Historie van de
(/emeente Poortvliet
Oranje en Amsterdam cvo
18 december 1969
EENDRACHTBODE
5
Amsterdamse regenten sturen aan op oorlog
Patriotten en Patriotten
KOELKASTEN
DIEPVRIEZERS
VERHOEVEN
C. ANDRIESSEN en ZN
Republiek, maar nu was de maat vol. Toen
ook nog op 10 september 1780, bij het door
zoeken van de papieren, op de aan boord
van een Nederlands schip zijnde gezant Lau
rens zeer bezwarende documenten werden
gevonden, waaruit bleek, dat Amsterdam in
1778 had onderhandeld met de Amerikanen,
verklaarde Engeland, op 12 december, ons
de oorlog.
DEMOCRATEN 1781
De vierde Engelse oorlog werd voor ons
land geen succes. Amsterdam had, door anti-
Engelse provocaties, de Stadhouder willen
treffen, doch werd zelf het slachtoffer van
eigen politiek. De Engelse vloot bleek veel
sterker dan werd verondersteld, terwijl even
duidelijk bleek, dat de eigen vloot niet veel
meer voorstelde. Niet, dat er nu veel werd
gevochten er vielen een paar schoten bij
Doggersbank maar de Engelsen bezetten
Sint Eustatius, waardoor er van handel op
Amerika geen sprake meer kon zijn. Ook
verkreeg Engeland bij de vrede van 1784,
het recht om op Oost-lndië te varen, een
gebied, dat vóórdien voor de Nederlandse
schepen was gereserveerd. Bovendien, en
dat was wel de grootste tegenvaller, werden
de Verenigde Staten van Amerika, ondanks
erkenning onzerzijds, niet het afzetgebied
van onze handel. Engeland bleef daar de
grootste rol hij spelen.
De stemming in de Republiek werd er door
dit alles niet beter op. En wie kreeg de
schuld De Prins van Oranje.
Een ware pamfletten-oorlog brak uit.
Op 27 september 1781 vinden de Amster
dammers zo maar op straat exemplaren van
een pamflet. Misschien kan beter van een
brochure worden gesproken, want het is een
heel epistel en het telt ettelijke bladzijden.
'Aan het volk van Nederland', heet het te
vondeling gelegde geschrift. Het begint met
een historisch overzicht. Hierin komt het
Oranjehuis er niet zo goed af. 'Alle Prinsen
van Oranje zijn zelfzuchtige tyrannen', zo
betoogt de schrijver, 'en Willem V is een
verrader van het vaderland'. Dergelijke be
namingen voor de Stadhouder zijn niet nieuw,
elkaar door middel van pamfletten bestrijden
en beschuldigen is een gewoonte geworden in
die tijd en Pro of Contra wordt in klare taal
geuit. Het is mode geworden om elkaar te
krenken.
Het café de Tol had zijn naam van geen vreemde gekregen. liet was het
tolhuis in het dorp Poortvliet op de Napoleonsweg.
Langs de met stenen bestrate weg, de straatweg, van Tholen naar Goris-
hoek verplaatste keizer Napoleon immers troepen en geschut van Holland
naar de Belgische en Franse kanaalkast en naar Noord-Frankrijk.
Aan veren ivas men in die jaren wel gewend. Ook op dit traject werd
tol gehevenzowel in Tholen als in Poortvliet door een tolgaarder.
Ook nu weer menen de mensen te maken
te hebben met één van die vele staatsgezinde
epistels, waarvan er reeds zovele zijn ver-
preid. Maar bij het verder lezen ontdekken
ze toch iets anders dan de normale stand
punten. Ook de aristocraten komen er slecht
af. 'De regenten zijn niet langer de vertrou
wensmannen van het volk', zo zegt de auteur.
Het volk wordt vervolgens aangespoord om
niet langer werkeloos toe te zien, doch goede
Patriotten tot Gecommitteerden te kiezen,
die, uit naam van de burgerij, het regerings
beleid dienen te veranderen.
Voorts wordt aangedrongen op: vrijheid
van drukpers, bewapening der burgerij. Ge
wezen wordt naar de opstand van de Ame
rikaanse koloniën tegen het moederland,
Engeland. Gemaand wordt om vooral met
overleg en kalm te werk te gaan. Het stuk
eindigt met: 'Jehova, de God der vrijheid,
die de Israëlieten uit den diensthuize heeft ge
leid, en hen tot een vrij volk gemaakt, zal
onze goede zake ongetwijfeld ook ondersteu
nen. Ik ben, Volk van Nederland 1 Waarde
mede-burgers, Ulieder getrouwe medeburger'.
