Kampioenskoppel Hage Pluim voori Thoolse meisjes Historie DEZE WEEK Na verdieping van 2 meter nu weer kuil van 6 meter bij Stavenisse Overzicht van toestand zeeweringen op Tholen en Sint-Philipsland naar Eerste en Tweede Kamer Groter risico Zuiveringstaak Hogere rijksbijdrage voor de wegen gewenst Rapport naar Parlement Meest bedreigde plaats Erg bewegelijk Nieuwe hoofdingelande Overdracht jachtrecht Fiasco Vervelende zaak Papierbakken UW 28e Jaargang no. 33 Donderdag 29 juni 1972 Oud-Kempenshofstedepolder meest bedreigde plaats van waterschap Een beeld van de dijkval in oktober 1968 voor de Oud-Kempenshofstedepolder bij Stavenisse. Aan de vooroever van deze polder moet nu weer 3200 ton fosfaatslakken en 250 ton stortsteen worden aangebracht over een oppervlakte van 4000 m2. Op een andere plaats is een verdieping van 6 meter ontstaan. Als dat doorzet, zijn er nog eens 5000 ton fosfaatslakken nodig. Voorde tot dusver goede buurgebieden, die geografisch de eeuwen door toch gescheiden moesten optrekken werd woensdag 21 juni 1972 een historische datum. Voorzover de jeugd op de Thoolse scholen in herinnering wordt gebracht, wanneer de eerste Thoolse brugverbinding tot stand kwam en de Sint-Philipslandse schooljeugd het jaartal wordt meegegeven, wanneer hun gemeente schiereiland werd, kan daar aan een jongere historische datum worden toegevoegd. De oorzaak van deze nieuwe en vaste verbinding tussen het Thoolse- en Sint-Philipslandse gebied is bekend. Het is de Schelde Rijnverbinding, de nieuwe snelvaarweg Antwerpen - Rotterdam, die afdamming op dat punt nodig maakte. Twee dammen zelfs, waartussen straks tonnen specie worden gespoten. De eerste verbinding, direct grenzend aan het nieuwe kanaal kwam tot stand. Daarom ook een historisch feit, waarvan voor het eerst openbaar melding werd gemaakt door dijkgraaf H. van Gorsel tijdens de deze week gehouden waterschapsvergadering. Het gebeurde zonder ceremonieel, omdat er nog zoveel te doen valt aan deze snelvaarweg. Maar niettemin voor onze streek van grote betekenis. Niet alleen voor dat straks druk bevaren kanaal. Niet alleen een nu afgesloten vaar- verbinding tussen Sint-Annaland en Tholen, waar de eeuwen door Thoolse vissers menig smakelijk botje op het droge brachten, maar een historisch gebeuren, welke voor de toekomst van beide gebieden een strekking heeft dan de „voor onze kundige waterstaatsmensen lang niet onoverkomelijke afsluiting van de Eendracht was. Wanneer we zelfs denken aan mogelijke bestuurlijke gevolgen is dat geen nieuws waarvan wij de primeur hebben, maar dat aan beide zijden van de Eendracht al eerder als een spierink 'werd uitgegooid. Dat zal dan de tijd Ieren. Ondertussen zijn er voor de bewoners in beide gebieden meteen vraagtekens gerezen. Er komen twee dammen, waarvan de laatste 4 augustus wordt voltooid met daarop een uitstekende rijbaan. Niettemin blijven de bewoners van de streek, blijft het verkeer voorshands nog aangewezen op het tot vandaag de dag gewaardeerde Vossemeerse veerpontje, dat overigens anno 1972 aandoet als een 18e eeuwse verbinding. Temeer, nu er straks wel een zoveel betere mogelijkheid ontstaat, waarvan men met de vingers, letterlijk dan met fiets, laat staan auto, dient af te blijven. Zo bekeken vinden de streekbewoners, dat er beter geen, dan een verbinding kon ontstaan, waarvan men geen gebruik mag maken. Men dient te wachten op verbinding nummer 3, de nieuwe brug bij Vossemeer. De peilers zijn gestort. Dat kan dus allemaal nog in 1972. Al blijft die 21 ste juni toch historisch. De Oud-Kempenshofstedepolder by Stavenisse eist alle aa^daeht op "an het