Vijl en twintig jarigen zeggen het ronduit (VERVOLG VAN PAG. 9) EENDRACHTBODE meer aktiviteit gewenst van en voor de jeugd de buitenlucht is maar alles laten we onze zondagsrust houden gemeenten te klein voor versnippering 13 november 1969 13 HET WORDT TE DRUK Ja, Riet kan zich goed indenken, dat er velen vit de Randstad, Brabant en België naar de dijken komen om te vissen. Maar dat betekent, dat voor hem de lol er ver af is. Het wordt te druk. Van der Male is evenmin blij met afsluiting van de zeearmen, ook niet met het Eendrachtkanaal. Omdat er geen natuur meer overblijft. Van mij mag het zo rustig blijven als het vroeger was. Zonder toerisme. Nu betaal ik grondbelasting en dijkgeschot én mag niet eens aan de dijk komen, of ik moet ook nog 7,per jaar contributie betalen aan de Delta-visserij stichting. Nou ja, het waterschap moest wel maatregelen nemen. Alles verandert, maar alles wordt er niet beter op. Wel de behuizing van Piet van der Male. Die eerst maar enkele kwartjes huur voor het kleine huisje Karreveld moest betalen, maar nu nog gemakkelijker dan toen zijn nieuwe woning kan inrichten. In de nieuwe wijk van Sint-Philipsland. Waar heel wat wordt opgeknapt, waar een volgens Piet vooruitstrevend beleid wordt gevoerd met goede aanpak van de krotwoningen. Maar waar het aan de zeedijk lang niet meer zo vrij en rustig is als vroeger. En dat gaat Piet echt aan z'n hart. Want zijn leven is buiten, aan en op het water. Waar je rust kunt ademen en de natuur zoveel laat zien, dat het telkens weer, elke minuut opnieuw, boeiend is. Aan het water vertoevendat is maar alles vindt Piet van der Male, de helft van de Sint-Philiplandse tweeling van 1 april 19-14. Ria Suurland te Scherpenisse Maria Suurland werd op 18 september 1944 in Steenbergen ge boren. De inwoners van Scherpenisse waren met die van de an dere gemeenten op een enkele uitzondering na geëvacueerd. Ook de ouders van Ria Suurland. Ze kwamen terecht in een groente zaak in Steenbergen. Het bovenkamertje, waar men onderkomen vond, was klein. Beneden verbleef het gezin van de gastvrije eigenaar. Het gezin doorstond, de familie Suurland doorstond, de beschietingen rond het bevrijdingsuur. En Ria kon later in Scherpenisse de lagere- school gaan bezoeken, de mulo in Tholen en tenslotte de kweek in Middelburg. Mej. Suurland is onder wijzeres, in 1965 benoemd aan de Juliana van Stolbergschool te Sint-Maartensdijk. En daarom in feite nu meer op de Smalstad georiënteerd. Prettig werken op de viermans-school. Daarnaast leidster van de 'kleine meisjesvereniging' en leidster zondagsschool in Scherpenisse. Met liefhebberij voor muziek en lezen. Weten schappelijke werken voor een verdere ontwikkeling en graag streekromans voor ontspanning. Veel interesse voor alles wat gebeurt in en om de hervormde kerk, zowel landelijk, in de streek als in haar woonplaats. En dan komt Ria los. Er wordt, vindt ze, te weinig gedaan door en voor de jeugd. De ouderen hebben er te weinig interesse voor, de jeugd zelf ook. Het gevolg is dat beide categorieën zich voelen verlaten en losgelaten. In Oud-Vossemeer ziet Ria een mooi voorbeeld van jeugdwerk. De georganiseerde puzzelritten bijvoorbeeld, zoals ze in de Een- drachtbode las. Waarom niet meer een poging voor een goed jeugdconcert met vooral korte toelichting van de muziek om het te doen begrijpen en het beter te doen beleven. Waarom niet meer inspanningen voor een instuifavond. Bij het vele goede, wat Ria in haar