Een "mijmerend" vertoeven in 't verleden... ONS STREEKMUSEUM, Bijenhouden steeds populairder ZOMERVRUCHTEN EN DIEPVRIES TAALPRAATJE Donderdag 2 augustus 1979 EENDRACHTBODE 11 Door Han Dekker. Bijna zes jaar geleden begon hier "DE MEESTOOF", het thans alom bekende "Streekmuseum voor Tholen en Sint-Philipsland". 't Is het gebouw van Sint-Anna- lands voormalige gemeentehuis aan de Bierensstraat, en telkens wanneer we er door de zware voordeur binnengaan, omvat ons die eigenaardige sfeer van een voorbije wereld... Het leven onzer verre voorgeslach ten, bepaalde jeugdbeelden, samen hier verstild in fo to's en al wat weleer werd gebruikt of voortgebracht, en vooral één der huidige exposities is het, die in een geest van wisselend tijd-en-plaats verbinden, ons on bewust aan 't "associëren" zet. Zo maar wat gedach- tenspelingen, bij zo maar een jaar: 1906 500 liter water per persoon Via de Boerenoorlog, het begin der luchtvaart en een gedurfd auto mobielpionieren, zijn daar een aantal fotoreprodukties naar op namen van de in 1925 overleden keer Nicolaas Bruynzeel. De meeste hebben betrekking op 'n plaatselijke sluizenbouw, dijk- herstellend kruiwagenwerk en die beruchte watersnood van de 12de maart, want goed beschouwd was 1906 me het jaartje wel! De koningin komt! "Somber klonk het gelui van de noodklok door den akeligen nacht, ieder toeroepend: "Wie zijn leven liefheeft, berge zich!De droeve mare; "Oud-Vossemeer is onder- geloopen!", werd spoedig' in den omtrek verbreid. De stadsomroe per te Tholen verzocht allen die paarden en voertuigen beschik baar hadden, zich naar de plaats des onheils te begeven...De schip pers haastten zich met hunne roeibooten er heen.." Aldus lezen we aandachtig in een dicht bij de foto's liggend boekje van A. Boot: "De Overstrooming in Zeeland". Het werd uitgegeven "Ten voor- deele der noodlijdenden", en bevat één en al barre triestigheid die na acht lange dagen even doorbroken wordt door 'n spontane lichtstraal: "Dinsdagmorgen 20 Maart werd geheel onverwacht de blijde tij ding vernomen: De Koningin komt! In een open landauer kwa men H.M. en Z.K.H. Prins Hendrik met klein gevolg aan het veer, waar Tholens Burgemeester H.M. welkom heette..." Vier dagen na dit koninklijk be zoek "varen" we in gedachten met Dominee Johannis de Voogd, sa men hier met de zijnen in de Voorstraatse pastorietuin. Hij was een sterke persoonlijkheid, voor wie 1906 een bij uitstek wonderlijk jaar werd. Zwetend hanteerde hij in maart schop en kruiwagen, beluisterde in september met genoegen "Accele rando" dat hem binnenshuis 'n se renade bracht wegens z'n konink lijk onderscheiden zijn, en ontstak bij 't kerstfeestvieren met de jeugd eigenhandig in kerk de kerst boomkaarsjes. verslaggever-Boot door 't zo zwaar getroffen Oud-Vossemeer: "Wat eén somber gezicht, dat grote kerkhof, ééne watervlakte, alleen steekt hier en daar een hooge steen er bovenuit. Akelig klinkt het ge luid van de duwboomen op de steenen van de straat onder water. Naargeestig klinken onze stem men. De vensters zijn meest geslo ten. Waar men ze open liet, kunnen we aan alles zien dat men over haast de vlucht heeft moeten ne men..." Ja-ja!! 