Dorpsminiatuur en avondmijmering (12) Vroegere mensen, dieren en dingen; Een terloopse „overdenking" in ons streekmuseum (3) Terugbrengen olifanten bestand voorkwam voedsel voorzieningsproblemen in krugerpark Uit blijdorp geluiden Scandinavië wil zijn wolf redden EIGEN GA VE TANDEN DANSEN OP PAPIER RITSSLUITING NOG GEEN EEUW OUD VERGEET NIET UW PLANTEN ETEN TE GEVEN TENTOON STELLING OVER DE BERGING VAN VLIEGTUIG WRAKKEN Zo maar enkele (Sint-Annaland) schetsjes, het eertijds leven dat vergleed.... Door Han Dekker Donderdag 1 augustus 1974 EENDRACHTBODE Ondanks alle waarschuwingen en akties is het nog steeds droevig gesteld met hef gebit van velen van ons. Alle pogingen die in het werk worden gesteld, van fluoridering van het drinkwater tot klassikaal tandenpoetsen en snoepver- bod op scholen toe, hebben nog niet tot het gewenste resultaatgeleidln Engeland wordt op kleine schaal "sinds kort een systeem toegepast dat ook in de Verenigde Staten al enig sukses heeft geboekt. Hierbij wordt het kauwvlak van de kiezen van kinderen overtrokken met een dun laagje bestendig plastic waardoor het ontstaan van tandcariës zou moeten worden tegengegaan. Een goede gi»g van het gebit zou vol doende moeten zijn om het in goede staat te houden, snoepen of niet snoepen. Kunst en vliegwerk lijkt de mensen echter meer aan te spreken. Kennelijk zijn ze liever lui dan moe en is het besef dat een goed gebit een onver vangbare schat is, nog steeds niet vol doende tot ons doorgedrongen. Gracieuze danspassen kunnen voortaan mechanisch worden vastgelegd.. Een snel langs het papier „dansend" schrijf- knopje zet de danspassen en lichaams bewegingen op papier die een choreo graaf heeft bedacht. Ongeveer vijfen veertig jaar geleden ontwikkelde Rudolph von Laban èen nu algemeen gebruikt systeem om dansbewegingen symbolisch weer te geven. Ondanks deze verbetering in het noteren van dergelijke bewegingen was snelheid en nauwkeurigheid ook bij dit systeem vaak een probleem. In samenwerking met het Dance Notation Bureau in New York heeft IBM nu een schrijfkopje ontwikkeld voor haar elektrische schrijfmachines waarmee volgens de methode van Von Laban de dansbewegingen kunnen worden vastgelegd. Het schrijfbolletje bevat 88 verschillende tekens die zodanig gerangschikt kunnen worden, dat iedere soort beweging kan worden vastgelegd. Behalve vele vormen van ballet kunnnen zo ook sportbewegingen en oefeningen bij fysio-therapieën worden aangegeven. Bij het bolletje hoort een kaart die het toetsenbord voorstelt en waarop staat vermeld welke toets correspondeert met welk symbool. De ritssluiting die wij zo doodgewoon vinden is een ongelooflijk ingenieus apparaatje dat nog niet eens een eeuw bestaat. Althans, in 1850 was er in de Verenigde Staten een man, een zekere Howe, die iets uitvond dat al veel weg had van wat later de ritssluiting zou worden, maar hij had met zijn uitvin ding geen sukses. Het duurde tot 1893 voordat de eerste echte ritssluiting, uitgevonden door Whitcomb L. Judson, werd gepresenteerd op de wereldten toonstelling Chicago. Maar ook dat was niet voldoende om de ritssluiting tot algemeen verbreid gebruiksvoorwerp te promoveren. Het kostte de zakenman Lewis Walker, die zich op de promotie van Judson's ritssluiting wierp, jaren van inspanning voordat hij succes boekte. Pas nadat hij zich had geassocieerd met de Zweedse ingenieur Sundbak, die een machine ontwikkelde om ritsen in het groot te vervaardigen, begon er schot in te komen. Zoals vaker gebeurt was er een oorlog nodig om een nieuw produkt te pousseren: de Amerikaanse soldaten in de eerste wereldoorlog hadden een kleingeldvakje in hun koppel dat werd afgesloten op de nieuwerwetse manier. In Europa waren het tabakszakjes die als eerste werden voorzien van een rits. Tegenwoordig maken de ritslsuitingen na garen het grootste deel uit van de omzet