5 a'.WlH Historie van de gemeente Poortvliet 1 Heus lieeft de grootste heus Eerst even op de (iets mmÊÊÊSm Van zoet en zilt water en dergelijke zaken h i EENDRACHTBODE Electronische Orgels MOZART SAFIRA VISCOUNT RI-HA PHELICORDA MUZIEKHANDEL VII door ir M. A. Geuze Korv. 22 januari 1970 Al overtreft het aantal voetballer» in onze streek verre dat van deelnemers of deelneem sters aan andere sporten, er mag ditmaal best eens worden begonnen met het wiel rennen. Temeer, omdat het aan het voetbal firmament nog steeds rustig blijft. Welnu, vrijdagavond 23 januari worden door de supportersvereniging „Samen Sterk uit Sint Maartensdijk home-train wedstrijden georganiseerd. Deze wedstrijden worden gehouden in het clublokaal van c enoemde supportersvereni ging bij de heer Lindhout in de Kaaistraat en beginnen om 8 uur. Het is eveneens bedoeld als een overbrug ging van de winterperiode, waarin mist, sneeuw, ijzel en koude het rijden op de weg vrijwel onmogelijk maken. Er wordt gereden in de volgende catego rieën: Adspiranten 500 meter; dames 500 meter; nieuwelingen 750 meter; amateurs 1000 meter. Degene, die bij het rijden cp de rollen de snelste tijd op de klokken brengt wordt vanzelfsprekend winnares of winnaar. Enige namen van deelnemers. Bij de adspiranten werd onder meer inge schreven door Melse - Gommers en van Treyen. Bij de nieuwelingen door Hellemons - Schenk - Van Dijk - de Jager - Akkermans - Luysterburg - Fase en Stoutjesdijk. Onder deze groep dus twee deelnemers uit de streek en wel Thijs Fase en Kees Stoutjesdijk. Eerstgenoemde staat nog aan het begin van de loopbaan. Hij zou onder meer in St. Maartensdijk kunnen bewijzen, dat er ook voor hem wielertoekomst in zit. En Kees Stoutjesdijk is al een bekende in de wieler- kolommen. Vorig jaar won hij 16 koersen bij de adspiranten en het is niet te gewaagd te veronderstellen, dat hij na zijn overgang naar de nieuwelingen in 1970 ook weer be hoorlijk zal meekomen. Zeker met de steun van eigen publiek. Bij de amateurs zijn er namen als Aats - Hellemons - Geense - Van Borstelen en v. d. Berge. Sint Maartensdijk is hier dus vertegenwoordigd door Kees v. d. Berge. Hij rijdt sporadisch op de rollen, maar om deze organisatie te steunen wilde hij niet achterblijven, zonder de verwachting dat er voor hem een hoofdrol in zit. Verder ko men ook aan de start enige leden van de Tcyota-amateurploeg, waartoe ook Kees v. d. Berge, behoort. Bij de dames ook al een Hellemons - Kesters - Jonkers - Meskers - Bella en Keetie Hage. De gezusters Hage rijden ook maar zelden op de rollen, maar ook zij kunnen het nau welijks of mogen het nauwelijks - voor ei gen publiek laten. Hoewel met de concur rentie van Jonkers en Meskers niet valt te spotten, mag men gezien de kwaliteiten van Bella en Keetie tcch wel op behoorlijke re sultaten rekenen. De microfoon wordt be diend met flair en deskundigheid door Frits de Leeuw. Na afloop van de wedstrijden kan men nog gezellig samenzijn. EN DAN TOCH WAT VOETBAL Het was weer een algehele afgelasting van competitiewedstrijden, ondanks de me rendeels uitstekend bespeelbare velden. Men rekent bij de KNVB nauwelijks met het gro te onderscheid dat niet alleen deze winter, maar vele malen te zien valt tussen het zuiden westen en het oosten noorden van ons land. Er wordt duidelijk naar gestreefd zo wei nig mogelijk verschillen te krijgen in het aan tal gespeelde wedstrijden, nu de lijn van gespeelde wedstrijden recht loopt. Maar dat behoeft toch voor