geboortestreek onderkend, mist ze oprechte belang stelling voor de jeugd. Zelfs nog bij het onderwijs, ook bij de kerk, niet minder daarbuiten. Naast de vermaning ook graag het voorbeeld en de daad. Vooral de liefde. Niet maar een eigen leventje leiden en laten leiden tot de trouwdag en dan, voorbij. Dan alleen nog de eigen besognes. Dat vindt Ria toch het hiaat in onze samenleving. In welke kring dan ook. Waarbij ze graag en vooral het kerkelijk werk en chr. onderwijs voorop wil stellen, ook het chr. verenigingsleven. Maar. dan cok beslist de andere niet buiten sluiten. Tegemoet- treden, proberen te overleggen, proberen elkaar te begrijpen, proberen ook van elkaar te leren. En haar beroep verloochent ze niet, want het onderwijs vindt ze goed op Tholen en Sint-Philips land. Men gaat met de tijd mee. Hoofden doen mee aan cursussen, trachten de speel-leerklas in te voeren en in dat opzicht wil ze Poortvliet wel als een voorbeeld noemen. Maar wel is er nog altijd het grote bezwaar van de te grote klassen. Nee, aan politiek doet ook Ria Suurland niet. Ze kiest dan wel positief een christelijke partij, maar daarvoor nu ook strijdbaar te zijn, nee, dat kan ik echt niet opbrengen. Ria, onderwijzeres aan een chr. school is voorstandster van dat onderwijs, maar kan zich indenken, dat het in een kleine gemeente moeilijk realiseerbaar kan zijn. En in elk geval mag niemand wor den belet een keuze te kunnen doen. Vanwege die kleine ge meenschappen kan men ook dat chr. onderwijs weer niet gaan versnipperen, vindt Ria. Ze is dan ook voorstandster van een chr. nat. school, omdat daarmee positief chr. onderwijs wordt ge bracht, zonder dat men ook daarin weer bepaalde richtingen uitgaat. GERINGE MOGELIJKHEDEN Ria komt na het kleine zijpaadje toch weer terug op de jeugd. Als oorzaak van het nog te veel wegtrekken van de jeugd ziet ze de te geringe mogelijkheden in eigen gebied. Jammer, dat de ■veroudering in onze streek te sterk doorzet. Niet vanwege de oudere mensen is dat jammer. Natuurlijk niet. Maar omdat te veel jongeren weg gaan. Dat is in onze streek altijd nog zo ge weest. Daar moeten we eens meer op gaan letten en kijken wat daaraan te doen valt. Dat wegtrekken betekent een kwijnend of helemaal geen bestaan voor jeugdverenigingen, dat betekent ook ontbreken van kader, dat betekent een leemte tussen de baby en de gepensioneerden. En daarbij komt een te strakke begeleiding van de ouderen. Een maal een bepaalde leeftijd bereikt, valt men terug in een bepaald levenspatroon en houdt geen rekening meer met de jongere, is de eigen jeugd vergeten en veroorzaakt zo, wellicht onbewust en ongewild, botsingen die voorkomen kunnen worden. ZETEL IN SMERDIEK Ria, hoe denk je over samenvoeging van gemeenten. Wij vragen immers ronduit en de 25-jarigen antwoordden ronduit. Ria ziet het er beslist van komen. En vermoedt dan dat de nieuwe ge meenteraad zal beslissen om Sint-Maartensdijk tot centrumge meente te maken. Vanwege de industrie. Niet direct vanwege de verbindingen. Maar tenslotte moet het toch de een of andere ge meente zijn. Zonder zich zelf zo voor politiek te interesseren, ziet ze bij samenvoeging wel meer duidelijkheid komen in het politieke vlak. Dan valt er toch eigenlijk niet meer te werken met 'ge meente- of met algemeen belang'. Dan moet je wel kiezen of delen. Voorstandster van samenvoeging? Zover heeft Ria niet gedacht. Ze is wel voornemens te gaan trouwen en dan? Nee, dat moeten we hier nu maar niet