Knappe restauratie St.-Annalandse molen evers Stel voor afsluiting Oosterschelde onderzoek in naar verdronken Van het Streekmuseumbestuur Reimerswaal Woonwagenbewoners betrapt op verboden wapenbezit de derde factor &C. Ziekenhuis Lievensberg wacht nog op 100 bedden OPRUIMING Rijwiel-tourclub gaat van start KAA BEE Têrhorsl- VLOERBEDEKKING GRATIS GELEGD Autobedrijf WEST BRABANT Geen fabelachtige bloei Terrein nu beschermen Doe Uw voordeel in onze Donderdag 26 juli 1973 EENDRACHTBODE 5 Al twee nieuwe wieken Geld is nu op S.A.O.-werkgroep na twee campagnes op Speelmansplaat: DAF-dealer voor Bergen op Zoom e.o. Rooseveltlaan 76 BERGEN OPZOOM Tel. 34646 Tholen en Sint-Philipsland Van Tholen over dam naar Sint-Philipsland gevlucht KOOPJES IN ALLE AFDELINGEN Dames - en Herenkonfektie Kremerstraat 11-13 B.o.Zoom kelder boetiek suede en nappa kleding zuivektraat 17 bergen op zoom Binnen het jaar heeft de Sint- Annalandse molen „De vier winden" in de omgeving van het bejaardencentrum De Schutse een heel ander aanzien gekregen. Dit dank zij de eigenaar en oud-molenaar L. A. Verhage uit Poort vliet. Nadat de voormalige eigenaar G. J. Breas al enkele jaren geleden deze molen had verkocht aan de heer Ver hage, die ook in ztyn woonplaats Poort vliet molenbezitter is, werd het verval van de Sint-Annalandse molen steeds groter. Ze leek gedoemd tot verdwijnen. Ontdaan van wieken, verveloos en een steeds snellere verkrotting betekende weinig perspectief om de overigens wel op een mooi punt van het dorp staande molen te kunnen bewaren. De voor malige gemeente Slnt-Annaland zag daartoe geen financiële mogelijkheid, na al een zestig mille in de oude molen te hebben gestoken. Tevoren had de plaatselijke midden standsvereniging al een poging gedaan wat extra aandacht op noodzakelijke restauratie te vestigen door de baten van een winkelweek voor te reserveren. Aanvankelijk leek het allemaal tevergeefs te zijn, tot molenaar Verhage toe was aan zijn pensionering. Met nog volop energie en liefde voor zijn molens. Hij begon in Poortvliet aan het op knappen van zijn molen en toen hij zich in Sint-Annaland het ruggesteuntje wist van de middenstandsvereniging waren ook daar nu ongeveer een jaar geleden de eerste herstelwerkzaamheden aan „De Vier Winden". Het resultaat na een jaar mag ver bluffend worden genoemd voor een één- mansrestaurateur, waarbij bovendien een gedeelte van de wintermaanden aan het buitenwerk nog heel weinig te doen valt. De vier Winden kreeg al voor een groot deel zijn oude luister terug. De bijdrage uit de winkelactie betekende voor de heer Verhage ook de mogelijkheid om de wieken te herstellen, dat wil zeggen dat het voorlopig tot twee wieken beperkt moest blijven. Immers, de zaak waar het bij een molenwiek vooral om draait is de roe, een duur stuk plaatwerk, waaraan de roeboorden en het raamwerk voor het zeil bevestigd moeten worden. Nieuwe ramen worden aangebracht ook daar waar ze eerder al waren uitgehaald en dichtgemetseld. Houtwerk werd provisorisch hersteld en de molenkop verbeterd. Het draaiwerk moest volledig worden vernieuwd evenals de galerij. Daarbij een grondige verfbeurt. Molenaar Verhage heeft het alles in een jaar voor elkaar gekregen. De hem enkele maanden geleden verleende onderscheiding bij het jubileum van de vereniging „De Nederlandse molen" is wel volop verdiend, als men nagaat wat deze moleneigenaar in een jaar op zijn eentje weet te presteren. Afgelopen zaterdag was er een officiële proefdraai in tegenwoordigheid