Burgemeester van Velzen waarschuwt: laat werkgelegenheid prevaleren Anna Jacobapolder klampt zich vast aan dorpshuis Nog deze maand aanbesteding dam naar Tholen Tot besluit Doelmatiger, gemakkelijker en plezieriger werken door samen werking Menselijke verhoudingen spelen een belangrijke rol Onverantwoord om loonwerker als brandweerman te beschouwen Meer produceren per arbeids kracht om kosten te drukken Geen geld en geen leven 21 januari 1971 EENDRACHTBODE IN RAADSVERGADERING SINT-PHILIPSLAND LEERZAME STUDIEDAG OVER SAMENWERKING IN DE LANDBOUW 6 Tijdens de eerste raadsvergadering in 1971 op woensdag 13 januari vond burgemeester G. van Velzen het niet nodig weer een op somming te geven van de verschillende za ken en voorstellen, die dit jaar aan de orde komen. Dat gebeurde immers raeds in de be- grotingsbrief van september 1970. Na aan de raad en hun gezinnen de beste wensen te hebben meegeven, had de voorzitter toch wel een paar punten, waarop hij wat dieper wenste in te gaan. In de eerste plaats was dat het geval met betrekking tot de vaste verbinding met het eiland Tholen. Daaromtrent kon de voorzitter meedelen, dat de aanleg van de dam op 19 januari door Rijkswaterstaat wordt aan besteed. In het voorjaar zal het werk reeds een aanvang nemen, maar de totale eindop- levering is niet voor begin 1974 nodig, zo tegen de tijd dat het kanaal in gebruik ge nomen kan worden. Deze dam zal worden voorzien van een zogenaamde werkweg, wat betekent dat deze verbinding ook van be lang is voor het agrarische verkeer. RECREATIEHAVEN Wanneer de uitvoering van deze vaste verbinding het noodzakelijk maakt, zal een werkhaven worden aangelegd onmiddellijk aan de oostzijde van de bebouwde kom der gemeente, dus ongeveer op het eind van de Zuiddijk. Komt die werkhaven er, dan zit er ook de mogelijkheid in om ze later te be nutten als recreatiehaven. De heer Van Vel zen zag het als een duidelijke zaak, dat een en ander voor de gemeente weer perspec tieven biedt. WERKGELEGENHEID Aan dit tweede punt werd uitvoerig aan dacht geschonken. De burgemeester wees er allereerst op, hoe het een jarenlange wens is van alle politieke groeperingen in de raad om werkgelegenheid te krijgen in eigen gemeente. Voor het gemeentebestuur een moeilijke aangelegenheid, aangezien de gunstige con junctuur van enkele jaren geleden aan het tanen is en als gevolg daarvan de industriëlen tot voorzichtigheid gemaand worden. Ondanks deze moeilijkheden is het ge meentebestuur in het verleden steeds attent geweest en spreker vond het prettig te kun nen mededelen, dat enkele contacten zijn gelegd. Het stemt tot tevredenheid dat bij één van die contacten, nl, de n.v. Mayfair he rinkleding te Sint Maartensdijk de con crete wil aanwezig is ter plaatse een depen dance te vestigen. Het college van b en w zal er naar stre ven dat dit gemeentebestuur nimmer een ver wijt van laksheid gemaakt kan worden ten opzichte van verkrijgen werkgelegenheid. Het zal niet schromen doortastend op te treden om dit doel te bereiken. Nog heden ten dage, zo vervolgde burge meester Van Velzen, worden verwijten ge maakt - hetzij al dan niet terecht - op het in vroeger jaren gevoerde beleid met be trekking tot industrievestiging, met name van de banketfabriek De Waal, thans ge vestigd te Tholen. Daarvoor had de ge meente Sint Philipsland in feite de primeur. Men wake voor herhaling! EIGENMACHTIG OPTREDEN Het college is dan ook teleurgesteld, nu is gebleken, dat het bestuur van de stichting „Ons Dorpshuis" te Anna Jacobapolder op eigenmachtige wijze een enquete instelt on der de inwoners van Anna Jacobapolder naar de wil om bij Mayfair n.v. te gaan werken, indien dit bedrijf althans in het weinig gebruikte en in de toekomst nagenoeg ongebruikte dorpshuis te Anna Jacobapolder gevestigd zal worden. Het belang van Sint Philipsland wordt er niet mee gediend, wanneer als gevolg van een tijdens een bijeenkomst te Anna Jacoba polder opgezweepte