verschillende afdelingen in dit gebied geen bezwaar te zijn, omdat men zoals zaterdag vrijwel overal kon spelen in het Brabantse en Zeeuwse. In elk geval strekten de Smerdiekers de benen toen maar in Halsteren, waar men een vriendschappelijke partij voetbalde, maar waarin het niet zo hoopgevend toeging met de combinaties, zo min als met het schut teren. Op zichzelf niet van zoveel betekenis, want het ging er ook alleen maar om wat in conditie te blijven, maar enig resultaat wil men altijd graag zien. Keeper Bijl liep nog een lichte verwonding op, althans kreeg last van oude mankementen en moest twee maal vissen, waartegenover de voorhoede deze middag niet wist terug te slaan. Men houdt het kruit nog droog voor beter dagen. Ook de WHSers strekten de spieren, nu Rillandia de return kwam spelen, hoewel dat feitelijk voor het na-competitieseizoen was bedoeld. In het algemeen werd ook hier niet bizonder geïnteresseerd gevoetbald. Met name het eerste kwartier kwam WHS niet best op dreef. Toch nam de thuisclub een 1-0 voorsprong, toen Piet Mosselman goed doorgaf, waarvan Theo Moerland pro fiteerde. Na de thee maakte Adri de Witte 2-0 nadat tevoren Theo Moerland verdedi ging en keeper had omspeeld maar noncha lant intikte, wat een Rillandia verdediger de kans gaf van de doellijn te redden. De bal werd echter weer opgepikt door Moerland, die nu aan De Witte doorgaf en toen was het hoog en droog knal. Het mooiste doelpunt was echter het derde wel met enig geluk, maar de omhaal van Theo Moerland uit een corner van Jan Mos selman was precies en met voldoende gang. Rillandia heeft het nu al herhaaldelijk laten afweten tegen WHS en kwam slechts een enkel kwartiertje tot wat geïnspireerd en ge- interesseerd spel. Verder bereikten ons van zaterdag geen meldingen over wedstrijden. DE VERWACHTING- Weer maar eens opnieuw een programma voorgeschoteld in de hoop dat een vorsthoge drukgebied buiten het zuidelijk bereikt blijft. In dat geval zal Smerdiek naar Kapelle reizen om daar beslist niet overmoedig te werk te gaan, maar op praktische winst spelen, wat dan ook mogelijk zal zijn. WHS maakt eveneens een reis om onder de rook van Goes in Kloetinge te landen, waar het ook kan winnen, maar dan onder dezelfde voorwaarde als Smerdiek. De tegen stander zit ook niet met de handen op schoot. Verder spelen dan Hoek tegen Yerseke, wat ook weer al belangrijk is voor de kop groep. Niet uitgesloten, dat ditmaal Hoek het eens zal bezuren. Veere kan Wissenkerke van het doel houden, maar het lijkt ons niet in staat om in het Wissenkerkse doel een vuist te maken. Nieuwland kan aardig voetballen, maar zal niet cpgewassen zijn tegen Chrislandia. In de vierde klasse mag Vosmeer thuis blijven om tegen Grenswachters te gaan voetballen en misschien wel de volle buit thuis te houden. Cluzona speelt tegen SVC, terwijl Oude molen wellicht van Halsteren verliest. Divo is zeker niet sterker dan FC Bergen maar of BSC aan Kaaische Boys een halt zal toeroepen is zeer twijfelachtig. Odio kan van Virtus winnen. Lievevrouweatraat 31' TeL 01640-5470 BERGEN OP ZOOM (adv. ingez. med.) In de eerste klasse A van de afdeling maakt Tholen de behoorlijk verre reis naar Sprang Capelle om SSC 2 te cntmoeten. We zien er verlies inzitten voor de Thole- naren. Rust Roest gaat van Sprang 2 win nen en Kogelvangers kan dat thuis ook van Olympia. DVO is ook thuis niet tegen Post Boys opgewassen. JPS is sterker dan BWR en HNC moet tijdens de rust wel in het voordeel zijn veranderd, wil