van een paar afgevaardigden van het Sint- Annalandse middenstandsbestuur. Daarbij kon worden vastgesteld dat de restauratie zich niet had beperkt tot het exterieur, maar dat ook aan het inwendige het nodige is gedaan. Niemand beter dan de bewoners van De Schutse hebben die eenmansrestauratie kunnen volgen. Zij hebben er ook nog het meeste plezier van nu het uitzicht op De Vier Winden zo belangrijk is ver beterd. Misschien dat de heer Verhage nog even verder gaat door ook het gedeelte onder de galerij op te verven, maar dan moet hij er wel mee stoppen. Naast de ruim duizend gulden van de middenstands- vereniging heeft hij er nu zelf wel onge veer zes mille ingestoken, nog afgezien dan van de vele onbetaalde uren, die hij maar op de post „liefhebberij" boekt. Voor restauratie van de andere twee wieken, wat met name ingrijpend herstel van de staalplatenroe zou betekenen, zullen er eerst weer finarv. ciën moeten zijn. Het is nog onbekend uit welke bronnen daartoe geput zal moeten worden. Enthousiaste inwoners van De Schutse hebben al overwogen een soort bazar te organiseren, maar dan zal men meer publiek moeten hebben dan de bewoners zelf. In hoeverre ook van gemeentewege nog wat Twee van de vier molenwieken van De Vier Winden te Sint-Annaland zfln weer in ere hersteld. De molen draait weer. Dank zij de energieke aanpak van eigenaar L. A. Verhage en de steun van de plaatselijke middenstands vereniging. Een beeld van wat al gerestaureerd kon worden. Advertentie IM Dezer dagen is voor Tholen en Sint- Philipsland een nieuwe sportvereniging opgericht: een rijwiel- en tourclub. Doel is op zondagmorgen en eventueel 's avonds door de week fietstochten op het eiland Tholen te houden. Steeds meer mensen trimmen per fiets. Iedereen die belangstelling heeft voor de Tourclub '73, kan zich opgeven bij W. Spikker, Molenstraat 80, tel.01667-630 of P. Roggeband, C. Frankenstraat 19, tel. 01667-364 beiden in Oud-Vossemeer. Er zijn al tien leden. mogelijk is, zou mogelijk via een desbetreffend verzoek van de eigenaar duidelijk worden. Kan nog eens een winkelactie voor dit doel worden gehouden? Of zijn er enthousiaste inwoners, die hiervoor wel iets over hebben. Elke bijdrage zou welkom zijn en kan via de Rabobank op de rekening van de middenstandsvereniging worden over gemaakt met vermelding „voor molen". Dan komt het wel op zijn bestemming. Voorlopig kan Sint-Annaland oud- molenaar Verhage alleen maar bij zonder erkentelijk zijn, voor wat in een jaar aan De Vier Winden is gepresteerd. Evenals de middenstandsvereniging, die toch het gewenste aanzetje gaf. Nu het al zover kon komen, is er ook een goede kans dat de afwerking kan worden ver volgd. Dat is het na het al gepresteerde volop waard. ALLE SOORTEN Bosstraat 40 - Tel. 3 43 68 BERGEN OP ZOOM advertentie IM Hoewel er mét voortva rendheid is gewerkt, is de zo noodzakelijke uitbreiding van het ziekenhuis Lievensberg in Bergen op Zoom met honderd bedden niet verder van de grond gekomen dan de goedgekeurde bouwplannen door het ministerie van volksgezondheid en milieuhygiëne. In hoeverre een bouwstop een aanvaardbaar beleid inhoudt, is niet duideftjk. Ieder jaar dat gewacht moet worden, maakt de bouw 10 a 15 duurder en veroorzaakt by de start reeds een hogere prijs per bed. Dat schrijft voorzitter W.N.C. de Haas in het eerste verslag van de stichting ziekenhuis Lievensberg te Bergen op Zoom. Dit omvat de periode 28 juni 1968, toen Lievensberg geopend werd, tot en met 1972. Er wordt nog aan