Vijf en twintig jarigen zeggen het ronduit EENDRACHTBODE laat oude stadskern gehandhaafd blijven houdt wel van een beetje sensatie leest vandaag de Eendrachtbode wel 13 november 1969 9 WAT DOE JE MET ZO N JUBILEUMNUM MER? De vooraanstaande personen uit de streek vragen een stukje te schrijven? Het kan interes sant zijn. En de bereidheid was er wellicht. Maar ze kwamen in onze kolommen al zo vaak aan het woord. Gelukkig wel. Via raadsvergadering o£ organisatie, politieke kopstukken of verenigings voorzitters. We kozen ditmaal voor een andere vorm. Immers, 25 jaar geleden betekende het jaar 1944. Het eva cuatiejaar. Met uitzondering van Tholen en Sint Philipsiand waren de streekbewoners over het gehele land verspreid. Van Lepelstraat tot Maas- stricht, van Souburg tot Almelo. Toen de Eendrachtbode werd geboren, werden de nu ook 25 jarigen geboren. Een honderdtal in de blijvende gemeenten, bijna twee honderd elders in den lande. Zo groeide bij ons de gedachte een gesprek te gaan voeren voor dit jubileumnummer met 25 ja rigen. Uit elke gemeente een, een jongen of meisje, een man of vrouw. Met alleen de voorwaarde' geboren in 1944. Met nog enige keuze in beroeps variatie. En van die gesprekken gaan we hier verslag uit brengen. Met tegelijkertijd geschiedenis rond de bevrijding, met hun mening over hun dorp of stadje hun streek, hun gemeentebestuur, hun vereniging, hun kritiek, hun wensen, kortom Siem Beukelaar uit Tholen Siem Beukelaar kent vrijwel iedere inwoner van Tholen. Maar voor die anderen eerst een introductie. Simon Johannes Beuke laar w erd 27 april 1944 te Tholen geboren. In de Brugstraat. Onder voor het evacuatiejaar vrij normale omstandigheden. In eigen woning. De stad Tholen was compleet. Er waren zelfs - pak weg - duizend inwoners meer. Dank zij vriendelijke gast vrije, de naaste liefhebbende mensen. Die hun pcver overschot-kamertje beschikbaar stelden voor een evacuatie-gezin. Of soms een ruime bovenverdieping. Dat was ook het geval in huize Beukelaar, waar het gezin van gemeente secretaris Laban - zijn huis aan de Singel behoorde ook tot het evacuatiegebied - gastvrijheid heeft ervaren. Toen werd Simon Beukelaar geboren. Op dat ogenblik werden in Engeland reeds koortsachtige voorbereidingen getroffen voor de invasie. Op 30 oktober 1944 kwam ook in de Brugstraat, in de winkel Beukelaar de bevrijding. De vlag kon uit. En Siem kwam met alle gebruikelijke en ongebruikelijke echte kwajongensstreken de la gere school behoorlijk af. Daarna 3 jaar ulo, maar het voetbal len trok hem toen meer aan. Zijn vader, na advies hoofd ulo, stelde Siem voor de keuze: ja of nee. Siem kwam in het bedrijf en toen ging het meteen wel. Hij be haalde de nodige diploma's, zoals handelskennis, kruideniers- vakdiploma, werd gewaardeerde hulp bij zijn vader in de Brug- straatwinkei, om sedert vorig jaar als zelfstandig Centra-markt- exploitant in een van smid Gebraad overgenomen grondig ver bouwd oud perceel de voor ieder Tholenaar bekende zaak Bo termarkt 16 goed te runnen. GEEN TIJD Maar daarmee zit de heer Beukelaar nu ook volop in de mid denstandsbesognes. Nog veel meer dan te voren. Tot over de oren. De tijd vraagt snelle aanpassing. In het klein gaat het niet. meer, dan in het groot, maar dat betekent ook grotere zorgen. Daarom van maandagmorgen vroeg tot zaterdagavond bezig. Waarbij een oude liefde voor het reclameschilderen hem goed te pas komt. En slechts zelden kan hij zich nog aan een over gebleven hobby, het ralley-autorijden wijden. Zelden eveneens aktief optreden als lid van de schietvereniging. Finaal ondergedompeld in de middenstandsproblemen, in het runnen van een zaak, die een achturige werkdag als een onbe reikbaar