van de kledingsfourniturcn- industrie. Waarom groeit er uit een klein zaadje een grote boom? Dat was hetgeen tegen het einde van de zestiende eeuw de Belgische edelman Jean Baptiste van Helmont zich ook afvroeg. Hij nam een grote ton, deed hier 200 kg aarde in en plantte een wilgenplantje van vijf pond. Gedurende vijfjaar begoot hij geduldig de plant met zuiver water. Toen haalde hij hem uit de aarde en woog de in middels boom geworden wilg weer: 168 pond. Toch hield hij nog bijna 200 kg grond over. Konklusie: een plant groeit alleen van water. Wij weten nu wel, dat deze konklusie verkeerd was, maar toch was Van Helmont's proef het begin van een hele reeks onderzoekingen naar de voedsel- houding van de plantenwereld. Een plant heeft naast water en lucht een serie verschillende mineralen nodig. De belangrijkste hiervan is stikstof. Omdat de natuur niet snel genoeg de voorraden kan aanvullen - de omzetting van natuurlijke mest in minerale zouten duurt circa drie jaar - moeten de land bouwers ieder jaar belangrijke hoeveel heden kunstmeststoffen aan het land toevoegen. De Nederlandse Stikstof Maatschappij, één van de grote producenten van kunstmest, produceert meer dan één miljoen ton stikstofmest stoffen per jaar, waarvan circa 300.000 ton in Nederland wordt afgezet. Maar niet alleen landbouwgewassen hebben bijvoeding nodig. Ook kamer planten en sierplanten in de tuin kunnen best een extra schepje „voeding" gebruiken. Geef daarom regelmatig uw planten wat kunstmeest. Ze zullen er veel fleuriger bijstaan. Tot 1 november 1974 is in het expositie gebouw te Lelystad-haven een tentoon stelling ingericht over de vliegtuig wrakken die in het IJsselmeergebied werden gevonden. De wrakken dateren uit de tweede wereldoorlog toen vele vliegtuigen in het IJsselmeer zijn neerge stort. De vliegtuigen die in het water neerkwamen lieten de Duitsers liggen. Zij borgen slechts de vliegtuigen die op het land neerstortten. Gedurende de ontginning van Flevo land, maar ook bij het vissen in het IJsselmeer zijn reeds meer dan vijftig wrakken gevonden. Ongetwijfeld zullen er in de toekomst nog meer restanten van vliegtuigen worden ontdekt. Hoewel de oorlog reeds lang achter ons ligt, leveren de explosieven in de wrakken nog steeds gevaar op. Daarom bestaat in een drooggevallen polder één van de eerste werkzaamheden altijd uit het speuren naar vliegtuigwrakken. Alle vondsten worden in kaart bracht. Is de polder eenmaal droog, dan wordt het onderzoek snel afgemaakt en bergt men de wrakken. Pa$ daarna start het ont ginningswerk in de nieuwe polder. Het bergingswerk wordt verricht door de Koninklijke Luchtmacht zo nodig in samenwerking met de landmacht. Het materiaal op de tentoonstelling en de gegevens werden voor de luchtmacht ter beschikking gesteld. Het bergen van wrakken is nog uit een ander oogpunt belangrijk. Men vindt bij het opruimen van de vliegtuigrestanten nog vrij veel „vermiste" vliegers terug. Nog steeds worden er meer dan 1000 Amerikanen vermist, enkele duizenden Engelse vliegers en enkele honder den Duitsers. Naarmate er meer vlieg tuigwrakken werden gevonden kon men voor vele vermisten precies vast stellen wat hun lot is geworden. In het IJsselmeergebied zijn in de loop van de oorlog honderden vliegtuigen neerge stort. De reden is, dat duizenden vliegers hun route zochten over het IJsselmeer, omdat men hier niet veel last had van afweergeschut en omdat de duidelijk zichtbare grens tussen land en water het navigeren vergemakkelijkte. Bovendien lag het IJsselmeer voor vlieg tuigen die waren aangeschoten in de snelste route naar midden-Engeland. Vooral de Duitse nachtjagers maakten boven het IJsselmeergebied veel slacht offers. Daarbij kwamen vele vliegtuigen die kilometers van het IJsselmeer door afweergeschut waren geraakt, op hun kreupele tocht naar huis tenslotte toch nog in het