't Was mede voor bepaalde delen van het Thoolse land een machtig zorglijk voorjaar toen. De doorbraken van "zes", waarbij (voor zover bekend) geen mensenlevens te betreuren vielen, brachten heel wat extra werk... De "landsluus" Vlijtig bezig zijnde of stijfjes po serend in hun grijs-gestreepte "bezloên", zien we vorige eeuwse Sint-Annalanders bij 't realiseren daar van een gigantische landsluis, kleinere uitwateringen en het door ds. De Voogd bedachte verbin dingsdijkje door de Suzannapol- der. Hoe lang en hard moest er ge zwoegd worden in die dagen, voor naar verhouding maar een heel klein beetje loon. Groot waren in tal van huisjes dan ook de zorgen, en bij velen die 'n groot gezin had den, kon zelfs 't vrij geringe be drag voor zo'n fel begeerde herin neringsfoto er onmogelijk af- ...."Vaoder 'eit er wat geld an laete zitte, an aol dat fotogedoe....," hoorden we meer dan eens dochter Huigje zeggen, want zo was vader Klaas: mensen die beslist niet be talen konden, hielp hij gratis! Ar moe scheen toen uiteraard "nor maal" te zijn....M'n jongen," zei vaak onze in sept. '83 geboren landbouwer/ barbier en ongeëve naarde volksverteller Witte Rijn berg, "a'je vroeger nie' aarm was, dan kó'je glad nie' meet de kroê mee!....," en Japje Geluk, een nog elf jaar oudere, eveneens zo inte gere dorpspersoonlijkheid, gaf in deze op de hem eigen wijze als zijn visie: "De standen bin' van God gegeve', da's zeker waer 'óór, ma' vergeet óak vooral nie' m'n knechtje (en daarbij ging z'n ene wijsvinger al schuddend de hoogte in), de misstanden de mênsjes gemaakt! Rond 1906 gaat op St.-Annaland politie Van Houten met pensioen. Plichtsgetrouw vervulde deze ruim veertig jaar zijn dienst in een eeuw waarin de gemeenten zich bij veldwachter sollicitaties te houden hadden aan 't van hoger hand verordineerde:."....om tot zoodanige bediening bij voorkeur de aanwezige eervol ontslagen Militairen te nemen....," en op de gang staan we een ogenblik stil bij dat zo rustieke dorpsportret, waarop hij zichtbaar trots de rij wiel-acrobatische toeren volgt van 'n die zomer bij hem logerend' neefje. Lotelingen maakten er een feest dag van! Eind 1862, in het jaar dat koning Willem III het Thoolse eiland be zocht, kwam Pieter van Houten bij de politie. Zijn directe, Sint-An- nalandse voorganger heette Izak Eckebus, die hiervoor in genoemd jaar 'n salaris genoot van ruim twintig gulden per maand, plus bovenkleding en schoenen...Vrij schoeisel, ook voor Van Houten natuurlijk. Men komt hem op 'n bepaalde wijze zelfs tegemoet in zijn schoenmakerskosten... Zoals ieder jaar, begeleidt hij ook in 1880 de lotelingen lopend naar Tho len. 't Zijn er 22 deze reis, onder wie David van Beveren, Arij Dekker, Adam den Haan, Piet van der Male en Jan Pleune, en 's daags erna declareert Van Houten ten ge meentehuize z'n kosten. Ambtelijk nauwkeurig specifi ceert men daar: "Tholen vice ver sa, 2 x 15,7 is 31,4 km". Men neemt hierbij aan, dat 5 kilometer per uur lopend kan worden afgelegd, zodat hem 5 "loopuren" a 25 cent per uur, zijnde 1,— 1,43 en een halve cent, worden toegekend als "reisvergoeding"... Straks "verhaalt" de gemeente die kosten op schoolmeester Samuel Martijn van der Bel, als zij op diens jaargeld 392,- drie gulden leges inhoudt, voor 't verlenen van vrijstelling van 't wetsartikel dat betaalde bijbaantjes voor onder wijzers verbiedt. "Mits dit in gee nerlei opzigt tot nadeel van het onderwijs zij...," mag meester Sa muel in 1880 blijven: "Koster, Klokluider, Voorzanger en Kerke lijk ontvanger bij de Hervormde gemeente." Tien jaar daarvóór, in 1870 dus, had meester S.M. v.d: Bel op 'n haar