luchtkasteel ziet, maar die in dat alles toch de vreugde van de arbeid, de vreugde van de zelfstandige ondernemer er vaart. Met hoogstens op zondag wat tijd voor de toekomstige vrouw. GOED WONEN Als rasechte Tholenaar vindt Beukelaar het best wonen in Tho len. Met natuurlijk nog wel ergens wensen. En daar schieten we gretig op in. Welke wensen? Nou ja, met name voor een toch wel grotere middenstandsaktiviteit, een meer samendoen, samen gaan van zovele algemene belangen. Winkelsluiting, winkei- akties en niet te vergeten die ene vakantieweek per jaar. Dat moesten we zonder meer allemaal om beurten doen. Van het bestuur der middenstandszijde is me nog nimmer gevraagd om lid van de plaatselijke organisatie te worden. ,,Nee, antwoordt Beukelaar, ik heb me er zelf ook nog niet voor aangemeld, maar je verwacht altijd eerst aktiviteiten van bestuurders". Niemand persoonlijk beschuldigend zit er toch te veel laksheid in onze gemeente op dat gebied. Er zijn in onze streek betere voorbeelden. Natuurlijk moet je dan zelf niet achterblijven. Maar de moge lijkheid moet wel aanwezig zijn. Is die er inderdaad in Tholen? Waarom geen vrijdagkoopavond tot 9 uur en voor mijn part zaterdagmiddag 1 uur sluiten? Nou ja, er ligt middenstandsak tiviteit braak, vindt Siem Beukelaar. Hij kan mogelijk zelf be ginnen er wat pit in te krijgen. Met de overigens maar geringe, eigenlijk helemaal geen vrije tijd. Na een diploma supermarkt-ondernemer, diploma display reclame schilderen, etaleurfeeling, met nog een cursus groente en fruit, waarvan eind oktober examen is gedaan, met dan nog als studieplanning een cursus vers vlees, drogisterij en gedistil leerd. Nou ja, dat kan nog als je 25 bent. TOERISME Maar Iaat Siem Beukelaar nu ook maar eens ronduit vertellen, waarom hij het goed wonen vindt in zijn geboorteplaats en waarom er nog wensen zijn. Wat hem betreft ziet hij voor minder middenstanders méér de biet. Dank zij met name ook bevordering van het toerisme. In dat opzicht blijft historisch Tholen aantrekkelijk. Dat merk je in de zomer in de Theolse straten en dat merkt Siem in de winkellade. En daarom vindt hij het beleid van het Thoolse gemeentebestuur in zijn algemeenheid toch wel juist. Vooral vanwege het streven van de laatste paar jaar om de oude stads kern, ook als winkelscentrum te handhaven. Daar heeft Beuke laar tevoren wel eens anders over gedacht. En serieuze plannen gekoesterd om zijn supermarkt in de nieuwe wijk (Dalempolder) te zetten. Nee, stelden b en w dat wordt een versnippering waarvoor onze op zichzelf wel groeiende gemeente te klein is. En bovendien zou het historisch middelpunt onaantrekkelijker worden. De heer Beukelaar kreeg geen vergunning voor een winkel in de nieuwe wijk. Hij vond het toen wat bedillerig van het gemeen tebestuur. Maar moet achteraf zeggen: volkomen juist. Wat we nog aan winkels kunnen houden, moeten we in de cude kern trachten te concentreren. Met modern interieur. Met parkëer- mogelijkheden in de onmiddellijke omgeving, maar inderdaad niet versnipperen. Ik ben blij met de sanerings- en bestemmings plannen. Ik dacht dat het een goed beleid is, vindt deze mid denstander. En laat men zoveel mogelijk de gemeente als goede woonplaats stimuleren. Dan kan het wat geld kosten bij grond aankoop, maar beter te vrceg dan te laat. In dit opzicht vindt hij in feite het gemeentebestuur wat laat met voldoende industrie- gronden. Nou ja, misschien dat het Schelde-Rijnplan daar wat invloed op had, maar men moet industrieën zoveel mogelijk tegemoet komen, zonder er dan bepaald industriegemeente van te maken. Geef degenen die er zijn de faciliteiten, die wettelijk toelaatbaar zijn om te kunnen uitbreiden. Werkgelegenheid