IJsselmeer terecht. De tentoonstelling geeft aan de hand van vondsten en foto's een indruk van de verkenning en de berging van de wrakken. De expositie is doorlopend - ook op zaterdagen en zondagen - geopend van 10.00 uur tot 17.00 uur. De bevolkingsexplosie in de olifantenkudden in het Zuidafrikaanse Kruger Nationaal Park. die leidde tot voedselvoorzieningsproblemen voor andere dieren, is bezworen. Door schenking van jonge dieren aan dierenparken in het buitenland en door het pijnloos doden van zorgvuldig geselecteerde zeer oude of zieke olifanten, liep het bestand terug tot ongeveer 8.200 exemplaren. Dierenvrienden over de gehele wereld zijn blij met deze ontwikkeling in het naar de legendarische „boerenpresi- dent" Paul Kruger genoemde wildreser vaat. De ruim 75 jaar geleden bij een wet aangewezen smalle gebiedsstrook, is in de loop van deze eeuw uitgegroeid tot het bijna 21.000 km? grote Kruger Nationaal Park; een gebied dat overeenkomt met ongeveer 2/3 van de oppervlakte van Nederland. Het reservaat is niet alleen een van de grootste, maar ook een van de wildrijkste ter wereld en het geniet daarbij een zeer grote populariteit. Vele exotische wildsoorten, die naar alle waarschijnlijkheid door onwetendheid van mensen gedecimeerd of zelfs uitgeroeid zouden zijn, bleven door de vooruitziende beslissingen van Kruger en zijn opvolgers voor latere generaties behouden. Voor deze dieren werden het Krugerpark en de later in Zuid-Afrika aangewezen wildreservaten, tot toevluchtsoorden waarin ze tegen achtervolging waren beschermd. Numeriek zijn de 17 verschillende Zonder bepaald doel een ommetje makend zien we hoe ergens 'n ouwe baas met vies geicht z'n pijp staat uit te kloppen in de deuropening. "Bah!, die rommel bluuf noe mar in m'n snuit zittel," moppert hij links en rechts nog een beetje naspugend. "Ei j'even tied om der in te kommen?" Die vraag betreft ons en na het binnengaan de voordeur stevig sluitend vervolgt hij: "Ik wou es wat vraege; meschien dat jie m'n ellepe kan." Door het gangetje komen we in de voorkamer, en terwijl hij op 't zwaar-eiken kabinet toeloopt wenkt hij nodigend om een stoel te pakken. Na wat achter die antieke kastdeur te hebben gerommeld komt hij ook aan tafel zitten,zet 'n te voorschijn gebracht sigarenkistje voor zich.en laat daar plechtig een ogenblik z'n hand op rusten. Achtenveertig jaar was hij gehuwd met de vrouw, wier portret aan de wand daar in volle klederdracht op ons schijnt neer te zien. Reeds twaalf jaar woont hij thans als weduwnaar in dit zijn huisje helemaal alleen.... '"t Eten koke' loap' wè' los," merkt hij verhalend op; „mar dat andere m'n jongen vooral 's aeves; da's toch zo een maeger leven...." Dat "andere" is die doelloos ontmoedigende eenzaamheid en mistroostig zuchtend valt dan even een trieste stilte Geen directe oplossing wetend noemen we schuchter door ervaring in deze zo tactvol mogelijk het woord "de Schutse", en 't is verwonderlijk om ook hier weer die plotse "gemoedsverandering" waar te nemen! "Jie bin' glèd zot!," stelt hij gruwend met diepe verontwaardiging vast; "ik wil vrie man bluve, in zelf uutmaeke wat of 'k ete wil in zo!," en driftig zijn neus snuitend wil hij geprikkejd (zo voelen we het) gelijk van thema veranderen en ter zake komen "drie malen daags vijf pillen; héél doorslikken!" Nu dat zou in dit geval niet best bekomen want bij opening blijkt het. boordevol te zitten met van die grote zwarte (rouw)gittenIn 't'papieren zakje van d'oude baas zat bloedkoraal. Uitgestort op een "theeschuttel" blijft één miezerig kraaltje zich koppig verschuilen in 't uiterste zakpuntje. "Alle mieter nog toe," gromt hij zachtjes tóch al wat verstoord nog van zoëven en als 't er dan na heftig schudden eensklaps uitschiet springt het tergend met een reuzeboog gelijk achter 't kammenet.... "Een mens mot geweun zo mè' bewaerd