Thools gemeentelijk beleid op langere termijn
Vijftigjarig bruidspaar in Tholen
TWIJFEL
HM ill ifc
DEZE WEEK
C.O.V. brengt weer
Joh. Passion
van Bach
Trimmen in Tholen
en Sint-Annaland
Drie kleinste kernen naar redelijk voorzieningenpakket
Tholen en Sint-Maartensdijk groeikernen
Langzamer groei Sint-Annaland en Oud-Vossemeer
Spreiding regionale voorzieningen
Woningzoekenden vrij welke kern zij kiezen
Bouwbeleid afstemmen op wensen woningzoekenden
Belastingtarieven op niveau van gewenst voorzieningenpei!
mm |j
Prijs Rode
Kruispuzzel
in Stavenisse
BeleidsmWs^-or?
Groei in alie kernen
krat 24 Hesjes
van 12,24voor 9,45
van 10,95voor 8,75
van 1,11voor 0,79
150 gram1,19
500 gram6,98
Niet voordelig,
maar gewenst
Gemeenschaps
voorzieningen
Minimum grootte
Geen grondkosten-
verlaging
Kleintje betaalt niet
aan grotere,
maar andersom
Gebundelde
deconcentratie ook
in Zeeland aan
het mislukken?
30e jaargang no. 21
Donderdag 4
Het enige nieuwsblad voor de streek
Tholen en Sint-Philipsland, waarin op
genomen de Thoolse Courant en Het
Advertentieblad - Postbus 5 - Sint
Annaland - Telefoon 01665-375 - Post
giro 12.44.07 - Verschijnt elke donder-
dag.
Abonnementsprijs 8,50 per halfjaar.
Per post 10,Losse nummers
0,45. Sluitingsdatum advertenties
dinsdagmiddag - Advertentieprijs
0,20 per mm btw. Spierinkjes t/m
20 woorden 3,50 contant, op rekening
4.- btw.
Hoofdredacteur - uitgever G. Heijboer.
Op de komende Thoolse raadsver
gadering krijgen de leden een discus
siestuk te behandelen, waarvan de
conclusie wel eens bepalend zou kunnen
zijn voor het beleid van de komende
jaren. Dat is geen ongezonde zaak. Een
regering, een bestuur moet zich wel van
enig raamwerk voorzien, wil het niet in
het luchtledige werken. Dat discussie
stuk is ontstaan uit de nota
bevolkingsgroei en woningbouw. Elders
in dit nummer kan men meer lezen over
de als gevolg van die deelnota bij het
dagelijks bestuur ontstane
beleidsgedachte. B en W stellen zelfs de
raad voor tot het kiezen van bepaalde
uitgangspunten. Daar/om zien we het
ook als een belangrijk stuk.
Uit de toelichting op dat voorstel
proeven we bij datzelfde college toch
nog al wat aarzeling. Men kiest dan wel
voor het leefbare minimum of moeten
we schrijven minimum leefbare van de
kleinere kernen, zoals door het
adviesbureau „Stad en Landschap"
werd aangegeven. Men kiest voorts
wat gretiger voor de zogenaamde
gebundelde deconcentratie, waardoor
Tholen en Sint-Maartensdijk
groeikernen blijven, zoals ze de jaren
sinds de herindeling al zijn. Maar even
verder proeven we dan wel de twijfel in
het pre-advies van B en W. Men noemt
in een toelichting de voor- en nadelen
van centralisatie, dus van het zich
volledig op een kern concentreren. Dan
wordt er vriendelijk op geattendeerd,
dat concentratie zou betekenen, dat
minder, gemeenschappelijke voor
zieningen getroffen moeten worden, die
aan hogere eisen kunnen voldoen. Die
voorzieningen zouden ook intensiever
worden gebruikten daardoor beter aan
hun doel beantwoorden. Als nadelen
noemen b en w dat bij centralisatie de
afstanden naar de gemeenschappelijke
voorzieningen groter zijn en de animo
van gebruik omgekeerd evenredig aan
die afstand is. Naar ons gevoel rijmt
het laatste niet met het eerder
genoemde intensiever gebruik. Maar
daar gaat het niet zozeer om. Wie het
gehele voorstel en de toelichting leest -
een samenvatting komt men in dit
nummer wel tegen - krijgt toch het
gevoel, dat het college onderling tot een
compromis kwam, al staat er dan ten
overvloede dat het college unaniem
achter de deconcentratie staat. Men
poogt tussen de regels door toch de
voordelen van centralisatie en de
nadelen van deconcentratie te laten
doorschemeren. Men wil wel trachten
de kleinste kernen op te trekken, maar
gelooft er zelf niet in, want zo laat het
college dan ook weer doorschemeren,
daarin zijn voorheen de zelfstandige
gemeentebesturen van die kleine
kernen ook niet geslaagd.