emotionele sfeer, beslo ten wordt een enquete te houden met een vraag of men al of niet bij Mayfair wil werken, een vraag die alleen maar ontstond door een mogelijk verlies van het dorpshuis als toekomstige status voor ongeveer 400 inwoners. Men had zich daarbij eerst wel mo gen overtuigen, dat dit uitsluitend een zaak is van het gemeentebestuur. WAARSCHUWING Het doorkruisen van het gemeentebeleid en het eventueel kopschuw maken van het te vestigen bedrijf wordt door het college van b en w zeer hoog opgenomen. Dit te meer omdat juist van het stichtingsbestuur van Ons Dorpshuis, dat zich nu blijkt op te werpen voor het algemeen belang van Anna Jacobapolder op zakelijke gronden alle mo gelijke medewerking verwacht mocht worden en zeker niet het traineren van werkgelegen heid in de gemeente. „Ik moet dan ook vanaf deze plaats een waarschuwend geluid laten horen, omdat het college van b en w thans wel eens zou kun nen overgaan om uitsluitend de zakenlljk financiële zijde van het onttrekken aan zijn bestemming van het dorpshuis ten behoeve van werkgelegenheid in ogenschouw te ne men. Het college van b en w zal alles in het werk stellen dit werkgelegenheidsobject bin nen de grenzen van de gemeente te krijgen om mede daardoor ook een dam te kunnen werpen tegen het teruglopen van het aantal inwoners, zoals in 1970 opnieuw met 20 gedaald. Gebrek aan werkgelegenheid betekent ont. voüking en ontvolking betekent algehele teruggang voor een gemeente. De heer Van Velzen verwees dienaan gaande nog eens naar een artikel in de PZC met betrekking tot pendel en werk gelegenheid. Hij was er van ovrtuigd, dat bovenstaande niet door elke inwoner met gejuich wordt begroet, maar uit dit antwoord van het college zal wel ieder duidelijk zijn, dat men positief staat tegenover een ge zonde ontwikkeling, waarvoor het belang van een enkeling vaak en ook in dit geval moet wijken. De voorzitter besloot zijn openingswoord met ©en beroep te doen op de raad in het begonnen jaar emotionele zaken nuchter, positief en vooral zakelijk te benaderen, zo dat een verdere stilstand niet tot groter achteruitgang van de gemeene en haar be volking zal leiden. Er was op deze duidelijk omlijnde mening van b en w met betrekking tot de werkge legenheid op dit ogenblik geen verder com mentaar van de zijde der raadsleden. Als oudste in zittingsjaren kwam allesn het s.g.p. raadslid Den Engelsman namens zijn collega's met een kort wederwoord, waarin alle goeds voor b en w en 's Heeren zegen voor 1971 was vervat, ook de wens voor goede bestuursbesluiten in het belang van Sint-Phlipsland. De agenda zelf, waarvan we de voorstellen reeds in ons vorig nummer hebben omschre ven, gaf vrijwel geen aanleiding tot discussie. De geldlening van drie ton voor de Stich ting Bejaardenzorg te Sint Philipsland werd een hamerstuk, evenals herziening van de uitgifteprijs bouwgrond in het bestemmings plan Noord op f 27,50 per m2 plus BTW. De woning Oostdijk 40 werd voor f 26.425— aangekocht en van Oostdijk 50 voor f 18. 320,-. De gemeentewoning Beatrixstraat 17 werd aan J. Quist te Anna Jacobapolder verhuurd voor f 17,05 per week, terwijl aan de Mos- selkreekstraat 410 m2 bouwgrond werd ver kocht aan J. Kempeneers. BEGROTING 1971 REEDS GOEDGEKEURD Er was bij monde van de voorzitter de prettige mededeling, dat de begroting 1971, reeds door het provinciaal bestuur is goed gekeurd (al per 1 december 1970) evenals de definitieve vaststelling van de rekening 1969. De eerste cent, die Sint Philipsland dus op haar begroting 1971 heeft uitgegeven was ook reeds door het provinciaal bestuur goedgekeurd. Van de heer J. Quist Langeweg 2 Anna Jacobapolder was er de vraag te willen bijdragen in de verhuiskosten. Het voorstel van b en w was daartoe f 1200,- beschikbaar te stellen. De heer J. van Hekken (SGP) kreeg op zijn vraag te horen, dat hiervoor vaste nor men zijn. Goedgekeurd was ook het raadsbesluit dE o.l.school (met wettelijk te weinig