is toch belangrijk en gced wonen misschien nog wel meer. OP DE GOEDE WEG Ja, ik vind dat we toch wel op de goede weg zijn in Tholen. concludeert Siem Beukelaar de he'm gevraagde kritische samen vatting. Laat men dan voor mijn part een keer in de gemeente raad leuteren over een lantaarnpaal, als ze de grote zaken maar niet uit het oog verliezen. Voor beter wonen, voor stimulering van verenigingen, van middenstand, industrie en toerisme. Ik kan m'n zaak ook niet in één dag cpbouwen, ook een gemeente bestuur kan niet aan alle wensen tegemoetkomen. Dat wordt vooral belet door de financiën. Maar er zit, dacht ik toch wel een progressief beleid in. Nee, Siem Beukelaar zelf doet niet aan politiek. Hij interesseert er zich populair uitgedrukt geen klap voor. Maar is wel voor vrijheid. Niet alleen omdat hij in het jaar van de vrijheid op'Tholen is gebaren. Maar zeker ook vanwege zijn opvoeding. Met nog steeds ge waardeerde medewerking van de anderen. Vrijheid voor zich zelf, vrijheid voor de medebewoner. Uiteraard met basis-normen die aan een samenleving nu eenmaal niet mogen ontbreken. Of daartoe ook hoort, dat het hondje in Tholen aan de lijn moet ■lopen en zich dient te wachten voor ongerechtigheid op trot toirs, kan Siem niet zo gemakkelijk beoordelen. Daarvoor moet nodig de gemeenteraad maar een avond vergaderen? Dat klinkt dan tenslotte toch nog wat sarcastisch. Ja, Siem Beukelaar leest ook de Eendrachtbode. Om te begin nen de loop van de bevolking in Tholen. Een duidelijk zake lijk belang. Een gevolg van zijn beroep. Wie vestigt zich, wie vertrekt. Ondanks de steeds toenemende mobiliteit, ondanks de enorme concurrentie, niet in het minst in de levensmiddelensector, zijn er vooral in een groeiende gemeente nog altijd zeer velen, die zeker vcor de dagelijkse behoeften dicht bij huis blijven, die aan een eigen middenstandsvoorziening voorkeur geven, die dan gemiddeld ook nog voordeliger af zijn. Daarom moet de middenstand niet versagen, vindt Siem. Hij speurt de advertenties in de Eendrachtbode ook naarstig af. Maar slaat het sporthockje vlot over. Leest het plaatselijk nieuws van alle gemeenten, leest in elk geval ook het raadsverslag van Tholen, van a tot z, veegde hij er aan toe, van nieuw bestem mingsplan tot kritiek op loslopende honden. Kortom, hij ziet het streekblad in zijn algemeenheid als een orgaan, dat er toe kan bijdragen, dat het goed wonen blijft op Tholen en Sint-Philips- land. Goed wenen in de streek! Nou ja, wat Siem Beukelaar betreft, vooral goed wonen in zijn gemeente, in Tholen. Kooiker Gijs van Herk Gijsbert Adrianus Johannes van Herk, Noordweg 53, Anna Jacobapolder. Geboren 7 maart 1944. Beroep Kooiker-Land bouwer. „Kooiker. Ja, dat is eigenlijk een beetje geheimzinnig. Het gaat met een hondje. Als je de eenden gevangen hebt, draai je ze de nek om. Ingewanden eruit en dan naar het station in Roosendaal Alles voor de export". Helemaal duidelijk is het verhaal van de 25-jarige kooiker Gijs van Herk nog niet. „Als ik het allemaal precies moet vertellen, kunnen er wel twee pagina's vol geschreven worden" helpt vader Van Herk zijn oudste zoon. Nu ziet hij Gijs bijna elke dag, maar dat is 25 jaar geleden wel even anders geweest. Toen duurde het negentien maanden voordat vader Van Herk zijn eerste zoon zag. De Duitse Grüne Polizei en een politieman uit Sint Philipsiand hadden zes men sen uit Anna Jacobapolder opgepakt om in Duitsland te wreken, onder wie de heer Van Herk. „Ja, zonder die politieman uit Sint Philipsiand hadden ze mijn man nooit gevonden", vult mevrouw Van Herk een wat bittere herinnering aan. Op 3 maart 1944 moest zij vluchten omdat de Duitsers de Polder onder water zetten. Vier dagen