teso) uit het noorden over het meer, verjaagd door de Karamojong. Deze nabu rige stam heeft het op vee gemunt. Bij het roven van de runderen val len er vaak slachtoffers onder de bevolking, hutten en voorraad schuren worden in vuur en as ge legd. De Karamojong zijn krijgers die zich voeden met melk en vers bloed dat ze op een ingenieuze wij ze uit een van de halsaders van het rund weten op te vangen. Trouw aan de traditie lopen deze krijgers nagenoeg naakt. Naast enkele sie raden, een lange struisvogelveer als hoofdtooi en een melkkrukje is hun geweer het opvallendste attri buut. Met moderne wapens, buit gemaakt op regeringstroepen, kunnen ze effectiever en dodelijker opereren dan met hun oorspronke lijke speren. Ze hebben zich in de loop der eeuwen gehard. Voor el ke gedode tegenstander kerft een krijger zich een streepje in zijn huid, als teken van verdienste. Hoe groter het aantal koeien een Kara mojong weet te bemachtigen en hoe meer "vijanden" hij weet te doden, hoe groter zijn aanzien. Tijdens hun roofovervallen leggen de Karamojong te voet grote af standen af. De trefzekerheid van hun optreden wekt ontzag, maar boezemt tegelijk angst in bij de na burige stammen die voornamelijk leven van de opbrengst van het land. Op deze stam heeft geen en kele Oegandese regering vat kun nen krijgen. Regelmatig worden er patiënten met schotwonden in het lepraziekenhuis opgenomen. Ook verlenen personeelsleden onderdak aan familieleden die door de Ka ramojong van huis en haard ver dreven zijn. Wekenlang blijven deze gezinnen inwonen bij het ver plegend personeel, in de dienstwo- ninkjes die niet op zoveel mensen berekend zijn. De leprabestrijding heeft te lijden van de Karamojong. Ook het ver volgonderzoek naar de rol van de B.C.G.-inenting in het gevecht te gen de lepra ondervindt nadelige gevolgen van het optreden door het krijgszuchtig volk uit.Karamoja. Op een dag komen onverwacht twee veldwerkers uit Noord-Teso bij me aan huis, niet om gegevens te brengen voor het onderzoek, maar om te vertellen dat ze samen met de patiënten gevlucht zijn. Pe ter Okello vertelt; "Ze hebben weer huis gehouden, het was ver schrikkelijk. Weet je, die lui ko men altijd in drie groepen. De eerste groep is een zwaargewapen de voorhoede, die schiet de men sen uit hun huizen of neemt een van hen mee om de koeien te wij zen. Dan is er een groep die enkel het vee drijft en dan een derde groep die de bezittingen meeneemt en de boel platbrandt. Ze komen altijd 's nachts en 's ochtends zijn ze weer verdwenen". Zijn collega Max Ocom: "Maar ze zeggen dat het niet alleen maar Karamojong zijn. Er wordt beweerd dat de Ka ramojong geïnfiltreerd is door oud-Amin soldaten en gewone mis dadigers. Het is een mengelmoes je geworden. Het vervelende is, dat ze tegenwoordig alles in brand ste ken. Dat deden ze een aantal jaren geleden nog niet, toen kwamen ze louter het vee stelen". Een maand later tref ik ze weer in Noord-Teso; samen met nog drie andere veldwerkers uit hei gebied, wonen ze tijdelijk op een plaats tot ze er zeker van zijn dat de toestand weer genormaliseerd is. Het bete kent evenwel dat ze veel grotere af standen moeten overbruggen om de patiënten te bezoeken. De meeste koeien uit de streek zijn ver dwenen en Ocom wijst me een open veld waar de Karamojong het vee had verzameld voordat ze er mee naar de dorre vlakte in het noordoosten van het land waren vertrokken. Door de ongeregeldhe den in het grensgebiedvan Kara- moja en Teso besluiten sommige families grond in Zuid-Teso te ko pen en te verhuizen. Maar de meeste keren terug naar hun ak kers die ook al door de voorouders zijn bewerkt. Ocom: "Er is land genoeg en de grond is hier vrucht baar, kijk