het van The Gunners winnen. In de tweede klas wordt Vrederust door het bezoekende PTT op de prcef gesteld met maar een geringe winstkans voor de thuisclub. Good Luck 2 kan ONI best dwars zitten en de punten thuis houden. Chrislandia 2 blijft op eigen veld een lastig tegenstan der, ook al lijkt op papier SPS sterker te zijn. FSV moet alle zeilïn bijzetten om er tegen Dinteloord 2 een punt uit te halen. FCH is tegenwoordig mans genoeg om van Seolto 2 te winnen, terwijl er dat cok wel voor DEB in kan zitten, waar Smerdiek 2 komt voetballen. In de 3e klas krijgt NOAD een zware opgave, nu daar VVN 2 komt spelen. Als het geluk nu aan de Philiplandse kant ligt, in tegenstelling met het gebeuren tijdens de uitwedstrijd, zit er mogelijk toch een kansje in. Smerdiek 3 kan nauwelijks op winst re kenen, nu daar Stavenisse 1 komt spelen. BWR 2 is wel wat sterker dan FSF 2 en SPS 2 is niet bij voorbaat verliezer, nu daar DVO 2 op bezoek komt. Chrislandia 3 lijkt ons wat steviger dan Kogelvangers 2. In 3 B zal BVVB wel veel proberen, maar toch geen kans zien leider VVN 3 te klop pen. Dinteloord 3 is iets sterker dan Tholen- se Boys 3, maar groot is het verschil niet. FSV 3 is zwakker dan DVO 3, terwijl ook voor Stavenisse 2 verlies wordt getipt, nu Vrederust 2 daar komt voetballen. VVC zal ongetwijfeld revanche willen nemen voor de haar bezorgde nederlaag in de uitwedstrijd tegen WHS 2. Wil het de laatste kansen behouden, gezien de sterke positie van VVN 3, dan mag VVC niet meer verliezen, maar datzelfde geldt voor WHS 2. Beiden wach ten op een slippertje van VVN 3, maar mo gen het zelf niet maken. In de Eerste Kamer der Staten-Generaal, ivaar ik 11 jaren lang een of twee dagen per week placht te vertoeven, waren verschillende bode s. Eén van deze waar ik Zeeuws mee sprak hij was wel de enige met wie ik dat kon doen - was boer geweest-op Duiveland. In de crisistijd had hij echter zijn bedrijfje moeten opgeven en was toen uit nood naar de stad getogen en terecht gekomen in een water- en vuurnering. Ik vermoed dat zeker de jongeren geen idee zullen hebben wat dat toen betekende, ff elnu, terwijl het op het platteland heel gewoon was dat iedereen kon stoken en koken, waren de behuizingen in de stad vaak zo slecht uitgerust dat men b.v. niet zelf aan warm water kon komen op iedere gewenste tijd. Men. haalde dit dus - en zo was het ook met houtjes en aanmakers - in de „winkel". WATER - SCHAARSTE Goed water was trouwens voor de tijd van de waterleiding, waarvoor de pas gestorven Jonker Jan van Vredenburgh vanaf 1916 één van de grote ijveraars is geweest, oj) het platteland evenzeer een probleem. Ieder had zijn regenbak, zeker, maar in droge zomers en andere droge perioden begonnen die de mensen in de steek te laten. En nu kon men wel wassen met water uit een goede vijver, maar drink- en spoelwater voor menselijk gebruik, ho maar. In het droge jaar 1911 meen ik werd zodoende b.v. voor de stad Goes elke dag per trein water aangevoerd, 's Avonds laat duwden dan de inwoners van Kloetinge hun wagon met water met de hand van het station Goes naar het nu niet meer bestaande stationnetje Kloetinge om het te kunnen verdelen. Trouwens vele Poortvlietenaren zullen zich 1947 herinneren, toen, ondanks of misschien moet ik schrijven, dank zij de waterleiding, vanwege de verzilting nog in de polder aanwezig, hele series wagens, karren en rolkarren met watertanks bij Evertse in de rij stonden om gevuld te worden. Voor er metalen tanks