herinnerd, dat het een wijs besluit was dat getuigde van visie op de toekomst van de beide toenmalige besturen, dat de Stichting Katholiek Ziekenhuis Lievensberg en de Stichting Protestants- Christelijk Ziekenhuis samen gingen. Een verantwoord medisch en economisch beleid van twee kleine ziekenhuizen in Bergen op Zoom was ook geen haalbare kaart. De directe consequentie van het samengaan van Voortaan geen berichten meer van de streekmuseumcommissie, maar van het bestuur streekmuseum, want de statuten zijn thans koninklijk goed gekeurd. Het ledental blijft rustig stijgen met enkele leden per week en bedraagt nu 174. Daarvan 50 uit Tholen, 29 Poortvliet, 9 Scherpenisse, 21 Sint Maartensdijk, 8 Stavenisse, 14 Sint Annaland, 16 Oud-Vossemeer, 7 Sint Philipsland, 18 van buiten de streek en 2 in het buitenland. Van deze leden heeft bijna de helft nu uit eigen beweging de contributie 10,- gestort bij de Rabobank te Poortvliet. De giro van deze bank is 38.55.62. Willen de andere leden dit goede voorbeeld spoedig volgen. Mogelijk wachten ze op een kwitantie, maar dat brengt het bestuur weer extra kosten, terwijl ze liever de contributie tenvolle wil besteden voor het doel, waarvoor de leden bijdragen. Giften in natura en bruikleen benevens toezeggingen werden inmiddels ontvangen van W.L. Blindenbach, Sint Maartensdijk, Fam. J. Mosselman-Elenbaas en Fam.Kugel-Swart uit Poortvliet, Fam. J. E. van Gorsel- van Nieuwenhuizen en Fam.H.van Gorsel- van Westen uit Tholen,P.Lindhout en mevr.Bras-Kloet uit Sint Maartensdijk en uit Sint-Philipsland en uit Anna Jacobapolder van de volgende adressen: H.Timmers, M.C. van Dijke, C. Neele, G.P.A. v. Nieuwenhuijzen, J.Ligtendag.A.C. Wisse, C.J. van Strien, C.van Strien, J. van Hoeve, mevr. Vogelaar-Francois, mevr.P.Vogelaar en Mevr. Neele. Verder ook nog van mevr. Polderman- Rijstenbil uit Oud-Vossemeer en fam.A.Burgers te St.-Annaland. Heeft misschien een der winkelbedrijven in de streek een of meerdere niet-gebruikte etalagepoppen voor ons met het oog op de in te richten gecostumeerde kamer?Wij houden ons aanbevolen, evenals voor oud kinderspeelgoed, spelletjes en prentenboeken, waarin wij nog zeer schaars zijn voorzien. Met de opbouw van een kleine openingstentoonstelling eind september zijn wij thans begonnen. Het openluchtmuseum te Arnhem zegde in bruikleen toe een maquette van een meestoof. Tot zover weer de mededelingen van en rorid het streekmuseum. advertentie IM beide stichtingen in één ziekenhuis was echter wel, dat Lievensberg met 359 bedden in haar totaliteit te klein bleek. Een uitbreiding met ongeveer honderd bedden, een grotere polikliniek en een afdeling voor spoedgevallen, bleken dringende eisen die een goede medische verzorging stelt. In 1971 werd de uitbreiding van de polikliniek, de afdeling voor spoedgevallen en de revalidatie-afdeling in gebruik genomen. De zo noodzakelijke beddenvleugel is er echter nog niet. In de Stichting ziekenhuis Lievensberg zit uit onze streek alleen notaris W.L. Blindenbach uit Sint-Maartensdijk in het bestuur. In 1972 werden er van het eiland Tholen 1177 patiënten in Lievensberg opgenomen, dat is 14.7% van het totaal opgenomen patiënten van het Bergse ziekenhuis. In 1968 waren die cijfers 491 en 13.9%, in 1969 1097 en 15.2%, in 1970 1124 en 14.8% en in 1971 1173 en 15.5%. Van Sint-Philipsland werden er vorig jaar 90 mensen in Lievensberg opgenomen of 1.1% van het totaal aantal opgenomen patiënten. In 1968 was dat 48 en 1.4%, in 1969 93 en 1.3%, in 