Er volgt geen ondertekening. De brochure
is anoniem.
Wie is die medeburger Niemand weet het.
Het was een belasting, die was verschuldigd voor het gebruik van een
bepaalde weg, hetzij te voet, hetzij per as.
De tolgaarder was van hetzelfde slag als de tollenaar, waarvan ook in
het nieuwe Testament sprake is. Het tolrecht kon dus het gevolg zijn van
de aanleg van een weg op kosten van een ambachtsheer. Het kon ook
een vergoeding zijn voor het gebruik van een particuliere weg. Of voor
het gebruik van een openbare-, een staats- of rijksweg.
De lezers van 50 jaar en ouder zullen zich herinneren dat de antipathie
tegen het tolrecht nog aanleiding gaf tot het stichten van een politieke
partij, waarvoor Floris Vos tot Tweede Kamerlid werd verkozen. In
Zeeland waren de tolrechten toendertijd (tegen 1930) al afgeschaft.
DRIE CENTEN VOOR EEN HONDEKAR
In de tijd vóór 1900 toen er nog tol geheven werd in Poortvliet, woon
de op „De Tol" Marinus Geluk van geboorte afkomstig uit Tholen. Het
was toen waarschijnlijk een verlofcafé. Er werd in ieder geval bier ge
schonken. Een geel geverfd hek sloot de rijweg af en men moest betalen
om hier te kunnen passeren, behalve als voetganger. Het tarief was bij
voorbeeld voor een hondekar met drie honden drie cent.
Om tolgeld te ontlopen reed men vaak via het weggetje waar nu Jac van
Bemden woont via de Noordhoek.
Het verhaal gaat dat de vrouw van M. Geluk op haar kousen het dorp
in rende achter een gerij aan, dat na het openen van de tolboom zonder
betalen doorgereden was. Ik neem aan dat De Tol van de overheid ge
pacht werd. Het was dan ook geen wonder dat de toenmalige Mao van
den Tol (Maatje Elenbaas, afkomstig uit Sint Annaland) met opgeheven
vrfist stond wanneer slecht volk van het geopende tolhek profiteerde om
zonder betalen door te rijden.
De kosten voor het onderhoud van wegen werden vroeger dus veelal be
streden uit de opbrengsten van tollen. In 1899 werden bij wet de tollen
op rijkswegen opgeheven. Ik veronderstel dat in die tijd ook de tol te
Poortvliet werd afgeschaft.
In 1930 verbood de wetgever trouwens het invoeren van nieuwe tollen.
Voor het heffen van tol, zoals thans op de Zeeland- en Haringvlietbrug
is dan ook speciale vergunning nodig.
Tollen waren reeds in 1948 zeldzaam. Er waren er toen nog slechts 15;
in 1962 nog 3.
Aangezien jonge mensen zich iets dergelijks moeilijk kunnen voorstellen
ben ik jaren geleden met de kinderen nog eens in de buurt van Staphorst
van de hoofdweg afgeweken en heb de tol aan een verbindingszandweg
tussen Donderen en ljhorst opgezocht.
We kwamen voor de slagboom, een man in een blauwe kiel kwam naar
buiten en nadat de jongste een dubbeltje in zijn hand had gelegd, ging
de tolboom omhoog.
GEEN VERGUNNING
De Tol in Poortvliet ging van Marinus Geluk over aan Arend Kievit, die
getrouwd was met een zuster van Merien van Lauw (Zaltbommel), de
schilder.
Arend Kievit was een broer van Daan Kievit, de slachter die voor Ko
Hage in de slachterij in de Langestraat woonde.
Koeltechniek
Lievevrouwestraat 33 - Tel. 4898
Bergen op Zoom
OORLOGSZUCHTIG
AMSTERDAM
'Niemandt is schootsvrij', zo werd er ge
klaagd, 'het gelijkt veel naar een markt, waar
jongens twisten en vegten, malkander met
stenen gooyenNauwelijks komt dan een
onnozele voorbij, of hij krijgt een buy weg...'
Niet alleen de Prins maar ook de Hertog
van Brunswijk werd het mikpunt van spot en
hoon.