leerlin gen) in stand te houden. De heer Den Engelsman had nog een vraag bij de gevraagde lening voor de Sich- ting Bejaardenzorg of men met het geraamde bedrag zou uitkomen. Dat werd door de voorzitter betwijfeld, ge zien de loon- en kostenstijging. Maar uiter aard was dit ook weer van later zorg. En daarmee was deze agenda snel afge werkt. De winter is als vanouds al een rustige periode voor de land bouw geweest, maar veel meer dan vroeger bereidt men zich tegen woordig voor op het nieuwe, drukke werkseizoen. De bouwplannen worden uitgestippeld en de werkzaamheden gepland. Daarnaast bezoekt men voorlichtingsmiddagen en -avonden. Vorige week donderdag trokken 150 agrarische ondernemers echter een heel dagje uit voor bezinning over hun toekomst. De kosten werden als maar hoger, maar de prijzen van de landbouwprodukten stijgen nauwelijks. Daarom moet de boer naar middelen zoeken om te blij ven bestaan en in de algemene welvaartsgroei te delen. Opvoeren van de arbeidsproduktiviteit, meer produceren per werkkracht, is daarvoor de weg. Mechanisatie is daarbij het hulpmiddel. Met de huidige bedrijfsvormen kan de arbeidsproduktiviteit echter niet on eindig opgevoerd worden. Er zijn al veel twee- en eenmansbedrij ven een enkele landbouwonderneming heeft nog meer arbeids krachten en nog blijkt het moeilijk de hoge kosten door een grotere produktie per man op te vangen. Samenwerking lijkt nu de oplossing. Over dit onderwerp organiseerden de ZLM Kring Tholen en Sint Philipsland, de vereni ging voor Bedrijfsvoorlichting Tholen en Sint Philipsland, de Bond van Loonwerkers en de Plattelands Jongeren Zuid vorige week donderdag een studiedag in Haestinge te Sint Maartensdijk. Er waren inleidingen, een gezamenlijke lunch, een forum en ook discussiegroepen. Dat was iets nieuws voor de landbouwers in de streek. Zo was er ech ter voor iedereen gelegenheid zich te uiten en mee te praten over samenwerking in de landbouw. Het bleek bijzonder gewaardeerd te worden. Even na tien uur heette voorzitter M. C. J. Kosten uit Tholen iedereen hartelijk wel kom. Hij wees al direct op de doelstelling van deze dag: samenwerking. Dit kwam reeds in het aantal organisaties dat de stu diedag organiseerde tot uiting, maar ook in het tweerichtingsverkeer van sprekers en forumleden aan de ene en discussiegroe pen aan de andere kant. SNELLE VERVANGING ARBEID DOOR KAPITAAL In zijn openingswoord schetste de heer Kosten het proces van de snelle vervanging van arbeid door kapitaal (mechanisatie), dat na de Tweede Wereldoorlog ontstond. Ne derland ging sterk industrialiseren waardoor er spoedig veel vraag naar arbeidskrachten kwam. Door de krapte op de arbeidsmarkt stegen de lonen aanzienlijk. Ook in de landbouw, waar de afvloeiing van werkne mers versneld op gang kwam. Door deze ontwikkeling is de landbouw nu aangeland op het punt dat reeds vele eenmansbedrijven zijn ontstaan. Daarnaast zijn er nog twee- mansbedrijven en een enkele onderneming met meer arbeidskrachten. Het zijn vooral economische faktoren ge weest die de boeren noopten tot verdere in krimping van het aantal werknemers. Daar door kwam juist de meest gewenste tech nische eenheid in het gedrang. Om het werk goed rond te krijgen, is toch al gauw een eenheid van 4 mensen nodig en die is alleen door samenwerking te verkrijgen. Deze samenwerking kan men op verschillen de manier realiseren: met collega's op gelijk soortige en ongelijksoortige bedrijven of met de loonwerker. GOEDE AFSPRAKEN Samenwerking met de loonwerker houdt in dat er tijdig goede afspraken worden ge maakt. Men moet hem niet roepen op het moment dat men in moeilijkheden zit. Het is een onverantwoord uitgangspunt de loonwerker te beschouwen als een brand weerman, anders kan hij geen investeringen doen. Samenwerking houdt voor de land bouwer in: goede afspraken maken waaraan men zich onder alle omstandigheden moet houden en overleg plegen met alle betrok kenen. Een samenwerkingsvorm