maar es naar de pinda's en de gierst. We kunnen het land waar we generaties lang op hebben gewoond toch niet zomaar veria ten? Als Oegandees heb je altijd een stukje eigen grond, we zijn al lemaal kleine boeren en dat is een groot voordeel, wat er ook ge beurd, we kunnen tenminste vol doende voedsel verbouwen om te overleven". Aan de oever van het Bisinameer in Tesa, Oost-Oeganda. Huis en Heem heeft in Sint- Maartensdijk bezichtigd Ned. Herv. Kerk en de schilderijen in het gemeentehuis. In de kerk gaf kerkvoogd Bijl een uiteenzetting over de geschiedenis van de kerk. In de archieven wordt al in 1354 melding gemaakt van een kerkge bouw waarvan verder niets be kend is. In de tijd dat Frank II van Borssele, het dorp Sint- Maartensdijk omwalde zodat het zich "smalstad" mocht noemen, verbond hij ook een College van Kanunniken (kapittel) aan zijn kerk (1429). Rond het begin van de 15e eeuw moet men begonnen zijn met de bouw van een nieuwe kerk; er ver rees een groot koor met tonge welf, waarvan de spanten steunen op twaalf gesneden blokkeels; hiervan zijn die in de vorm van een leeuw, een hond, een beer en een mannetje met een kruik nog grotendeels oorspronkelijk. Op de gewelfschotels zijn onder an dere Sint Maarten te paard en een gekroonde Christus afgebeeld. In het inwendige wordt de blik ge trokken van het donkere midden schip, karakteristiek voor basilie ken zonder lichtbeuk, naar het helderverlichte hoofdkoor. De vroegere kapitelen op de geheel natuurstenen zuilen hebben een enkele krans van een nogal afwij kend type 'koolbladern'. Voor de laatste scheiboog werd een eige naardige steunoplossing gevon den in de halfkapiteelvormige kraagstenen. Op een der zuilen ziet men een gele onderschilde ring, waarop -men is niet zeker- emblemen uit de Bourgondische tijd en het wapen van de Van Borssele's aangebracht zijn. In de noordwand van het koor bevindt zich een doorgang naar de voor malige grafkapel met de resten van de graftombe van Floris II van Borssele (3191-1422) en Oda van Bautersem (overleden 1420); overgebleven is de romp van een ridder met daarachter een wand, versierd met spitsboogjes. Daar, in het noorderkoor, staat ook het marmeren grafmonument van Cornelis Liens (1580-1636) dokter te Tholen, drost van Sint Maar tensdijk en baljuw van Scherpe- nisse. Er bovenop spelen albasten engeltjes, passend bij een man, die ook dichte, zij het enigzins eigenaardig. Schip en zijbeuken zijn gedekt door ton-en halve ton gewelven. Deze houten kap constructie kan men zien als resi du van de vroegere houtbouw, maar het is ook mogelijk, dat men zich in deze drassige streken niet graag aan stenen gewelven waagde, omdat de druk daarvan opgevangen zou moeten worden door luchtbogen (zie Tholen). In de kerk hangen achttien eeuwse koperen kronen. In het koor hangt ook een mooi Tiengfebo- denbord. De 17de eeuwse preekstoel heeft een trap die ge deeltelijk uit 1701 dateert. Erte gen is een koperen doopbekken- houder bevestigd. Er staan over huifde kerkbanken uit het begin van de zentiende eeuw en van cir ca 1800 en natuurlijk zijn er ook hier verschillende zestiende-en ze ventiende eeuwse grafzerken. Te gen de westmuur opgesteld het negentiende-eeuwse orgel, is in 1882 gebouwd door Pieter Flaes. Na de uiteenzetting en rondwan deling in de kerk was er de bezich tiging van het gemeentehuis met de schilderijen van de voormalige ambachtsheren. De schilderijen afkomstig uit het kasteel van Sint In een brief aan het FNV-district Zeeland heeft staatsecretaris mr. G. Ph. Brokx meegedeeld dat het secretariaat van de huurcommis sie hoogstwaarschijnlijk in Goes zal blijven. Eerder waren er plan nen dit te verplaatsen naar Breda. De heer Brokx