Kampioenskoppel Hage
Pluim voori
Thoolse
meisjes
Historie
DEZE WEEK
Na verdieping van 2 meter nu weer kuil van 6 meter bij Stavenisse
Overzicht van toestand zeeweringen op Tholen
en Sint-Philipsland naar Eerste en Tweede Kamer
Groter risico
Zuiveringstaak
Hogere rijksbijdrage
voor de wegen gewenst
Rapport naar Parlement
Meest bedreigde plaats
Erg bewegelijk
Nieuwe hoofdingelande
Overdracht jachtrecht
Fiasco
Vervelende zaak
Papierbakken
UW
28e Jaargang no. 33
Donderdag 29 juni 1972
Oud-Kempenshofstedepolder meest
bedreigde plaats van waterschap
Een beeld van de dijkval in oktober 1968 voor de Oud-Kempenshofstedepolder bij
Stavenisse. Aan de vooroever van deze polder moet nu weer 3200 ton fosfaatslakken
en 250 ton stortsteen worden aangebracht over een oppervlakte van 4000 m2. Op
een andere plaats is een verdieping van 6 meter ontstaan. Als dat doorzet, zijn er
nog eens 5000 ton fosfaatslakken nodig.
Voorde tot dusver goede buurgebieden,
die geografisch de eeuwen door toch
gescheiden moesten optrekken werd
woensdag 21 juni 1972 een historische
datum. Voorzover de jeugd op de
Thoolse scholen in herinnering wordt
gebracht, wanneer de eerste Thoolse
brugverbinding tot stand kwam en de
Sint-Philipslandse schooljeugd het
jaartal wordt meegegeven, wanneer hun
gemeente schiereiland werd, kan daar
aan een jongere historische datum
worden toegevoegd. De oorzaak van
deze nieuwe en vaste verbinding tussen
het Thoolse- en Sint-Philipslandse
gebied is bekend. Het is de Schelde
Rijnverbinding, de nieuwe snelvaarweg
Antwerpen - Rotterdam, die afdamming
op dat punt nodig maakte. Twee
dammen zelfs, waartussen straks
tonnen specie worden gespoten. De
eerste verbinding, direct grenzend aan
het nieuwe kanaal kwam tot stand.
Daarom ook een historisch feit,
waarvan voor het eerst openbaar
melding werd gemaakt door dijkgraaf
H. van Gorsel tijdens de deze week
gehouden waterschapsvergadering. Het
gebeurde zonder ceremonieel, omdat er
nog zoveel te doen valt aan deze
snelvaarweg. Maar niettemin voor onze
streek van grote betekenis. Niet alleen
voor dat straks druk bevaren kanaal.
Niet alleen een nu afgesloten vaar-
verbinding tussen Sint-Annaland en
Tholen, waar de eeuwen door Thoolse
vissers menig smakelijk botje op het
droge brachten, maar een historisch
gebeuren, welke voor de toekomst van
beide gebieden een strekking heeft dan
de „voor onze kundige
waterstaatsmensen lang niet
onoverkomelijke afsluiting van de
Eendracht was.
Wanneer we zelfs denken aan mogelijke
bestuurlijke gevolgen is dat geen nieuws
waarvan wij de primeur hebben, maar
dat aan beide zijden van de Eendracht
al eerder als een spierink 'werd
uitgegooid.
Dat zal dan de tijd Ieren. Ondertussen
zijn er voor de bewoners in beide
gebieden meteen vraagtekens gerezen.
Er komen twee dammen, waarvan de
laatste 4 augustus wordt voltooid met
daarop een uitstekende rijbaan.
Niettemin blijven de bewoners van de
streek, blijft het verkeer voorshands nog
aangewezen op het tot vandaag de dag
gewaardeerde Vossemeerse veerpontje,
dat overigens anno 1972 aandoet als een
18e eeuwse verbinding.
Temeer, nu er straks wel een zoveel
betere mogelijkheid ontstaat, waarvan
men met de vingers, letterlijk dan met
fiets, laat staan auto, dient af te blijven.
Zo bekeken vinden de streekbewoners,
dat er beter geen, dan een verbinding
kon ontstaan, waarvan men geen
gebruik mag maken. Men dient te
wachten op verbinding nummer 3, de
nieuwe brug bij Vossemeer. De peilers
zijn gestort. Dat kan dus allemaal nog
in 1972. Al blijft die 21 ste juni toch
historisch.