kan alleen slagen als ieder die eraan meewerkt, zich er ook bij betrokken voelt. De organisatoren hebben geprobeerd in het programma vandaag zoveel mogelijk as pecten van het samenwerken in de eerste plaats te laten belichten door praktische mensen. Theoretisch is het heel gemakkelijk om uit te rekenen dat een zover mogelijk doorgevoerde vorm van samenwerking het meest nuttige effect sorteert, maar prak tisch worden er dan meestal nog al wat bezwaren aangedragen. Welnu, wellicht be kijkt men de samenwerking vanavond uit een breder gezichtsveld. ARBEIDSPRODUKTIVITEIT Er is al gesteld dat economische faktoren bepalend zijn geweest voor samenwerking. De toekomst van de agrarische bedrijfs tak ziet er helaas niet zo gunstig uit. De produktiekosten zullen zeer waarschijnlijk al leen als gevolg van de inflatie met zo'n 5 procent per jaar blijven stijgen. De op brengsten daarentegen halen dit percentage zeer beslist bij lange na niet. Tot nu toe heb ben de landbouwers de stijgende kosten- faktoren kunnen opvangen door een grotere produktie per werkkracht. Als wij daar ook in de toekomst in willen blijven slagen, dan zal dat omstreeks 1980 - of misschien al eerder - betekenen dat in de akkerbouw 1 man 50 hectare zal moeten bewerken. Dat er dan sprake zal zijn van een volledig geintegreerde samenwerking van bedrijven lijkt ons het meest aannemelijk. Wij willen gaarne met deze korte en zeer globale probleemstelling volstaan en besluiten met de wens dat we gezamenlijk in een goede sfeer een leerzame dag zullen mogen heb ben, aldus de heer Kosten in zijn openings woord. DE 8 VAN NOORD-BEVELAND Als eerste van de 5 inleiders kwam ver volgens de heer J. van Maldegem uit Kort- gene aan het woord over de 8 van Noord- Beveland: 8 akkerbouwbedrijven met een to tale oppervlakte van 400 hectare die geza menlijk alle machines exploiteren terwijl de 8 ondernemers en 9 medwerkers ook op alle 8 bedrijven werken. In dit numer de laatste aflevering in de serie van 21 artikelen Sint Annaland in de historie. Met dank aan de auteur Han Dekker, die al eerder op dit gebied aan het werk was en daarvan veel waardering oogstte. Zo langzamerhand is het een verzameling die aan bundeling toe zou zijn. Er was nu en dan in zoverre enige kri tiek op, zowel van de zijde der jongeren als ouderen, dat de zinsbouw wat moeilijk uit viel om in één oogopslag door te laten drin. gen, maar daaruit spreekt nu eenmaal de hand van de auteur, die verschillende fa cetten en gedachten bundelt tot vaak sterke contrasten. Menigeen heeft er opnieuw van kunnen genieten. Vele herinneringen werden niet alleen op schrift gesteld, maar in gesprekken over de artikelen nog veel meer opgehaald. Soms werd daardoor de inhoud aangedikt, soms bestreden. In het algemeen genoot de rubriek grote belangstelling, waarvoor nogmaals onze dank aan de heer Dekker. Binnenkort wordt de historische rubriek voortgezet zij het ditmaal van uit een geheel nieuwe hoek, de heer J. J. Bevelander uit Oud-V ossemeer. Daarbij wordt vooral de PTT in de goede oude tijd belicht. Alleen zoeken we nog wat daarmee verband houdende foto's en mogelijk zijn er onder de lezers nog wel, die afbeel dingen hebben van voormalige kantoren in de streek, postkoetsen of andere met de post verband houdende plaatjes. Aanbevolen. Het hoofddoel van deze samenwerking is elkaar helpen zonder winstbejag. De samenwerking begon in 1962 heel pril met het gezamenlijk rooien van aardappels. Het duurde tot 1969 voordat men verder durfde: de bietenrooiers en combines werden ingeruild, er kwamen moderne grote machi nes en men ging samen de granen oogsten en bieten rooien. In het voorjaar van 1970 ging alles samen, zodat er niets meer te verre kenen valt dan de uurlonen. Er werd een contract opgesteld waarop de acht geld van de bank kregen en men nam een betaalde administrateur in diens.t De 8 bedrijven ver schilden in grootte van 40 ot 65 hectare. Het kleinste bedrijf neemt