gaat over de her groepering opnieuw overleg voe ren met de huurcommissies in de regio. Het is de bedoeling per pro vincie één secretariaat van de huurcommissie te handhaven. Gedeputeerde Staten hebben de staatssecretaris gevraagd zo spoe dig mogelijk een onderzoeksrap port openbaar te maken waarin gegevens staan over het toekom stige aantal en de omvang van de secretariaten van de huurcommis sies. In een brief wijzen GS erop dat het volkomen onjuist zou zijn als Zeeuwse burgers die hun recht zoeken, helemaal naar Breda zou den moeten reizen. Maartensdijk zijn na de afbraak van het kasteel rond 1795-1820 naar het stadhuis overgebracht. De schilderijen zijn deels orginele schilderstukken deels waardevolle 17e eeuwse copiën. Het zijn de af beeldingen van de vroegere arïi- bachtsheren en van hun echtgeno ten of verwanten, namelijk: Frank van Borssele, graaf van Oostervant, geboren - overle den 19 november 1470; Jacoba van Beieren, gravin van Holland en Zeeland van 1417-1433, geboren 25 juli 1401, overleden 2 oktober 1436; Prins Willem I van Oranje, ge boren 24 april 1533, stadhou der van Holland en Zeeland enz. van 1556 tot aan zijn overlijden op 12 juli 1584; Prins Philips Willem, zoon van de vorige en zijn gemalin Anna van Egmond, geboren 19 december 1554, overleden 20 februari 1618; Eleonora van Bourbon Con- dé, dochter van Hendrik, Prins van Condé, gemalin van de vorengenoemde, geboren 30 april 1587, overleden 10 ja nuari 1619; Prins Maurits, zoon van Prins Willem I en Anna van Saksen, geboren 14 november 1567, overleden 23 april 1625, stad houder der Verenigde Neder landen van 1585 tot 1625; Prins Frederik Hendrik, zoon van Prins Willem 1 en zijn ge malin Louise de Coligny, ge boren begin 1584, overleden 14 maart 1647, stadhouder van Holland en Zeeland van 1625 tot 1647; Graaf Willem Lodewijk van Nassau, stadhouder van Fries land, geboren 13 maart 1560, overleden 31 mei 1620. Hij re geerde van 1583 tot 1620; Frederik V van den Pais, ko ning van Bohemen, ook ge noemd de Winterkoning, ge boren 1596, overleden 1631, heeft geregeerd van 1610 tot 1632; Aan Spanje's Middellandse Zee Valt alles - tot op heden - mee De mensen goed in dorp en stee En de verzorging? Best, oké. Bij het ontbijt, Van Nelle thee Om tien uur koffie-Nescafé. Een warme lunch, een fijn diner En 's avonds wijn, toch minstens twee. We denken nooit aan thuis, o, nee, We zien geen krant en geen T. V. Geen radio - was goed idee - En telefoon? Nee, weg er mee. We luisteren constant, gedwee, Naar onze overbuurvrouw "Kee". Een schoonheid is het niet, o, nee, Ze lijkt een boze toverfee. Van veraf valt ze toch nog mee. Haar eigen naam is van der Stee". Haar man heet "Dorus Hontelé". We noemen haar soms "Tante Kee". Ze komt uit 't plaatsje Oosterlee Vertelt aan ons haar wel en wee. Wat zij nu doet en vroeger dee. 10 Elisabeth Stuart, gemalin van de vorige, dochter van Jaco bus I, koning van Engeland, geboren 1596, overleden 16662; 11 Hertog Christiaan van Bruns- wijk, geboren 1599, overleden 1626. Bekend uit de slag bij Fleurus; 12 Henriëtte Maria Stuart. Hier mede is blijkbaar bedoeld de gemalin van Prins Willem II van Oranje, geboren 1611, overleden 1660. Deze was een dochter van Karei I, koning van Engeland; 13 Willem III, zoon van Prins Willem II en Maria Stuart, ge boren 14 november 1650, overleden 19 maart 1702, stad houder van Holland, Zeeland enz. van 1672 tot 1702; was ook koning van Engeland van 1689-1702; 14 Maria Stuart, dochter van Ja cobus II, koning van Enge land, geboren 1662, overleden 1695, was de gemalin van de vorengenoemde prins en koning; 15 Frederik Willem I, keurvorst van Brandenburg, ook ge noemd de Grote Keurvorst, geboren 6 