De tegenstanders van de Prins, de Patriot-
.en, bestonden uit twee soorten. Allereerst
waren er de regenten. Zij wilden zich ont
doen van Oranje en zelf baas spelen, elk in
eigen gewest, in eigen stad. Tot deze groep
behoorden in Amsterdam Rensdorp en de
zijnen.
De tweede soort, de Democraten, hadden
tot leus
'Bij 't volk berust de hoogste macht.
De vorst en wettige overheden
zijn dienaars van zijn wil'.
Van deze groep had Van der Capellen tot
de Poll, de anonieme schrijver van de bro
chure van 1781, de leiding. In Amsterdam
waren het verder: 'vader Hooft', Van Berc-
kel en later Abbema, Bicker en Rutger Jan
Schimmelpenninck, die de democratische Pa
triotten vertegenwoordigden. Zij wilden nau
wer contact tussen steden en gewesten.
Hoewel beide soorten Patriotten anti-
Oranje waren, hadden ze het telkens met el
kaar aan de stok. Zo kreeg men de eigen
aardige toestand, dat de Amsterdamse burge
meesters niet alleen het dragen van oranje
verboden, doch ook het uitgeven van de bro
chure 'Aan het volk van Nederland' straf
baar stelden.
De democraten waren echter zeer doelbe
wust en militant in hun optreden. Zij werkten
geheel volgens het boekje van Van der Ca
pellen. Ze richtten, toen er moeilijkheden met
Oostenrijk kwamen, gewapende Vrijcorpsen
op, welke Vrijcorpsen later zelfs werden ver
enigd tot 'vliegende legertjes'.
'Bij 't volk berust de hoogste macht', 't
Volk, was dat de arbeiders-klasse Niets is
minder waar. De werkman kwam er niet aan
te pas. De werklieden de 'bijltjes' bijvoor
beeld bleven door dik en door dun Oran
je-klanten. Het Amsterdamse Vrijcorps moest
de 'Eilanden' veroveren. Ook de Amsterdam
se joden meest arme mensen waren
Oranjegezind. Ook in de Jodenbuurt trad het
Vrijcorps gewelddadig tegen de bewoners op.
En in Rotterdam vuurde het Patriotse Vrij
corps, de compagnie Elsevier, op het 'Oran-
je-gepeupel', dat, onder leiding van de 'Oran
je-meid', Kaat Mossel, een Oranjefeest orga
niseerde ter gelegenheid van de verjaardag
van de Stadhouder. Het 'gepeupel woonde in
de volksbuurt.
Op 22 oktober 1751 stierf Prins Willem
IV. Zijn zoon, die, volgens erfrecht, ook
Stadhouder moest worden, was voor dit ambt
nog veel te jong. De opvolger was slechts 2
jaren oud. Daarom werd de vrouw van
Willem IV, Anna van Engeland, Regentes.
Toen ook deze vrouw in 1759 stierf, was
haar zoon nog maar 10 jaren oud. Zijn func
tie werd daarom min of meer waargenomen
door Lodewijk Ernst van Brunswijk - Wol-
fenbüttel, een Oostenrijkse Hertog, die be
kend werd in de Oostenrijkse Successie-oor
log.
Pas in 1766 werd de 17-jarige Prins als
Willem V tot Stadhouder benoemd. In 1768
deed hij, vergezeld van zijn gemalin, Wilhel-
mina van Pruisen, zijn intocht in Amsterdam.
Alles scheen Pais en Vree tussen Prins en
stad. Het Prinselijk paar werd heel hartelijk
ontvangen.
Toch waren de Amsterdamse regenten niet
Oranjegezind. En dat zou blijken zodra de
Republiek weer verzeild raakte in de Euro
pese of liever gezegd wereld-politiek.
In 1775 kwam één der Engelse koloniën in
opstand tegen het moederland. De Engelsen
probeerden niet alleen met geweld hun gezag
in het rebellerende overzeese gebiedsdeel,
Amerika, te herstellen, maar zij geraakten
ook in oorlog met Spanje en Frankrijk.
Nu was de Republiek der Verenigde Ne
derlanden, krachtens een in 1768 gesloten
verbond tot wederzijdse bijstand, in geval
van oorlog verplicht om Engeland te helpen.
De Prins en Van Brunswijk, die nog heel
wat in de melk te brokkelen had, wilden zich
wel aan dit verdrag houden, doch de Staats
gezinde regenten, vooral die van Amsterdam,
voelden daar niets voor.