Met een hoeveelheid cijfermateriaal
poogt men dan van alles en
nog wat duidelijk te maken om
tenslotte in die toelichting ook nog eens
aan te tonen, hoeveel er sinds de
herindeling al in die kleine kernen is
gebeurd. Het klinkt zelfs wat arrogant
en minstens denigrerend als we lezen,
dat niet de kleine kernen aan de
voorzieningen van de grote kernen
betalen, maar dat de grote kernen
moeten „bloeden" voor wat in de kleine
kernen tot stand moet komen.
Dan is de riolering in Scherpenisse
vanzelf nu en wellicht nog komende
jaren daarvan het zwarte schaap.
In tegenstelling met wat b en w ons in
haar voorstel en toelichting pogen voor
te houden, dat ze zich graag en
volgaarne aan de leefbaarheid van de
kleine kernen willen wijden, proeven we
uit het geschrift veel meer een
gedwongen beleid, dan een zelf gekozen
beleid. Gedwongen door de openbare
mening en door de volksvertegen
woordiging. Als het college alleen had te
beslissen, zou het best eens volledige
concentratie kunnen zijn. Dat
standpunt mogen ze best innemen,
maar dan ook maar ronduit bekennen.
Beter dan twijfel te zaaien omtrent de
opgelegde beleidsrichting. Op 12 juli
1973 schreven we, toen burge
meester J. E. van Boeijen het een
hopeloos moeilijke zaak achtte de kleine
kernen naar het in het rapoort
genoemde bestaansminimum te
dirigeren: inderdaad een moeilijke
zaak, maar het hopeloze willen we
schrappen. Dat willen we nog. Maar het
dreigt hopeloos te worden als het
college van B en W als de raad zijn hoop
daarop niet vestigen. Daarnaar ook niet
willen handelen. Tot dusver kregen zij,
die zich aan het strohalmpje
vasthouden, van het college weinig
steun. Ook weer niet in dit voorstel. Dat
is juist het hopeloze.
JA...
een abonnement op de
Eendrachtbode kost u
slechts 8,50 per half jaar
Doenl
Dat zijn de voornaamste beleidsuit
gangspunten die burgemeester en wet
houders van Tholen hebben neergelegd
in een voorstel dat de gemeenteraad in
de aprilvergadering gaat behandelen.
Een voorstel als gevolg van de door het
adviesbureau voor ruimtelijke ordening
en vormgeving „Stad en Landschap"
uitgebrachte deelnota's. Die deelnota's
zullen bij elkaar de totale structuurnota
voor Tholen zijn.
Een van die deelnota's betreft de bevol
kingsgroei en woningbouw op Tholen.
De commissie ruimtelijke ordening be
sprak deze nota reeds in een openbare
vergadering, waarvan 12 juli 1973 een
verslag in de E.B. verscheen. B. en W.
zien in deze deelnota in afwijking van
andere met een groot aantal feitelijk
heden, meereen discussiestuk. Het gaat
om de richting die het gemeentebestuur
kiest voor de opvang van de bevolkings
groei van de gemeente. Gaat men die
bevolkingsgroei concenteren in een
woonkern, gaat men ze decentraliseren
om te pogen alle kernen ongeveer even
groot te maken of kiest men een tussen
vorm.