kwamen, moest het water ojj meer primitieve wijze vervoerd worden. Wij deden dat met een waterkist, een rechthoekige kist van zwaar hout gemaakt, waar aan de bovenzijde aan één kant een klep zat (met scharnieren dus) over een opening van 60 cm. In die kist werd het water geschept met een puzze een aker aan een lange boom. De kist kon goed 700 liter bevatten; in het midden zat over 3Jvan de hoogte echter een schot, om de slag van het water tijdens het vervoer te verbreken. Men bedenke dat dat vervoer met wagens of karren met ijzeren velgen over grintwegen en dreven met putten tot in de weiden pleegde te ge schieden, welke laatste ook niet uitmuntten door vlakke ligging. In het eindpand van de kist juist aan de bodem, zat de ronde uitlaat, met een tapse stop erin, welke er gemakkelijk kon worden uitgeslagen en die, om het lekken zoveel mogelijk te voorkomen, met een stukje balen zak, dus jute of linnen doek omwonden wac. Het water voor de dieren werd in droge tijden op zoete plaatsen ge haald. Men moest het gaan halen en dat was een heel werk want uit de diepte van een slootputje met een puzze tot boven op een kar scheppen was een grote boog. De latere tanks schepten bovendien moeilijk want het ronde gat bovenop was maar klein en de kans op morsen groot. Bij een waterkist of bij staande ronde tonnen of vaten was dat beslist gemakkelijker. In de wei liet men het water lopen in lange houten bak ken, want cementen ringen waren er toen nog niet. Soms was het plot seling zout. Wij, die aan de Zuidkant van Poortvliet woonden haalden het vaak in Schoondorp, in een putje over de dijk, net in de Scherpenisse- polder. Dat was een oude put en daar moet vroeger bewoning geweest zijn. Ik kom daarop later nog terug. De bewoners van Strienham haalden het vroeger op Krombeen, dat was de wei die voorbij de schapenkooi naar Bierensdijk lag. Na de doorbraak was die gelegenheid niet meer zo goed als daarvoor. Men kon daar ook water halen uit de sloot in de bocht tegenover de schapenkooi. Deze plaatsen betrekkelijk dicht onder de zeedijk gelegen betroffen echter kwel-, wij zeggen welwater. Was het putje leeggeschept, dan welde het weer op, vooral wanneer er een vloedtij aan voorbijgegaan was, want door de druk van het hoge buitenwater werd het zoete water uit en via een ondergrondse watervoerende laag weer om hoog geperst. De wet van de communicerende vaten is dan van toepassing. Ook werd er wel water gehaald in de Olifant. Een andere uitwijk mogelijkheid was gelegen bij het Waaiershoefje aan de Galgedijk in het slootje langs de Kwaaie Blok, dus al op Thools gebied. Daaromtrent lag ook het zgn. Vredenburchputje, dat de jonker er bij heeft laten graven. Eveneens buiten de polder Poortvliet lag een putgelegenheid in het weggetje dat vroeger van de Tiggelaarsweg langs C. W. van Dalen en M. H. van Oorschot liep, misschien 10 meter uit de hoek. Die sloot raakte in 1947 toch plotseling zout. De in de ondergrond aanwezige zoetwaterlens was dan uitgeput. In Malland moest men als de zaak opraakte naar de Noordijk om zoet water, of in de oude Pluimpotbedding aan 't nu ver dwenen Klein Dijkje in Slabbecoorne of zelfs naar den Breejen, de ver- lande kreek in het Sluispoldertje. In de Weihoek lag in de Lage Reek een drinkput in een wei die in 1911 zoet gebleven is. Onder de Noordijk lag o.a. een dergelijke put in een wei van Arjaan Geluk (St. Annaland) tussen Kalversdam en Kaat. Onder de Noordijk, westelijk van de Geldkarn lag een reeks goede putten