waterschap Tholen. De oorzaak is de verdergaande uitvoering van de Deltawerken met als gevolg een sterkere vloed- en ebstroom met daardoor sterkere uitschuringen en verdiepingen. Het risico voor mogelijke calamiteiten wordt steeds groter. Het was de conclusie van dijkgraaf H. van Gorsel tijdens zijn openingswoord tot de algemene vergadering van het waterschap maandagmiddag in het Holland Huis te Scherpenisse. Recente peilingen hebben uitgewezen, hoe er aan de vooroever van de Oud- Kempenshofstedepolder aan de oostzijde van de oostnol een verdieping is ontstaan. Vorig jaar was dat ook al geconstateerd.Het beperkte zich nog tot 2 meter. Tot herstel hiervan is een plan aan de minister van verkeer en waterstaat ingezonden. De verdieping ligt namelijk juist langs de voet van de zeedijk. Voor herstel is 3200 ton fosfaatslakken en 250 ton stortsteen nodig. Dit moet worden aangebracht over een oppervlakte van ongeveer 4000 m2. Goedkeuring op dit plan kwam inmiddels binnen en een drietal op dit terrein bekende aannemers worden uitgenodigd voor prijsopgaaf. De peilingen van dit jaar wezen een verdere verdieping uit aan dezelfde zijde van de dam, maar dan meer zeewaarts, langs de zinkwerken. Die verdieping bedraagt ongeveer 6 meter over een oppervlakte van 3600 m2. Bij voort zetting van deze verdieping zullen ook daar bestortingswerken uitgevoerd moeten worden. Daartoe zouden een 5000 ton fosfaatslakken nodig zijn. De verdiepingen vertonen zich kort bij de zinkstukken, vermoedelijk door het overstorten van de vloedstroom en het neren van een zware ebstroom ter plaatse. Het waterschapsbestuur is van mening dat de Oosterschelde zo spoedig mogelijk moet worden afgesloten. De enige mogelijkheid de veiligheid van de streek zoveel mogelijk te waarborgen. Naarmate de Deltawerken vorderen wordt het risico van calamiteiten groter. Tot afsluiting van de Oosterschelde werd laatst ook nog eens aangespoord door waterschapsbond en het land bouwschap.Bij was het bestuur ook met de uitspraak van de gemeen tebesturen van Tholen en Sint- Philipsland ten aanzien van de Oosterscheldeafsluiting, ook al ligt dan de verantwoordelijkheid bij regering en volksvertegenwoordigers Dijkgraaf Van Gorsel was er van overtuigd, dat die afsluiting moet en ook zal doorgaan. Gedeputeerde Staten zullen aan de Provinciale Staten voorstellen om de zuiveringstaak van het afvalwater aan de waterschappen toe te delen. Het Thoolse waterschap is het daarmee volledig eens, daar kwantiteits- en kwaliteitsbeheer in één hand behoren te zijn en het een specifieke water- schapstaak is. Overigens geen geringe opgave, zo vermoedde dhr. Van Gorsel, die ook de nodige consequenties meebrengen voor wat de bestuurs samenstelling betreft. De gedachte leeft de besturen ir. te krimpen in huidige vorm en uit te breiden met vertegenwoordigers van het gebouwde eigendom en van de vervuilers. Later werd daarop nog wat nader ingegaan. Daarbij bleek dat men het dagelijks bestuur van 8 naar 7 wil terugbrengen: de vertegenwoordiging ongebouwd van 8 naar 5 (één uit Sint-PhiÜDsland en vier uit Tholen), en één bestuurslid namens de gebouwde eigendommen en 1 namens de vervuilers. Ook de districten zullen dan veranderen van 8 naar 5 (vier op Tholen en één in Sint- Philipsland). Het aantal hoofd ingelanden blijft op 40 gehandhaafd (is nu 32 ongebouwd, wordt 30, is nu 8 gebouwd, wordt 5 plus 5 vervuilers). De waterstaatscommissie van provinciale staten deed het voorstel het op slechts 16 hoofdingelanden in totaal te houden, maar het Thoolse waterschap wil er 40 handhaven om er meer mensen bij betrokken te weten. De andere waterschappen