februari 1620, over leden 29 april 1688, heeft gere geerd van 1640-1688; 16 Louise Henriëtte van Nassau, dochter van stadhouder Fre derik Hendrik, geboren 17 no vember 1627, overleden 8 juni 1667 en op 16 januari 1647 ge huwd met de onder het vorige nummer vermelde keurvorst; 17 Verder nog een afbeelding, waarvan de identiteit nog niet is vastgesteld. De schilderijen werden in 1924 op kosten van de gemeente Sint- Maartensdijk gerestaureerd en vormen thans een sieraad van het raadhuis. Bij beide bezichtigingen bleek weer eens dat weinigen kennis hebben van hun naaste omgeving. Het is dan ook een goed initiatief van Huis en Heem om regelmatig deze excursies te houden. Hun boerderij heet "Weltevree". Ze hebben daar een stal vol vee. Ook nog een druk beklant café. Zij zegt: Mijn man kan nooit eens mee". En wij maar knikken, ja en nee. Ze heeft een stem die telt voor twee, Ze drinkt niets anders dan rosé. Zit alle dagen in 't café En daar zingt zij de hoge cé. Na dit verhaal van Tante Kee Gaan wij - met nog een man of twee - Naar 't stierenvechters matinee En dan pas rusten, heel tevree. P.S. Wat schrijf ik toch een on zin, hé? Hier aan de Middellandse Zee. Daar zit ik nu al dagen mee. Toch voel ik mij perfekt, oké. Zo weet u weer van lieverlee Een beetje van mijn wel-en-wee Aan Spanje's Mediterrané. Ik moest u groeten van ons Kee". Nu krijg ik zin in Nescafé En straks misschien ook in rosé. M'n blad is vol, ik stop ermee. In Spanje zegt men dan, Olé Veel groeten van P.M. van Ee. s. Geluk schilders en afwerkingsbedrijf r^=I ,-g-, Voorstraat 18 n LfVI Sm 4675 CB St. Phllipsland Tel. 01677-2930 of 01677-2664 Rien Vroegop van Smerdiek is met 11 doelpunten Thools topsco rer geworden van dé KNVB- standaardteams. Op de Zeeuwse ranglijst staat hij als elfde geklas seerd en in de vierde klas als twee de. Anton Melchers van Noad'67 trof negen keer doel, wat goed is voor een vijfde plaats. Johan Schot(Tholense Boys) staat met acht doelpunten op de zesde plaats. In de derde klas behaalde Peter Scherpenisse(WHS) een negende plaats met negen doelpunten. In de zondag vierde klas staan twee Vosmeer-spelers bij de eerste tien. Ron Vaders schoot het leer tien keer in de touwen en Fred Hommel zeven keer. Dit jaar zal het VVV- logiesinformatiesysteem Zeeland in werking zijn van 19 juni tot en met 25 augustus. Het is voor het derde achtereenvolgende seizoen dat vakantiegangers via het systeem kunnen worden geïnfor meerd over de beschikbare ac commodatie op kampeerter reinen, in hotels en pensions en bij de boer. De kosten van het systeem zijn voor dit jaar begroot op 60.000,De provincie heeft een bijdrage van ƒ24.000,toe gezegd. De rest moet van de ge meenten en het bedrijfsleven komen. De opzet wijkt weinig af van vo rig jaar. De logiesinformatie kan worden opgevraagd bij 15 VVV- kantoren in Zeeland, bij de info box langs rijksweg A58 bij Krab- bendijke en telefonisch via een antwoordapparaat (01179-1825 voor informatie in het Neder lands en 01179-1925 voor infor matie in het Duits). Verder besclïikken 79 VVV-kantoren in de rest van Nederland over een terminal waarop de informatie kan worden geraadpleegd, o.a. het V.V.V. kantoor te St. Maar tensdijk. Aaéch, Iwan is een meisje gewor den! Hoezo meisje? Nou, bij de geboorte was 'et een jongetje. Even voorstellen? Iwan is een perzische kat. Marian, z'n bazinnetje, had hem een paar jaar geleden als een bol letje zwarte mohair wol, met d'r verjaardag, gekregen. 