na z'n schoolbaan ver speeld, toen veldwachter Van Houten proces-verbaal tegen hem op moest maken, wegens mishan deling van leerling Johannis P. van J£lsacker...."Opa was ouder- lienk, in die is toen vö z'n in de bocht gespronge....," zei ons hier over Izak Polderman van de Ook en vooral in de landbouw was 't pootaanspelen toen! Tegen het einde van 'n campagne "zulver- juuntjes" ging men gezamenlijk op de foto soms, zoals hier op 't erf van boer Izak van Dijke. Links wordt de groep geflankeerd door diens zoon Johannes, en rechts, staande naast echtgenote Maria van Oudenaarde, door voorman Jacob Geluk. "De standen bin" van God gegeve'", da's zeker waer 'óór..." De heer J(apje) Geluk, een onvergetelijk-blijmoedig christen, die, geboren te St.-Maartensdijk (1872) en overleden te Stavenisse, op 21 januari 1960 begraven werd te St.-Annaland, en wiens overlij- densmelding wees op 't laatste vers van psalm zeventien. "....staan we een ogenblik stil bij dat zo rustieke dorpsportret..." Een plattelandsbeeld a la Johan Braakensiek... Meuldiek, die stellig geen vriend bleek te zijn geweest van "Elzak- kertje"....Misnoegd gromde oud bakker Izak: "Sammetje 'o d'n 'aollef dóód motte slaa', dien doe rak!...." Boosaardig loensende aap. Fier om zich heen kijkend, deed onze martiale Pieter van Houten z'n vele rondes door dorp en vel den. Hij hield van lekker eten, kon geweldig drinken, en de meeste kwajongens waren geducht op hun hoede, zowel voor hem als voor zijn uit de Oost meegebrach te, boosaardig loensende aap...In de vruchtentijd waren het, mees tal tmssen licht en donker, groep jes "bógerende" bengels die hem heel wat last bezorgen konden, evenals de vooral in 't najaar, bij nacht en ontij door de polder slui pende stropers...Ook kermis-, koop- en andere, doorgaans met jenever "besproeide" gelegen- heidsdagen, brachten vaak zorgen en zwarigheid, maar ondanks dit alles, verliep P. van Houtens dienstleven vrij gemoedelijk, en vond hij dat het hier goed toeven was... Van moord verdachte....arresteert. Het is zondag, 19 februari 1871. In Sint-Annalands Herv. Gemeente klinkt de stem van dominee Karei J.L. Ruijs van Dugteren, die, hier in '65 als proponent gekomen, over twee maanden vertrekken zal naar Zevenbergen. Plechtig heeft het eeuwenoude kerkje zich ook vandaag gevuld met die devote, zo welbekende zondagssfeer. Velen volgen met aandacht de preek, maar dan ineens....Terwijl koster Van der Bel verschrikt naar voren loopt, verschijnt daar...veldwach ter Van Houten, die onder grote ontsteltenis een doodsbleek in de bank zittende, van moord ver dachte I.D. arresteert... Vlak tevoren was op "de Krabbe", 'n hofstee onder Tholen, een ern stig misdrijf ontdekt geworden. Een daar evenals I.D. werkzame, dan 24-jarige Ploon Ligtendag, had men namelijk levenloos aan getroffen in de "pit" of drenk plaats....Haar bij de put staande klompen schenen naar een onge luk of...zelfmoord te wijzen, maar gezien deze allebei blonken van 't pas geschuurd zijn (rondom was alles mest en modder!), bleken zij, als 'n naïeve misleidingspoging, er na de misdaad te zijn neergezet.... Maandenlang hield dit vreselijke gebeuren de gemoederen bezig. Een onbekende dorpsrijmelaar- ster maakte er zelfs 'n "gedicht" op, dat door verschillende, even eens de lees- en schrijfkunst machtig zijnde jongedames, naar stig overgenomen werd... "Tjon- gen nog toe!" "'t Is toch