Burgemeester van Velzen waarschuwt:
laat werkgelegenheid prevaleren
Anna Jacobapolder klampt zich vast
aan dorpshuis
Nog deze maand aanbesteding dam
naar Tholen
Tot besluit
Doelmatiger, gemakkelijker en
plezieriger werken door samen
werking
Menselijke verhoudingen spelen
een belangrijke rol
Onverantwoord om loonwerker
als brandweerman te beschouwen
Meer produceren per arbeids
kracht om kosten te drukken
Geen geld
en geen leven
21 januari 1971
EENDRACHTBODE
IN RAADSVERGADERING SINT-PHILIPSLAND
LEERZAME STUDIEDAG OVER SAMENWERKING
IN DE LANDBOUW
6
Tijdens de eerste raadsvergadering in 1971
op woensdag 13 januari vond burgemeester
G. van Velzen het niet nodig weer een op
somming te geven van de verschillende za
ken en voorstellen, die dit jaar aan de orde
komen. Dat gebeurde immers raeds in de be-
grotingsbrief van september 1970. Na aan de
raad en hun gezinnen de beste wensen te
hebben meegeven, had de voorzitter toch
wel een paar punten, waarop hij wat dieper
wenste in te gaan.
In de eerste plaats was dat het geval met
betrekking tot de vaste verbinding met het
eiland Tholen. Daaromtrent kon de voorzitter
meedelen, dat de aanleg van de dam op
19 januari door Rijkswaterstaat wordt aan
besteed. In het voorjaar zal het werk reeds
een aanvang nemen, maar de totale eindop-
levering is niet voor begin 1974 nodig, zo
tegen de tijd dat het kanaal in gebruik ge
nomen kan worden. Deze dam zal worden
voorzien van een zogenaamde werkweg, wat
betekent dat deze verbinding ook van be
lang is voor het agrarische verkeer.
RECREATIEHAVEN
Wanneer de uitvoering van deze vaste
verbinding het noodzakelijk maakt, zal een
werkhaven worden aangelegd onmiddellijk
aan de oostzijde van de bebouwde kom der
gemeente, dus ongeveer op het eind van de
Zuiddijk. Komt die werkhaven er, dan zit
er ook de mogelijkheid in om ze later te be
nutten als recreatiehaven. De heer Van Vel
zen zag het als een duidelijke zaak, dat een
en ander voor de gemeente weer perspec
tieven biedt.
WERKGELEGENHEID
Aan dit tweede punt werd uitvoerig aan
dacht geschonken. De burgemeester wees er
allereerst op, hoe het een jarenlange wens
is van alle politieke groeperingen in de
raad om werkgelegenheid te krijgen in eigen
gemeente.
Voor het gemeentebestuur een moeilijke
aangelegenheid, aangezien de gunstige con
junctuur van enkele jaren geleden aan het
tanen is en als gevolg daarvan de industriëlen
tot voorzichtigheid gemaand worden.
Ondanks deze moeilijkheden is het ge
meentebestuur in het verleden steeds attent
geweest en spreker vond het prettig te kun
nen mededelen, dat enkele contacten zijn
gelegd.
Het stemt tot tevredenheid dat bij één
van die contacten, nl, de n.v. Mayfair he
rinkleding te Sint Maartensdijk de con
crete wil aanwezig is ter plaatse een depen
dance te vestigen.
Het college van b en w zal er naar stre
ven dat dit gemeentebestuur nimmer een ver
wijt van laksheid gemaakt kan worden ten
opzichte van verkrijgen werkgelegenheid.
Het zal niet schromen doortastend op te
treden om dit doel te bereiken.
Nog heden ten dage, zo vervolgde burge
meester Van Velzen, worden verwijten ge
maakt - hetzij al dan niet terecht - op het
in vroeger jaren gevoerde beleid met be
trekking tot industrievestiging, met name
van de banketfabriek De Waal, thans ge
vestigd te Tholen. Daarvoor had de ge
meente Sint Philipsland in feite de primeur.
Men wake voor herhaling!
EIGENMACHTIG OPTREDEN
Het college is dan ook teleurgesteld, nu is
gebleken, dat het bestuur van de stichting
„Ons Dorpshuis" te Anna Jacobapolder op
eigenmachtige wijze een enquete instelt on
der de inwoners van Anna Jacobapolder
naar de wil om bij Mayfair n.v. te gaan
werken, indien dit bedrijf althans in het
weinig gebruikte en in de toekomst nagenoeg
ongebruikte dorpshuis te Anna Jacobapolder
gevestigd zal worden.