In Amsterdam was De Vrij Temminck
burgemeester, voorts speelden Rensdorp en
vooral de Pensionaris Van Berckel een be
langrijke rol in de landspolitiek. Daar liet
creëren van ambten voor familieleden niet
meer in die mate mogelijk was als vóór 1748,
waren de Amsterdamse regenten maar weer
in de handel gegaan. Een handel, die juist
door de Amerikaanse Vrijheidsoorlog be
hoorlijk floreerde. Want via West-Indië wer
den tal van goederen aan de Amerikanen ge
leverd. Sint Eustasius werd het centrum van
de Nederlandse smokkelhandel op Amerika.
Niet alleen tabak, suiker en indigo, maar ook
wapens, geschut en andere oorlogsbehoeften
werden door Nederlandse schepen van Eu
ropa via West-Indië naar Amerika vervoerd.
Hoe Willem V ook zijn best deed om Am
sterdam in te tomen, de stad ging door met
het leveren van goederen aan de vijanden
van Engeland, want ook naar Frankrijk werd
een en ander verscheept.
De Engelsen besloten de Nederlandse sche
pen te onderzoeken op contrabande. Dit gold
zowel voor de vaart op Amerika als voor die
op Frankrijk.
Amsterdam drong aan op marine-escorte
teneinde de handelsschepen te beschermen te
gen aanhouding op zee. Tevens werd ver
zocht om de vloot te versterken.
De spanning tussen Engeland en de Repu
bliek steeg en Amsterdam ondernam niets om
die spanning te verminderen. Integendeel. De
stad deed dingen, die de spanning juist op
voerden. De Amerikaanse leiders, Franklin
Lee en Deane, boden in 1778 de Republiek
aan om een verbond van handel en vriend
schap te sluiten. De Staten reageerden hier
niet op, maar Amsterdam verklaarde in het
geheim tegenover de Amerikanen, hiervoor
wel te voelen. Met medeweten van de burge
meesters van de stad sprak de Amsterdamse
koopman Jean de Neufville hierover met Lee.
Er werd zelfs een concept-handelsverdrag
opgesteld. Een Amerikaans schip bezocht in
1779. met de Amerikaanse vlag in top, Am
sterdam. De kapitein, Paul Jones, werd als
vrijheidsstrijder gehuldigd. Bij dit alles speel
de de Franse gezant. La Vauguyon, in Am
sterdam welbekend, een grote rol, terwijl de
Engelse gezant, Yorke, vrijwel werd gene
geerd. In 1780 kreeg de Republiek een uitno
diging om toe te treden tot het anti-Engelse
verbond van Gewapende Neutraliteit, waarin
Rusland, Denemarken en Zweden zich had
den verenigd. Amsterdam voelde veel voor
toetreding en afgezanten werden naar Katha-
rina II te Sint Petersburg gestuurd voor on
derhandelingen.
Engeland had lang geduld gehad met de
De Tol, zon vijftig jaar geleden. Links Jannetje Kleppe (wed. Nelisse, later gehuwd
met David v. d. Velde en o.a. haar dochter - thans wed. Karei v. d. Velde - nog ter
plaatse wonende. In de witte schilderjas Jac (Ko) Endhoven. Midden op straat
waarschijnlijk „Teeuwtje" Heijboer. Vcor De Tol de paal en de voerbak voor de
paarden.
Maatje van As met Thoolse muts op ongeveer 70 jarige
leeftijd.
MEESTERWERKEN VAN Z TOT
Grote Markt 22
BERGEN OP ZOOM
Op 10 oktober bezetten de Pruisen de Leidse
poort.
De Prins kreeg van de Staten van Holland
machtiging om zoals al zo menig keer
door zijn voorvaderen was gedaan 'de
wet te verzetten'. En welke regenten kwamen
er nu weer aan de beurt Rensdorp en
Dedelen voorts nota bene enkele regen
ten, die in 1748 bij het verzetten van de
wet door Willem IV waren ontslagen.
De aristocraten zaten weer in het zadel.
De democraten werden het slachtoffer. De
Vrijcorpsen werden ontwapend en ontbon
den. Maar al waren de Patriotten dan ver
slagen, gebroken waren ze niet. Ze bleven
contact houden met Frankrijk, d.w.z. met de
in Frankrijk verblijvende Nederlanders.