denken er in meerderheid precies zo over, zo deelde de heer Van Gorsel mee. vijf bestuursleden voor het ongebouwde worden dan door de districten voorgedragen, die voor het gebouwde door de gemeentebesturen. (Tholen en Sint-Philipsland) en de bestuurder vervuiler door de Kamer van Koophandel. De technische mogelijkheden vervuiling te voorkomen zijn groot, maar ook zeer duur. Het zo maar lozen door een veehouder is niet meer te betalen, want per koe kost het 60,-, varken 20,-. Elke woning zou op ongeveer 70,- komen. Overigens zal het er dit jaar wel niet meer van komen, daar het voorstel pas komend najaar in de staten zal worden voorgelegd. Er is nog altijd het serieuze streven om het dijkgeschot op het huidige peil (gemiddeld 70,- per hectare) te handhaven, zo merkte dijkgraaf Van Gorsel op. Datzelfde peil is echter alleen te realiseren bij een hogere rijksuitkering. Die hogere bijdrage is vooral nodig voor het onderhoud van de polderwegen. Die polderwegen worden in steeds toenemende mate gebruikt door niet-agrarische verkeer, zoals beroepsvervoer en het toerisme. Door het uitwijken worden de zijkanten stukgereden. Het waterschap is al een paar jaar geleidelijk aan doende de quartaire wegen te verbreden voorzover daartoe gelden beschikbaar worden gesteld. Er zit voor dit jaar niet veel kans meer in. De zeeweringen op zich verkeren overigens in goede staat. De teen voorzieningen van de zeedijken te Anna Jacoba en Kramers is vergevorderd. Nog ongeveer 800 betonblokken en kant opstellingen moeten worden aangebracht. Ook de on derhoudswerken zijn vlot verlopen. Er werd proef gedraaid met het zelf maken van asfalt.Daartoe huurde men van de leverancier van de eshalite (de grond stof) een zgn. inpijnmolen, waarmee het asfalt dan gemengd wordt. Ongeveer 400 ton werd al verwerkt. De bedoeling is daarmee door te gaan, want komende jaren moeten op tal van polderwegen slijtlagen worden aangebracht. Met voldoening werd reeds nu de rekening 1971 ter vootlopige goedkeuring aangeboden, zulks te meer| omdat er nog een batig slot is van 16.000,-. Tenslotte deed dijkgraaf Van Gorsel nog eens een beroep op de ingelanden vervuiling van weg en berm te voorkomen en dus geen afvalstoffen weg te gooien. Evenmin de sloten zwaar te bespuiten, maar dat tot de bodem te beperken. Geef nu milieu-beschermers geen wapen in de hand om aktie te voeren. Voorkomen blijft ook op dit gebied beter dan genezen, vond dhr. Van Gorsel. Als nadere toelichting op de woorden van dijkgraaf Van Gorsel, gaf het hoofd van de technische dienst van het waterschap Tholen, de heer J.D. Jagt ing., een overzicht van de toestand van de zeeweringen: hoogwaterkeringen met aangrenzende vooroevers met een totale lengte van 55 km. op Tholen en 14 km. op Sint-Philipsland. Dit zal op verzoek van b en w ook aan het gemeen tebestuur van Tholen gestuurd worden. Hoofdingelande ir. M.A. Geuze noemde het 'n heel goed wpport en stelde voor het overzicht naar de Eerste en Tweede Kamer te sturen, speciaal aan de leden van de vaste commissie van verkeer en waterstaat. Volgens hem hebben de jongere kamerleden weinig inzicht in zaken als verdiepingen bij de Oud-Kempenshofstedepolder in ver band met de afsluiting van de Oosterschelde omdat ze zelf geen ramp meegemaakt hebben. Ook dijkgraaf Van Gorsel vond dat de jongeren geen begrip voor de veiligheid hebben en veel te gemakkelijk over de gevaren denken. „Behalve het milieu vergeten ze alles, de mensen die niet verantwoordelijk zijn". De dijkgraaf had dit ook op een bijeenkomst in Hedenesse gecon stateerd. Hij vond het wel jammer dat behoud van het unieke milieu