en dergelijke putten waren natuurlijk veel waard, een soort verzekering voor ongunstige tijden. DE „WELLEN" Hetzelfde was het geval met „zoete" wellen die op sommige boerderijen aanwezig waren. Dit waren meest ronde gemetselde putten die grond water leverden. Wij hadden op de Zandhoeve vlak bij de achterdeur van 't huis en de ingang van de keet ook zo'n wel, maar dat was geen betrouw baar zoet water. Het brakke water, dat o.a. gebruikt werd om te schuren bespaarde echter aanzienlijk op het schaarse goede water. Men veronderstelde wel dat op de plaatsen waar zoet water opwelde, ook steeds met sukses Norton- pompen konden worden geslagen. Dat dit niet steeds het geval was en dat de zoetwaterlenzen allesbehalve onuitputtelijk en soms klein of dun gelaagd waren bewees b.v. een drink put in de wei van Tuynman tussen de Waaiershoeve en de Noordijk, waar men zoveel zout water aanboorde dat men met haast moest zorgen met de spullen weg te komen. Een zoete put liet, zoals men zal weten, veel vlug ger en betrouwbaarder schaatsenrijden toe, dan een zoute. Het welwater bevatte vaak veel kalk en was dus hard. Onze oude boven gronden mogen wel ontkalkt zijn, de ondergrond vaak niet. In 1870 gaf het Departement van Binnenlandse Zaken een Natuurkundige plaatsbe schrijving van de provincie Zeeland uit, als onderdeel van de bijdragen tot de geneeskundige plaatsbeschrijving van Nederland. Onder het hoofdstuk welwater vertelt men dat wellen dus niet zozeer om er uit te drinken werden gegraven, als wel tot andere doeleinden. Men signaleert ook dat men op zeer korte afstand van elkaar een goede en een ziltige wel kan vinden, afhankelijk van de ondergrond. Men graaft de wellen, aldus de beschrijving, tot vier meters diep en heeft men dan opwellend goed water gevonden, dan wordt er zand op de bodem ge worpen en het bovendeel door metselwerk tegen het afschuiven van de grond en het indringen van modder bevestigd. Door aanwezig veen moet men in ieder geval heengraven en loopzand is een goed teken. Het water wordt voor huiswerk en voor de dieren gebruikt; de mens drinkt het slechts als er geen regenwater is, met uitzondering der hogere standen in de steden, die welwater verkiezen boven regenwater. Zo was het 100 jaar geleden. Wellen waren vrijwel altijd rond en soms metselde men niet eens, maar zette de stenen rond op. De zijdelingse druk klemde ze dan wel vast. Er werd beneden in ook wel een grote kuip zonder bodem geplaatst en ook werd er onderin met hout wel gestempeld. DE KERKEBAK Op 't dorp was uiteraard door de bevolkingskonsentratie ook een grote behoefte aan water. Uit de regenbak van de Grote Kerk, die dan ook Kerkebak werd genoemd, werd in de jaren 1860-1870 water verkocht door een zekere Hubrecht Voshol. Van deze Hubrecht Voshol is bekend gebleven dat hij nog als krijgsge vangene in de Citadel van Antwerpen gevangen had gezeten in 1813, in de Napoleontische tijd dus. Hij was blind teruggekomen en dit gebrek had hij opgedaan door het drinken van vergiftigd water. Of het water toen al 5 cent per emmer kostte, weet ik niet, wel weet men zich dat van latere tijd te herinneren. Ook uit de regenbakken van de school (gunstig gebouw vanwege de grote dakoppervlakte) en van onder het pand van Pleune dat vroeger dorpshuis was werd dan water verkocht. De kerkebak is oud. In 1650, schrijft Nagtglas, liet een gegoede vrouw, Janneken Smallaerts, aan de kerk een grooten regenbak metselen, welke weldaad door een gedenksteen erkend werd. Op