bluve!en intens met een soort aangeboren koopmans-schijnheiligheid met hem "mee levend", kost het wèl moeite om daarbij ernstig te blijven kijken Fraai getrokken Thoolse krullen zijn het die we nu gaan bekijken. Ze zitten nog aan hun zwart geworden zilveren beugel waarin als gewoonlijk 'n Romeins getal staat gekrast. We lezen: XVIII, het totale goudgewicht der krullen; in dit geval negen gram per stuk dus. Dan volgen twee grote 14-karaats "mussespellen" in cantille of "ketrielje-goud", waarop minuscule Franse leliemotieven en Lodewijkskrulletjes onmiskenbaar heenwijzen naar de zuidelijke bakermat van Bourgondiërs en Hugenoten. Er is een "reukflesje" met gouden stop en ook zien we échte gitten of granaten met andere zaken verdeeld over meerdere medicijndoosjes.... Behalve Quakkelaar en Van Es zijn 't verder onbekende respectieve doktersnamen als Schille of Schilling en haast onleesbaar die van een homoe- paath uit Rotterdam. Even opkijkend raadt hij ons denken en zucht toelichtend: "De vróüwe 'ei in d'r leven dikkels plechtig tonen dezer ingeblikte verwrongen peperbol letjes", die een koor ontlokken van al of niet gemeende ah's en oh's.... "Wat 'n kanjers méns liêve nog toe 'oe ei j'et aol die jaeren uut'góüwe!" en een onderwijl in dubbel opzicht genietende "vróüwe", ten eerste dat haar lichaam van die rommel is verlost en ze er nu bovendien, door een bewonderd in-het-middelpunt-staan nog plezier aan beleeft ook"STOF ZLJT GIJ. EN TOT STOF..." Hoe treffend-vreemd kan op zeker moment toch het leven zijn want terwijl deze vrouw er al lang niet meer is klinkt zacht het geluid van haar galstenen door de kamer wanneer de oude baas het doosje weer wegzet in 't kammenet onbewust een beetje schuddend als speelde een baby met zijn rammelaar Zo een ouderwetse Thools/Sint-Philipslandse (boere)kamer^het kabinet als dominerend meubelstuk en zijn eigentijdse vaak zo bont gevarieerde inhoudUit onze kinderjaren kennen we nog dat nieuwsgierig verlangen om overal waar zich zo'n kast bevond achter die geheimzinnig-imposante deuren te mogen zien. Logerend bij bejaarde mensen mochten we daar onder toezicht uiteraard op zekere regendag eens "uitgebreid" een kijkje nemen. Als schooljog vond je 't prachtig, al die vreemd- ouderwetse dingen nog en honderd uit vragend kwamen we ogen te kort... Veel kleding is er overwegend in zwart/wit en twee grote kuipvormige dozen met in elk een hoge hoed. Bij één daarvan ligt een lamfer dat is een bij 'n begrafenis van de hoed afhangende rouwsluier met daarnaast een blikken koektrommel die behalve vergeelde akten en eigendomspapieren ook een bundeltje over lijdensberichten bevat.... Op enkele bewaarde nummers der Zierikzeesche Nieuwsbode liggen Consciences "De Leeuw van Vlaanderen" en 't allegorische Hartenboekje; er achter staat een kistje met kopergeklonken ivoren dominostenen. Er is een damspel en ganzebord.streek- bekende gezeiligheidszaken voor lange winteravonden en in 't linker hoekje zien we een half gevuld flesje met "piel- staertolie" en een Roodster-tabaksblik als "knoppe'dóóze", waarin zich, tussen knopen en benen gordijnringen ook wat bikkels en 'n paar valig-grillige kiezen bevinden, die weleer een bejaarde oudoom "zes daegen in nachten op z'n kop déje stae' van de tandpiene..." De doos met halfsleten tabakspijpen een stereoscoop met stadsbeeld platen uit Verlijn, en de in perkament gebonden catechismus van Van der Kemp. Drie met zilveren sloten voorziene boeken staan hier naast evenals Bunyans "The Pilgrim's Progress" waar we de tekst niet van lezen kunnen maar de zinnebeeldige Christenreis-plaatjes ons des te sterker boeien dan! De oude "kammenetten" onzer voorgeslachten met die perseleinen knoppen aan de laden of "schuven" waarvan er meestal één wel los voorover hing Voorjaar 1932 overleed in een huisje aan St. Annalands, Hoenderweg een bijna 