1970 131 en 1.7%, en in 1971 113 en 1.5%. Op 31 december 1972 bestond het personeel van Lievensberg uit 501 mensen. De tarieven op 1-10- 1972 waren/220,15 per dag voor klasse 1168,25 voor klasse 2, 128,85 voor klasse 3 en 59,85 voor zuigelingen. De exploitatiekosten waren in 1972 134,34 per verpleegdag bestaan uit 75,38 nersoneelskosten, 4,52 voeding, 6,44 medische middelen en onderzoeken derden, 5,60 onderhoud en aanvulling inventaris en vaste activa, 35,53 afschrijving interest en 6,87 overige kosten. Samenstelling van de Medische staf op 31 december 1972. Anaesthesiologie L. SCHRIPSEMA R. v. STEENSEL Apotheek MEJ. DRS. C.V. DE BRUIN Chirurgie J.H. VAN EYCK DR. F. VAAS Dermatologie DR. J.C.M. GROSFELD A.G.S. VAN RAMSHORST Gynaecologie C.L. PLASMAN C. HOHNER Interne Geneeskunde H.J. BEKKERS J.P. GOOSSENS G.C.J.H. WILBERTS K.N.O. ziekten H.C. BISSCHOP DR. G.J.M. VAN OPPENRAAY Kindergeneeskunde J. VAN MIERT Klinische Chemie DR.J.C.A.MIGHORST Neurologie DR. TH. B. GEBBINK F.J.M. KUPPERS Oogheelkunde WGM VAN DER VALK J.J. VOGELAAR Orthopaedie R. DIKLAND S.H.THIO Pathologische Anatomie DR. A.K. VOS Radiologie F.M. VAN GENT Revalidatie R.A.J. RIJKEN Urologie H.C. PULL Na twee zomercampagnes laat de werk groep voor submarine archeologisch onderzoek van de Nederlandse Jeugd bond ter bestudering van de geschie denis de resten van de Verdronken Stad Reimerswaal rusten. Zij dringt er wel met klem op aan, voor de afsluiting van de Oosterschelde een professioneel onderzoek in te stellen in het Verdronken land van Zuid-Beveland. Daarna zal Reimerswaal namelijk waarschyniyk voor goed onbereikbaar worden voor de archeologen. De werk groep schryft dat in het onlangs ver schenen rapport over de werkzaam heden op de Speelmansplaat, ten zuiden van Tholen. In 1971 begon de S.A.O.-werkgroep haar onderzoek naar de verdronken stad Reimerswaal, waarbij de hoeve Vermuyden aan de Kettingdijk in Tholen als verblijfplaats fungeerde. Uit een onderzoek van vrijwel alle over Reimerswaal verschenen literatuur kreeg men een beeld van de gangbare opvattingen over de geschiedenis van de stad,. Van het ontstaan in de 12e eeuw via de handelsprivileges in de 14e eeuw en het stadsrecht in 1375, de bloei periode in de 15e eeuw tot de lange martelgang van neergang. Die ving aan met de grote overstromingen van 1530 en 1532, waardoor oostelijk Zuid-Beve land voor goed in de golven verdween, en eindigde in 1631 met het definitief verlaten van de stad door de bevolking. Met de kaart van Jacob van Deventer werd op de plaats waar Reimerswaal eens lag, gezocht naar aanknopings punten met het doel iets van de platte grond van de stad terug te vinden. In eerste instantie lukte dit niet - de groep had erg veel tegenslagen - maar de vondsten rechtvaardigden toch wel een verder onderzoek, dat in de zomer van 1972 plaats vond. In het kader van een universitaire scriptie over de economische toestand van Zeeland in de 16e eeuw kon Judith Schuyf de economische toestand van Reimerswaal wat nauwkeuriger onder de loep nemen. Uit deze gegevens blijkt niets van een fabelachtige bloei, zoals die altijd werd aangenomen Volgens haar kan men uit de privileges die de stad tussen 1315 en 1375 van de grafelijkheid ontving, duidelijk op maken dat het de bedoeling was de stad aansluiting te laten vinden op het Brabantse jaarmarktenstelsel. „De jaarmarkten zijn er gekomen, maar zij zijn nooit boven het lokaal belang uitge komen. Handelslui uit Reimerswaal treft men in het buitenland nauwelijks