Zonder aan de juistheid van de in
de deelnota genoemde cijfers te tornen,
gaat het vooral om de beleidsrichting.
Na uitgebreid overleg met de commissie
ruimtelijke ordening en overeenkomstig
het advies van de stichting welzijns-
orgaan Tholen, stellen b. en w. de ge
meenteraad voor uit het rapport de in
de kop van dit artikel genoemde be
leidsuitgangspunten te kiezen.
Als een besluit is genomen over de uit
gangspunten voor het beleid op wat
langere termijn, dient in tweede in
stantie te worden overwogen over welke
middelen men beschikt om die uit te
voeren. Er moet geld zijn om wat te
kunnen doen. B. en W. zien daarvoor
beperkte mogelijkheden. Er zijn wel
middelen, maar die zijn volgens B. en
W. nodig om het leefbaarheidsniveau
van de kleine kernen te verbeteren.
Daartoe moet worden gestreefd naar
een aantal elementaire, gemeen
schappelijke voorzieningen (scholen,
dorpshuis, sportaccommodatie, enz.),
een prettige woon- en leefsfeer bevorde
ren door goede bestemmingsplannen
met gevarieerde woningtypen.
Dezelfde eisen ten aanzien van open
bare voorzieningen (straten, riolerin
gen. verlichting, groenvoorzieningen als
in de grote kernen).
Een tweede mogelijkheid voor behoud
van de kleine kernen is bij vestiging in
de gemeente te wijzen op het wonen in
die kernen. Een derde mogelijkheid
zien b. en w. in een regelmatige bouw,
zodat wachttijden gering zijn. Ver
volgens het propageren van particuliere
bouw. De grotere (4) kernen zullen
wellicht geen specifieke overheidsmaat
regelen behoeven. B. en w. stellen de
raad voor te besluiten om bij de samen
stelling van de structuur-nota deze uit
gangspunten als basis te nemen.
Op het hiervoor genoemde voorstel
geven b. en w. een uitvoerige toelich
ting. Het college wijst er op, dat het
HAVEN 10
ST. MAARTENSDIJK
Amstel Pils,
Montilla 2 liter kruik
Gevulde Koeken
6 st. van 1,25voor 0,89
Raak Sinas
1 literfles
Gekookte Schouderham
Donderdag, vrijdag,
zaterdag uit onze slagerij
Malse Biefstuk
Rihcarbonade 1 kg 8,98
Donderdag, vrijdag, zater
dag
uit onze Groenteafdeling
Golden Delicious 2 kg 1,10
Rabarber 500 gr0,69
hierbij gaat om een visie op langere ter
mijn. Daardoor moet het ook als een
flexibel stuk gehanteerd kunnen
worden en naarmate stellingen daaruit
onjuist zouden blijken, worden aange
past. De voornaamste beleidskeuze is
concentratie, dat wil zeggen alle groei in
een (1) kern of deconcentratie, dat is
groei in meerdere of in alle kernen
Met behoud van een minimum grootte
voor de kleinste kernen werd gekozen
voor deconcentratie. Het college staat
unaniem achter dit voorstel, maar
meende wel op de voor- en nadelen van
die keuze te moeten wijzen. Daartoe
werden geen voor- en nadelen van de
concentratie genoemd maar van cen
tralisatie.
B. en w. zien als voordelen van cen
tralisatie dat een kleiner aantal ge
meenschappelijke voorzieningen nodig
zijn. Men kan bijvoorbeeld één zwem
bad voor het gehele gebied maken.
Zo'n centrale voorziening kan aan
hogere eisen voldoen of kost aanzienlijk
minder. Zo'n voorziening wordt dan in
tensiever gebruikt en beantwoordt
daardoor meer aan het specifieke doel.