Het belang van Sint Philipsland wordt
er niet mee gediend, wanneer als gevolg van
een tijdens een bijeenkomst te Anna Jacoba
polder opgezweepte emotionele sfeer, beslo
ten wordt een enquete te houden met een
vraag of men al of niet bij Mayfair wil
werken, een vraag die alleen maar ontstond
door een mogelijk verlies van het dorpshuis
als toekomstige status voor ongeveer 400
inwoners. Men had zich daarbij eerst wel mo
gen overtuigen, dat dit uitsluitend een zaak
is van het gemeentebestuur.
WAARSCHUWING
Het doorkruisen van het gemeentebeleid
en het eventueel kopschuw maken van het
te vestigen bedrijf wordt door het college
van b en w zeer hoog opgenomen. Dit te
meer omdat juist van het stichtingsbestuur
van Ons Dorpshuis, dat zich nu blijkt op te
werpen voor het algemeen belang van Anna
Jacobapolder op zakelijke gronden alle mo
gelijke medewerking verwacht mocht worden
en zeker niet het traineren van werkgelegen
heid in de gemeente.
„Ik moet dan ook vanaf deze plaats een
waarschuwend geluid laten horen, omdat het
college van b en w thans wel eens zou kun
nen overgaan om uitsluitend de zakenlljk
financiële zijde van het onttrekken aan zijn
bestemming van het dorpshuis ten behoeve
van werkgelegenheid in ogenschouw te ne
men.
Het college van b en w zal alles in het
werk stellen dit werkgelegenheidsobject bin
nen de grenzen van de gemeente te krijgen
om mede daardoor ook een dam te kunnen
werpen tegen het teruglopen van het aantal
inwoners, zoals in 1970 opnieuw met 20
gedaald.
Gebrek aan werkgelegenheid betekent ont.
voüking en ontvolking betekent algehele
teruggang voor een gemeente.
De heer Van Velzen verwees dienaan
gaande nog eens naar een artikel in de
PZC met betrekking tot pendel en werk
gelegenheid. Hij was er van ovrtuigd, dat
bovenstaande niet door elke inwoner met
gejuich wordt begroet, maar uit dit antwoord
van het college zal wel ieder duidelijk zijn,
dat men positief staat tegenover een ge
zonde ontwikkeling, waarvoor het belang
van een enkeling vaak en ook in dit geval
moet wijken.
De voorzitter besloot zijn openingswoord
met ©en beroep te doen op de raad in het
begonnen jaar emotionele zaken nuchter,
positief en vooral zakelijk te benaderen, zo
dat een verdere stilstand niet tot groter
achteruitgang van de gemeene en haar be
volking zal leiden.
Er was op deze duidelijk omlijnde mening
van b en w met betrekking tot de werkge
legenheid op dit ogenblik geen verder com
mentaar van de zijde der raadsleden.
Als oudste in zittingsjaren kwam allesn het
s.g.p. raadslid Den Engelsman namens zijn
collega's met een kort wederwoord, waarin
alle goeds voor b en w en 's Heeren zegen
voor 1971 was vervat, ook de wens voor
goede bestuursbesluiten in het belang van
Sint-Phlipsland.
De agenda zelf, waarvan we de voorstellen
reeds in ons vorig nummer hebben omschre
ven, gaf vrijwel geen aanleiding tot discussie.
De geldlening van drie ton voor de Stich
ting Bejaardenzorg te Sint Philipsland werd
een hamerstuk, evenals herziening van de
uitgifteprijs bouwgrond in het bestemmings
plan Noord op f 27,50 per m2 plus BTW.
De woning Oostdijk 40 werd voor f 26.425—
aangekocht en van Oostdijk 50 voor f 18.
320,-.
De gemeentewoning Beatrixstraat 17 werd
aan J. Quist te Anna Jacobapolder verhuurd
voor f 17,05 per week, terwijl aan de Mos-
selkreekstraat 410 m2 bouwgrond werd ver
kocht aan J. Kempeneers.
BEGROTING 1971
REEDS GOEDGEKEURD
Er was bij monde van de voorzitter de
prettige mededeling, dat de begroting 1971,
reeds door het provinciaal bestuur is goed
gekeurd (al per 1 december 1970) evenals
de definitieve vaststelling van de rekening
1969. De eerste cent, die Sint Philipsland
dus op haar begroting 1971 heeft uitgegeven
was ook reeds door het provinciaal bestuur
goedgekeurd.
Van de heer J. Quist Langeweg 2 Anna
Jacobapolder was er de vraag te willen
bijdragen in de verhuiskosten. Het voorstel
van b en w was daartoe f 1200,- beschikbaar
te stellen.
De heer J. van Hekken (SGP) kreeg op
zijn vraag te horen, dat hiervoor vaste nor
men zijn.