De Oud-Kempenshofstedepolder by
Stavenisse eist alle aa^daeht op "an het
waterschap Tholen. De oorzaak is de
verdergaande uitvoering van de
Deltawerken met als gevolg een sterkere
vloed- en ebstroom met daardoor
sterkere uitschuringen en verdiepingen.
Het risico voor mogelijke calamiteiten
wordt steeds groter.
Het was de conclusie van dijkgraaf H.
van Gorsel tijdens zijn openingswoord
tot de algemene vergadering van het
waterschap maandagmiddag in het
Holland Huis te Scherpenisse.
Recente peilingen hebben uitgewezen,
hoe er aan de vooroever van de Oud-
Kempenshofstedepolder aan de
oostzijde van de oostnol een verdieping
is ontstaan. Vorig jaar was dat ook al
geconstateerd.Het beperkte zich nog tot
2 meter. Tot herstel hiervan is een plan
aan de minister van verkeer en
waterstaat ingezonden. De verdieping
ligt namelijk juist langs de voet van de
zeedijk. Voor herstel is 3200 ton
fosfaatslakken en 250 ton stortsteen
nodig. Dit moet worden aangebracht
over een oppervlakte van ongeveer 4000
m2. Goedkeuring op dit plan kwam
inmiddels binnen en een drietal op dit
terrein bekende aannemers worden
uitgenodigd voor prijsopgaaf.
De peilingen van dit jaar wezen een
verdere verdieping uit aan dezelfde zijde
van de dam, maar dan meer zeewaarts,
langs de zinkwerken. Die verdieping
bedraagt ongeveer 6 meter over een
oppervlakte van 3600 m2. Bij voort
zetting van deze verdieping zullen ook
daar bestortingswerken uitgevoerd
moeten worden. Daartoe zouden een
5000 ton fosfaatslakken nodig zijn. De
verdiepingen vertonen zich kort bij de
zinkstukken, vermoedelijk door het
overstorten van de vloedstroom en het
neren van een zware ebstroom ter
plaatse.
Het waterschapsbestuur is van mening
dat de Oosterschelde zo spoedig
mogelijk moet worden afgesloten. De
enige mogelijkheid de veiligheid van de
streek zoveel mogelijk te waarborgen.
Naarmate de Deltawerken vorderen
wordt het risico van calamiteiten groter.
Tot afsluiting van de Oosterschelde
werd laatst ook nog eens aangespoord
door waterschapsbond en het land
bouwschap.Bij was het bestuur ook
met de uitspraak van de gemeen
tebesturen van Tholen en Sint-
Philipsland ten aanzien van de
Oosterscheldeafsluiting, ook al ligt dan
de verantwoordelijkheid bij regering en
volksvertegenwoordigers
Dijkgraaf Van Gorsel was er van
overtuigd, dat die afsluiting moet en
ook zal doorgaan.
Gedeputeerde Staten zullen aan de
Provinciale Staten voorstellen om de
zuiveringstaak van het afvalwater aan
de waterschappen toe te delen. Het
Thoolse waterschap is het daarmee
volledig eens, daar kwantiteits- en
kwaliteitsbeheer in één hand behoren te
zijn en het een specifieke water-
schapstaak is. Overigens geen geringe
opgave, zo vermoedde dhr. Van Gorsel,
die ook de nodige consequenties
meebrengen voor wat de bestuurs
samenstelling betreft. De gedachte
leeft de besturen ir. te krimpen in
huidige vorm en uit te breiden met
vertegenwoordigers van het gebouwde
eigendom en van de vervuilers. Later
werd daarop nog wat nader ingegaan.
Daarbij bleek dat men het dagelijks
bestuur van 8 naar 7 wil terugbrengen:
de vertegenwoordiging ongebouwd van
8 naar 5 (één uit Sint-PhiÜDsland en vier
uit Tholen), en één bestuurslid
namens de gebouwde eigendommen en
1 namens de vervuilers. Ook de
districten zullen dan veranderen van 8
naar 5 (vier op Tholen en één in Sint-
Philipsland). Het aantal hoofd
ingelanden blijft op 40 gehandhaafd
(is nu 32 ongebouwd, wordt 30, is nu 8
gebouwd, wordt 5 plus 5 vervuilers). De
waterstaatscommissie van provinciale
staten deed het voorstel het op slechts
16 hoofdingelanden in totaal te houden,
maar het Thoolse waterschap wil er 40
handhaven om er meer mensen bij
betrokken te weten.