ronduit schrijven. Maar ergens vrezen we wel, dat Ria dan ook behoort bij de wegtrekkende jeugd. Jam mer, want we zouden ze graag in onze streek willen houden, die het voor de jeugd willen opnemen. Zoals Ria Suurland.Ze leest vrij intensief naast het dagblad de Eendrachtbode en Kerkbode. De streek interesseert haar. Nou ja, dan niet in de eerste plaats dat sporthoekje. Het is Ria een zorg of Vosmeer, WHS of Smerdiek wint. En wie de meeste vis vangt. Of wie de beste dammer is. Maar plaatselijk nieuws en raadsverslagen, kortom het streekgebeuren inclusief het vervolgverhaal ja, dat wel. En met grote interesse. Ook als ze niet meer in dit gebied zou wonen. Maar ook dan zal Ria blijven hopen, dat de jeugd op Tholen en Sint-Philipsland meer wil doen en dat de ouderen meer voor de jeugd willen doen. Piet van der Male uit Sint-Philipsland Pieter van der Male werd op 1 april 1944 dat was pas een april mop grapt hij, in eigen dorp, het niet geëvacueerde Sint- Philipsland geboren. Ja inderdaad een aprilmop, want Piet is er een van de eerste april-tweeling, die op Karreveld 6 de buurt met luider stem aankondigde, dat hij er ook bijhoorde. En on middellijk daarna voegde zich naast hem tweelingzuster Lein. Het was wel een gebeurtenis in Sint-Philipsland, al zal het mogelijk niet de enige tweeling zijn. Wel de enige 25-jarige tweeling op dit moment. Terwijl West Europa zuchtte onder de Duitse knoet, terwijl in Engeland het invasie-oorlogsmateriaal zich optaste, ging ook in het bezette Nederland het leven gewoon door, althans in de zin van geboren worden en sterven, huwen en scheiden, verloven en eenzaam achterblijven. Zo kon het ook voorkomen, dat 1 april in Sint-Philipsland werd kond gedaan, dat op het Karreveld een tweeling was geboren. Vader Van der Male was los werkman, die met name veel drai nage werk heeft verricht. DE MINISTER WILDE ER NIET VAN HOREN Zoon Piet ging tussen zijn zevende en vijftiende jaar op de lagere school in zijn geboortedorp. Ja, Piet was inderdaad zeven jaar, eer hij naar de lagere school mocht. Het schooljaar begon toen nog op 1 april en Piet was 1 april jarig. Hij kon het niet altijd zien als een goede aprilmop en z'n ouders zeker niet. Die wilden Piet op zesjarige leeftijd naar school doen. Nee, zei de minister, datum is datum. Wanneer jij en je zuster een dag vroeger was geboren, dan wel, maar nu niet. De nu gepensioneerde ambtenaar J. C. de Rooij deed wel alles wat hij kon en schreef nog eens een smeekbrief voor Van der Male aan de minister. Maar het hielp niet. Wachten tot 1 april 1951, tot Piet 7 jaar werd. Later begon het schooljaar 1 september of half augustus, maar Piet en zus Lein bleven in dat opzicht een jaar achter. Na de schooltijd ging hij in de bollen werken, maar in de landbouw was hij niet zo graag. Wel vanwege de buitenlucht, maar niet steeds maar bij de boer. Toen begon de pendel en daarmee de kans meer te verdie nen. Piet van der Male werkte 2y2 jaar in Zwijndrecht op een conserven fabriek. Hij had het er niet slecht, maar het binnen werk beviel hem minder goed. Nu pendelt hij sinds zijn 18e jaar dagelijks naar Rotterdam. Werken in de haven. Veel buiten en als hij thuis komt zo spoedig mogelijk naar de zeedijk. Ja, dat pendelen. Wat moet je anders? In de zomer gaat het wel, maar in de winter is het donker als je weggaat en donker als je thuis komt. Al is Piet meestal rond zes uur wel binnen. Dagelijks in het busje. Nee, zoveel wordt er niet gepraat. Wel