Goedgekeurd was ook het raadsbesluit dE
o.l.school (met wettelijk te weinig leerlin
gen) in stand te houden.
De heer Den Engelsman had nog een
vraag bij de gevraagde lening voor de Sich-
ting Bejaardenzorg of men met het geraamde
bedrag zou uitkomen.
Dat werd door de voorzitter betwijfeld, ge
zien de loon- en kostenstijging. Maar uiter
aard was dit ook weer van later zorg.
En daarmee was deze agenda snel afge
werkt.
De winter is als vanouds al een rustige periode voor de land
bouw geweest, maar veel meer dan vroeger bereidt men zich tegen
woordig voor op het nieuwe, drukke werkseizoen. De bouwplannen
worden uitgestippeld en de werkzaamheden gepland. Daarnaast
bezoekt men voorlichtingsmiddagen en -avonden. Vorige week
donderdag trokken 150 agrarische ondernemers echter een heel
dagje uit voor bezinning over hun toekomst. De kosten werden als
maar hoger, maar de prijzen van de landbouwprodukten stijgen
nauwelijks. Daarom moet de boer naar middelen zoeken om te blij
ven bestaan en in de algemene welvaartsgroei te delen. Opvoeren
van de arbeidsproduktiviteit, meer produceren per werkkracht, is
daarvoor de weg. Mechanisatie is daarbij het hulpmiddel. Met de
huidige bedrijfsvormen kan de arbeidsproduktiviteit echter niet on
eindig opgevoerd worden. Er zijn al veel twee- en eenmansbedrij
ven een enkele landbouwonderneming heeft nog meer arbeids
krachten en nog blijkt het moeilijk de hoge kosten door een
grotere produktie per man op te vangen. Samenwerking lijkt nu
de oplossing.
Over dit onderwerp organiseerden de ZLM
Kring Tholen en Sint Philipsland, de vereni
ging voor Bedrijfsvoorlichting Tholen en
Sint Philipsland, de Bond van Loonwerkers
en de Plattelands Jongeren Zuid vorige week
donderdag een studiedag in Haestinge te
Sint Maartensdijk. Er waren inleidingen,
een gezamenlijke lunch, een forum en ook
discussiegroepen. Dat was iets nieuws voor
de landbouwers in de streek. Zo was er ech
ter voor iedereen gelegenheid zich te uiten
en mee te praten over samenwerking in de
landbouw. Het bleek bijzonder gewaardeerd
te worden.
Even na tien uur heette voorzitter M. C.
J. Kosten uit Tholen iedereen hartelijk wel
kom. Hij wees al direct op de doelstelling
van deze dag: samenwerking. Dit kwam
reeds in het aantal organisaties dat de stu
diedag organiseerde tot uiting, maar ook
in het tweerichtingsverkeer van sprekers
en forumleden aan de ene en discussiegroe
pen aan de andere kant.
SNELLE VERVANGING ARBEID
DOOR KAPITAAL
In zijn openingswoord schetste de heer
Kosten het proces van de snelle vervanging
van arbeid door kapitaal (mechanisatie), dat
na de Tweede Wereldoorlog ontstond. Ne
derland ging sterk industrialiseren waardoor
er spoedig veel vraag naar arbeidskrachten
kwam. Door de krapte op de arbeidsmarkt
stegen de lonen aanzienlijk. Ook in de
landbouw, waar de afvloeiing van werkne
mers versneld op gang kwam. Door deze
ontwikkeling is de landbouw nu aangeland
op het punt dat reeds vele eenmansbedrijven
zijn ontstaan. Daarnaast zijn er nog twee-
mansbedrijven en een enkele onderneming
met meer arbeidskrachten.
Het zijn vooral economische faktoren ge
weest die de boeren noopten tot verdere in
krimping van het aantal werknemers. Daar
door kwam juist de meest gewenste tech
nische eenheid in het gedrang. Om het
werk goed rond te krijgen, is toch al gauw
een eenheid van 4 mensen nodig en die is
alleen door samenwerking te verkrijgen.
Deze samenwerking kan men op verschillen
de manier realiseren: met collega's op gelijk
soortige en ongelijksoortige bedrijven of met
de loonwerker.
GOEDE AFSPRAKEN
Samenwerking met de loonwerker houdt
in dat er tijdig goede afspraken worden ge
maakt. Men moet hem niet roepen op het
moment dat men in moeilijkheden zit.
Het is een onverantwoord uitgangspunt
de loonwerker te beschouwen als een brand
weerman, anders kan hij geen investeringen
doen. Samenwerking houdt voor de land
bouwer in: goede afspraken maken waaraan
men zich onder alle omstandigheden moet
houden en overleg plegen met alle betrok
kenen. Een samenwerkingsvorm kan alleen
slagen als ieder die eraan meewerkt, zich er
ook bij betrokken voelt.