Als nadelen van de centralisatie zien b.
en w. de grotere afstanden tussen
woning en de gemeenschapsvoorziening
(het zwembad bijvoorbeeld) en daar
door minder animo voor gebruik. Een
tweede nadeel is dat de leefbaarheid af
neemt in die kern waar de afstand tot
de gemeenschapsvoorzieningen groter
wordt. Het zwembad in Tholen is voor
de inwoners van Stavenisse als gemeen
schapsvoorziening weinig aantrekke
lijk, kunnen ,ve als voorbeeld stellen om
dit tweede nadeel te verduidelijken. Als
er een te grote concentratie zou komen,
waarvoor op Tholen hoegenaamd geen
gevaar is, zit men ook meteen met ver-
keers- en parkeerproblemen.
B. en w. zien de door haar gekozen
vorm van gebundelde deconcentratie
niet als de voordeligste vorm, maar wel
als meer in overeenstemming met de
wensen van de inwoners. Het is een
tussenvorm tussen volledige concen
tratie of volledige deconcentratie.
Gezien echter de beperkte middelen,
moet wel zoveel mogelijk worden aan
gesloten bij de natuurlijke ontwikke
ling, vinden b. en w.
Een drastische afwijking daarvan zou
leiden tot een voortdurende onte
vredenheid tussen bestuur en bevol
king. Met cijfers wordt dan aangetoond
hoe het inwonertal zich in de onder
scheidene kernen na de Tweede
Wereldoorlog (1-1-'46) handhaafde dan
wel uitbreidde.Men komt dan tot (1-1-
'74) een groei van 36% voor Tholen,
34% voor Sint-Maartensdijk. 15% voor
Sint-Annaland en handhaving van de
andere vier.
Uit die cijfers motiveert het college dat
de drie kleinste kernen zich hand
haafden en daarmee de gehechtheid van
de bewoners is aangetoond. Daarom
acht men het brengen op een minimum
niveau ook gewenst. Verder blijkt dat
Tholen en Sint-Maartensdijk een
duidelijk belangrijk er groei ver
toonden dan de andere kernen en die
tendens moet niet worden doorbroken
of
er zouden daartoe wel bijzondere
motieven moeten zijn, temee: r daar ook
de vraag naar woningen in dezelfde
richtingwijst. Verder concluderen b. en
w. uit de bevolkingscijfers, dat de groei
van Sint-Annaland weliswaar 15% be
droeg en van Oud-Vossemeer nihil,
maar de laatste jaren is er iets meer
vraag naar woningen in Oud-V osse
in ee-r.
In een toelichting op het uitgangspunt
dat verband houdt met gemeen
schappelijke voorzieningen, menen b.
en w. dat het noodzakelijk'is. aandacht
te schenken aan een gezonde ontwikke
ling van het gehele gemeentelijk gebied.
In elke woonkern moet een complex van
gemeenschapsvoorzieningen worden
nagestreefd, dat past bij de grootte van
die kern.
Maar het hangt grotendeels
af van de financiële draagkracht. Altijd
zullen wel drie categorieën gemeen
schapsvoorzieningen te onderscheiden
zijn, namelijk die er niet kunnen komen
omdat de kosten te groot zijn, die van
wege de kosten slechts in één of enkele
kernen kunnen komenen de voorzienin
gen die behóren tot het basispakket en
daarom in elke kern behoren te zijn.
B. en w. zien het als een moeilijke taak
de drie kleine kernen naar een minium
grootte van elk 500 woningen te
brengen (volgens de deelnota in 1985).
Vooral moeilijk omdat er in jaren geen
groei viel te bekennen. In die drie kleine
kernen (Poortvliet, Scherpenisse,
Stavenisse) zou dan in goed tien jaar het
aantal inwoners met bijna duizend
moeten stijgen en de woningvoorraad
met ruim 300. B. en W. vinden het wel
de moeite waard daarnaar te streven,
maar zien het binnen de gestelde
termijn nog niet gebeuren. Vooral niet
omdat de leeftijdsopbouw in de drie
kleinste kernen ongunstiger is en
daardoor het geboorte-overschot klein.