geslapen, vooral als het nog donker is. Natuurlijk wordt je eigen aan je ploegmakkers, de meeste zo rond zijn leeftijd. Ook wel ou deren. Piet van der Male kreeg een pendel-onderbreking toen hij 21 maanden de wapenrok droeg. Daarna weer naar Rotterdam, met zo'n 250 andere Sint-Philiplandse pendelaars, overal heen, elke dag weer. Half zes van huis, half zes weer thuis. Zou het dan zoveel verschil maken, als je in de buurt werkte? Piet gelooft er niet zo in. In eigen gemeente gaat het niet. Dus moet je minstens naar Steenbergen, Roosendaal of Bergen op Zoom. En dan kom je tussen de middag ook maar niet even thuis eten. Piet geeft grif toe, dat de promotiekansen bij de Rotterdamse pendelarbeid nu niet zo groot zijn. Je kan nog wel voorman worden. Maar daar mee houdt het dan ook op. Hij heeft nog wel eens gepoogd om tot omscholing te komen, maar dat liep mis. Ach, er zijn dagen bij, dat je het pendelen zat wordt, maar overschakelen is ook niet zo eenvoudig. En er is goed loon, enz. VISSEN Piet van der Male is een hartstochtelijk visser. Zijn hobby ligt aan de zeedijk. Hij werkt met fuiken, voorheen ook wel met de werphengel, maar dat vindt hij minder interessant. Als hij nacht dienst heeft, kan hij overdag voor de fuiken zorgen. Anders meestal tijdens het weekeind. Hij is de laatste 2x/i jaar, vanwege z'n trouwdag, wel wat meer gebonden en de laatste tijd is men bovendien ijverig bezig een nieuwe woning in te richten. Het Karreveld wordt immers gesaneerd. Maar anders, graag naar het water. Niet op zondag, zegt Piet als lid van de Oud Ger. Ge meente ter plaatse. Maar overigens vrij man zijn, niet gebonden aan verenigingen of organisaties. Daar ben ik nu eenmaal geen man voor. REUZE BELEID Het wil niet zeggen, dat Piet zich ook niet zou interesseren voor de gemeenschap. Hij leeft mee met het gemeentelijk gebeuren, komt ook wel eens luisteren naar de raadsvergadering, zoals er in Sint-Philipsland vrijwel steeds enkelen op de publieke tribune zitten. Hij vindt het de laatste paar jaar een vooruitstrevend be leid, dat wordt gevoerd. En dat hoef je niet van mij aan te ne men, verzekert Piet, dat kun je zo in de gemeente zien. Zo kwam ik een tijd geleden bij de burgemeester om vergunning te vragen mijn achtergevel op te knappen. Het was nodig in het lage, kleine huisje op het Karreveld. En toen hoorde ik van de burgemeester, dat er saneringsplannen waren voor dit gebied. Zeker, na de ramp was er al eens over gesproken, maar je hoorde er niks meer van. Nu plotseling was het zover. En het ging met spoed. Toen ik bij de burgemeester kwam, was het plan nog niet uitgewerkt. Hij was nog wat voorzichtig, want de raad moest het nog goedkeuren. Wat zeg je dan op zo'n moment. Natuurlijk dat je graag op het Karreveld wil blijven wonen. Zo dicht bij de zeedijk. Maar Piet erkent teiivolle, nu hij (inmiddels) wellicht zijn nieuwe woning in de Mosselkreekstraat al heeft betrokken, dat de sane ring uitstekend is geregeld. De eigen Karreveld woning werd verkocht en in de Mosselkreekstraat een nieuw huis gekocht. On der gunstige voorwaarden. MISSCHIEN WAS IK TEGEN Ja, dat weet Piet ook wel, wanneer we hem in die richting vra gen. Het blijft niet alleen bij huizenbouw. Er moet een dorpshuis komen volgens het gemeentebestuur en een sportveld. Piet kan het zich wel enigermate indenken, maar heeft er zelf noch belang bij, noch interesse voor. Hij wil toegeven, dat vissen, schaatsen, voetballen allemaal onder sport gerangschikt kunnen