later werd in een kamertje bij haar broer in Sint Philipsiand haar eerste kind geboren. Moeder en zoon waren weer al in Anna Jacobapolder terug toen de heer Van Herk uit Duitsland terugkwam. Gijs liep al. In Sint Philipsiand ging hij twee jaar naar de kleuterschool, omdat er na de ramp van 1953 pas een kleuterschool in de Polder kwam. Zijn vader bracht hem elke dag op de scooter. Vervolgens ging hij naar de lagere school, waar hij in acht klassen juffrouw Wolf, meester Bronkhorst, Van 't Hoog, Van Andel, Koolstra (die lange, dunne blonde) en hoofdonderwijzer Van Dijk meemaakte. De lessen werden twee jaar in de oude school aan de Lageweg gegeven, en daarna in de school aan de Langeweg die nu nog gebruikt wordt. „Eerst was er alleen een openbare school, maar toen kwamen de boeren bij elkaar om een christelijke school te stichten. Die kwam er, en de o.l.s. werd wegens gebrek aan leerlingen opgeheven. Arbeiders die bij de boeren werkten en waarvan de kinderen naar de o.l.s. gingen, werden in die tijd ontslagen als ze hun kinderen niet naar de christelijke school deden" vertelt vader Van Herk. KOSTGANGER Na acht jaar lagere school wilde Gijs direct gaan werken om geld te verdienen. „Ik weet nog goed dat hij met zijn eerste loonzakje thuis kwam", zegt mevrouw Van Herk. „Hier moeder, ieder de helft", zei Gijs. „Góed, dan zal ik je kleren opzoeken, 't koffertje pakken en een kosthuis voor je opzoeken", want ik hou er geen kostgangers op na". Toen koos Gijs maar eieren voor zijn geld en gaf de hele loonzak aan zijn moeder. Hij had het te goed naar zijn zin op de Kooihoeve om de Pol der te verlaten. Als kleine jongen ging hij dikwijls met zijn vader mee naar de eendenkooi, vlak onder de zeedijk, ,,'t Mooiste wat er is, zo in de vrije natuur", vindt de 25-jarige kooiker, de zoveelste al uit het kcoikersgeslacht Van Herk. Voor hem is het de hoofdzaak. Als er geen werk in de eenden kooi is, helpt hij zijn vader op het kleine landbouwbedrijf of gaat bij een ander werken. Nu werkt hij 's morgens bij tuin bouwer A. C. Maas in de witlofschuur, maar 's middags roe pen de eenden. Met zijn witte keeshond trekt hij het kleine bos in waar de kooi ligt. „Een goede keoihond is onbetaalbaar, want daar hangt bijzonder veel van af. De wilde eenden die op het water, beschermd door een dichte bomenrij, wat komen rusten, zwemmen naar de kooihond toe die als „lokaas" op de kant loopt. De kooiker laat z'n hond langs het gaas van de kcoi lopen, terwijl hij alles achter een rieten afscheiding volgt. Als de eenden de kooi inzwemmen, gaat de kooi dicht. Dan moeten de eenden nog gevangen worden, en dat valt soms lang niet mee", zegt vakman Gijs. Het hoogseizoen, augustus/september is voorbij, maar het weer is nog prima. Een kcoiker heeft vast weer nodig. Dan is 1969 wel een goed jaar zeker? „Nee, ik vang bijna geen beestje meer. Ten eerste is de Grevelingendam gekomen, waar veel verkeer is. Dat bevordert de rust in de om geving niet. Vroeger wanen er op de zandplaat, waar nu de Grevelingen dam ligt, honderden eenden. Die kwamen bijna allemaal naai de kooi, maar dat is nu voorbij. Ten tweede zijn ze hier aan de zeedijk bezig, waar ik veel last van heb. Het moet heel rustig zijn, willen de eenden naar de kooi kernen", meent Gijs van Herk. Hij is vogelkenner bij uitstek, want er komen niet alleen eenden in de kooi. Bij de wilde „bouten" zijn er soms bij uit Frankrijk, Rusland en Zweden. De ringen van de vogels stuurt hij op naar Den Haag, waardoor de eigenaar te weten komt waar zijn eend terecht gekomen is. ASWOENSDAG EN DIERENTUIN In 1953 is Gijs met zijn ouders, drie broers en zijn zusje ook cp trektocht geweest, zij het helemaal onvrijwillig. In de