'k Noem hem Iwan", zei ze met vertederde stem, wat natuurlijk gelijk door iedereen werd aange vuld met: de Verschrikkelijke! En ach, hij was alleen maar ver schrikkelijk lief 't Ging destijds als een lopend vuurtje door de familie: Marian heeft een Pers!! Wat? Een citroenpers? Is'ie ook voor spijkerbroeken? Gaat ze nou zelf wijn maken? Ondernemende ome Jan, die meestal een zwerm huis-tuin- en keukenkaters en poezen in z'n kielzog heeft, merkte fijntjes op, dat dat maar een dure "bisnis" was. "Oh", zuchtte nichtje Corrie, die voor een vloerkleed aan 't sparen was, "Die wil ik ook zo graag hebben. Staat zo mooi op m'n ro de plavuizen! En tante Adrie, die in een flat woont en daarom "au tomatisch" met d'r tijd meegaat, reageerde: "O, dat is tegenwoordig niks bij zonders meer. Beneden ons hokt er een meid met een Surinamer en in het tweede blok wonen Turken en Marokkanen, 't Zijn goeie mensen". Iwan wist van die roddelrubriek niks af. Die groeide op tot een persoonlijkheid van Perzische schoonheid. Met glanzend ge borstelde vacht en staart wandel de hij "koninklijk mooi te wezen door het huis. Marian besloot, dat Iwan maar niet voor na geslacht moest zorgen. Waardig onderging hij de kleine ingreep en z'n karakter scheen hierdoor nog goediger te zijn geworden. Iwan en Marian kregen een lief desverhouding. Hij mocht bij haar in bed slapen. Maar als zij 's ochtends te lang bleef liggen naar z'n zin, vleide hij zich als een boa over haar hoofd, wat pff.... zö warm werd, dat ze d'r wel uit móest! Hij mocht op het aanrecht zitten. Kijken hoe zij lekkere hapjes voor hem klaarmaakte, die bestrooid werden met schoonheidsdruppel tjes. Wanner zij hem bij z'n troe telnaampje riep: "Iwannetje!", knipoogde hij lief terug met z'n mooie smoeltje. Och, hij deed wel 'es wat op een plekje waar het niet mocht, maar liefde is blind nietwaar? Er kwamen een vriendje en vrien dinnetje bij, waar Iwan beste maatjes mee werd. En toen het vriendinnetje moest bevallen, bleef hij wel opgevoed op de ach tergrond, wetend, dat bazinnetjes aandacht elders was gewenst. Schoorvoetend keek hij in de kraamkamer. Ja, 't werden mooie soortgenootjes. En na een paar weken werd "ome Iwan" weer net zo ondeugend als in z'n eigen kleutertijd. Na een paar maanden verhuisden de bolletjes wol één voor één. Het was weer heel wat stiller in huis. Iwan werd wat sik keneurig. Miste hij het gejoel van de jeugd? "Och, een vrijgezel heeft ook z'n buien, begreep Ma rian. Maar toen ze een benauwd miauwtje op het "toilet" hoorde, ging ze toch maar 'es met 'em naar de dokter. Die zag, dat Iwan's piasbuisje was verstopt, met gruis. Er werd een pillenkuur meegegeven, die hij gelaten doorslikte. Maar het hielp niet. Met pijnlijk vertrokken gezicht probeerde hij geregeld een paar druppeltjes Dat kon zo natuurlijk niet blij ven. Iwan werd geopereerd, de uitgang werd verlegd. Na de ope ratie kreeg hij een soort omge keerde reuzekegel rond z'n nek, omdat hij niet aan de draadjes mocht punniken. Iwan schaamde zich diep, wilde wegkruipen on der het ledikant. Woedend zette hij z'n staart op om die rot kap in één keer te vermorzelen, maar....hij kon er niet bij. 'k Zie er zo potsierlijk uit en dan die kale plek van achteren, klaagde hij miauwend tegen z'n bazinnetje. De eerste dagen keek hij verbaasd en trots tegelijk naar die grote plas achter hem. "Nee maar, kijk nou toch 'es", miauwde hij opgelucht. En zo- l J K Voor Hitier zijn de mooie Belgi sche Ardennen de ondergang van zijn ambities geworden. Dat ge beurde rond de jaarwisseling 1944/45. Heel wat risico, span ning en angst was er aan vooraf gegaan sinds de Duitsers op 16 de cember 1944 met 1000 tanks poogden in een laatste offensief de geallieerden opnieuw de zee in te jagen. Die eerste dagen van dat offensief geloofden de vrienden van het Reichweer in de overwin ning van Hitler en in de gebieden die nog maar kort geleden door de Geallieerden zijn bevrijd, slaat