verschrik- "...want goed beschouwd was 1906 me het jaartje wel!...." keluk Knulja! Ma'k 'et oak es overschrieve?...." Zo waren het deze winter een Lie- zebeth, Wanne, Siene, Mertina, Mietje en tal van andere streek- bewoonsters, die naast het gebrui kelijke kousen breien of borduren van...merklappen, vol overgave dit drama-op-rijm kopieerden en voordroegen....Ademloos beluis terde men bij het "buurten" dit romantisch stukje "droefheids- poëzie", waarbij de "argeloze, schuchter-blozende maagd" de vrouwen soms aan 't snikken bracht, en het "sluw wreedaardi ge, met bloed bespatte monster" veler gezicht deed vertrekken van woede! Dikwijls verschenen deze dingen in druk, en trokken liedjeszangers er welgemoed de boer mee op... Die sentimentele, 19de eeuwse sfeer van misverstanden en ro mantiek, bleek ook in 1906 nog vo lop aanwezig.. Uit het zoëven be keken "De Overstrooming in Zee land" steekt 'n als bladwijzer ge bruikt kalenderblaadje. "Donder dag 9 Augustus, 1906" staat erop. Zo maar een dag, van zo maar een jaar..., met 'n eronder staand, toenmalig-zoetelijk versje bij wijze van: zo maar een groet..." "Jonge lezers! in uw leven, Wil ik u dit versje geven, 't Welk een korte wensch bevat: Leeft nog lang gezond, tevreden Vindt waar ook uw voet mag tre den Trouwe vrienden op uw pad." Het houden van bijen wordt steeds pop ulairder. Deze van oudsher agrarische activiteit wordt ook meer en meer door niet-agrariërs beoefend. Er hebben zich in ons land zo'n negenduizend bijenhou ders georganiseerd in vijf organisaties. Tesamen met een stijgend aantal niet- georganiseerden houden zij naar schat ting een 70.000-tal bijenvolken. De bij is een uitermate nuttig diertje, ook al vindt menigeen het maar een naar steekbeest. Bijen leveren produkten als honing en was en ze zorgen voor de bestuiving van planten. In feite zijn ze onmisbaar: zonder bijen geen augurken, geen fruit, geen zaadveredeling, geen sierbessen en ga zo maar door. Onze 70.000 bijenvolken produceren, afhankelijk van het weer in de zomers, tussen een half en één miljoen kilo ho ning; dat betekent een produktiewaarde van ongeveer 7 a 8 miljoen gulden. De gemiddelde consumptie van honing ligt in ons land in de buurt van de 300 gram per persoon. Wij zitten daarmee in de middengroep. In West-Duitsland haalt men een gemiddelde van bijna 1000 gram, hetj hoogste ter wereld. De ho ningbij is daar dan ook het "vierde" landbouwhuisdier, ze staat er boven het schaap op de ranglijst. Honing Honing is het bekendste produkt van bijen. Ze wordt ook gebruikt als ge- nees(krachtig)middel, in geneesmidde len (hoestdrank) en in voedingsmidde len voor sportlieden. Bijenwas wordt in ons land niét meer geproduceerd. Dit is mede een gevolg van het houden van bijenvolken in kasten in plaats van in korven. De imkers hier maken gebruik van met behulp van geïmporteerde bij enwas vervaardigde kunstraat: gegoten of gewalste vellen bijenwas met celin- drukken. Deze vellen worden door de bijen uitgebouwd tot volledige raten, soms nog wel met de door de diertjes zelf uitgezweten was als aanvulling. Voor dit doel wordt bijenwas geïmporteerd uit tropische streken. Bijenwas wordt ver der nog gebruikt voor (kerk)kaarsen, in de farmacie, in cosmetica, in de levens middelenindustrie, in meubelwas etc. Eén van de grootste industrieën voor de zuivering van deze en andere wassoor- ten staat in het Brabantse Bladel. Ande re