worden, maar er zit nog wel verschil. Dat vissen kun je zelf betalen en je investeert naar gelang je kan. Maar tegenwoordig moet er wel een lieve cent op tafel komen, eer je een goed sportveld hebt. Zonder direct aan politiek te doen, zou Piet het nog niet weten of hij wel voor zou stemmen, als hem als raadslid zou worden gevraagd geld voor een voetbalveld te voteren. Nou ja, die ijsbaan kost heel wat minder. Dat kan er nog wel mee door. Maar voor zo'n dorp een eigen sportveld? Dat is nog wat anders. Al weet Piet evengoed als wie ook, dat het voor de leden zelf te veel zou gaan kosten als ze het zelf moesten doen. Dat het dorpshuis er komt vindt hij ook wel goed, met gymzaal. Maar of het straks veel gebruikt zal worden voor bruiloften als je er dik voor moet betalen en in "De Druiventros" gratis terecht kunt, is voor Piet nog een vraag. In de landelijke politiek is Piet helemaal niet geinteresseerd. Hij ziet liever zijn fuiken vol paling. Een dagblad kijkt hij nauwelijks in. In de Eendrachtbode samenlezend met vader leest hij in elk geval het raadsverslag van Sint-Philipsland. Wat 'Noad' deed hoort hij wel, maar gaat dat allemaal niet nog eens lezen. Aaltje Wielaard uit Stavenisse Aaltje Wielaard werd 15 augustus 1944 te Wieringerwerf ge boren. Het echtpaar Wielaard - Dorst vertrok, zoals vrijwel alle eilandbewoners uit het inundatiegcbied door de Duitsers gedwon gen, op 22 februari naar Rotterdam, waar men bij familieleden tijdelijk een onderkomen vond. Inderdaad maar tijdelijk, want via kennissen hoorde dhr. Wielaard, dat er in Wieringerwerf onge twijfeld werk voor hem zou zijn en inderdaad lukte dat op een boerderij, waarna de Stavenisse familie op 2 mei 1944 van Rot terdam naar het nieuwe evacuatie-adres in Wieringerwerf trok. Wanneer men echter meende het in die tijd nogal aardig ge schoten te hebben, was er plotseling dat onberekenbare van de bezettingstijd. Om voor hem onverklaarbare redenen werd dhr. Wielaard door de politie in opdracht van de bezetter opgepakt, omdat hij de arbeidswet zou hebben ontdoken. Met nog anderen werd hij naar een straf- of werkkamp in Souburg gebracht. Een boer uit Alkmaar, die zich bijzonder voor deze mensen inzette kon tenslotte overtuigen, dat dhr. Wielaard dringend nodig was op de boerderij en vanaf die tijd is men de evacuatie zo onge veer heelhuids doorgekomen. Overigens duurde het tot 21 juni 1945 eer men weer in Stavenisse terug was, in hetzelfde huisje Bos 1 en dhr. Wielaard maakte de 25 jaar vol op boerderij De Rooij. HET MOOISTE DORP Aaltje bezocht in Stavenisse de lagere school en weet zo achter elkaar de schoolhoofden op te noemen, die ze meemaakte, waar van de meeste tijd bij de heer Gideonse. Na die schooltijd kwam ze op het atelier Van Beveren om vervolgens te gaan helpen in een textielwinkel in de Wilhelminastraat. Daar hoopt ze bin nenkort eigenaresse van te zijn, nu de huidige exploitante naar een pas in aanbouw gekomen bejaardenwoning zal verhuizen. Vandaar dat Aaltje intensief mededelingen volgt in de Een drachtbode over de bouw van bejaardenwoningen. Het kan niet te vlug gaan en juist toen we het gesprek hadden, was het fun dament gelegd. Overigens zorgde mej. Wielaard nog wel de ge wenste kennis op te doen, zowel in theorie als praktijk. Vandaar nu ook het middenstandsdiploma en verdere vereisten. Daarbij komen er voor Aaltje trouwplannen, zodat ze met een eigen zaak op een goede toekomst hoopt. En dan borduren we toch even verder door op de mening van Aaltje Wielaard over al datgene wat eigen dorp en streek betreft. 