De andere waterschappen denken er in
meerderheid precies zo over, zo deelde
de heer Van Gorsel mee. vijf
bestuursleden voor het ongebouwde
worden dan door de districten
voorgedragen, die voor het gebouwde
door de gemeentebesturen. (Tholen en
Sint-Philipsland) en de bestuurder
vervuiler door de Kamer van
Koophandel.
De technische mogelijkheden vervuiling
te voorkomen zijn groot, maar ook zeer
duur. Het zo maar lozen door een
veehouder is niet meer te betalen, want
per koe kost het 60,-, varken 20,-.
Elke woning zou op ongeveer 70,-
komen.
Overigens zal het er dit jaar wel niet
meer van komen, daar het voorstel pas
komend najaar in de staten zal worden
voorgelegd.
Er is nog altijd het serieuze streven om
het dijkgeschot op het huidige peil
(gemiddeld 70,- per hectare) te
handhaven, zo merkte dijkgraaf Van
Gorsel op. Datzelfde peil is echter alleen
te realiseren bij een hogere
rijksuitkering. Die hogere bijdrage is
vooral nodig voor het onderhoud van de
polderwegen. Die polderwegen worden
in steeds toenemende mate gebruikt
door niet-agrarische verkeer, zoals
beroepsvervoer en het toerisme. Door
het uitwijken worden de zijkanten
stukgereden. Het waterschap is al een
paar jaar geleidelijk aan doende de
quartaire wegen te verbreden voorzover
daartoe gelden beschikbaar worden
gesteld. Er zit voor dit jaar niet veel
kans meer in.
De zeeweringen op zich verkeren
overigens in goede staat. De teen
voorzieningen van de zeedijken te Anna
Jacoba en Kramers is vergevorderd. Nog
ongeveer 800 betonblokken en kant
opstellingen moeten worden
aangebracht. Ook de on
derhoudswerken zijn vlot verlopen. Er
werd proef gedraaid met het zelf maken
van asfalt.Daartoe huurde men van de
leverancier van de eshalite (de grond
stof) een zgn. inpijnmolen, waarmee het
asfalt dan gemengd wordt. Ongeveer
400 ton werd al verwerkt. De bedoeling
is daarmee door te gaan, want komende
jaren moeten op tal van polderwegen
slijtlagen worden aangebracht.
Met voldoening werd reeds nu de
rekening 1971 ter vootlopige
goedkeuring aangeboden, zulks te meer|
omdat er nog een batig slot is van
16.000,-.
Tenslotte deed dijkgraaf Van Gorsel
nog eens een beroep op de ingelanden
vervuiling van weg en berm te
voorkomen en dus geen afvalstoffen weg
te gooien. Evenmin de sloten zwaar te
bespuiten, maar dat tot de bodem te
beperken. Geef nu milieu-beschermers
geen wapen in de hand om aktie te
voeren. Voorkomen blijft ook op dit
gebied beter dan genezen, vond dhr.
Van Gorsel.
Als nadere toelichting op de woorden
van dijkgraaf Van Gorsel, gaf het hoofd
van de technische dienst van het
waterschap Tholen, de heer J.D. Jagt
ing., een overzicht van de toestand van
de zeeweringen: hoogwaterkeringen met
aangrenzende vooroevers met een totale
lengte van 55 km. op Tholen en 14 km.
op Sint-Philipsland. Dit zal op verzoek
van b en w ook aan het gemeen
tebestuur van Tholen gestuurd worden.
Hoofdingelande ir. M.A. Geuze noemde
het 'n heel goed wpport en stelde voor
het overzicht naar de Eerste en Tweede
Kamer te sturen, speciaal aan de leden
van de vaste commissie van
verkeer en waterstaat. Volgens hem
hebben de jongere kamerleden weinig
inzicht in zaken als verdiepingen bij de
Oud-Kempenshofstedepolder in ver
band met de afsluiting van de
Oosterschelde omdat ze zelf geen ramp
meegemaakt hebben. Ook dijkgraaf
Van Gorsel vond dat de jongeren geen
begrip voor de veiligheid hebben en veel
te gemakkelijk over de gevaren denken.
„Behalve het milieu vergeten ze alles, de
mensen die niet verantwoordelijk zijn".
De dijkgraaf had dit ook op een
bijeenkomst in Hedenesse gecon
stateerd. Hij vond het wel jammer dat
behoud van het unieke milieu niet
parallel kan lopen met de afsluiting van
de Oosterschelde.