produkten uit de bijenhouderij zijn koninginnegelei (royal jelly), kithars of propolis en bijengif (produkten die door deze insecten worden afgescheiden) en mede (een drank uit gekruide honing). Aan de produktie hiervan wordt in ons land echter weinig gedaan. Bestuiving De indirecte betekenis van de honingbij is vele malen groter dan de directe. Haar rol bij de bestuiving van planten in de land- en tuinbouw en in de natuur is van enorme waarde. Van grote betekenis is de bij voor bijvoorbeeld de teelt van aardbeien en augurken onder glas en voor de teelt van fruit. Hoe meer de bij en aan bestuiving (overbrenging van het stuifmeel vanuit de helmstokjes van de meeldraden op de stempels van de bloemen) doen, hoe hoger de opbreng sten aan vruchten. Maar niet alleen in de land- en tuinbouw, ook in natuur- en landschap, in tuinen, perken en plant soenen vervult de honingbij een onmis bare rol. In steden wordt het nut van bijen voor de bestuiving van planten in parken niet altijd onderkend. Bestuur ders die het plaatsen van bijenvolken in de stad verbieden vergeten wel eens dat vele vogels alleen maar in de stad kun nen leven dankzij de bessen van bes heesters en dat deze besheesters niet vanzelf, maar dankzij de bestuiving door bijen bessen dragen. Hobby Bijenhouden is een hobby. Er zijn maar een paar echte beroepsimkers. Als eco nomisch nevenbedrijf wordt de imkerij maar door 50 a 100 imkers beoefend. Gemiddeld houdt een imker zeven bij envolken. De Nederlandse tuinders "huren" deze bijenvolken. Behalve voor de bestuiving en de pro duktie van honing, wordt de honingbij de laatste jaren ook steeds belangrijker als object van onderwijs en onderzoek. Om het korte seizoen waarin er zomer vruchten op de markt zijn wat langer te maken, kunnen de produkten in de diepvries worden bewaard, kan er jam van worden gemaakt en kunnen ze op alcohol worden gezet. Bij dat laatste gaat het overigens niet zozeer om de vruchten zelf, maar om het lekkere hapje en drankje dat dan ontstaat. Zomervruchten als aardbeien, bessen, bramen, frambozen en kersen kunnen in de diepvries worden gestopt. Ze zijn dan zo'n 6 tot 8 maanden te bewaren. Hou er wel rekening mee dat na het ontdooien de vruchten vaak slapper zijn geworden en ook minder mooi van kleur. Soms is er zelfs een ander smaakje bij gekomen. Diepvriesfruit is nog zeer goed te ver werken tot compote, moes. pudding en dergelijke en ook in eén vruchtensla smaakt het bijzonder goed. Diepvrie zen: reken voor 1 kg schoongemaakt fruit 200 tot 250 g suiker en 300 g suiker voor zure vruchten. Maak de vruchten schoon, was ze en laat ze uitlekken. Neem een diepvriesdoosje, leg er een laagje vruchten in, bestrooi die met sui ker en schud die erdoor. Leg een vol gend laagje vruchten erop, bestrooi die ook met suiker en schud die erdoor en ga zo verder tot het doosje vol is. Handig is het om per portie te verpakken, want eenmaal ontdooide vruchten moeten snel op. Aardbeien, frambozen en rode bessen kunnen zonder suiker worden ingevroren. Maak ze schoon, laat ze uit lekken en doe ze - per portie - in alumi- Afrikaans In de huidige tijd is Zuid-Afrika heel dikwijls in het nieuws, meestal in sterk afkeurende bewoordingen door het ge voerde apartheidsbeleid. Hoe men daarover denkt laten we in het midden, maar er mag ook wel eens positief over dit land worden geschreven. Daarbij doelen wij op het bezit van een eigen