zo bijvoorbeeld 40/400 deel van de kosten voor zijn rekening. De werknemers zijn officieel bij hun oude werkgevers in dienst gebleven, maar werken wel op alle 8 bedrijven. Het bouwplan omvat zo'n 160 ha graan, verder aardappelen, uien, suikerbieten en graszaad. De acht van Nrd- Beveland hebben al 5 combines en 5 bieten rooiers verkocht alsmede 3 tractoren, waar van er nu nog 18 over zijn. Het voordeel hiervan is dat men een lage investering per ha heeft, terwijl het met mo derne machines prettig werken is. Voordelen van de samenwerking zijn ook dat bij ziekte en vakantie van Werkgevers of werknemers alles gewoon doorgaat. De vruchtwisseling levert ook minder problemen op. Een nadeel is wel dat je moeilijk uit de samenwerkings vorm kunt komen. Alle zaken worden steeds besproken waarbij de oudste ondernemer dan gesprekleider is. De 8 van Noord-Beveland plannen zeer veel. VRIENDSCHAPPELIJK Als enige werknemer op deze studiedag kwam vervolgens de heer L. Wolse uit Kortgene aan het woord, de oudste arbeider van de 8 van Noord-Beveland. Hij wees erop, dat de veranderingen die gepaard gingen met de samenwerking voor sommigen wel even wennen was. Dat is ook niet te verwonderen gezien het dienstver band van de werknemers: 10 tot 46 jaar. Nu is men bijzonder tevreden. De planning van de arbeid vinden de werknemers zeer belangrijk. Alles is erop gericht dat niemand overbezet raakt en dat is al heel wat. Men heeft wisselend werk doordat de eigen mensen van elke onderne mer, bijvoorbeeld bij het binnen halen van de oogst, altijd in de schuur zitten om het stro op te bergen. Dat geldt ook voor andere produkten die binnen moeten worden opge slagen. Ploegen doet elke ondernemer nog met zijn eigen mensen. De heer Wolse toonden zich verheugd over de vriendschappelijke betrekkingen tus sen werkgevers en werknemers, hetgeen ook het slagen van de samenwerking ten goede komt. Hij had een optimistische kijk op de toe komst, waarin hij nog meer samenwerking voor de 8 van Noord-Beveland zag, zoals het gemeenschappelijk onderhoud van de machines. ZEER VOORZICHTIG Tijdens de discussie werd de heer Wolse door vele sprekers geroemd vanwege zijn goede mentaliteit als ware medewerker Verschillende vonden dat de 8 akkerbouw bedrijven van totaal 400 ha nog al veel ar beidskrachten in dienst hadden (9). De heer van Maldegem gaf toe dat de personeelsbezetting iets aan de zware kant was, maar wees erop dat men in de zaai en oogsttijd iedereen nodig heeft. Alleen in de onderhoudstijd zitten de 8 ondernemers wat ruim in het personeel, maar de heer Van Maldeaem achtte het sociaal niet verantwoord om werknemers die al 35 en 40 jaar bij de 8 van Noord-Beveland in dienst zijn, nu plotseling aan de dijk te zetten. Door nauurlijke afvloeiing vermindert het aantal werknemers vanzelf. Eerst waren er 14, nu nog 9, volgend jaar gaat de heer Wolse met pensioen en het jaar daarop weer iemand. De heer Van Maldegem zei dat de 8 van Noord-Beveland zeer voorzichtig te werk gaan. Iedereen is nu nog baas op zijn eigen be drijf en zolang deze samenwerkingsvorm goed gaat, wil hij niet veranderen. Twee van de acht ondernemers zouden nu volle dige integratie willen, dus ook gezamenlijke afzet, land, gebouwen, enz. Voor dit jaar heeft men ongeveer hetzelfde bouwplan als in 1970. Het bouwplan is voor 5 jaar vast gelegd. DE KLEINE BOER Ook de kleine boer kwam vorige week donderdag aan bod in de persoon van de heer A. Bal uit Oosterland. Hij en zijn neef Th. Bal exploiteren elk een bedrijf van 5.60 ha. Beiden werken volledig samen met ma chines, arbeid, bouwplan, in- en verkoop van produkten enz. De 2 kleine bedrijven zijn uit economische en rationele motieven volledig geïntegreerd: grond, bedrijfsmiddelen, alles is totaal in 1 onderneming ondergebracht. In zijn duidelijke, goed opgebouwde le zing wees de heer Bal erop dat de produktie per man hoger moet worden, al zou hij ook graag willen dat de meerdere kosten in de