bange februaridagen van 1953 bracht het gezin Van Herk twee dagen en drie nachten door op zolder. Dat waren angstige ogenblikken hoewel Gijs het best leuk vond. Hij kreeg geregeld vruchten uit de wekflessen, die zijn moeder op zolder in veiligheid had ge bracht, en die smaakten maar wat lekker. In een drinkbak van de kceien voeren ze naar een tractor met aanhangwagen verder naar een droge plaats. Dat werd eerst Lllekoten bij Baarle-Nassau. Na controle moesten ze daar weg, omdat 'het kamertje te klein was. Overigens zaten ze daar prima. De volgende evacuatie plaats was Geldrop, en dat was verschrikkelijk. „We kregen niet eens te eten", herinnert moeder Van Herk zich nog. Toch gebeurde er in het Brabantse land nog wat leuks. Gijs ging daar naar een rooms-katholieke school. Op Aswoensdag ging iedereen om een kruisje bij de pastoor en ook Gijs wilde dat niet missen. Onder het eten zag zijn moeder het kruisje op zijn voorhoofd, maar het mocht er niet af van Gijs. Van Geldrop ging het naar Rotterdam, waar de familie Van Herk voor zeven weken een kamer huurde met gebruik van keuken. Daar hebben ze fantastisch gezeten. Gijs had het prima naar z'n zin in de dierentuin Blijdcrp. Ook die tijd ging echter weer voorbij, en het huis aan de Noordweg werd Gijs' „kooi". WEINIG TE BELEVEN Hij zit -er fijn vrij, zonder buren. Vissen is z'n hobby en als het even kan loopt hij een paar honderd meter om zijn vislijn in het zoute water te kunnen uitgooien. „In het dorp is niets te beleven", zegt Gijs, die in de Polder geen vrienden heeft. „Toen het Dorpshuis er pas stend, was er elke zaterdagavond wat, maar nu zit de organisatie plat. Ze houden hier niets vol. Als er hier contributie gevraagd wordt, vinden ze het al gauw te veel. Er is een biljartclub geweest van twaalf leden en dat vond ik leuk. Het enige café in Anna Jacobapolder is echter gesloten omdat het niet meer rendabel was. Nu ga ik in Sint Philipsiand biljarten,, want ik doe het heel graag en kan ook een aardig partijtje spelen. Voor de jeugd is er weinig te deen. Er is wel een korfbalclub en nog verschillende kerkelijke verenigingen, maar daar voel ik niets voor. In Sint Philipsiand is er een voet balvereniging opgericht waar ook jongeren uit de Polder in spelen. Dat vind ik wel aardig, maar in het bestuur zitten alleen mensen uit Sint Philipsiand. Op koninginnedag is het wel leven dig in de Polder. Dan zijn er kinderspelen en een film of iets dergelijks". Als hij wat anders wil dan de vrije natuur, gaat hij naar Bergen cp Zoom, maar de meeste weekends is hij bij een neef en z'n vriend in Nieuwe Hoorn. Met z'n drieën, alle drie verstokte vrijgezellen, zijn ze dit jaar op vakantie geweest in België, Luxemburg en Duitsland. Ook doen ze wel eens mee aan een autorally. LEUKE GEMENE STUKJES „Ik hou niet van gebonden wezen", zegt Gijs. Daarom wordt hij geen bestuurslid van bijvoorbeeld de voetbalvereniging, hoewel hij veel belangstelling heeft vcor sport. Op maandag leest hij het sportgedeelte van de krant helemaal, van voetbal tot tennis. In de Eendrachtbode slaat hij de sport over, ondanks de belang stelling voor de Fliplandse voetbalvereniging NOAD. Gijs leest wel Jan Overeenkom. „Dat zijn altijd van die leuke, gemene stukjes. De Eendrachtbode vind ik een leuk krantje. Er staat van alles in over het wel en wee van de streek. De gemeenteraadsverslagen vind ik het mooiste. Die lees ik van a tot z. Vooral de felle debatten van Rijstenbil vind ik interessant. Ik houd wel van een beetje sensatie. De gemeenteraad zelf, dat is meestal ja en amen. Als het puntje bij paaltje komt, is het bij stemming toch altijd 4-3. Het sport veld is zo jaren tegengehouden. Gelukkig heeft de heer Klómpe nu