BALLINGEN KEREN TERUG,
DE PRINS GAAT IN
BALLINGSCHAP
Zonder de komst van de Pruisen af te
wachten waren duizenden Patriotten het land
uit gevlucht. Deftige aristocraten, die het
PRUISISCHE
INTERVENTIE
Dam bezet door de Schutterij en het Vrij
corps. Negen leden van de vroedschap wer
den afgezet. Op 7 mei kwam een gelijk aan
tal democraten daarvoor in de plaats. Op 5
juli werden de Patriotse regenten Dedel en
Beels vervangen door de democratische Pa
triotten Geelvinck en Backer. Amsterdam
was omgezwaaid.
Inmiddels was de Oranje-partij bezig om
het tij te keren. Zij drong er op aan, dat de
Prins weer naar Den Haag zou terugkeren.
Doch de Prins weigerde, zolang de Staten
van Holland hem hiertoe niet uitnodigden.
Zijn vrouw, Prinses Wilhelmina van Prui
sen, was energieker. Op uitnodiging van Van
Hogendorp besloot zij om dan zelf maar naar
's-Gravenhage te gaan. Zij bereikte haar doel
niet. Bij Goejanverwcllesluis werd ze door
het Vrijcorps van Gouda aangehouden.
De gevolgen van deze daad waren heel
anders dan de Patriotten hadden verwacht.
In Zeeland en Gelderland ging de Oranje
partij tot de aanval over. De Patriotten wer
den daar zwaar vervolgd.
DREIGENDE
BURGEROORLOG
Maar een nog grotere nederlaag, en nu in
de hele Republiek, zouden de Patriotten on
dergaan. De broer van Wilhelmina, de ko
ning van Pruisen, 'nam' de belediging van
zijn zuster niet. Hij liet een leger van 20.000
man ons land binnenrukken. Van enig verzet
der Vrijcorpsen kwam niet veel terecht. Stad
na fctad viel in Pruisische handen. Alles wat
Patriot was, aristocraat en democraat,
vluchtte naar de laatste stad die nog 'vrij'
wasAmsterdam;
De patriotse 'Commissie van defensie' en
de Staten van Holland verplaatsten hun zetel
naar de stad, die de strijd het langst moest
volhouden.
Toen op 20 september 1787 Willem V
triomfantelijk naar Den Haag terugkeerde,
was Amsterdam nog in handen van de Patri
otten. De stad werd zelfs in staat van ver
dediging gebracht en bij Amsterdam te
Amstelveen raakten de Pruisen en Vrij
corpsen slaags. Toen gaf de stad zich over.
De situatie in de Republiek werd steeds
slechter. De Hertog van Brunswijk was, ten
gevolge van acties van de regenten, van het
toneel verdwenen. De Prins vluchtte naar
Nijmegen. In Groningen en Overijssel hadden
de Patriotten het heft in handen. In Zeeland
en Gelderland stond de bevolking aan de
kant van Oranje. In Friesland regeerden de
Prinsgezinden en Patriotten naast en los van
elkaar. Toen in de stad Utrecht in 1786 de
democratische Patriotten de macht overna
men, sloeg de Patriotse Regenten van Hol
land de schrik om het hart. Zij onthieven
hun oude vijand, Willem V, van zijn post als
Kapitein-Generaal en concentreerden het le
ger langs de Hollands-Utrechtse grens, ter
verdediging van hun gewest tegen de, in hun
ogen, nog grotere vijand van dat moment
de Democratie.
De Amsterdamse regenten bemerkten ech
ter spoedig, dat deze vijand reeds hun eigen
stad beheerste. Op 21 april 1787 werd de
Ook op het platteland stond men aan de
kant van Oranje. Op de boeren kon de Stad
houder nog rekenen.
Willem V maakte van deze gezindheid
geen gebruik. Ook zocht hij geen toenadering
tot de democraten. Hij hield het op de aristo
craten en daarvan had de Prins nu juist niets
te verwachten.
Zonder duidelijke Stadhouderlijke leiding
viel de Republiek uiteen in drie partijen: de
democratische Patriotten, Frans-gezind,
steeds aanmatigenden in hun optreden, de pa
triotse Regenten, ook Frans-gezind, maar te
gen elke volksinvloed, en tenslotte de Oranje
partij, zich meer en meer, onder leiding van
Gijsbert Karei van Hogendorp, organiserend
in gewapende Oranje-corpsen.