deze gedenksteen staat te lezen: Hier uyt cont ghi weten, so ghi ook wel cont tellen in wat jaer Janneken Snellaerts mij liet stellen Cornelis Marinis van Thole heeft mij hier uyt liefde doen stellen, op dat ick tot Port(sche) Dorp geriefde soo d'al verslinde dood hem heeft te vrough geraect soo ben ick door zijn vrouw ten last en opgemaeckt. Dies Janneken Snellaerts naam nog lange hier sal leven als ick het Hemels'oort den laesten aem sal geven. Nagtglas heeft niet goed gelezen of er staat een zetfout in zijn boek. Janneken heette Snellaerts en niet Smallaerts! J. A. Jolles die in 1930 in de reeks „Wandelingen door Nederland" deeltje V, Noord-Zeeland, schreef, is deze regertbak met steen ook opge vallen. Zijn kommentaar luidde: „Een tijdvers. Waar elders was het plaat sen van eenen regenbak een grootere weldaad dan in deze zilte landen? De goede Janneken en Cornelis Marinissen hebben 't verdiend, drie eeuwen later nog herdacht te worden". OOSJE PIK Waar thans het kerkeplantsoen begint, tussen de ingang bij het huis van Mej. Noom en de toen nog houten timmermanswerkplaats van Nor- tier, lag vroeger een rechthoekige gemetselde put van 100 m2, de Stenen Vaete, die o.a. voor spoelwater gebruikt werd. Het was bovendien - laten we dat niet vergeten - een belangrijke brandput. Het was een gevaarlijk gat, met donker uitziend water met vaak veel kroos er op en een groot ijzeren hek met punten er op, om de schoolkinderen te beschermen. Des alniettemin wisten de stoutmoedigsten achter het hek langs over de stenen rand te manoeuvreren en dringen bij de ingang was het, meen ik, dat een keer mijn huidige buurman in de Lange Zandweg, toen nog de kleine Marien Heyboer (Wzn), bijna noodlottig werd. Had Isaac Nortier, de timmerman, hem niet nog net aan zijn kraag opgevist, hij ware ver dronken. „Oosje Pik" had bijna zijn werk gedaan en deze boeman werd door alle angstige moeders en grootmoeders naar aanleiding van dit voor beeld ijverig gehanteerd. Toen de waterleiding kwam is de put gedempt met grond van de gemeentewei door C. Niemantsverdriet en D. Uyl. Tenslotte de grote put bij de kerktoren, de pit van Mosselman, waaruit deze zijn paarden liet drinken en die op de afbeelding die van vóór 1909 dateert te zien is. Het was een grote put, alweer een belangrijke brand put ook naar mijn mening, die tot de hoek van het pand van v.d. Hoven reikte. Op deze put zijn gebouwd, omstreeks 1824, de huizen voor het toenmalige hoofd van de openbare lagere school en de gemeentebode. G.K. Krijger, de metselaar, kon tot deze bouw komen omdat de Gemeente een huurkontrakt voor 20 jaar garandeerde. De gemeente liet eerst de mod der uit de pit van Mosselman in de stenen Vaete rijden, die toch dicht moest en de metselaar heeft hem daarna gedempt met zeezand van het plaatje in de Oosterschelde dat met een hoogaars over Strienham is aan gevoerd. Een derde belangrijke demping betrof de Molenput, waar nu de mu ziektent staat. Deze werd in 1922 volgereden, met 9 karren vanaf de Gemeentewei; aangenomen door Joh. M. Deurloo voor f 225,- Voordien konden de kinderen bij sneeuw vanaf de molenberg met hun sleetje op deze put uitglijden, als ik me goed herinner onder het hek door. Maar zeker weten? Ik was toen 5 jaar. De ,pit van Mosselman ten westen van de kerktoren vóór 1919 met groep belangstellenden. Het meisje vooraan met het kind naast zich is Neeltje Elenbaas, de latere verpleegster.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1970 | | pagina 9