De organisatoren hebben geprobeerd in
het programma vandaag zoveel mogelijk as
pecten van het samenwerken in de eerste
plaats te laten belichten door praktische
mensen. Theoretisch is het heel gemakkelijk
om uit te rekenen dat een zover mogelijk
doorgevoerde vorm van samenwerking het
meest nuttige effect sorteert, maar prak
tisch worden er dan meestal nog al wat
bezwaren aangedragen. Welnu, wellicht be
kijkt men de samenwerking vanavond uit
een breder gezichtsveld.
ARBEIDSPRODUKTIVITEIT
Er is al gesteld dat economische faktoren
bepalend zijn geweest voor samenwerking.
De toekomst van de agrarische bedrijfs
tak ziet er helaas niet zo gunstig uit. De
produktiekosten zullen zeer waarschijnlijk al
leen als gevolg van de inflatie met zo'n 5
procent per jaar blijven stijgen. De op
brengsten daarentegen halen dit percentage
zeer beslist bij lange na niet. Tot nu toe heb
ben de landbouwers de stijgende kosten-
faktoren kunnen opvangen door een grotere
produktie per werkkracht.
Als wij daar ook in de toekomst in willen
blijven slagen, dan zal dat omstreeks 1980
- of misschien al eerder - betekenen dat in
de akkerbouw 1 man 50 hectare zal moeten
bewerken. Dat er dan sprake zal zijn van
een volledig geintegreerde samenwerking van
bedrijven lijkt ons het meest aannemelijk. Wij
willen gaarne met deze korte en zeer globale
probleemstelling volstaan en besluiten met
de wens dat we gezamenlijk in een goede
sfeer een leerzame dag zullen mogen heb
ben, aldus de heer Kosten in zijn openings
woord.
DE 8 VAN NOORD-BEVELAND
Als eerste van de 5 inleiders kwam ver
volgens de heer J. van Maldegem uit Kort-
gene aan het woord over de 8 van Noord-
Beveland: 8 akkerbouwbedrijven met een to
tale oppervlakte van 400 hectare die geza
menlijk alle machines exploiteren terwijl de
8 ondernemers en 9 medwerkers ook op alle
8 bedrijven werken.
In dit numer de laatste aflevering in de
serie van 21 artikelen Sint Annaland in de
historie.
Met dank aan de auteur Han Dekker, die
al eerder op dit gebied aan het werk was
en daarvan veel waardering oogstte.
Zo langzamerhand is het een verzameling
die aan bundeling toe zou zijn.
Er was nu en dan in zoverre enige kri
tiek op, zowel van de zijde der jongeren als
ouderen, dat de zinsbouw wat moeilijk uit
viel om in één oogopslag door te laten drin.
gen, maar daaruit spreekt nu eenmaal de
hand van de auteur, die verschillende fa
cetten en gedachten bundelt tot vaak sterke
contrasten.
Menigeen heeft er opnieuw van kunnen
genieten. Vele herinneringen werden niet
alleen op schrift gesteld, maar in gesprekken
over de artikelen nog veel meer opgehaald.
Soms werd daardoor de inhoud aangedikt,
soms bestreden.
In het algemeen genoot de rubriek grote
belangstelling, waarvoor nogmaals onze dank
aan de heer Dekker.
Binnenkort wordt de historische rubriek
voortgezet zij het ditmaal van uit een geheel
nieuwe hoek, de heer J. J. Bevelander uit
Oud-V ossemeer.
Daarbij wordt vooral de PTT in de goede
oude tijd belicht. Alleen zoeken we nog wat
daarmee verband houdende foto's en mogelijk
zijn er onder de lezers nog wel, die afbeel
dingen hebben van voormalige kantoren in de
streek, postkoetsen of andere met de post
verband houdende plaatjes.
Aanbevolen.
Het hoofddoel van deze samenwerking
is elkaar helpen zonder winstbejag.
De samenwerking begon in 1962 heel pril
met het gezamenlijk rooien van aardappels.
Het duurde tot 1969 voordat men verder
durfde: de bietenrooiers en combines werden
ingeruild, er kwamen moderne grote machi
nes en men ging samen de granen oogsten en
bieten rooien. In het voorjaar van 1970 ging
alles samen, zodat er niets meer te verre
kenen valt dan de uurlonen. Er werd een
contract opgesteld waarop de acht geld van
de bank kregen en men nam een betaalde
administrateur in diens.t De 8 bedrijven ver
schilden in grootte van 40 ot 65 hectare.
Het kleinste bedrijf neemt zo bijvoorbeeld
40/400 deel van de kosten voor zijn rekening.