Ir. Geuze wees erop dat de
milieugroepen ook steeds actie voeren
en dat er van de kant van het water
schap wat tegenover gesteld moet
worden. Dat is tot nu toe nog veel te
weinig gedaan, vond hij. Ir. Geuze vond
daarom toezending van het rapport over
de toestand van de zeeweringen aan de
Eerste en Tweede Kamer van groot
belang. Het deed hem ook goed dat alle
gemeenten rond de Oosterschelde,
behalve Reimerswaal, zich voor af
sluiting uitgesproken hebben en
rijkswaterstaat als het meest
deskundig lichaam aanvaarden.
In het rapport van de heer Jagt werd
o.a. gesteld dat de vooroever van de
Oud-Kempenshofstedepolder bij
Stavenisse momenteel de meest
bedreigde plaats is. Het gaat hier om
één van de diepste stroomgeulen in het
Deltagebied (35 tot 50 meter -NAP)
langs een smalle vooroever, die zeer
gevoelig voor vallen is. Vanaf 1880 tot
heden zijn op dit dijkvak ongeveer 30
oevervallen waargenomen, waarvan 1
dijkval op 4 oktober 1968. Een
gelukkige omstandigheid daarbij was,
dat er ter plaatse een zeer brede
buitenberm van 20 meter aanwezig is,
zodat de dijkval in de berm tot stilstand
kwam. Was hier een normale breedte
van 5 meter geweest, dan zou wellicht de
tuimeldijk ook aangetast en een
doorbraak ontstaan zijn. Door het
aanbrengen van bestortingen wordt
getracht de vooroever met zinkwerken
in stand te houden. Voor de polders
Moggershil, Oud-Kempenshofstede en
Margaretha zijn in het verleden zeer
uitgebreide zinkwerken aangebracht ter
vastlegging van de vooroevers. Ook de
vooroever van de polder Scherpenisse is
een gevaarlijk vallengebied. In de
periode 1966 tot 1971 bedroeg de
grootste verdieping op enkele gedeelten
vooroever:Anna-Jacobapolder 15 m.;
Suzannapolder 5 m.; Margarethapolder
5 m.; Oud-Kempenshofstedepolder 17
m.; Scherpenissepolder 10m.
De achteruitgang van de vooroevers in
het Zijpe en Keeten is zorgelijk en is
uiteindelijk zelfs met bestortingen niet
voldoende te stuiten, gezien de zware
ebstroom, die na de afsluiting van het
Volkerak en de Grevelingen met 30% is
verhoogd. Hier kan slechts de voortgang
van de uitvoering van de Deltawerken,
de afsluiting van de Oosterschelde,
uitkomst bieden. Ook gezien de
dijksbouw (te steile taluds en weinig
draagkrachtige veenlagen) achtte de
heer Jagt de afsluiting van de
Oosterschelde de meest juiste oplossing.
Hoofdingelande E.D. v.d. Velde vroeg
of de situatie bij Oud-Kempenshofstede
niet gevaarlijk en verontrustend is. „Het
wordt op den duur gevaarlijk. De kuil
van 6 meter zit aan de wortel van de
dam, ver van de oever. De zinkstukken
kunnen we echter ook niet missen.
Verassingen zijn altijd mogelijk. Zot
was de oeverval in 1968 achter ae
zinkstukken. Het gaat hier om een erg
bewegelijke oever. In het najaar moeten
we nog eens peilen. Als er dan weer een
verdieping geconstateerd wordt, moeten
we voorzieningen treffen anders vallen'
er stukken weg", aldus de heer Jagt.
Door de aanleg van de dam tussen
Tholen en Sint-Philipsland verwacht de
heer Jagt minder stroom in de Krab-
benkreek wat voor Sint-Annaland en
Sint-Philipsland gunstig werkt. Als de
dam klaar is, zal er ook een 20 cm.
verlaging van het waterpeil zijn.
De korte agenda leverde verder weinig
problemen op, behalve de overdracht
van jachtrecht van buitendijks gelegen
gronden te Sint-Philipsland aan de heer
C.P. Roozeboom te Roosendaal. Na de
openingsrede van de dijkgraaf, werd
eerst nog de overleden hoofdingelande
M.J. Buijs uit Poortvliet herdacht. Als
nieuwe hoofdingelande werd de heer
J.L. van Gorsel uit Oud-Vossemeer
beëdigd, die met enkele kan
didaatstelling gekozen was. De zoon ^an
de dijkgraaf is de jongste hoofd
ingelande van het waterschap Tholen.