niet parallel kan lopen met de afsluiting van de Oosterschelde. Ir. Geuze wees erop dat de milieugroepen ook steeds actie voeren en dat er van de kant van het water schap wat tegenover gesteld moet worden. Dat is tot nu toe nog veel te weinig gedaan, vond hij. Ir. Geuze vond daarom toezending van het rapport over de toestand van de zeeweringen aan de Eerste en Tweede Kamer van groot belang. Het deed hem ook goed dat alle gemeenten rond de Oosterschelde, behalve Reimerswaal, zich voor af sluiting uitgesproken hebben en rijkswaterstaat als het meest deskundig lichaam aanvaarden. In het rapport van de heer Jagt werd o.a. gesteld dat de vooroever van de Oud-Kempenshofstedepolder bij Stavenisse momenteel de meest bedreigde plaats is. Het gaat hier om één van de diepste stroomgeulen in het Deltagebied (35 tot 50 meter -NAP) langs een smalle vooroever, die zeer gevoelig voor vallen is. Vanaf 1880 tot heden zijn op dit dijkvak ongeveer 30 oevervallen waargenomen, waarvan 1 dijkval op 4 oktober 1968. Een gelukkige omstandigheid daarbij was, dat er ter plaatse een zeer brede buitenberm van 20 meter aanwezig is, zodat de dijkval in de berm tot stilstand kwam. Was hier een normale breedte van 5 meter geweest, dan zou wellicht de tuimeldijk ook aangetast en een doorbraak ontstaan zijn. Door het aanbrengen van bestortingen wordt getracht de vooroever met zinkwerken in stand te houden. Voor de polders Moggershil, Oud-Kempenshofstede en Margaretha zijn in het verleden zeer uitgebreide zinkwerken aangebracht ter vastlegging van de vooroevers. Ook de vooroever van de polder Scherpenisse is een gevaarlijk vallengebied. In de periode 1966 tot 1971 bedroeg de grootste verdieping op enkele gedeelten vooroever:Anna-Jacobapolder 15 m.; Suzannapolder 5 m.; Margarethapolder 5 m.; Oud-Kempenshofstedepolder 17 m.; Scherpenissepolder 10m. De achteruitgang van de vooroevers in het Zijpe en Keeten is zorgelijk en is uiteindelijk zelfs met bestortingen niet voldoende te stuiten, gezien de zware ebstroom, die na de afsluiting van het Volkerak en de Grevelingen met 30% is verhoogd. Hier kan slechts de voortgang van de uitvoering van de Deltawerken, de afsluiting van de Oosterschelde, uitkomst bieden. Ook gezien de dijksbouw (te steile taluds en weinig draagkrachtige veenlagen) achtte de heer Jagt de afsluiting van de Oosterschelde de meest juiste oplossing. Hoofdingelande E.D. v.d. Velde vroeg of de situatie bij Oud-Kempenshofstede niet gevaarlijk en verontrustend is. „Het wordt op den duur gevaarlijk. De kuil van 6 meter zit aan de wortel van de dam, ver van de oever. De zinkstukken kunnen we echter ook niet missen. Verassingen zijn altijd mogelijk. Zot was de oeverval in 1968 achter ae zinkstukken. Het gaat hier om een erg bewegelijke oever. In het najaar moeten we nog eens peilen. Als er dan weer een verdieping geconstateerd wordt, moeten we voorzieningen treffen anders vallen' er stukken weg", aldus de heer Jagt. Door de aanleg van de dam tussen Tholen en Sint-Philipsland verwacht de heer Jagt minder stroom in de Krab- benkreek wat voor Sint-Annaland en Sint-Philipsland gunstig werkt. Als de dam klaar is, zal er ook een 20 cm. verlaging van het waterpeil zijn. De korte agenda leverde verder weinig problemen op, behalve de overdracht van jachtrecht van buitendijks gelegen gronden te Sint-Philipsland aan de heer C.P. Roozeboom te Roosendaal. Na de openingsrede van de dijkgraaf, werd eerst nog de overleden hoofdingelande M.J. Buijs uit Poortvliet herdacht. Als nieuwe hoofdingelande werd de heer J.L. van Gorsel uit Oud-Vossemeer beëdigd, die met enkele kan didaatstelling gekozen