verkoopsprijs verdisconteerd werden. Op Schouwen-Duiveland was het voor hem niet mogelijk door middel van bedrijfsvergroting de kosten te drukken en daarom streefde hij naar samenwerking. Dat is niet plotseling ontstaan, maar net als bij de 8 van Noord- Beveland langzaam gegroeid. Eerst was het spontane onderlinge burenhulp. Toen werd er gezamenlijk een nieuwe tractor gekocht en zo ging het steeds verder. De huidige aanpak in de samenwerkings vorm werkt kostenbesparend. PROCES De zelfstandigheid is een groot goed, maar bepaalde vormen van samenwerking zijn no dig geworden om het gezinsinkomen op te voeren. Dat is echter een proces van jaren geweest. Alle vormen van samenwerking heb. ben we meegemaakt. Een extra gunstige om standigheid voor ons was, dat onze bedrij ven even groot zijn en door de herverkave. ling vlak naast elkaar kwamen te liggen. In 1,964 hebben we de paarden opgeruimd en kochten we een tractor. In de winter van 1967-1968 kwamen we tot volledige samenwerking. We kregen 1 bouwplan en 1 administratie. De rechtsvorm is een maatschap. In 1970 hebben we verbouwd: aardappelen graan, suikerbieten, doperwten, stamslabonen plantuien, bloemen, bloembollen (gladiolen, tulpen, hyacinten). In de vakantie helpen de kinderen wat en de 2 vrouwen assisteren bij het pellen van de bloembollen. In 1969 hebben we een aanvraag om sub sidie ingediend bij het O S fonds en medio 1970 is dit vanuit Goes met gunstig advies doorgestuurd naar Den Haag. De samenwerking bevalt prima en heeft ons al aardig wat revenuen opgeleverd", al dus de heer Bal. DOELMATIGER Als klein bedrijf schakelt men de loon werker nog in, maar de samenwerking heeft als geldelijk voordeel de lagere vaste kosten. Zo kan men zonder vreemd vermogen in vesteringen doen. Alles bij elkaar is het doelmatiger, ge makkelijker en plezieriger werken. Uiteraard heeft elke vorm van samenwerking zijn zwak ke kanten, stelde de heer Bal. In zijn geval moet de zelfstandigheid een veer laten terwijl het moeilijk is om één van de kin deren van de ondernemers in het bedrijf op te nemen. „Gedeelde smart is echter halve smart en gedeelde vrucht dubbele vrucht", zo stelde de heer Bal, die in de samenwerking meer positieve dan negatieve elementen zag. „Op de kleine agrarische bedrijven moet ons stre ven gericht zijn op een steeds verder gaande rationalisatie. Steeds moeten we naar verandering en ver nieuwing streven. Dat is mogelijk door samenwerking, het geen kostenverlaging betekent. In de agra rische sector was het SOS-sein dikwijls in de lucht, maar ik zou het DSS-sein willen geven: door samenwerking sterk", zo besloot de heer Bal. BEDRIJFSOPVOLGING Tijdens de discussie werd vooral naar aan leiding van de woorden van de heer Bal ingegaan op de bedrijfsopvolging. Dit zag men overigens bij alle samenwerkingsvormen als een probleem. Als een zoon van één of meer onder nemers die samenwerken op het bedrijf zou willen, zou dat moeilijk zijn. Men achtte het een gelukkige omstandigheid dat van de kinderen van de heren Bal, niemand op het bedrijf wilde. Als dat wel het geval zou zijn zou de integratie van de, bedrijven moeilijker hebben gelegen, zo erkende ook de heer Bal. Nu prakkizeerde hij evenwel niet over op volging. Hij streefde ernaar zijn kinderen een goede opeiding te geven om een ander beroep te kunnen kiezen. Wel achtte de heer Bal een probleem hoe hij met zijn neef de bestaande gunstige situ atie zou kunnen bestendigen. Volgens hem zouden de prijzen dan moeten stijgen. Volgens landbouwvoorlichter J. Markusse uit Goes geldt het opvolgingsprobleem voor elk bedrijf, of dat nu zelfstandig is of in een samenwerkingsvorm opgenomen is. Hij zag niet in dat bedrijfsopvolging bij ondernemingen die samenwerken moeilijker zou zijn. DISSONANTEN De vierde inleider was een vertegenwoor diger uit het „beloofde land" de Noord oostpolder, de heer A. Jansen uit Emmel- oord, van wie de 150 belangstellenden von den dat hij het