taal: het Afrikaans. Op 6 april 1652 landde Jan van Rie- beeck, in dienst van de Oost-Indische Compagnie, via de Tafelbaai in Zuid- Afrika en stichtte de Kaapkolonie, waarvan hij de eerste gouveneur werd. Het toen gesproken Nederlands werd door de komst van andere kolonisten, meest Franse Hugenoten en Duitsers, in de loop der jaren sterk gewijzigd tot het Afrikaans. In de Unie van Zuid-Afrika is veel strijd gevoerd tegen het Engels en het was voor de voorstanders van het Afrikaans een enorme teleurstelling, dat het Engels in 1910 tot de officiële voertaal werd uitgeroepen. De strijd ging door en in 1925 werd het Afrikaans naast het En gels als voertaal erkend. De taal heeft een eigen letterkunde met als bekendste schrijvers Du Toit, Hoogenhout, Celliers en Van Langenhoven. Over het Afrikaans heeft J.A. Meijers een goed boek geschreven, dat we bij dit Taaipraatje mede raadpleegden. Verschillen Ten aanzien van ons Nederlands zijn er nogal wat verschillen, die we in kort be stek. zonder volledig te willen zijn, op de korrel nemen. In de eerste plaats ge bruiken ze "ons" voor wij, "ek" voor ik. "hullie of hulle" voor zij. Wij gaan niet nium bakjes of geparafineerde karton nen bekers. Sluit goed af, zet een datum erop en uiteraard ook de inhoud en vries ze in. Op deze manier ingevroren vruchten liever niet langer dan 6 maan den bewaren. wordt dus: ons gaan nie (zonder t). Hullie vragen. Ek ga nie. Het woordje "er" is er onbekend. Het Afrikaans kent alleen "daar". Wij reke nen erop wordt": ons reken daarop. Voor men wordt "'n mens" gebezigd, "'n Mens moet dat nie doe nie". (men moet dat niet doen) Het ontkennende niet wordt dikwijls achteraan de zin her haald. De verleden deelwoorden gelo pen, geschreven, gebiecht, gekomen worden: geloop, geskrijf, gebieg en ge- kom. Wij zijn gekomen: ons het gekom. De ch wordt g: Toch, lichten, nachten: tog, liggies, nagte. De verkleinwoorden eindigen op "ie" (tjie, pie). Boekie, lepeltjie, dingetjie, windjie, armpie. Het lidwoord de wordt "die". De koe bij de horens vatten wordt: "die bul bij die horings pak". Van de hak op de tak springen: "van die os op die esel spring". "Die dag was baie heet", baie is erg, bar, veel. Het Afrikaans kent vele echte vondsten, vooral om het Engelse woord te ontwij ken. Wij noemen daarvan: prikkelpop- pie voor pin-up girl, amperbroekie voor hotpants, peuselkroeg voor snackbar, verneukpoep voor kunstmest, laatlam- metjie voor nakommertje, kopseer voor hoofdpijn, koekiesdrukkertjie voor tul- bandvorm. onderbaadjie voor vest, baadjie voor jas, stasie voor sta tion, vul- stasie voor benzinepomp. We besluiten dit Taaipraatje met het Afrikaanse Volkslied van C.J. van Langenhoven: "Die stem van Zuid-Afrika". Uit die blou van onse hemel. Uit die diepte van ons see. Oor ons ewige gebergtes, Waar die kranse antwoord gee, Deur ons ver verlate vlaktes Met die kreun van ossewa, Ruis die stem van ons geliefde, Van ons land Zuid-Afrika. PSEUDONIEM Onder een pseudoniem verstaan we de schuilnaam, die iemand, meestal een schrijver, aanneemt met verzwijging van zijn eigen naam. Bij uitbreiding: ook het werk dat onder een schuilnaam wordt uitgegeven. Het begrip pseudoniem komt al door de eeuwen heen voor en kan verschillende oorzaken hebben. Vooral in perioden van bezetting en vreemde overheersing namen schrijvers vaak een schuilnaam aan, om niet in moeilijkheden te raken. Verder