80-jarige schippersvrouw. Ze was niet gemakkelijk geweest in d'r leven maar het leven was Ouderwetse (boere)kamers van ouderwetse (boere)huisjes waarvoor het (zoals hier aan de Ring) nog ouderwets- gezellig poseren was dat ook niet geweest voor haar! Gezien drie getrouwde zoons als trampers ter binnenvaart hun brood verdienen en het maar zelden gebeurt dat allen gelijktijdig in de thuishaven zijn wordt om deze reden vlak na de begrafenis de boel uiteen gedaan. De kammenet-inhoud verdwijnt grotendeels in even zoveel kussenslopen als er erven zijn en een dochtertje der jongste zuster is er bij als haar moeders portie wordt bekroond met 'n oude breukband van wijlen opa'ze zal voor moeder die gevulde sloop wel even thuisbrengen en omdat een tante eveneens die richting uit woont neemt ze ook dèt bundeltje gelijk maar mee. Uiterlijk eendere toegebonden kussenzakjes zijn het en onder 't spelend-lopen ze telkens verwisselend wordt het straks bij tante de vraag welke van de twee er achterblijven moet.... Eén ogenblik schijnt het kind beteuterd maar resoluut de slopen bevoelend roept ze triomfantelijk D'n dezen is vó'julder tante want die mee tie naebelbreuke die is van ons!, "en vrolijk op d'r klompjes naar de Tienhoven stappend, brengt ze moeders verkregen erfgoed veilig thuis wordt vervolgd. Hoe vaak zagen we als kind nog dit soort Sint-Annalandse havenbeelden in de jaren dertig en veertig. Thans lijkt het echter net of we een goed geënsceneerd tableau beschouwen uit het een of ander openlucht museum.... Vroegere mensen dieren en dingen; het eertijds leven dat vergleed Het houten kistje blijkt wat doosjes en zakjes te bevatten met "mussespullen" van "de vrouwe" nog. Na maanden lange tweestrijd gaat hij eerdaags deze sieraden weggeven aan drie getrouwde elders wonende kinders en een kleindochter. "Dat kan 'k in m'n leven beter zellef doeë as 'at ze der laeter om vechte' "verklaart hij terecht en om nu eerlijk ieder haar deel te geven zou hij graag bij benade ring deze dingen naar waarde zien getaxeerd. Tja dan zal eerst een overzicht moeten genomen worden en onderwijl hij zelf een grauw puntzakje gaat ontvouwen nemen wij na een uitnodigend: "Kiek mè g'rust," een heel oud karton nen pilledoosje ter hand. "D.Quakkelaar Arts" zo lezen we en daaronder adviseert diens verbleekte penneschrift: mekérende gewist in dan doe' een méns van aoles Onder een hierop volgend gevoelvol "operatieverslag" schiet hij ineens weer naar 't kabinet om gelijk terug te keren met een rammelend blikkenpepermuntdoosje van klein formaat. Van buiten vol vrolijk-gekleurde meisjes die bloemenkransen vlechten in een wei doet de inhoud bij 't openen des te schriller aan: de "galstéénen van de vróüwe".... Bloedkoraal gitten en galstenen.... Een wonderlijk "stilleven" onzer streek en even naar de foto blikkend glijdt in gedachten zo'n eertijdse "reconstructie" ons voorbij: "de vróüwe", met sommige sieraden aan ter theevisite een gezellige (praat)sfeer over dominees schoon maak of ziektegevallen met dan als klap op de vuurpijl het '...en het maar zelden gebeurt dat allen gelijktijdig in de thuishaven zijn...." soorten antilopen in het Krugerpark het sterkst vertegenwoordigd. Daaronder zijn alleen al 250.000 impala's, die door hun gracieuze lichaamsbouw de bezoekers steeds weer in verrukking brengen. Zij behoren, tezamen met de ongeveer 20.000 zebra's, 21.000 buffels, 7.500 gnoe's en 3.000 giraffen tot de vredelievendste grotere dieren. Voor de roofdieren in het Kruger- wildreservaat, waaronder ongeveer 1.200 leeuwen, 600 luipaarden, 400 cheeta's en de meer dan 800 hyena's en jakhalzen, bestonden daarom nooit voedselproblemen. Bij de voedselvoorziening van de ongeveer 2.500 nijlpaarden en 1.000 krokodillen die rivieren en me.en van het uitgestrekte terrein bevolken, moest echter van tijd tot tijd de helpende