Verder omdat er in die kernen ook
steeds een vertrekoverschot valt waar te
B. en w. benadrukken dan nog eens, dat
de neiging tot vestiging binnen de ge
meente Tholen door gezinnen van
elders zich juist naar de grote kernen
richt en het uiterst moeilijk zal zijn in
die tendens wijziging te brengen. Is
trouwens een geforceerde groei door die
kleine kernen wel gewenst? Het zou
juist tot afbreuk van de leefbaarheid
kunnen leiden. Ondanks dat alles
meent het college de weg te moeten
volgen van het leefbaar houden der
kleine kernen.
Een woon- of bouwstimulans via een
lagere grondprijs ziet het college niet
zitten, herstens niet omdat een dras
tisch grondprijsverschil nog maar een
gering woonkostenverschil zou opleve
ren, vervolgens omdat prijsreductie
discriminerend zou werken ten opzichte
van de bestaande bouw. In de derde
plaats niet omdat 't onmogelijk is ten
aanzien van sociale woningbouw, ver
volgens omdat het geen gelijke lasten-,
verdeling zou zijn en tenslotte omdat
de raad toch al bezwaar maakte tegen
de stijgende grondprijzen.
Het zou betekenen, dat men bijvoor
beeld in de grotere kernen
1250,00 meer zou moeten be-
advertentie IM.
Ir: mm SÊmei
„We hebben het gelukkig goed nu. We
zitten lekker en gemakkelijk". Dat zegt
het gouden echtpaar Prince-Janse uit
de Burgemeester Van Vrijberghestraat
in Tholen. Veertig jaar woonde n ze op
Cromvliet, waar eens de Meestoof
stond, maar ze zouden toch niet graag
terug willen uit hun bejaardenwoning in
Dalempolder.
„Dit is beter, als je slecht
ter been bent is een slaapkamer
beneden maar wat gemakkelijk. Het is
hier wel een stille buurt, maar zoveel
drukte hebben we niet meer nodig. Ik
ben ook veel bij mijn jongste dochter
hier in Tholen", zegt mevr. Prince-Janse.
Van de zes kinderen, achttien kleinkin
deren en drie achterkleinkinderen (de
bruid wijst er dankbaar op dat ze het
jubileum allemaal nog mogen mee
maken) woont er 1 zoon en 2 dochters in
Tholen. De overigen zijn gevlogen, zoals
destijds ook de meesten van de zestien
kinderen van vader en moeder Prince
van de Hoge Wal naar Rotterdam gin
gen. Dat was in de dertiger jaren wel
nodig vanwege de werkgelegenheid.
Jubilaris Prince was op één na de
jongste van de zestien kinderen, maar
het is nog niet voorgekomen dat men
een vijftigjarig huwelijksfeest vierde.
Hij heeft nog drie broers van 88, 80 en
70 jaar in leven, waarvan de oudste in
Tholen woont. Verder wonen er in
Rotterdam nog twee zusters van in de
tachtig.
De op 28 september 1901 geboren
bruidegom moest op zijn dertiende jaar
al naar de oesterputten voor drie cent
per uur. Verder werkte hij 29 jaar op de
haven, bietenen kolen lossen. Veelzwaar
werk verricht. Kolen voor twee cent per
mud uit het scheepsruim halen, de trap
op dragen naar het pakhuis. Dhr.
Prince werkte bovendien in de tuinderij
van fruitteler fam. Roggeband. Hij was
ook lid van de vrijwillige brandweer en
is al 35 jaar drager van de begrafenis
bus. Alspenningmeester van de A.V.B.
(NVV) gaat hij bij de dertig leden in
Tholen ook elke maand om contribuie.
Ja, stil zitten kan dhr. Prince niet. Tot
zijn 71e heeft hij bij een Bergse aan
nemer aan de woningbouw in Bergen op
Zoom gewerkt. „Ik ging alijd opgewekt
naar mijn werk en ik ben nu nog
nergens beter dan dat ik 's morgens een
spa kan pakken. Ik werk nog graag in
tuintjes", zegt de vitale jubilaris. Zijn
vrouw is ook nog goed gezond, al heeft
zij al 21 jaar een handicap aan haar lin
kerarm. Zij liep namelijk infectie op bij
verwondingen na het openen van een
blik groente. Daardoor kan zij met
haar linker arm nu niet meer doen.