zijn er nog een aantal andere overwegingen. Bij het schrijven van schotschriften, waarbij vaak ook de uitgeversnaam en de plaats van uitgave werden gefingeerd, zal de vrees voor vervolging de reden zijn ge weest een schuilnaam aan te nemen. Een jonge auteur, een nieuweling in de kunst der schone letteren, verschuilt zich achter een pseudoniem, om zich niet aan kritiek bloot te stellen. Ook komt het voor dat de schrijver een karakteristiek pseudoniem kiest, om de aard van zijn werk te kenmerken. Schrijfsters verschuilen zich zelfs achter mannennamen. Soms is de eigen naam veel minder bekend dan het pseudo niem. Voorbeelden hiervan zijn: Lode- wijk van Deijssel, de scherpe kriticus van de beweging van 1880. Zijn werke lijke naam was K.J.L. Albertingk Thijm. Stijn Streuvels, de bekende Vlaamse letterkundige en schrijver (o.a. de Vla schaard) luisterde in werkelijkheid naar de naam Frank Lateur. Ieder kent de naam Herman de Man, de schrijver van "Het wassende water". Hij heette S.H. Hamburger. Hetzelfde geldt voor Anton van Duin kerken, wiens naa W. Asselbergs veel minder bekend is. Andere voorbeelden van schuilnamen, die meer bekendheid kregen dan de eigennamen: Willem van Elsschot, de Vlaamse schrijver en dich ter (eigen naam Alfons de Ridder) en Marnix Gijsen uit Antwerpen, de Sig- norenstad. In werkelijkheid heette hij J.A. Goris. Andere bekende pseudonie men zijn: De Schoolmeester voor Gerrit van der Linde, bekend door zijn dieren- gedichtjes. Piet Paaltjens voor Francois Haverschmidt (Snikken en Grimlachjes zijn van zijn hand). Njcolaas Beets schreef onder de schuilnaam Hilde- brand zijn beroemde Camefa Obscura. Zijn vriend en studiegenoot Joh. Knep- pelhout gebruikte de naam Klikspaan voor zijn boek "Studententypen". Alom bekend is ook Multatuli (veel heb ik geleden), schrijver van het boek Max Havelaar. Zijn naam was Eduard Dou- wes Dekker. Cornelis van Eeden schreef onder het pseudoniem Cornelis Paradijs zijn "Grassprietjes". De voorvechter in de Zuidafrikaanse Taalbeweging J.D. du Toit vervormde zijn echte naam tot Totius. Verder noemen we nog: Geerten Gos- saert voor C. Genretson, Willem de Mérode voor Willem Eduard Keuning, Samuel Fland voor Herman Heijer- mans, schrijver van Vuurvlindertje en Droomkoninkje, Anthon Donker voor N.A. Donkersloot, Guillaume van der Graft voor W. Barnard en Lucebert voor Lubertus Jac. Swaansdijk. Er zijn er vanzelfsprekend nog veel meer, doch bij bovengenoemde schuilnamen wilden wij het maar laten. Water is de belangrijkste grondstof voor ops levensonderhoud. Wij moeten er ons bijgevolg goed van bewust zijn dat de kwaliteit van het water een levens noodzakelijke problematiek is. Ieder van ons moet daarom zijn steentje bij dragen om het verbruik van produkten die het water schaden, streng te beper ken. Om de dagelijkse hoeveelheid le vensmiddelen per persoon (groenten vlees, graan, vruchten, drank) voort te brengen, is er ongeveer 500 liter water nodig. Oplosmiddelen, kleurstoffen, olie, groentenafval. fotografische ont wikkelingen, resten van vloeibare medi camenten. mogen nooit in de w.c. ge worpen worden. Zij behoren, eventueel in krantenpapier ter absorptie van de vloeistof, gewikkeld in de vuilnisbak. Het overschot van medicamenten kan men bij voorkeur aan de apotheker te ruggeven. die ze vakkundig zal vernieti gen.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1979 | | pagina 11