De werknemers zijn officieel bij hun oude
werkgevers in dienst gebleven, maar werken
wel op alle 8 bedrijven. Het bouwplan omvat
zo'n 160 ha graan, verder aardappelen, uien,
suikerbieten en graszaad. De acht van Nrd-
Beveland hebben al 5 combines en 5 bieten
rooiers verkocht alsmede 3 tractoren, waar
van er nu nog 18 over zijn.
Het voordeel hiervan is dat men een lage
investering per ha heeft, terwijl het met mo
derne machines prettig werken is. Voordelen
van de samenwerking zijn ook dat bij ziekte
en vakantie van Werkgevers of werknemers
alles gewoon doorgaat. De vruchtwisseling
levert ook minder problemen op. Een nadeel
is wel dat je moeilijk uit de samenwerkings
vorm kunt komen. Alle zaken worden steeds
besproken waarbij de oudste ondernemer dan
gesprekleider is. De 8 van Noord-Beveland
plannen zeer veel.
VRIENDSCHAPPELIJK
Als enige werknemer op deze studiedag
kwam vervolgens de heer L. Wolse uit
Kortgene aan het woord, de oudste arbeider
van de 8 van Noord-Beveland.
Hij wees erop, dat de veranderingen die
gepaard gingen met de samenwerking voor
sommigen wel even wennen was. Dat is ook
niet te verwonderen gezien het dienstver
band van de werknemers: 10 tot 46 jaar. Nu
is men bijzonder tevreden.
De planning van de arbeid vinden de
werknemers zeer belangrijk. Alles is erop
gericht dat niemand overbezet raakt en dat
is al heel wat. Men heeft wisselend werk
doordat de eigen mensen van elke onderne
mer, bijvoorbeeld bij het binnen halen van de
oogst, altijd in de schuur zitten om het stro
op te bergen. Dat geldt ook voor andere
produkten die binnen moeten worden opge
slagen. Ploegen doet elke ondernemer nog
met zijn eigen mensen.
De heer Wolse toonden zich verheugd
over de vriendschappelijke betrekkingen tus
sen werkgevers en werknemers, hetgeen ook
het slagen van de samenwerking ten goede
komt.
Hij had een optimistische kijk op de toe
komst, waarin hij nog meer samenwerking
voor de 8 van Noord-Beveland zag, zoals
het gemeenschappelijk onderhoud van de
machines.
ZEER VOORZICHTIG
Tijdens de discussie werd de heer Wolse
door vele sprekers geroemd vanwege zijn
goede mentaliteit als ware medewerker
Verschillende vonden dat de 8 akkerbouw
bedrijven van totaal 400 ha nog al veel ar
beidskrachten in dienst hadden (9).
De heer van Maldegem gaf toe dat de
personeelsbezetting iets aan de zware kant
was, maar wees erop dat men in de zaai
en oogsttijd iedereen nodig heeft.
Alleen in de onderhoudstijd zitten de 8
ondernemers wat ruim in het personeel, maar
de heer Van Maldeaem achtte het sociaal
niet verantwoord om werknemers die al 35
en 40 jaar bij de 8 van Noord-Beveland in
dienst zijn, nu plotseling aan de dijk te
zetten.
Door nauurlijke afvloeiing vermindert het
aantal werknemers vanzelf. Eerst waren er
14, nu nog 9, volgend jaar gaat de heer
Wolse met pensioen en het jaar daarop
weer iemand.
De heer Van Maldegem zei dat de 8 van
Noord-Beveland zeer voorzichtig te werk
gaan.
Iedereen is nu nog baas op zijn eigen be
drijf en zolang deze samenwerkingsvorm
goed gaat, wil hij niet veranderen. Twee
van de acht ondernemers zouden nu volle
dige integratie willen, dus ook gezamenlijke
afzet, land, gebouwen, enz. Voor dit jaar
heeft men ongeveer hetzelfde bouwplan als
in 1970. Het bouwplan is voor 5 jaar vast
gelegd.
DE KLEINE BOER
Ook de kleine boer kwam vorige week
donderdag aan bod in de persoon van de
heer A. Bal uit Oosterland. Hij en zijn neef
Th. Bal exploiteren elk een bedrijf van 5.60
ha. Beiden werken volledig samen met ma
chines, arbeid, bouwplan, in- en verkoop van
produkten enz. De 2 kleine bedrijven zijn uit
economische en rationele motieven volledig
geïntegreerd: grond, bedrijfsmiddelen, alles
is totaal in 1 onderneming ondergebracht.