'Ik vind het zelf een beetje zot, maar ik lees in de Eendrachtbode altijd eerst het vervolgverhaal. Telkens pak je er toch weer naar. Terwijl ik overigens nog geen tien boeken in m'n leven heb gelezen'. Verder volgt ze in haar eigen streekblad natuurlijk de advertenties en het plaatselijk nieuws van Stavenisse. Voor politiek interesseer ik me geen zier, zegt de gul lachende Aaltje. En kom niet aan Stavenisse bij Aaltje. Velen zeggen, dat het een gat is, al komen ze dan nu van heinde en verre, maar voor mij is het het mooiste dorp uit de streek. En datzelfde zeggen nu toch ook veel mensen, die van uit de stad hier komen wonen. Aaltje gunt de mensen uit de stad best de frisse lucht van de Schelde, maar vindt het als trouw kerkgangster van de Oud Ger. Gemeente en daarom niet alleen zeer spijtig, dat met name de zondag zo door het toerisme wordt misbruikt. Nee, ze gelooft er niet in, dat alleen dat toerisme de opkomst kan zijn voor Stavenisse. Wanneer het ten koste zou moeten gaan van ons levensmilieu, van een verstoring van de zondagsrust en -heiliging, dan desnoods maar geen toerisme. Trouwens, als er steeds meer blijven komen, is er voor de toerist ook niet veel meer aan. Dan is het hier ook vol. Aaltje gelooft niet, ook niet wanneer ze straks een eigen zaak heeft, puur afhankelijk te zijn van de toeristische verkopen. Tenslotte gaat het twaalf maanden op een jaar om je eigen inwoners en misschien een maand of vier om de toeristische aanvulling. Nou ja, die er van kan pro fiteren, zowel toerist als middenstand, best, maar dan geen ver storing van ons plattelandsleven. Aaltje openhartig en vriendelijk, staat wat dat betreft vast op haar standpunt. AFBRAAK Zo lang er nog wat te verdienen valt in land- en tuinbouw, in de bollenteelt en op de veiling, in een enkel atelier en werkplaats, dan zal het nog wel gaan, meent Aaltje. We zijn er altijd nog gekomen, waarom zouden we dan nu persé het toerisme nodig hebben. Veel meer gevaar ziet ze in gemeentelijke samenvoeging. Niet dat ze zich daarin zo heeft verdiept, maar in elk geval er wel eens van gehoord. Eén gemeente en één burgemeester. Voor mij hoeft het zeker niet, vindt Aaltje. Als je voor elk wissewasje naar Tholen zou moeten of weet ik waar naar toe, kun je je vreugde wel op. Als ik het voor het zeggen had, zegt een vrolijk lachende Aaltje, zich goed bewust dat dit niet het geval is, dan zou ik Stavenisse zelfstandig laten. Het is hier altijd nog gegaan, waarom dan nu niet meer. Alle oude huisjes worden weer bezet door mensen van elders. Maar als je geen eigen burgemeester meer hebt, geen eigen gemeente bestuur en ergens anders komt een centrumgemeente, dan zak je af. Ze heeft niet de minste kritiek op haar wnd. burgemeester Moerland. Waarom? Het loopt goed. Wat gedaan moet worden gebeurt toch. En wat kun je meer vergen. Laat ze ons nu maar ons rustig leventje laten, zegt deze Stavenisse inwoonster, waar van er ook familieleden bij de ramp in 1953 verdronken. Laat ze ons hier maar rustin laten doen. Aaltje Wielaard heeft een vast standpunt met name ten aanzien van de zondagsrust. Maar het betekent niet, dat je dan ook een zwartkijker hoeft te zijn. Aaltje in elk geval niet. Ze ziet het echt niet zo somber in. Als men Stavenisse maar Stavenisse laat. Het mooiste dorp van de streek volgens Aaltje Wielaard. Hans van Dijke uit Poortvliet: Enkele uren nadat Johannes