een terrein aai. de voetbalvereniging beschikbaar gesteld vindt Gijs, die overigens geen belangstelling voor de politiek heeft. Hij vindt wel dat er onder het huidige gemeentebestuur veel goede dingen gebeuren, en de Polder wordt dan cok wat straten en riolering betreft niet over het hoofd gezien. Hij heeft nog één klacht. In de winter wordt er bij gladheid alleen in de bebouwde kom van de Polder gestrooid. Op het lange stuk Noordweg buiten de bebouwde "kom is het dan spiegelglad. Z'n broer heeft daar door de gladheid al eens een sleutelbeen ge broken en een familielid een arm. INDUSTRIE EN RECREATIE Aan de andere kant is het evenwel bijzonder fijn zo vrij te wonen, vlakbij het water. In de weekends komen er geweldig veel vissers. In de toekomst ziet Gijs nog vele mogelijkheden voor recreatie in de Polder. Als het water zoet wordt, na de afsluiting van de Oosterschelde, zal de watersport toenemen, terwijl er ook kampeerterreinen kunnen komen. Het Schelde-Rijnkanaal, waaraan men nu begonnen is, heeft ook .invloed op Sint Philipsiand. Er zal in de Prins Hendrikpolder zeker industrie komen", meent de jonge kooiker. Voor Anna-Jacobapolder ziet hij toch ook nog wel toekomst. Er trekken nu wel jonggetrouwden naar Sint Philipsiand om daar in een nieuw huis te gaan wonen, maar de huizen worden niet afgebroken. Daar komen Rotterdammers in die hun weekend en vakantie in de Polder doorbrengen. Vele inwoners reizen daar entegen elke dag naar Rotterdam om er in de havens of bij de gemeente te werken. Gijs heeft wel eens gehoord of gelezen dat Anna Jacobapolder weg moet, maar volgens hem gaat de Polder nooit van de kaart. De toekomst zal het leren. Voor het voortbestaan van zijn eendenkooi heeft hij rust nodig. Het kooikersbercep is uniek, zoals Gijs twee jaar geleden nog ondervond toen de commissaris der koningin en mevrouw Van Aartsen samen met burgemeester Van Velzen en echtgenote zijn kooi kwamen bekijken. De 25-jarige Gijs van Herk uit Anna Jacobapolder hoopt dat het aan de Noordweg nog lang vrije natuur blijft. Ria Aarnoudse De officiële naam is mej. M. A. Aarnoudse en ze woont in de Patrijzenweg 37 te Oud Vossemeer. Ria werd 14 april 1944 te Klaaswaal in de Hoekse Waard ge boren. Haar nog altijd ook te Oud-Vossemeer wonende Ouders waren eigenlijk in Steenbergen geëvacueerd. Lekker dicht bij huis, zo dacht men, toen dit evacuatie-adres werd gevonden. Maar zo bijzonder geschikt was de huisvesting nu ook weer niet, althans niet om er een dochtertje ter wereld te brengen. En dus ging Ria's moeder in de kritieke periode haar intrek nemen bij een tante in Klaaswaal. Daarna werd het weer Steenbergen en Ria was nog niet eens een jaar of men was weer in eigen woon stee. Zo doorliep Ria Aarnoudse de lagere school in Oud Vosse meer, bezocht vervolgens de toen nog zo geheten muloschool in Tholen, studeerde twee jaar in Roosepdaal voor apothekers assistente, liep eerst stage bij apotheker Huijsman in Bergen op Zoom en is daar nu ook in betrekking. Elke dag met de bus heen en weer: Oud Vossemeer - Bergen op Zeom, Bergen op Zoom - Oud Vossemeer. Nou ja, pendelen is dat eigenlijk niet. Een kwartier en je bent er. Zo'n afstand speelt in deze tijd geen rol meer. En Ria bevalt het best in haar werkkring. Soms is er een avond dienst tussendoor. Maar ook dat is om te overkomen. Haar werk buiten de streek betekent wel, dat Ria wat minder bij deze samenleving is geïnteresseerd. Natuurlijk, in de meeste gevallen is ze 's avonds thuis. En kan dus nog wel wat aan verenigings leven doen. Maar dat ging tcch tijdens mulo- en verdere studiejaren beter. In de hervormde jeugdvereniging was het wel plezierig, ook wel leerzaam. Maar met het werk in Bergen