Na de behandeling van de
waterkeringer Scherpenisse, Oud-
Kempenhofstede en Moggershil en
Suzanna werden de salarisvoorstellen en
de keur op het betreden van zeedijken
overanderd vastgesteld. De
huurovereenkomst met de gebr. De
Jonge uit Tholen*betreffende vispercelen
voor de dijken van de Arma-
Jacobapolder, de Willempolder en de
Abram Wissepolder werd tegen de
bestaande huurprijs van 3500 gulden
voor één jaar verlengd. Hoofdingelande
W.J. van Doorn vroeg de aandacht van
het waterschapsbestuur om nieuwe of
vrijkomende percelen voor aal- of
mosselvisserij aan Thoolse vissers te
verhuren, daar deze mensen gedupeerd
zijn door de afsluiting van de
Oosterschelde.
De overdracht van jachtrecht van de
buitendijks gelegen gronden en wateren
te Sint-Philipsland van de heren R.C.J.
Baartmans uit Ossendrecht en L.
Brooijmans uit Bergen op Zoom aan C.
Roozeboom uit Roosendaal voor 2260
gulden per jaar, had heel wat voeten in
de aarde. De twee eerstgenoemden
wilden na betaling van één jaar hun
zesjarig contract niet tekenen omdat er
in het betrokken gebied geen wild zit,
terwijl zij ook niet de hoogste in
schrijvers waren. De hoogste inschrijver
(2700 gulden) bleek een broodjager te
zijn, zodat die door het waterschap
gepasseerd was. Om moeilijkheden te
voorkomen, wilde het water
schapsbestuur wel ingaan op het
verzoek van de heer Roozeboom, het
jachtrecht van de heren Baartmans en
Brooijmans over te nemen. Hoofd
ingelande M.M. Punt was het daar
niet mee eens. Volgens hem had het
bestuur fatsoenshalve een zekere heer
Damen uit Schiedam moeten laten
inschrijven. Voorheen had hij daar in
Sint-Philipsland altijd gejaagd. Bij de
inschrijving was hij destijds ook maar
229 gulden lager dan de heren Baart
mans en Brooijmans. De heer Punt
kende hem als een prettig mens en goed
jager, waarover het voormalig water
schap Sint-Philipsland nooit geen
klacht had) die door een exorbitant
hoog bedrag uit het jachtgebied gegooid
was. Het stuitte de heer Punt ook tegen
de borst, dat de heren Baartmans en
Brooijmans zelf de heer Roozeboom
vooruit geschoven hadden. De nieuwe
jager stond hem ook niet aan.
Hoofdingelande Van Doorn vond dat
het bestuur niet aan de woorden van de
heer Punt voorbij kon gaan. Hij sprak
van een wankelbaar beleid van het
bestuur, dat volgens hem in eerste
instantie door een bod van 5000 gulden
verlokt is. Men werd echter bij de neus
genomen. Het was een grote teleur
stelling, een fiasco. De heer Van Doorn
wees erop. dat het bestuur afgeweken is
van het beleid van openbare in
schrijvingen waarbij mensen uit het
verleden, die een goede prijs wilden
betalen, de kans gegeven werden. „Tot
nu toe is het ook voor het bestuur een
onbevredigende zaak. Geef het
jachtrecht aan een mijnheer die het
vroeger goed gedaan heeft", aldus
hoofdingelande W.J. van Doorn, die zei
de heer Damen overigens helemaal niet
te kennen.
Dijkgraaf Van Gorsel vond het ook een
vervelende, onverkwikkelijke zaak, deze
tussentijdse verandering. Volgens hem
is het niet de bedoeling de heer
Roozeboom de volgende keer te laten
inschrijven.Wat het bod van 5000 gulden
door Belgen betreft (dat speelde nog
voor de heren Baartmans en
Het enige nieuwsblad voor de streek
Tholen en Sint-Philipsland, waarin
opgenomen de Thoolse Courant en Het
Advertentieblad - Postbus 5 - Sint-
Annaland - Telefoon 01665-375 -
Postgiro 12.44.07 - Verschijnt elke
donderdag
Abonnementsprijs 7,50 per halfjaar,
per post 9,Losse nummers 30 cent
Sluitingsdatum advertenties dins
dagmiddag - Advertentieprijs 0,18
per mm btw - Spierinkjes t/m 20
woorden 3,00 btw contant
Hoofdredacteur-uitgever G. Heijboer
Historisch feit
Sint Philipsland met Tholen
verbonden
Ook in Sint Philipsland tweede
woning aan banden
Het Thoolse en Sint Annalandse
zwembad
Een pluimple voor de Thoolse
schone
De tweede woning beperken
De PZEM omzet steeg opnieuw
Een fikse reeks gediplomeerden
Het Thoolse waterschap met
Oosterschcldc-zorgen
Keetie Hage is weer Nederlands
eerste
Jan Overeen kam wenst de
vakantiegangers veel plezier.