was. De zoon ^an de dijkgraaf is de jongste hoofd ingelande van het waterschap Tholen. Na de behandeling van de waterkeringer Scherpenisse, Oud- Kempenhofstede en Moggershil en Suzanna werden de salarisvoorstellen en de keur op het betreden van zeedijken overanderd vastgesteld. De huurovereenkomst met de gebr. De Jonge uit Tholen*betreffende vispercelen voor de dijken van de Arma- Jacobapolder, de Willempolder en de Abram Wissepolder werd tegen de bestaande huurprijs van 3500 gulden voor één jaar verlengd. Hoofdingelande W.J. van Doorn vroeg de aandacht van het waterschapsbestuur om nieuwe of vrijkomende percelen voor aal- of mosselvisserij aan Thoolse vissers te verhuren, daar deze mensen gedupeerd zijn door de afsluiting van de Oosterschelde. De overdracht van jachtrecht van de buitendijks gelegen gronden en wateren te Sint-Philipsland van de heren R.C.J. Baartmans uit Ossendrecht en L. Brooijmans uit Bergen op Zoom aan C. Roozeboom uit Roosendaal voor 2260 gulden per jaar, had heel wat voeten in de aarde. De twee eerstgenoemden wilden na betaling van één jaar hun zesjarig contract niet tekenen omdat er in het betrokken gebied geen wild zit, terwijl zij ook niet de hoogste in schrijvers waren. De hoogste inschrijver (2700 gulden) bleek een broodjager te zijn, zodat die door het waterschap gepasseerd was. Om moeilijkheden te voorkomen, wilde het water schapsbestuur wel ingaan op het verzoek van de heer Roozeboom, het jachtrecht van de heren Baartmans en Brooijmans over te nemen. Hoofd ingelande M.M. Punt was het daar niet mee eens. Volgens hem had het bestuur fatsoenshalve een zekere heer Damen uit Schiedam moeten laten inschrijven. Voorheen had hij daar in Sint-Philipsland altijd gejaagd. Bij de inschrijving was hij destijds ook maar 229 gulden lager dan de heren Baart mans en Brooijmans. De heer Punt kende hem als een prettig mens en goed jager, waarover het voormalig water schap Sint-Philipsland nooit geen klacht had) die door een exorbitant hoog bedrag uit het jachtgebied gegooid was. Het stuitte de heer Punt ook tegen de borst, dat de heren Baartmans en Brooijmans zelf de heer Roozeboom vooruit geschoven hadden. De nieuwe jager stond hem ook niet aan. Hoofdingelande Van Doorn vond dat het bestuur niet aan de woorden van de heer Punt voorbij kon gaan. Hij sprak van een wankelbaar beleid van het bestuur, dat volgens hem in eerste instantie door een bod van 5000 gulden verlokt is. Men werd echter bij de neus genomen. Het was een grote teleur stelling, een fiasco. De heer Van Doorn wees erop. dat het bestuur afgeweken is van het beleid van openbare in schrijvingen waarbij mensen uit het verleden, die een goede prijs wilden betalen, de kans gegeven werden. „Tot nu toe is het ook voor het bestuur een onbevredigende zaak. Geef het jachtrecht aan een mijnheer die het vroeger goed gedaan heeft", aldus hoofdingelande W.J. van Doorn, die zei de heer Damen overigens helemaal niet te kennen. Dijkgraaf Van Gorsel vond het ook een vervelende, onverkwikkelijke zaak, deze tussentijdse verandering. Volgens hem is het niet de bedoeling de heer Roozeboom de volgende keer te laten inschrijven.Wat het bod van 5000 gulden door Belgen betreft (dat speelde nog voor de heren Baartmans en Het enige nieuwsblad voor de streek Tholen en Sint-Philipsland, waarin opgenomen de Thoolse Courant en Het Advertentieblad - Postbus 5 - Sint- Annaland - Telefoon 01665-375 - Postgiro 12.44.07 - Verschijnt elke donderdag Abonnementsprijs 7,50 per halfjaar, per post 9,Losse nummers 30 cent Sluitingsdatum advertenties dins dagmiddag - Advertentieprijs 0,18 per mm btw - Spierinkjes