Willem van Dijke was geboren, reden de Poolse tanks Breda binnen. Het was 27 oktober 1944. In Breda vond de eerste Sint-Annaland:e, later PoortvTetse timmerman Johannes van Dijke, vader van Hans, in de uiterst beroerde januarimaand 1944 een evacuatie-adres. Het was aan de rand van de bierstad en via kennissen was het Pcortvlietse gezinshoofd aan het adres gekomen. Men zat er vrij goed. En zo goed en kwaad als dat in het evacuatie jaar ging, voor wat werkgelegenheid, voor wat voedsel, voor wat uit de hand van de vijand blijven, voor wat vrees voor V'l en V'2 betreft, regen zich ook toen de dagen, weken en maanden aaneen. Levend tussen hoop en vrees, verwachting en bedruktheid, als duizenden andere streekbewcners en landgenoten, op het randje van leven en dood. Toen kwam 27 oktober 1944. In de nacht om 2 uur (spertijd) bracht Van Dijke zijn vrouw, achter op de fiets van de rand der stad naar het hartje van Breda, in het diaconessenziekenhuis. Daar werd in de vroege morgen Hans geboren. Een uur later werden moeder en zoon naar de kelder gebracht vanwege het kanonvuur op de stad. Maar dezelfde morgen ook jubelden de Bredanaars en alles wat verder binnen de muren woonde het bevrijdingslied. Dromden mensemenigten op en rond de Poolse tanks .omhelsden de bevrijders, galmden bronzen klokketonen, was er de omklemmina van de vrede, de omarming van het leven. En wist Hans van Dijke zich vier uren oud, van de Pool geen kwaad. De emotie van de vrijheid, de emotie van geboorte, ebde weg. De ouders van Hans keerden terug naar Poortvliet. Hans met hen. Er volgde de lagere school ter plaatse, de mulo en het eindexamen in Tholen. Er volgden cursussen op administratief- en verzekeringsgebied. Hans kwam in het bedrijf van vader met daartussendoor de dienstplichtfunctie A.M.X.-piloot. Het bedrijf kent z'n werkzaamheden in het gehele eiland van Tholen en Sint-Philipsland. Hans is sinds vorig jaar december getrouwd en heeft een fraaie woning aan de Poortvlietse Schoolstraat Zijn werk bevalt hem uitstekend. Een zelfstandig beroep, met enerzijds een volle inzet vergende attentie, met het eigen risico al sluit hij zijn verzekeringen ter risico-spreidihg, maar toch ook met de vrijheid die het zelfstandig beroep kenmerkt Toch cok wel 'savonds veel bezet. VOETBAL Hans van Dijke vindt ontspanning in het voetballen. Bij zijn eigen SPS. Toen deze combinatie met Scherpenisse er nog niet was, speelde hij in de Vosmeerse junioren-elftallen, later ook nog enige tijd in Smerdiek. Maar was toch wat blij mede steun te kunnen geven aan de oprichting van SPS, speelt daar nog wekelijks mee in het eerste en is menigmaal ook nog wel goed voor een dcelpunt. Is ook lid van de gymnastiekvereniging, waaraan hij meer deed tot SPS er nog niet was. Mag verder graag een partijtje biljarten, al komt dat er n;et vaak meer van. Hans betreurt het, dat een eertijds bloeiende gym wat veren moest laten na oprichting van de voetbalvereniging. En daar mee is hij gelijk aan z'n mening gekomen over het verenigings leven in kleine dorpen als Poortvliet en andere in ons gebied. Bijzonder moeilijk in stand te houden. De leiding van veel, rust zo vaak op enkelen. Kader is in een dorp zeldzaam. Het is in een kleine gemeente moeilijk, vindt Hans, om iedere jongen en ieder meisje gelegenheid te geven de eigen hobby te beleven. Dat mag wat Hans betreft op ieder terrein zijn: knapenvereni- ging, jeugdinstuif, meisjesvereniging, zangkoor, voetbal, gym, schaakclub