mensenhand worden toegestoken; vooral in perioden van grote droogte. De apen daarentegen, losten dit probleem op hun eigen wijze op. Zij hieven aan de talrijke autowegen hun „Wegenbelasting", wat hun door de gasten gaarne werd gegeven. Ondanks de herhaalde malen in het Krugerpark gehouden „Volkstellin gen", is het onmogelijk het preciese aantal afzonderlijke dierenfamilies vast te stellen. Alles bij elkaar werden tot nu toe in dit gebied 48 kleinere en 66 grotere soorten zoogdieren waargenomen. Daarbij komen dan nog de 413 vogel-, 29 amphibie-, 83 reptielsoortcn en talloze ongewervelde diersoorten. Evenals de toeristenstroom uit andere Westeuropese landen heeft ook een groot aantal Nederlandse vakantiegan gers het 10.000 km van hier verwijderde Zuid-Afrika ontdekt. Alleen al het afgelopen jaar was dit dierenparadijs het reisdoel van duizenden Nederlanders. Dc laatste jaren werden voor de bezoekers verschillende mogelijkheden geschapen om hun verblijf in het Krugerwild reservaat tot meerdere dagen uit te breiden. Voor hen werden kris-kras door het park duizenden kilometers weg aangelegd en wegrestaurants gebouwd met omliggend modern uitgeruste „hutten" waarin vele bezoekers kunnen worden ondergebracht. Daarbij komen dan nog de talrijke campings. Steeds weer echter gaan de gastvrije Zuidafrikaners verder met hun plannen om de wensen van de van heinde en ver komende bezoekers van deze dierenwonderwereld op nog perfecter wijze te vervullen. Na het terugbrengen van het al te hoge olifantenbestand in het Kruger Nationaal Park, dat in de voorbije jaren door enorme eetlust van de dikhuiden tot moeilijkheden bij de voedselvoorziening van de overige - rond de 400.000 - dieren leidde, kunnen de Zuidafrikaanse wildbeschermers weer op adem komen. Door hun maatregelen zorgden zij weer voor een noodzakelijk evenwicht onder de bewoners van dit unieke dierenrijk dat de wereld aan het idee van een groot man te danken heeft. Jammer dat men in dierentuinen even voor de bronsttijd moet besluiten van enkele herten de dikwijls prachtig vertakte geweien te verwijderen. In die tijd gaan dc bronstige bokken er vaak toe over de weideomrastering op soliditeit te kontroleren, ja vallen zelfs aanstaande bruidjes aan hun dolle bronstuitingen ten offer. Nadat de geweidragers eerst hun rivalen in hevige gevechten hebben uitgerangeerd waaraan de dierenverzorgers, om moord en doodslag te voorkomen, .uiteraard meehelpen, jaagt de rocdelbok in dolle drift de vrouwelijke dieren bijeen. Hierbij maakt de bronstige bok een enkele keer gebruik van zijn gewei tegenover hinden, die niet snel genoeg naar zijn pijpen dansen. Dat moeten we zo veel mogelijk voorkomen en daarom ontdoen wij de roedel bok bijtijds van zijn gewei. Om nu het gewei op een vlotte en veilige manier voor mens en dier weg te nemen, maken we gebruik van een injectiegeweer. Dit kan geladen worden met een patroon, dat de dierenarts van een narcoticum voorziet. Het dier wordt een lichte verdoving ingeschoten in de dikke spierenbundels van het achterbeen. Wanneer nu het dier in een diepe slaap is verzonken worden even boven de rozestok de geweistangen afgezaagd. Een pijnloze behandeling. Met de overgebleven stompjes geweistang is de bok nog wel in staat flinke opstoppers uit te delen, maar hij kan nu toch geen ernstig letsel meer toebrengen. Het Zweeds genootschap voor natuurbescherming heeft een project opgezet om de Scandinavische wolf te behoeden voor totale uitroeiing. Doel is een „Genenbank" te stichten, door met behulp van de ongeveer twintig in gevangenschap levende qiempiaren Scandinavische wolven te fokken, waarvan dan een stamboom wordt bijgehouden. De bedoeling is behalve in Zweden ook in Finland en Noorwegen op deze manier de voortplanting van de wolven te bevorderen. f

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1974 | | pagina 7