aan", aldus Judith Schuyf. Als belangrijkste vondst merkt de werk groep een tinnen bord aan dat onder 50 cm zand te voorschijn kwam. Het bord was vrijwel gaaf, afgezien van enkele butsen die er al vanaf vroeger moeten hebben ingezeten. Op de zijkant zijn twee stempels ingeslagen, waarvan een het wapen van de heren van Reimers waal voofstelt. De voorstelling van het andere wapen is nog niet bekend. Het bord is bij de rijksdienst voor oudheidkundig bodemonderzoek gerestaureerd. Dr. J. G. N. Renaud verklaarde dat de ouder dom van het bord zelf niet geheel vast staat, maar dat de stempels uit de 14e eeuw dateren. Dit bord wordt in het museum voor Noord- en Zuid-Beveland in Goes geplaatst. De afsluiting van de Oosterschelde hangt volgens de werkgroep als een dreigende wolk boven de verdronken stad Reimerswaal. Na de afsluiting komt het gebied waarschijnlijk per manent onder water te liggen. Het is hoog tijd dat de archeologische instan ties een beslissing over Reimerswaal nemen. Hopelijk valt deze beslissing ten gunste van de wetenschap uit en niet in het voordeel van allerlei schatgravers die wel eens een mooi potje komen weg halen. Het terrein zou beschermd moeten worden. Juridisch en praktisch schijnt dat echter nogal wat voeten in de aarde te hebben. Reimerswaal kan niet onder de monumentenwet vallen omdat bepalingen van die wet alleen gelden voor gemeentegrond en grondvondsten. Een uitwijkmogelijkheid zou zijn, alle archeologie te laten vallen onder de wet strandvonderij die ook voor de Zeeuwse wateren van toepassing is. Het probleem is, dat de Speelmansplaten soms droog vallen en soms volledig zee zijn, aldus deskundige mr. A. Korthals Altes uit Utrecht. Overigens valt een politiecontrole moeilijk uit te voeren, zelfs als zij wette lijk mogelijk zou zijn, aldus het rapport van de werkgroep, bestaand uit Andy Brouwer, Lex Heerma van Voss, Christina Kastelein, Thijs Maarlevelt, Ton Kappelhof, Juul Roding, Hans van Sluis, Judith Schuyf en Edwin Zonligt. Onze correspondente in Tholen, mej. E. Deurloo, in gesprek met drie leden van de SAO-werkgroep van de Nederlandse Jeugdbond ter bestudering van de geschiedenis, in Huize Vermuyden aan de Kettingdjjk. Zij volgde zowel in 1971 als in 1972 de onderzoekingen van de werkgroep en maakte nu een verslag van het eindrapport. De Thoolse politie heeft in samenwer. king met de jachtopziener van Oud- Vossemeer vier woonwagenbewoners kunnen aanhouden die zaterdagavond met een halfautomatisch Flobert geweer in de Hollaerepolder vermoedeiyk wat fazanten wilden schieten. Het geweer, waarin nog vyf scherpe patronen zaten en de auto werden in beslag genomen. De drie gebroeders M. en W. van E. van het woonwagenkamp aan de Oude- landseweg in Tholen zullen voor de Middelburgse rechtbank terecht moeten staan wegens overtreding van de vuurwapenwet, wat onder misdryven valt. Rond zes uur reden de vier in hun auto op de Roolandseweg. Een toevallig achteropkomende jonge jager kon moeilijk passeren en zag hoe er door het open raampje met een geweer in het veld werd gericht, waar een fazant liiep. Hij reed voorbij en waarschuwde de jachtopziener van Oud-Vossemeer die de auto met woonwagenbewoners in de Hollaerepolder wilde aanhouden. Ze negeerden echter het stopteken, waarna met vier leden van de Thoolse jagersver eniging de achtervolging werd ingezet. Intussen was ook de politie gewaar schuwd. De vluchters lieten hui» auto daarna in de steek en gingen te voet over de Krabbenkreekdam naar