t/m 20 woorden 3,00 btw contant Hoofdredacteur-uitgever G. Heijboer Historisch feit Sint Philipsland met Tholen verbonden Ook in Sint Philipsland tweede woning aan banden Het Thoolse en Sint Annalandse zwembad Een pluimple voor de Thoolse schone De tweede woning beperken De PZEM omzet steeg opnieuw Een fikse reeks gediplomeerden Het Thoolse waterschap met Oosterschcldc-zorgen Keetie Hage is weer Nederlands eerste Jan Overeen kam wenst de vakantiegangers veel plezier. Morgen en overmorgen Thoolse Dagen NIET EEN OGENBLIK VAN t LEVEN WORDT ONS OOIT WEEROM GEGEVEN. )Bilderdjjk) dit nummer bestaat uit 12 pagina's. Brooijmans) wees de dijkgraaf erop, dat men tegenover die buitenlanders geen proces wilde uitlokken. De hoofd ingelanden M. Verduit en A.C. Wisse stonden achter het bestuursvoorstel. Volgens de heer Wisse leek het zachtjesaan op leuren met het jacht- perceel, terwijl het toch ook een beetje om het geld gaat. Hij wees erop dat de heer Damen er al een paar jaar uit is. „Morgen weet je het, of de heer Damen nog belangstelling heeft", merkte de heer Punt op. De dijkgraaf gaf toe, er niet aan gedacht te hebben de heer Damen te vragen, maar hij wilde nu toch het bestuursvoorstel handhaven. Toen het op een stemming leek aan te komen, riep de heer Van Doorn tot de heer Punt: „Toe Punt, dat doen we niet". Het gebeurde ook niet. hoofd ingelande Punt kreeg alleen de aantekening tegen het voorstel te zijn. Tijdens de rondvraag wees hoofd ingelande J.C. de Rooy nog op de „rottroep" aan de dijk bij Stavenisse, na een hengelwedstrijd. Voor de herin deling kwam elke maandag een gemeentewerkman de rommel op poetsen, maar dat is er sinds juli vorig jaar niet meer bij. Zonder hengelwedstrijd is het volgens de heer De Rooy ook rommelig, zij het in mindere mate, door achter gebleven kranten enz. De dijkgraaf zei dat bij het gemeentebestuur van Tholen aangedrongen is op plaatsing van papierbakken, maar die staan er in tegenstelling tot Sint-Philipsland, nog niet. Er zal nog eens naar gevraagd worden. Het vrouwelijk gedeelte van de Thoolse bevolking steekt ver boven het gemiddelde uit. Bovendien is het natuurschoon op het eiland wonderschoon. Er is veel recreatie aan de waterkant en in het bijzonder mooie parken. De prijs van het bier en andere genotmiddelen is er nog middel eeuws De Thoolse bevolking is altijd ontzettend aardig en zal geen vlieg kwaad doen. Dus voor een rustig dagje uit, voortaan naar Tholen, weg uit alle spanningen en problemen. Trek er bij voorkeur fietsend of lopend op uit. Dit advies van broeder Nand aan alle jongens en meisjes is te lezen in het juninummer van het tijdschrift Sprot, het blad voor de verplegers en verpleegsters van Vrederust. M w i Keetie Hage uit Sint-Maartensdijk heeft zaterdag op de Cauberg in Valkenburg voor de vierde keer het Nederlandse kampioenschap op de weg voor dames gewonnen. Haar zus Bella ging op bijna drie minuten als tweede over de eind streep. De winnares begon al vroeg in de wedstrijd aan een solo, waar tegen de andere meisjes niets konden doen. Zo reed Keetie alleen naar het kam pioenschap. Over de 52'/2 km. deed ze 1.26.42. uur. Bella sprong voor het einde ook nog weg en zette de derde binnenkomende dame op bijna twee minuten. Links kampioen Keetie, rechts Bella Hage, die een goede conditie heeft en rijdt als nooit tevoren. Beide rensters doen begin augustus mee aan de we reldkampioenschappen op de weg voor dames in het Franse Gap. Daarvoor doet Keetie op 10 juli in Nijmegen nog mee aan de Nederlandse kampioen schappen op de baan.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1972 | | pagina 1