In zijn duidelijke, goed opgebouwde le
zing wees de heer Bal erop dat de produktie
per man hoger moet worden, al zou hij ook
graag willen dat de meerdere kosten in de
verkoopsprijs verdisconteerd werden. Op
Schouwen-Duiveland was het voor hem niet
mogelijk door middel van bedrijfsvergroting
de kosten te drukken en daarom streefde hij
naar samenwerking. Dat is niet plotseling
ontstaan, maar net als bij de 8 van Noord-
Beveland langzaam gegroeid. Eerst was het
spontane onderlinge burenhulp. Toen werd
er gezamenlijk een nieuwe tractor gekocht en
zo ging het steeds verder.
De huidige aanpak in de samenwerkings
vorm werkt kostenbesparend.
PROCES
De zelfstandigheid is een groot goed, maar
bepaalde vormen van samenwerking zijn no
dig geworden om het gezinsinkomen op te
voeren. Dat is echter een proces van jaren
geweest. Alle vormen van samenwerking heb.
ben we meegemaakt. Een extra gunstige om
standigheid voor ons was, dat onze bedrij
ven even groot zijn en door de herverkave.
ling vlak naast elkaar kwamen te liggen.
In 1,964 hebben we de paarden opgeruimd
en kochten we een tractor.
In de winter van 1967-1968 kwamen we
tot volledige samenwerking. We kregen 1
bouwplan en 1 administratie. De rechtsvorm
is een maatschap.
In 1970 hebben we verbouwd: aardappelen
graan, suikerbieten, doperwten, stamslabonen
plantuien, bloemen, bloembollen (gladiolen,
tulpen, hyacinten). In de vakantie helpen de
kinderen wat en de 2 vrouwen assisteren
bij het pellen van de bloembollen.
In 1969 hebben we een aanvraag om sub
sidie ingediend bij het O S fonds en medio
1970 is dit vanuit Goes met gunstig advies
doorgestuurd naar Den Haag.
De samenwerking bevalt prima en heeft
ons al aardig wat revenuen opgeleverd", al
dus de heer Bal.
DOELMATIGER
Als klein bedrijf schakelt men de loon
werker nog in, maar de samenwerking heeft
als geldelijk voordeel de lagere vaste kosten.
Zo kan men zonder vreemd vermogen in
vesteringen doen.
Alles bij elkaar is het doelmatiger, ge
makkelijker en plezieriger werken. Uiteraard
heeft elke vorm van samenwerking zijn zwak
ke kanten, stelde de heer Bal. In zijn geval
moet de zelfstandigheid een veer laten
terwijl het moeilijk is om één van de kin
deren van de ondernemers in het bedrijf op
te nemen.
„Gedeelde smart is echter halve smart en
gedeelde vrucht dubbele vrucht", zo stelde
de heer Bal, die in de samenwerking meer
positieve dan negatieve elementen zag. „Op
de kleine agrarische bedrijven moet ons stre
ven gericht zijn op een steeds verder gaande
rationalisatie.
Steeds moeten we naar verandering en ver
nieuwing streven.
Dat is mogelijk door samenwerking, het
geen kostenverlaging betekent. In de agra
rische sector was het SOS-sein dikwijls in
de lucht, maar ik zou het DSS-sein willen
geven: door samenwerking sterk", zo besloot
de heer Bal.
BEDRIJFSOPVOLGING
Tijdens de discussie werd vooral naar aan
leiding van de woorden van de heer Bal
ingegaan op de bedrijfsopvolging. Dit zag
men overigens bij alle samenwerkingsvormen
als een probleem.
Als een zoon van één of meer onder
nemers die samenwerken op het bedrijf zou
willen, zou dat moeilijk zijn. Men achtte het
een gelukkige omstandigheid dat van de
kinderen van de heren Bal, niemand op het
bedrijf wilde. Als dat wel het geval zou zijn
zou de integratie van de, bedrijven moeilijker
hebben gelegen, zo erkende ook de heer
Bal.
Nu prakkizeerde hij evenwel niet over op
volging. Hij streefde ernaar zijn kinderen
een goede opeiding te geven om een ander
beroep te kunnen kiezen.
Wel achtte de heer Bal een probleem hoe
hij met zijn neef de bestaande gunstige situ
atie zou kunnen bestendigen. Volgens hem
zouden de prijzen dan moeten stijgen.
Volgens landbouwvoorlichter J. Markusse
uit Goes geldt het opvolgingsprobleem voor
elk bedrijf, of dat nu zelfstandig is of in een
samenwerkingsvorm opgenomen is.
Hij zag niet in dat bedrijfsopvolging bij
ondernemingen die samenwerken moeilijker
zou zijn.