Sint- Philipsland. Een van de vier mannen nam het geweer mee, maar dit werd na lang zoeken in een sloot teruggevonden. In de auto werden lege hulzen gevonden van een Flobertgeweer, maar geen wild. Tenslotte werden twee mannen in een bietenveld in de Prins Hendrikpolder te Sint-Philipsland aangehouden. De andere twee vluchtten in een boom gaard en werden zondag door de politie verhoord. Al eerder hadden jagers een vermoeden dat er uit eigen omgeving op wild werd gejaagd. FEUILLETON Roman door Gré dc Boer Ik voel niets meer. Net of mijn hoofd leegloopt. Hou' jij mijn hand vast. want ik ben bang..." Ik nam zijn hand en hield die vast. Hij voelde klam aan en dat was voor mij een veeg teken. Ik heb in mijn loopbaan als verpleegster al vaker zoiets meegemaakt. Maar ik probeerde hem op te monteren. Hij keek me enkel aan. Toen zei hij nog: „Dank je wel, Cora, voor alles... toen zakte hij weg in een coma. En daaruit is hij niet meer bijgekomen. Vanmorgen om half vijf... toen was het voorbij... en hij was altijd zo lief voor me en zo flink... Ze begon weer te huilen. Olga, die zichzelf met moeite beheerste, voerde de vrouw zacht uit het sterfvertrek weg, Fred bij de gestorven man achterlatend. Deze bekeek hem nogeens, zoals hij daar lag, met gesloten ogen en gevouwen handen. Een schim van wat eens de rustige, zelfverzekerde Peet Bosboom was geweest. En zijn gedachten gingen terug naar de jaren, waarin hun leven en dat van Peet en Wil rustig voortkabbelde. De avondjes bij elkaar, waarop ze gezellig babbelden en een glaasje dronken. De kleine onschuldige flirtations, de diners... En toch, hoe weinig wisten ze toen van de moeilijkheden, die er in die jaren ongetwijfeld al waren tussen Wil en Peet. Maar waarvan ze nooit iets lieten blijken. En de kleine voorvalletjes, waarover ze wel eens gelachen hadden, omdat Olga en hij aannamen, dat het maar een grapje was. Bijvoorbeeld als Peet zijn vrouw aan tafel even liefkoosde. Over haar slanke arm. Of over haar gezicht. Wat tot gevolg had, dat ze verkilde en haar arm terugtrok of haar gezicht even een veelbetekende blik gaf. Nooit gedacht, dat hij bij haar geen komedie was, maar harde realiteit. Fred Wilburg zuchtte. Dit blijft over van de mens, dacht hij, als het leven en dus de ziel het lichaam is ontvloden. Een stoffelijk overschot. Sorry, ouwe jongen, dat ik al die jaren niet meer voor je bent geweest. Ergens zijn we beiden te kort geschoten, Olga en ik. Maar we wisten het niet. We dachten dat je een gelukkig man was. Hoezeer hebben we ons vergist... Fred Wilburg kon organiseren en improviseren. Olga had Cora Slanzing in zoverre weer opgemonterd, dat ze de nodige inlichtingen kon geven. Samen met Olga regelde hij de begrafenis, deed aangifte op het stadhuis en via de telefoon kreeg hij uit het dorp de dag en het uur van de begrafenis. Het lijk zou opgebaard blijven in de stad, maar op de dag van de begrafenis naar de aula op het kerkhof worden gebracht. Fred regelde het vervoer en had tenslotte een gesprek met Cora. „We hebben nu aan al de wensen van onze Peet voldaan. Voor zover ze op dit ogenblik uitgevoerd konden worden. In zijn woonplaats is een familiegraf. Daar wordt hij zaterdagmorgen bijgezet. En nu zijn vrouw, Cora. Zij moet ingelicht worden, daaraan is natuurlijk niet te ontkomen. Drommels... ik moet Harry op de een of andere manier te pakken zien te krijgen. Maar hoe? Olga, iemand moet vanavond thuis zijn. Harry heeft al enkele dagen niet gebeld, dus het is best mogelijk, dat hij vanavond