eerlijk zei. De 3 vorige spre kers hadden namelijk allen over gunstige re sultaten van de samenwerking kunnen spre ken, maar de heer Jansen onderkende wel enkele dissonanten bij de 4 volledig ge- integreerde akkerbouwbedrijven van totaal 250 ha in de NOP. Hij had ook de langste ervaring - 17 jaar - met samenwerking in de landbouw en kon er dus misschien ook het beste over praten. In 1951 kregen 4 boeren een bedrijf in de NOP toegewzen, 3 Zeeuwen en 1 Noord- Hollander, de heer Jansen. Zoals de heer Van Maldegem op Noord-Beveand begon met het gezamenlijk rooien van aardappels en de heer Bal uit Oosterland met de ge zamenlijke aanschaf van een tractor, zo kochten de 4 NOP-boeren gezamenlijk een erwtenmaaier. Dat ging zo verder en 12 jaar lang kocht men machines en verrekende de gewerkte uren, zoals de 8 van Noord-Beveland nu nog doen. In de NOP vond men dit op den duur te ingewikkeld. Men stapte ervan af en bracht vorig jaar alle grond, bedrijfsmiddelen en arbeidskrach ten in. Men wil nu een N.V. gaan vormen. TWIJFEL Er is een gezamenlijk bouwplan enz. enz. Toch waren er voor die volledige integratie wat twijfels bij de 4 ondernemers, want in de NOP waren er al 3 4 combinaties die de samenwerkings-moed al hadden opge geven. Toch gingen de 3 Zeeuwen en de Noord-Hollander door. Ze hebben uitgere kend dat ze door de samenwerking per be drijf f 1,0.000,- minder kosten per jaar heb ben. Buiten de 4 ondernemers is er 7 man personeel, onder wie 2 zoons. Het bouw plan omvat tarwe, suikerbieten, poot- en consumptieaardappelen, uien en haver. De heer Jansen wees met nadruk op de menselijke verhoudingen die in een samen werkingsvorm van groot belang zijn. In de NOP is dat vorig jaar niet zo vot gegaan. Economisch ging het wel goed, maar overigens is de samenwerking wat tegenge vallen. De 4 uit de NOP dachten dat ze het al konden, maar dat viel anders uit. Toch geven ze het niet op. Zo moet men de gedachtengang van een ander proberen te begrijpen en jezelf niet be langrijker achten dan een collega. Door het veel praten met elkaar en het bezoeken van verschillende bedrijven, wordt de blik verruimd, hetgeen bij de algehele planning en bedrijfsvoering van pas kan ko men. Als de een deskundiger op een bepaald gebied is, moet men dat accepteren. VERANTWOORDELIJKHEDEN Zo is bij de 4 in de NOP 1 man speciaal verantwoordelijk voor een bepaald produkt. Die heeft ook een dubbele stem, zodat de stemmen nooit kunnen staken. Als men bij voorbeeld op een bepaald moment uien wil verkopen en alle 4 zijn het er niet mee eens, dan wordt er gestemd. De man die dan speciaal verantwoordelijk is voor de uien kan vanwege zijn dubbele stem de doorslag geven. Behalve voor een bepaald produkt, is één man ook verantwoordelijk voor het personeelsbeleid enz. Op dit onder deel waren er in de NOP ook wat moeilijk heden, zodat het samenwerkingsproces daar niet zonder distels verloopt. STOF EN MODDER Loonwerker A. C. de Hond uit Tholen had als laatste inleider de eer zijn visie over de samenwerking tussen boer en loonwerker en de loonwerkers onderling te geven. Met schroom had hij deze uitnodiging ech ter aanvaard, omdat loonwerkers zich vol gens de heer De Hond beter thuisvoelen in stof en modder dan achter het sprekersge stoelte. „Wij zijn ook geen mensen die 400 gulden eisen en voor alle mogelijke en on mogelijke zaken staken. Nee, de praktijk vraagt van de loon werker dat hij steeds klaar staat en inves teert om de klanten met de nieuwste machi nes van dienst te kunnen zijn. Wij als loon werkers zijn makke schapen die 's avonds, 's zaterdags en desnoods 's zondags overuren maken", aldus de heer De Hond. De samenwerking van grotere landbouw bedrijven valt mogelijk in het nadeel van de loonwerker uit, daar een combinatie wel een bietenrooier, combine en andere dure machi nes kan aanschaffen. Daarom somde de heer De Hond aller eerst de nadelen van de samenwerking op: binding voor meerdere jaren, dure