DISSONANTEN
De vierde inleider was een vertegenwoor
diger uit het „beloofde land" de Noord
oostpolder, de heer A. Jansen uit Emmel-
oord, van wie de 150 belangstellenden von
den dat hij het eerlijk zei. De 3 vorige spre
kers hadden namelijk allen over gunstige re
sultaten van de samenwerking kunnen spre
ken, maar de heer Jansen onderkende wel
enkele dissonanten bij de 4 volledig ge-
integreerde akkerbouwbedrijven van totaal
250 ha in de NOP.
Hij had ook de langste ervaring - 17 jaar
- met samenwerking in de landbouw en kon
er dus misschien ook het beste over praten.
In 1951 kregen 4 boeren een bedrijf in
de NOP toegewzen, 3 Zeeuwen en 1 Noord-
Hollander, de heer Jansen. Zoals de heer
Van Maldegem op Noord-Beveand begon
met het gezamenlijk rooien van aardappels
en de heer Bal uit Oosterland met de ge
zamenlijke aanschaf van een tractor, zo
kochten de 4 NOP-boeren gezamenlijk een
erwtenmaaier.
Dat ging zo verder en 12 jaar lang kocht
men machines en verrekende de gewerkte
uren, zoals de 8 van Noord-Beveland nu
nog doen.
In de NOP vond men dit op den duur te
ingewikkeld.
Men stapte ervan af en bracht vorig jaar
alle grond, bedrijfsmiddelen en arbeidskrach
ten in. Men wil nu een N.V. gaan vormen.
TWIJFEL
Er is een gezamenlijk bouwplan enz. enz.
Toch waren er voor die volledige integratie
wat twijfels bij de 4 ondernemers, want in
de NOP waren er al 3 4 combinaties die
de samenwerkings-moed al hadden opge
geven. Toch gingen de 3 Zeeuwen en de
Noord-Hollander door. Ze hebben uitgere
kend dat ze door de samenwerking per be
drijf f 1,0.000,- minder kosten per jaar heb
ben. Buiten de 4 ondernemers is er 7 man
personeel, onder wie 2 zoons. Het bouw
plan omvat tarwe, suikerbieten, poot- en
consumptieaardappelen, uien en haver.
De heer Jansen wees met nadruk op de
menselijke verhoudingen die in een samen
werkingsvorm van groot belang zijn.
In de NOP is dat vorig jaar niet zo vot
gegaan. Economisch ging het wel goed, maar
overigens is de samenwerking wat tegenge
vallen. De 4 uit de NOP dachten dat ze
het al konden, maar dat viel anders uit. Toch
geven ze het niet op.
Zo moet men de gedachtengang van een
ander proberen te begrijpen en jezelf niet be
langrijker achten dan een collega.
Door het veel praten met elkaar en het
bezoeken van verschillende bedrijven, wordt
de blik verruimd, hetgeen bij de algehele
planning en bedrijfsvoering van pas kan ko
men. Als de een deskundiger op een bepaald
gebied is, moet men dat accepteren.
VERANTWOORDELIJKHEDEN
Zo is bij de 4 in de NOP 1 man speciaal
verantwoordelijk voor een bepaald produkt.
Die heeft ook een dubbele stem, zodat de
stemmen nooit kunnen staken. Als men bij
voorbeeld op een bepaald moment uien wil
verkopen en alle 4 zijn het er niet mee
eens, dan wordt er gestemd. De man die
dan speciaal verantwoordelijk is voor de
uien kan vanwege zijn dubbele stem de
doorslag geven. Behalve voor een bepaald
produkt, is één man ook verantwoordelijk
voor het personeelsbeleid enz. Op dit onder
deel waren er in de NOP ook wat moeilijk
heden, zodat het samenwerkingsproces daar
niet zonder distels verloopt.
STOF EN MODDER
Loonwerker A. C. de Hond uit Tholen had
als laatste inleider de eer zijn visie over de
samenwerking tussen boer en loonwerker en
de loonwerkers onderling te geven.
Met schroom had hij deze uitnodiging ech
ter aanvaard, omdat loonwerkers zich vol
gens de heer De Hond beter thuisvoelen in
stof en modder dan achter het sprekersge
stoelte. „Wij zijn ook geen mensen die 400
gulden eisen en voor alle mogelijke en on
mogelijke zaken staken.
Nee, de praktijk vraagt van de loon
werker dat hij steeds klaar staat en inves
teert om de klanten met de nieuwste machi
nes van dienst te kunnen zijn. Wij als loon
werkers zijn makke schapen die 's avonds,
's zaterdags en desnoods 's zondags overuren
maken", aldus de heer De Hond.
De samenwerking van grotere landbouw
bedrijven valt mogelijk in het nadeel van de
loonwerker uit, daar een combinatie wel een
bietenrooier, combine en andere dure machi
nes kan aanschaffen.