de angst de mensen opnieuw om het hart. In de concentratiekam pen worden talrijke gevangenen weer door hun wanhoop mee gesleept. In die tijd wordt dat ene woord van de Amerikaanse gene- doende is Iwan een meisje gewor den. Een verschrikkelijke knappe meid zelfs. "Iwan is weer helemaal beter, hoor. Hij springt weer een meter voor een propje papier", vertelt Marian. Hij lacht en spint en speelt weer, een schijnt de eeuwige jeugd ge vonden te hebben. En wie zou die niet willen vinden? raai Mac Auliffe,als de Duitse be velvoerder hem het ultimatum van overgave stelt, beroemd: "Nooit". Juist over de strijd in de Ardennen is al zoveel geschre ven, dat men zich zal afvragen of op die periode nog nieuw licht kan worden geworpen. Dat ge beurt toch met een uitgave van Hollandi te Braan door de auteur Michel Georis, die zijn verhaal de titel meegaf "Nuts!". Niet eerder uitgegeven getuigenissen verza melde deze auteur en ook via pas recent ontdekte geheime militaire documenten kan voor het eerst een gedetailleerd beeld worden gegeven van de verwarring onder de Amerikanen, het funeste ge treuzel van de geallieerde staf, de grondige voorbereiding van dit offensief dóór de Duitse generaal Von Rundstedt en de uiteindelijke overwinnaar Patton. Een bijzon der goed gedocumenteerd en boeiend verhaal over wat rond de jaarwisseling van 1944 gebeurde in de Ardennen. Paperback/ 19,90. Men zegt wel "juni zomermaand". Geloof me, ik heb 't niet verzonnen. Wat is die maand bar slecht begonnen, 't Is hopeloos en verregaand. Dit weer is toch voor niemand goed? Ziet u de donk're wolken jagen? Zo zijn de juni zomerdagen. En dat is slecht voor mijn gemoed. Waar kan ik met dit weer naar toe? Ik houd van zon en buitenleven. Kon ik maar weg, al was 't maar even. Ik word het binnen zitten moe. De regen valt in stromen neer. 'k Heb weinig zon gezien, tot heden. Wel heb ik bar veel kou geleden en daarom brandt de kachel weer. Ik denk dat 'k weer naar Spanje moet en daar een lange tijd moet blijven. Ik zal u wel een kaartje schrijven vol zon en met een warme groet. Of komt het toch nog goed, misschien, en mag ik - met u - blijven hopen om straks door bos en hei te lopen waar bij de zon zich veel laat zien? P.M. van Eekelen. if\|. JHs v v V V* overdenking "EEN REISWIEG MET BLIJDSCHAP" "...want hij reisde zijn weg met blijdschap". Handelingen 8:39b Veel mensen hebben hun vacantie-plannen al klaar; som migen trekken ver weg, anderen blijven in de buurt en gaan er 'ns een dagje op uit. Weg van de da gelijkse beslommeringen. Op weg naar...de natuur, musea, een pretpark, waar je je bijvoorbeeld door een slange-treintje van zo'n roetschbaan laat meevoeren naar een, duizelingwekkende hoogte, om daarna in een steile diepte te storten, door elkaar gerammeld te worden, en er bleekjes uit te ko men. Maar je vertrouwt de ma kers en onderhouders van zo'n baan, en je wil op deze manier blij zijn net zo lang (of kort) tot de dag om is. Ja, 't is een blijdschap van korte duur, met weinig diep gang, zonder vrede, hoop en ech te vreugde. Toch geldt voor veel mensen, dat ze daar nou het hele jaar naar uit zien. En als zo'n reisje niet door gaat om de één of andere reden, dan is hun leven bedorven. In ons bijbelgedeelte gaat het over iemand, die de ware recreatie, de blijvende vreugde, hoop, vrede zoekt en vindt. Hij heeft er een lange reis van zo'n 2000 km. voor over om de ware God, de levende Schepper en Onderhouder van de aarde te vinden. Die God heeft Zich immers heel bijzonder geo penbaard te midden van Zijn Ver bondsvolk Israël; speciaal in de tempel te Jeruzalem kun je mer ken wie Hij is. Nu, dié God wil Hij kennen. AI die andere goden interesseren hem niet meer, want