Morgen en overmorgen Thoolse
Dagen
NIET EEN OGENBLIK VAN t
LEVEN WORDT ONS OOIT
WEEROM GEGEVEN.
)Bilderdjjk)
dit nummer bestaat uit 12 pagina's.
Brooijmans) wees de dijkgraaf erop, dat
men tegenover die buitenlanders geen
proces wilde uitlokken. De hoofd
ingelanden M. Verduit en A.C. Wisse
stonden achter het bestuursvoorstel.
Volgens de heer Wisse leek het
zachtjesaan op leuren met het jacht-
perceel, terwijl het toch ook een beetje
om het geld gaat. Hij wees erop dat de
heer Damen er al een paar jaar uit is.
„Morgen weet je het, of de heer Damen
nog belangstelling heeft", merkte de
heer Punt op. De dijkgraaf gaf toe, er
niet aan gedacht te hebben de heer
Damen te vragen, maar hij wilde nu
toch het bestuursvoorstel handhaven.
Toen het op een stemming leek aan te
komen, riep de heer Van Doorn tot de
heer Punt: „Toe Punt, dat doen we
niet". Het gebeurde ook niet. hoofd
ingelande Punt kreeg alleen de
aantekening tegen het voorstel te zijn.
Tijdens de rondvraag wees hoofd
ingelande J.C. de Rooy nog op de
„rottroep" aan de dijk bij Stavenisse, na
een hengelwedstrijd. Voor de herin
deling kwam elke maandag een
gemeentewerkman de rommel op
poetsen, maar dat is er sinds juli vorig
jaar niet meer bij. Zonder
hengelwedstrijd is het volgens de heer
De Rooy ook rommelig, zij het in
mindere mate, door achter gebleven
kranten enz. De dijkgraaf zei dat bij het
gemeentebestuur van Tholen
aangedrongen is op plaatsing van
papierbakken, maar die staan er in
tegenstelling tot Sint-Philipsland, nog
niet. Er zal nog eens naar gevraagd
worden.
Het vrouwelijk gedeelte van de
Thoolse bevolking steekt ver
boven het gemiddelde uit.
Bovendien is het natuurschoon
op het eiland wonderschoon. Er
is veel recreatie aan de waterkant
en in het bijzonder mooie parken.
De prijs van het bier en andere
genotmiddelen is er nog middel
eeuws
De Thoolse bevolking is altijd
ontzettend aardig en zal geen
vlieg kwaad doen. Dus voor een
rustig dagje uit, voortaan naar
Tholen, weg uit alle spanningen
en problemen. Trek er bij
voorkeur fietsend of lopend op
uit.
Dit advies van broeder Nand aan
alle jongens en meisjes is te lezen
in het juninummer van het
tijdschrift Sprot, het blad voor de
verplegers en verpleegsters van
Vrederust.
M w i
Keetie Hage uit Sint-Maartensdijk heeft
zaterdag op de Cauberg in Valkenburg
voor de vierde keer het Nederlandse
kampioenschap op de weg voor dames
gewonnen. Haar zus Bella ging op bijna
drie minuten als tweede over de eind
streep. De winnares begon al vroeg in de
wedstrijd aan een solo, waar tegen de
andere meisjes niets konden doen. Zo
reed Keetie alleen naar het kam
pioenschap.
Over de 52'/2 km. deed ze 1.26.42. uur.
Bella sprong voor het einde ook nog weg
en zette de derde binnenkomende dame
op bijna twee minuten.
Links kampioen Keetie, rechts Bella
Hage, die een goede conditie heeft en
rijdt als nooit tevoren. Beide rensters
doen begin augustus mee aan de we
reldkampioenschappen op de weg voor
dames in het Franse Gap. Daarvoor
doet Keetie op 10 juli in Nijmegen nog
mee aan de Nederlandse kampioen
schappen op de baan.