Daarom somde de heer De Hond aller
eerst de nadelen van de samenwerking op:
binding voor meerdere jaren, dure investerin
gen, hogere eisen aan de leiding, meer kans
op ruzie, moeilijkheden met ontbinding en
opvolging.
Bij inschakeling van de loonwerker zag
hij echter voordelen in het belangen van
de gezinnen van landbouwers en loonwer
kers.
Zo hoeft een boer geen dure investeringen
te doen, hij heeft minder kopzorgen, geen
onderhoud aan machines, meer vrijheid in het
opstellen van zijn bouwplan en meer tijd
voor het leiding geven.
Op de studiedag over samenwerking
in de landbouw ging het er vanzelf
sprekend niet altijd even serieus toe.
Daar duurde de dag te lang voor. Zo
vrolijkte loonwerker J\. C. de Hond
de zaal op met een mop over zijn
zwaar beroep.
Zo werd een loonwerker op straat
overvallen. De rover vroeg hem on
der bedreiging van een wapen: je
geld of je leven. De loonwerker bleek
echter geen geld bij zich te hebben,
waarna de rover informeerde naar
zijn beroep. Toen hij hoorde dat zijn
slachtoffer loonwerker was, zei de ro
ver: ,,Lra dan maar gauw naar huis,
want dan heb je geen geld en geen
leven".
De heer De Hond zag nog wel een knel
punt, namelijk dat er te weinig overleg is
tussen boer en loonwerker.
De landbouwer zal zijn wensen tijdig ken
baar moeten maken, zodat de loonwerker
met zijn werk en investeringen daarmee re
kening kan houden. Ook dienen de rijen-
afstanden volledig genormaliseerd te wor
den omdat het verstellen van machines vele
nutteloze uren kost. Spreker vond verder
dat de landbouwvoorlichting wel wat meer
voor de loonwerkers mag doen dan ze alleen
in een hoek drukken. Hij was dankbaar voor
het resultaat dat de BTW voor hun werk
zaamheden .van het hoge tarief (12, nu 14
procent) naar het lage tarief van 4 procent
was gebracht.
Wat de samenwerking van de loonbedrij
ven onderling betrof, dacht de heer De Hond
aan eensgezindheid op prijzengebied omdat
volgens hem de boeren gebaat zijn met
sterke loonbedrijven. Tenslotte waarschuwde
hij nog voor het gevaar van overmechani-
sering als samenwerkende bedrijven tot de
aanschaf van grote, moderne en dure machi
nes zouden overgaan zoals de loonwerker.
DISCUSSIEGROEPEN
Na de gezamenlijke middagmaaltijd in
het voor deze studiedag wel bijzondere ge
schikte gemeenschapscentrum Haestinge,
werd in 10 discussiegroepen nader op de
inleidingen van de 5 sprekers ingegaan. Alle
ruimten waren hiervoor bezet. Na een uurtje
praten - wat tekort bleek te zijn - werden
de rapporten uitgebracht en ging men nog
wat in discussie met het forum.
Dit stond onder leiding van de rijkscon
sulent voor de akkerbouw en veehouderij
in Goes, ir. L. Th. J. M. de Wit. Leden
waren de 5 sprekers alsmede de heren M.
C. J. Kosten uit Tholen, M. Murre ing., J.
Markusse en J. van de Linde, secretaris
van de BOVAL, allen uit Goes.
De heer Murre wees erop hoe uit een
onderzoek is gebleken dat samenwerking van
landbouwbedrijven t 200,- voordeliger is
per ha dan inschakeling van een loonwer
ker. Elke machine moet dan echter optimaal
benut zijn. Hij zei ook dat er bij samenwer
king wezenlijk wat geld te verdienen is, maar
slechts 20 tot 35 procent van de landbouwers
zijn geschikt om samen te werken. De loon
werker, die door zijn klanten wordt geprest
steeds met de nieuwste machines te werken,
blijft werk houden.
Voorzitter Kosten sloot tenslotte de studie
dag, hoewel de discussiegroepen en het forum
nog niet uitgepraat waren. Hij meende dat de
bijeenkomst aan zijn doel beantwoord had
daar de samenwerking in de landbouw op
eerlijke wijze vanuit verschillende gezichts
hoeken bekeken was. Hij vond dat iedereen
thuis voor zijn eigen bedrijf moet gaan be
kijken wat er moet gebeuren om de kosten te
drukken. Als men daar niets aan doet, val
len er nog meer slachtoffers dan nu al het
geval is. De heer Kosten vond het een winst
punt dat veel jongeren de studiedag mee
maakten. Op 29 januari is er voor de lief
hebbers opnieuw een studiedag over samen
werking in de landbouw, nu in Goes.