Overigens genieten ze van hun welver
diende, rustige oude dag in hun bejaar
denwoning. Op hun gouden dag,
woensdag 10 april zal het hun zeker niet
aan belangstelling ontbreken.
talen per wonig. wat men voor die be
woners onaanvaardbaar acht.
B. en W.vinden het dan noodzakelijk, al
heeft dat minder met de deelnota en de
beleidsuitgangspunten te maken, er met
klem op te wijzen, dat de bewering (er
staat niet bij wie dat beweert) dat be
woners van de kleinere kernen meebe
talen aan de voorzieningen in de grotere
onjuist is. Het omgekeerde is juist het
geval, verzekeren B. en W. Na de herin
deling zijn aanzienlijk meer voorzienin
gen aangebracht in de kleinste dan in
de grootste kernen en dat gedekt door
middelen, die de bewoners der grotere
kernen inbrengen. De voormalige
grotere gemeenten hadden voor de in
deling al betere voorzieningen en dat
toont juist aan, dat die grotere ge
meenten toen al 'n grotere draagkracht
hadden, is de conclusie van het college.
Ook daarbij weer voorbeelden, name
lijk dat Tholen, middelen kon reserve
ren voor een zwembad en een bosrand
in Dalempolder en zelf een goede riole
ring maakte. Sint-Annnaland beschikte
al eerder over een goede riolering,
dorpshuis en jachthaven. Sint-Maar
tensdijk ook goed gedoleerd, dorps
huis, zwembad en reservering voor
bibliotheek.
Maar Scherpenisse kon de riolering.het
Holland Huis niet verbeteren, wat nu
wel is gebeurd. Poortvliet en Oud-
Vossemeer krijgen goede dorpshuizen,
Stavenisse een sportveld, enz. Zie
verder maar de begrotingsbrieven 1973
en 1974 waaruit blijkt dat juist in de
kleine kernen meer werken tot stand
komen dan voorheen. De bewoners van
de grote kernen betalen in de ontwikke
ling van de kleinere waardoor de ont
wikkeling van de grotere wordt ver
traagd.
B. en w. geven daaraan echter de
voorkeur boven kunstmatig lagere
woninghuren in kleinere kernen.
Het zal een grotere krachtsinspanning
vergen om in redeijke mate de voor de
kleinere kernen gekozen ontwikkeling
tot uitvoering te brengen, merken b. en
w. ten derde male in de toelichting op.
Men staaft het standpunt opnieuw met
cijfers, nu met betrekking tot de leef
tijdsopbouw en de verhouding geboorte
overschotten. Ook daaruit wordt dan de
juistheid van de beleidskeuze nog eens
benadrukt, waarbij de cijfers uitwijzen,
dat Sint-Annaland het hoogste percen-
t age bejaarden heeft. Overigens zien b.
en w. een toenemende vergrijzing van
de Thoolse bevolking, waar 't percen
tage in vier jaar met 1% is gestegen.
B. en W. sluiten hun toèlichting op het
voorstel af met de conslusie: wij menen
dat deze materie een zorgvuldige af
weging vraagt van de verschillende
factoren en daarom de aandacht ver
dient die hiermee aan dit onderwerp
wordt geschonken".
Het Provinciaal Ophouworgaan
Stichting Zeeland zet in het april
bulletin 10 een vraagteken bij
de groei van enige niet-stedelijke
gemeenten naar aanleiding van
enige recente Zeeuwse cijfers. Is
de bundeling van de verdere
verstedelijking binnen de
stedelijke zones ook in Zeeland
aan het mislukken? Het heeft
alles te maken met de mate
van spreiding van de bevolking
(stoename) in een bepaald
gebied: een verschijnsel met veel
maatschappelijke haken en
ogen. Hoofdvraag is of de functie
van de niet-stedelijke gemeenten
zodanig is. dat een versterkte
groei nodig is. Deze groei gaat
immers ten koste van een
versterking van de stedelijke
centra. De problemen doen zich
het meest voor in Midden-
Zeeland, aldus de stichting
Zeeland.