op Zoom komt het er toch min der van. Toch zet ook Ria Aarnoudse zich duidelijk schrap als er sprake is van roddel over de streek waar ze van kinds af woonde. EENDRACHTKANAAL Nee, voor de politiek interesseert Ria zich niet in het minst. Ze weet alleen, dat er in Oud Vossemeer de jaren na de oorlog zo geleidelijk aan toch heel wat is opgeknapt. En waarom zou ik dan een ander gemeentebestuur willen hebben? Ze worden ge kozen door eigen inwoners en dan zal het wel goed zijn. Er zijn op verschillend gebied aardig wat voorzieningen getroffen. Maar je moet er altijd rekening mee houden, dat het toch een kleine gemeente is. Waar mogelijk, met name voor de dagelijkse levensbehoeften, kun je zeker in eigen dorp terecht. En dat moet je dan ook maar zoveel mogelijk doen, vindt Ria Aarnoudse. Anderszijds wijst ze er op, dat met name in de dameskleding- branche en ook nog wel in de schoenen voor heel wat dames geen voldoende keuze is. Neem bijvoorbeeld een wintermantel. Je kunt het gewoon ook niet vergen, niet verlangen van de plaatselijke middenstand, dat er daarin te kust en te keur is. Eenvoudig omdat het bevolkingsareaal daarvoor veel te klein is. En vandaar dat men daarvoor minstens op de naburige stad is aangewezen. Wie het anders ziet, denkt Ria, mag dat gerust zeggen, maar de feiten wijzen dat nu eenmaal uit. Ria betwijfelt bovendien dat er in de toekomst voor het eiland Tholen een enorme ontwikkeling is weggelegd. Misschien zit er wat pers pectief door de aanleg van het Eendrachtkanaal en de brug- verbindingen. Je zult er ongetwijfeld meer dijktoerisme en wel licht ook meer watersporters door krijgen. Straks is er immers de verbinding Vossemeer - Brabant en dan in feite cok Rotter dam maar een peulenschil meer. Maar die dagjesmensen nemen gewoonlijk het boterhammetje mee. Daar kan nu ook weer niet zoveel aan worden verdient, zo veronderstelt Ria Aarnoudse. Toch ziet ze het wel steeds levendiger worden in de zomermaan den. Kijk maar eens aan de overkant bij het zwembad in Nieuw- Vossemeer. En als daar straks, nou ja over een jaar of drie, ook een brug ligt, dan komen de mensen beslist cok wel eens op Tholen kijken. Meer nog dan nu reeds het geval is. Ria juicht het toe. dat er ook in Oud Vossemeer sprake is van een instructiebad. Zelf zwemt ze graag, vrijwel het enige dat ze in de zomer aan ontspanning kan doen en daarom ook gunt ze het de jeugd van harte, dat ze in eigen omgeving het zwemmen zonder gevaar zouden kunnen leren. HERINDELING Over de herindeling van gemeenten ligt Ria Aarnoudse niet wakker. Ja, ze heeft er ook wel over gehoord, maar zich er toch weinig in verdiept. Wel waagt ze het toch te betwijfelen of een herindeling voordeel oplevert. Kan daar nu bestuurlijk dan zo veel meer uitkomen? Wat betekenen nu enkele duizenden in woners meer voor één gemeente, als dat althans een gemeente is met zeven kernen, zoals bij ons. Misschien moeten we later, of onze opvolgers, erkennen, dat het toch beter was, maar thans kan althans Ria dat er niet direct in zien. Stel je voor, dat je van Tholen naar Stavenisse moet om een huwelijk te bevestigen. Eigenlijk onzin, vindt Ria, om maar eens een extreem voorbeeld als dit te noemen. Maar je zal haar toch niet met een protestbord zien lopen om het tegen te houden. Zover gaat haar afkeer van herindeling lang niet. Ze zag liever nog wat anders. KERKELIJKE EENHEID Kerkelijk meelevend betreurt ze de grote verscheidenheid. Ach, natuurlijk menen ze het allemaal goed en heeft iedere kerk ook zijn goede kanten, maar allicht toch nog veel meer verkeerde zijden. Verkeerd omdat men het toch allen als in zonde geboren

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1969 | | pagina 9