investerin gen, hogere eisen aan de leiding, meer kans op ruzie, moeilijkheden met ontbinding en opvolging. Bij inschakeling van de loonwerker zag hij echter voordelen in het belangen van de gezinnen van landbouwers en loonwer kers. Zo hoeft een boer geen dure investeringen te doen, hij heeft minder kopzorgen, geen onderhoud aan machines, meer vrijheid in het opstellen van zijn bouwplan en meer tijd voor het leiding geven. Op de studiedag over samenwerking in de landbouw ging het er vanzelf sprekend niet altijd even serieus toe. Daar duurde de dag te lang voor. Zo vrolijkte loonwerker J\. C. de Hond de zaal op met een mop over zijn zwaar beroep. Zo werd een loonwerker op straat overvallen. De rover vroeg hem on der bedreiging van een wapen: je geld of je leven. De loonwerker bleek echter geen geld bij zich te hebben, waarna de rover informeerde naar zijn beroep. Toen hij hoorde dat zijn slachtoffer loonwerker was, zei de ro ver: ,,Lra dan maar gauw naar huis, want dan heb je geen geld en geen leven". De heer De Hond zag nog wel een knel punt, namelijk dat er te weinig overleg is tussen boer en loonwerker. De landbouwer zal zijn wensen tijdig ken baar moeten maken, zodat de loonwerker met zijn werk en investeringen daarmee re kening kan houden. Ook dienen de rijen- afstanden volledig genormaliseerd te wor den omdat het verstellen van machines vele nutteloze uren kost. Spreker vond verder dat de landbouwvoorlichting wel wat meer voor de loonwerkers mag doen dan ze alleen in een hoek drukken. Hij was dankbaar voor het resultaat dat de BTW voor hun werk zaamheden .van het hoge tarief (12, nu 14 procent) naar het lage tarief van 4 procent was gebracht. Wat de samenwerking van de loonbedrij ven onderling betrof, dacht de heer De Hond aan eensgezindheid op prijzengebied omdat volgens hem de boeren gebaat zijn met sterke loonbedrijven. Tenslotte waarschuwde hij nog voor het gevaar van overmechani- sering als samenwerkende bedrijven tot de aanschaf van grote, moderne en dure machi nes zouden overgaan zoals de loonwerker. DISCUSSIEGROEPEN Na de gezamenlijke middagmaaltijd in het voor deze studiedag wel bijzondere ge schikte gemeenschapscentrum Haestinge, werd in 10 discussiegroepen nader op de inleidingen van de 5 sprekers ingegaan. Alle ruimten waren hiervoor bezet. Na een uurtje praten - wat tekort bleek te zijn - werden de rapporten uitgebracht en ging men nog wat in discussie met het forum. Dit stond onder leiding van de rijkscon sulent voor de akkerbouw en veehouderij in Goes, ir. L. Th. J. M. de Wit. Leden waren de 5 sprekers alsmede de heren M. C. J. Kosten uit Tholen, M. Murre ing., J. Markusse en J. van de Linde, secretaris van de BOVAL, allen uit Goes. De heer Murre wees erop hoe uit een onderzoek is gebleken dat samenwerking van landbouwbedrijven t 200,- voordeliger is per ha dan inschakeling van een loonwer ker. Elke machine moet dan echter optimaal benut zijn. Hij zei ook dat er bij samenwer king wezenlijk wat geld te verdienen is, maar slechts 20 tot 35 procent van de landbouwers zijn geschikt om samen te werken. De loon werker, die door zijn klanten wordt geprest steeds met de nieuwste machines te werken, blijft werk houden. Voorzitter Kosten sloot tenslotte de studie dag, hoewel de discussiegroepen en het forum nog niet uitgepraat waren. Hij meende dat de bijeenkomst aan zijn doel beantwoord had daar de samenwerking in de landbouw op eerlijke wijze vanuit verschillende gezichts hoeken bekeken was. Hij vond dat iedereen thuis voor zijn eigen bedrijf moet gaan be kijken wat er moet gebeuren om de kosten te drukken. Als men daar niets aan doet, val len er nog meer slachtoffers dan nu al het geval is. De heer Kosten vond het een winst punt dat veel jongeren de studiedag mee maakten. Op 29 januari is er voor de lief hebbers opnieuw een studiedag over samen werking in de landbouw, nu in Goes.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1971 | | pagina 6