of wat men graag als ontspanning doet. Maar hoe daarvoor voldoende liefhebberij te vinden en hoe dat in stand te houden. Neem ook maar een muziekvereniging. Wat is dat spijtig, nu er in elke gemeente geen korps meer is. Al kon dat dan niet overal zo hoog van de toren blazen.Inderdaad heeft de verscheidenheid, heeft vooral de mobiliteit, de communicatie cf eenvoudiger gezegd radio, t.v., vervoermiddel, daaraan geknaagd. Daarom pleit Hans vcor een zo gering mogelijke versnippering in de kleine gemeenschappen. Al gunt hij ieders vrijheid, ieders overtuiging. Maar men kan nu eenmaal niet voor elke richting ook ezn vereniging hebben. Een zangkoor in Poortvliet kan niet alleen met hervormden, kan het niet alleen met leden van de Ger. Gemeente. Een bibliotheek is aangewezen op de lezers uit het gehele dorp en kan daarom niet anders dan zich ook naar meerdere wensen aanpassen. Het zou onzin zijn .wanneer de sportvereniging in Poortvliet probeerde er een zondagsclub van te maken, afgezien nog of er nog zouden zijn, die dat willen. KEUZE Daarom een keuze doen. Wil men iets. Goed. dan kijken of er animo voldoende is. Maar wel proberen het gezamenlijk te doen. Als er schotjes tussen moeten, kan het zeker niet. Bij elkaar vindt Hans van Dijke dat enerzijds wat teloor ging (zoals de eigen muziekvereniging) maar dat er de laatste jaren op ver- eniqingsgeb.ed toch aardig wat tot stand kwam. Niet alleen SPS, maar ook een zangkoor ,niet alleen de gymnastiekver eniging, maar inmiddels ook een tafeltennisclub. Niet alleen bejaardenmiddagen, maar ook een drumband. Wel jammer, dat er nog altijd ouders zijn die de kinderen geen goede ontspanning toelaten. Komt het niet meer door de angst voor wat buurman er van zegt, dan omdat men het op zichzelf zo erg vindt? Zo heeft Hans wel wat medelijden met die jonge knapen, die elke trainingsavond bij SPS komen kijken en zo graag mee zouden willen doen, maar die het door ouders niet is toegestaan. Al gaat het wel steeds de goede richting uit. Men ziet toch zelf. dat men zich beter in turnzaal of op voetbal veld kan ontspannen, dan in ledigheid anderen overlast bezorgen. En die ontwikkeling gaat verder. Via de gymnastiek op de basisscholen, via de noodzakelijkheid van verdere studie door de leerplichtwet, via de noodzakelijke scholing om iets te kunnen bereiken. Er komt inderdaad meer begrip voor de noodzaak van eens te mceten ontspannen in een druk en gehaast leven. WEL GEÏNTERESSEERD Hans van Dijke toonde zich één der weinigen van de 25-jarigen met wie uw verslaggever een gesprek had, die zich nogal voor de politiek interesseerde. Hij v ndt het een bijzondere vooruit gang, dat men daar tegenwoordig ook voor mag uitkomen zon der ergens anders in beroep of bedrijf gedupeerd te worden. We laten dat vcor zijn rekening, maar Hans vindt dat daaraan de Eendrachtbode in de laatste jaren goede richting gaf. Door verslagen zonder onderscheid. Door godsdienst- en politieke vrijheid te benadrukken .Dat proeft hij tussen de regels door. Nee, toch is Hans niet aangesloten bij een politieke partij. Hij stemt chr. Historisch. Ja, toegegeven, dat ouderlijke invloed in dat opzicht van belang is. Hij vindt trouwens dat in Poortvliet een vrij progressief beleid wordt gevoerd door alle in de raad voorkomende partijen. Hij wil ronduit erkennen, dat de Poort vlietse raad unaniem, de laatste jaren veel voor de jeugd heeft

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1969 | | pagina 13