Per gemeente en regio is in het
bulletin een overzicht gegeven
van de bevolkingsaanwas van
1970-1974, waarbij de stijging of
daling tussen beide jaren in een
indexcijfer is weergegeven:
Sint-Philipsland 2119(1970)' 2065
(1974) 97
Tholen 16043(1970) 16995
(1974) 106
totaalstreek 18162(1970) 19060
(1974) 105
De Stichting Zeeland signaleert
verder het rapport „regionale
doorlichting van Nederland" van
het ministerie van CRM, waarbij
nogal onthullende cijfers voor de
dag kwamen. Het draait om het
punt dat de toeneming van het
aantal welzijnsvoorzieningen niet
per se afhankelijk is van even
redige bevolkingsgroei.
Deconcentratie-twijfel
B en W van Tholen plannen
komend beleid bevolkingsgroei
Moeilijk kleinste kernen aan
minimum te helpen
Een gouden bruidspaar in
Tholen
CHU
gemeenteraadskandidaten
Vanavond PvdA-kandidaten-
beslissing
Stemmen van lezers over
Eendrachtcup, bijen en dokters
Bestemmingsplan
woonwagencentrum
Zaterdag trimmen
Tholense Boys moest het tegen
WHS laten zitten
DE WAGEN LOOPT NAAR
HU GESMEERD IS
Ht
Dit nummer bestaat uit 12
pagina's.
advertentie IM
De christelijke oratorium vereniging
Bergen opZoom voert maandagavond
om acht uur in de O.L.V. van Lourdes-
kerk aan de Prins Bernhardlaan voor
de negentiende achtereenvolgende keer
de Joh. Passion van Joh. Seb. Bach uit.
Dirigent is Gert Hubers, Tijn van Eijk
bespeelt het orgel en het Dordts kamer
orkest zorgt voor de begeleiding.
Solisten zijn Christine Harvey, Elise
Galama alt, Gerard Honig, evangelist,
Willy van Hese tenor, aria's, Anton
Eldering Christus partij en Otto Ottens
bas-aria's.
Zaterdag 6 april is weer de nationale
trim wandeldag. Er is dan opnieuw ge
legenheid om alleen,- met het gezin,
vrienden, kennissen, maar ook als
school, kantoor of bedrijf een wande
ling van 5 of 10 km te maken. Voor
meer lichaamsbeweging kan men in
onze streek zaterdag in Tholen en in
Sint-Annaland terecht. De vertrek
tijden zijn tussen tien en twee uur. in
schrijfgeld 1,50. Als herinnering
krijgen de deelnemers een metalen
trimfiguurtje. Start in Sint-Annaland
bij de gymzaal in de Bierensstraat, start
in Tholen bij dhr. Withagen in de Kon.
Wilhelmin astraat.
Y.P.Hoek, Stoofdijk 21, Stavenisse was
de winnaar van een blocnote met
ballpoint in bijzondere omslag van het
Nederlandse Rode Kruis bij de 9e Rode
Kruiswoordpuzzel. De oplossing was
„wie goed doet goed ontmoet". De
kleurentelevisie ging naar mevr.
A.E.De Boer-Tjepkema in Zeijen. De
naaimachine ging naar de Rijp in N.H.,
de drie fietsen voor man, vrouw en kind
naar Roderwolde post- Roden. Van de
Eendrachtbode-lezers waren er totaal
255inzendingen: 179 per posten 76 per
giro. De nederlandse nieuwsblad-lezers
zorgden samen voor 19.210
inzendingen. U heeft opnieuw de
gelegenheid om het vakantiewerk voor
gehandicapten te steunen door mee te
doen aan puzzel nr. 10. die vorige week
in de E.B. stond. U kunt o.a. weer een
kleurentelevisie, naaimachine en was
automaat winnen. Zorg dat de slagzin
van puzzel 10 uiterlijk 11 april binnen is
bij het Ned. Rode Kruis, Postlaan 18,
Den Haae.