doet. Weet je dat? Als ik hier klaar ben, rijd ik vanmiddag zelf naar huis. En dan ga ik eerst bij Wil aan. Het zal haar ondanks alles wel een schok geven. Peet heeft me toestemming gegeven om na zijn dood aan Wil over zijn kwaal te vertellen. De derde faktor, noemde hij die. Ja, er zal niets anders opzitten," besloot hij met een zucht. „En ik moet de namen en adressen hebben voor de rouwcirculaires. Van familie en zakenrelaties en zo. De bank moet ook op de hoogte worden gesteld. Tenslotte heeft hij al die jaren daar gewerkt. Enne... nou zou ik wel wat willen eten. Per slot van rekening gingen we vanmorgen vroeg nuchter van huis." Cora Slanzing sprong overeind, terwijl haar bleke wangen zich kleurde. „Schande, dat ik daar helemaal niet aan gedacht heb. Neemt u me alstublieft niet kwalijk... ik maak meteen wat voor uw beiden klaar..." Wil Bosboom was klaarblijkelijk niet van plan de vroegere huisvriend in huis te laten, want toen ze zag, wie er op het bordes stond, fronste ze haar wenkbrauwenen keek de man vragend aan. „En? Meneer Wilburg? Wat voor leuke berichten komt u me nu weer brengen? Heeft mijn zoon soms trouwplannen?" Zijn gezicht bleef ernstig. „Ik heb ditmaal zeer slecht nieuws. Wil. Over Peet," zei hij op zachte toon. Hij zag haar schrikken. Alle kleur op haar gezicht verdween en één ogenblik wankelde ze. Fred was een onderdeel van een sekonde naast haar cn ondersteunde de vrouw, terwijl hij haar naar binnen bracht. In de salon plaatste hij haar op een stoel. Van vroeger wist hij nog, waar de kleine huisbar stond. Hij liep er heen, haalde een fles te voorschijn en een glas, dat hij vulde. Met het gevulde glas keerde hij naar de vrouw terug en zei: „Hier. Drink op. Je zult het nodig hebben." Hij hoorde haar tanden tikken tegen de glasrand, toen ze een slok nam „Is er wat met hem?" Voor haar staande, knikte hij. „Peet is vanmorgen om half vijf overleden. Hij ligt in Amsterdam. Als je wilt, breng ik je naar hem toe." De vrouw omklemde beide stoelleuningen. Met opengesperde ogen staarde ze hem aan. „Nee... prevelde ze. „Dat kan niet waar zijn.. Hij was nooit ziek.. Hij mankeerde nooit wat... Wat hebben jullie met hem gedaan?" Fred Wilburg trok een stoel bij en ging zitten. „Luister. Wil, ik zal het je uitleggen, dan begrijp je alles beter. Ik zei je enige tijd geleden al, dat Peet drie redenen had om weg te gaan. Twee heb ik je genoemd; de derde mocht ik niet noemen. Dat was de uitdrukkelijke wil van Peet. De derde reden zal ik je nu vertellen: Peet was, kort voor hij voorgoed uit je leven verdween, naar zijn dokter geweest. Omdat hij steeds meer aan hoofdpijn ging lijden tenslotte geen minuut meer zonder hoofdpijn was. Deze vond niets, maar stuurde hem door naar een specialist. Daar constateerde men, dat Peet 'n tumor in zijn hoofd had. En men gaf hem nog een half jaar. Dat kwam hij te weten één dag voordat hij vertrok. Diezelfde dag had hij zijn laatste geld opgenomen van een afgekochte levensverzekering, want meer had hij niet: vijfduizend gulden. Aanvankelijk lag het in zijn bedoeling ook dit geld aan zijn schoonzuster te geven, maar nu had hijzelf nodig. De dag na zijn vertrek ging hij naar een kliniek in Amsterdam, waar men foto's maakte en waar men hem veertien dagen opnam. Maar ook daar luidde het vonnis gelijk aan dat van de specialist: er was niets meer aan te doen; het gezwel was te groot. Men gaf hem nog vijf zes maanden te leven."

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1973 | | pagina 5