die brengen het ware, blijvende geluk hem niet. En vandaar deze lange reis van deze man, de minis ter van financiën van de koningin der Ethiopiërs. Om naar de kerk te gaan (want dadr vind je God) behoeft u zo'n lange reis niet te maken. Wat bent u bevoorrecht! Ga er heen, want wie Gqd zoekt, zal Hem daar vinden. In Jeruzalem schaft hij een ge deelte van de bijbel aan. De boek rol van Jesaja, waarin o.a. staat: "Zoekt den HEERE (dat is de enig ware God, Die er is), terwijl Hij te vinden is; roept Hem aan, terwijl Hij nabij is." Dat kunt u lezen in Jesaja 55, als u een bij beltje hebt (en schaf er anders 'ns één aan - daar krijgt u geen spijt van). Deze zoekende man, gaat God vinden. Daar stuurt God Zijn kerkvertegenwoordiger Fi- lippus voor naar hem toe. Dat ge beurt als de man op de terugreis is op een woestijnweg, "Verstaat gij ook, hetgeen gij leest?" - zo vraagt Filippus hem/ u. De minis ter/ (u ook?) antwoordt: "Hoe zou ik toch kunnen, zo mij niet iemand onderricht?" In de kerk krijgt u het zo noodzakelijke on derricht uit Gods Woord. Ze is de broedplaats van Gods Heilige Geest, oefenschool en voorsmaak van Gods Koninkrijk. Filippus legt Hem de Heilige Schrift Gods uit. Hij verkondigt hem Jezus. Eenvoudiger kan het niet. Maar in die eenvoud ligt ons probleem. Dat het leven uit God nu een genade-leven is, waarbij jezelf geheel passief bent, en je je moet laten redden door de Midde laar Gods en der mensen Jezus Christus, Die het verzoeningsof fer voor onze zonden bracht en Die dat nieuwe leven ons toepast door ons de Heilige Geest te be middelen, waardoor we deel gaan krijgen aan dat genade-leven - dat alles willen we nu juist van nature niet! De minister reisde zijn weg verder met blijdschap, ondanks dat hij de woestijn inging en naar een land ging, waar niemand nog het goede nieuws van Gods kende, dat er een Goddelijkee bevrijding mogelijk is door wat de Heere Je zus deed en doet. Wat zal hij het in zijn land moeilijk hebben ge kregen! Maar hij reist nochtans met blijdschap, want hij gelooft van ganser harte, dat Jezus Christus de Zoon van God is. Dat Hij zijn Verlosser is, waardoor zijn leven zinvol en hoopvol is. God zal hem niet in de steek la ten, wat er ook gebeurt. God wijst hem de weg door Woord en Geest en hij beleeft al iets van het eeuwigheidsfeest, dat God geeft aan al de uitverkorenen. Hoe reist u uw weg? Nog steeds van werelds feest naar werelds feest en meer niet? Dan reist u naar een nimmer eindigende rampzaligheid, zonder de ware, diepe duurzame vreugde, die God u in Christus schenkt. Zoek uw heil eenvoudigweg in Jezus Christus, Die de Weg, de Waar heid en het Leven is. Laat u door Gód door elkaar rammelen, zó dat u met al het uwe ten einde raakt en alleen de Heere Jezus overhoudt. En ook u zult het be leven, ziende op Hem, Die voor u stierf en leeft, dat uw leven veran dert in een leven vol blijdschap te midden van de wereldse woestijn. U reist uw weg met blijdschap naar een nooit eindigende zalig heid want de God des heils is door Jezus' werk, u toegepast door de Heilige Geest (dat is God, Die wil wonen in ons), üw God, üw he melse Vader, zonder Wiens wil nog geen haar van uw hoofd val len kan. Wie 't mee uitroept: "Geef mij Jezus, of ik sterf; buiten Jezus is geen leven, maar een eeuwig ziels- verderf", die gaat zijn weg met blijdschap reizen, want het was de HEERE, Die in Zijn uitverkiezen de liefde u zoekende en roepende maakte; 't was Zijn vrije gunst dat u Jezus vinden mocht en u door die geopende deur de hemel mocht binnengaan, om voortaan en eeuwig daar te wandelen! Verstaat u wel? A.J. de Kieviet Oud-Vossemeer

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1986 | | pagina 13