EENDRACHTBODE
MIDDELZWARE
SHAG
de omweg
Fliplandse Roode Kruisfamilie viert
voor vijftiende keer nationaal record
Ramp geen invloed op resultaat
Het gaat om de onbekende naaste
DE SHAG VOOR FIJNPROEVERS
25e JAARGANG No. 17
DERDE BLAD
20 MAART 1969
KOELKASTEN
DIEPVRIEZERS
VERHOEVEN
PITTIG, MAAR TOCH LEKKER ZACHT
Wezen armbestuur
bouwt waarschijnlijk
9 bejaardenwoningen
„Ik had gewoon bleinen op mijn voeten. Ja, ik stond soms van
's morgens zeven tot 's avonds negen uur bij het veer aan het
Zijpe. Van één Duitser heb ik zelfs honderd mark gekregen.
Het is voor een goed doel, zei hij. Ik zei geregeld maar: danke
schön. De bus met geld was wel eens zo zwaar dat ik hem
bijna niet meer dragen kon."
Dit verhaal van de twaalfjarige Jan Labruyère tekent het en
thousiasme van de Fliplandse bevolking voor het Nederlandsch
Roode Kruis. De jongeren nemen daarbij een belangrijke plaats
in. Dat bleek vrijdagavond wel op de propaganda-avond van de
Nederlandse Roode Kruis in het volle hotel „De Druiventros".
Voorzitter dokter Menger moest de levendige jongeren zelfs wat
intomen doordat zij bij de toespraken nogal flink lawaai maakten
De pientere Jan Labruyere wist in de va
kantie de toeristenstroom naar Schouwen-
Duiveland goed uit te buiten. Dikwijls ston
den er lange rijen auto's bij Anna-Jacoba-
polder op de boot te wachten. Ondertussen
haalde hij dan geld op voor het Rode Kruis.
In zijn beste Duits en Vlaams wist hij de
toeristen duidelijk te maken waarom het ging.
Speldjes van het Rode Kruis hielpen hem
daarbij prima. „Er zaten eens zes kinderen
in een Duitse auto, waarvan er één al een
speldje had gekregen. De anderen vroegen
toen: ich will auch ein Speldchen. Nou, ze
gaven wat en toen kregen ze cok een
speldje", vertelt Jan.
Mede dank zijn werk is Sint-Philipsland
opnieuw in de Zeeuwse- en landelijke Rode
Kruis inzamelingscampagne als eerste uit
de bus gekomen.
De campagne bracht 4122,52 op, de le
denwerfactie 1244,50. Daarmee behaalde
de afdeling Sint-Philipsland - Anna Jacoba-
polder 749,5 procent van het streefbedrag.
Het streefbedrag van het Nederlandsche
Roode Kruis is vijfentwintig cent per inwo
ner, dus voor Sint-Philipsland 560,
De gemeente Bergh in Gelderland was de
grote concurrent. Daar werd 720 procent van
het streefbedrag ingezameld.
TWEE DONORAVONDEN
Na e?n openingswoord van dokter H.
Menger, volgden de jaarverslagen van pen
ningmeester J. A. Stols Jr. en secretaris A.
W. Beurkens. Daaruit bleek dat 1968 een
gunstig jaar is geweest. Een jaar .waarin de
liefde voor het Roode Kruiswerk niet is ver
minderd. Integendeel, er was het afgelopen
jaar weer volop leven in de brouwerij.
Het hoogtepunt was wel de inzamelings
campagne die 411,38 meer opbracht dan
vorig jaar. Daarvoor kreeg men op deze
avond van het hoofdbestuur van het Neder
landsche Roode Kruis voor de dertiende keer
het landelijke ereteken.
Voor de hoogste opbrengst in Zeeland
krijgt men voor de vijftiende keer het pro
vinciale ereteken. In Den Haag moet dit ca
deau nog worden uitgezocht, zodat het op
deze avond nog niet kon worden uitgereikt.
Mr. J. J. van der Weel, kringcommissaris
van het Roode Kruis in Zeeland, reikte wel
het landelijke cadeau uit. Een prachtige wim
pel voor de wachtkamer van dokter Menger.
TWEE DONORAVONDEN
De inzamelingscampagne bracht niet al
leen meer op in 1968. Ook de ledenwerf
actie. Het ledental steeg van 597 tot 627,
zodat de contributie toenam met f 110.50
en in totaal op f 1244.50 kwam. De heer
en mevrouw Wagemaker-Tichem en de ge
zusters Abrahamse hebben er veel werk
aan besteed.
Vorig jaar werden er, evenals in 1967
twee bloedafname-avonden georganiseerd.
Het resultaat was iets minder, namelijk 361
flessen tegen 393 in 1967. Het bestuur
vraagt zich af, zo zei secretaris Beurkens,
wat hiervan de oorzaak is. Misschien is het
laksheid of misschien is men niet overtuigd
van de noodzaak van het geven van bloed
voor de onbekende naaste. Dit jaar hopen
we weer twee donoravonden te houden. Wij
rekenen dan op uw bloed, aldus de heer
Beurkens.
SPONTANE MEDEWERKING
Het welfare-werk verloopt onder leiding
van mevrouw Van der Vlies-van Dijke tot
volle tevredenheid. De prachtige resultaten
van dit werk werden op deze avond van de
Fliplandse Roode Kruisfamilie, zoals dokter
Menger het zei. verloot. Hierbij werd de
kas gespekt met f 251., weer meer dan in
1968.
Dankbaar was het bestuur ook voor de
f 295.van de verloting van de chr. zang
vereniging „Crescendo" uit Anna Jacoba-
polder.
Aan het lectuurdepot in Den Haag wer
den 398 kg tijdschriften en achttien boeken
gestuurd. Deze vorm van Rode Kruiswerk
wordt jaarlijks minder.
Drie langdurige zieken uit de gemeente
maakten vorig jaar een onvergetelijke tocht
met het Roode Kruisschip de Henry J. Du-
nant. Een zestal invaliden kregen een reis-
Koeltechniek
Uermooweitrait 33 - TeL 38SS
Bergen op Zoons
adv.ingjned.
je door Zeeland aangeboden, wat ook bijzon
der in de smaak viel.
Op oudejaarsavond verraste de Roode
Kruisafdeling de plaatselijke chronische zie
ken en invaliden met een bloemetje of een
banketkrans.
Dankzij de spontane medewerking van ve
len is er vorig jaar veel werk verricht. Se-
cetaris Beurkens dankte iedereen namens het
bestuur voor zijn of haar bijdrage. Tevens
deed hij een beroep op iedereen om ook dit
jaar weer daadwerkelijk en doeltreffend
volledige steun aan het Roode Kruiswerk te
geven.
GEEN RAMPEFFECT
Kringcommissaris mr. J. J. van der Weel
bracht de Fliplandse afdeling een bijzonder
hartelijke gelukwens over van het hoofd
bestuur voor de hoogste landelijke opbrengst
in 1968. De eerste drie plaatsen in Zee
land liggen allemaal in het noorden. Wester-
schouwen werd namelijk tweede en Brou
wershaven derde. Dit komt misschien, heel
misschien doordat de stormramp in 1953 hier
en daar nog meer aanspreekt dan in andere
gemeenten. De heer Van der Weel drukte
zich voorzichtig uit, maar dokter Menger en
de heer A. Labruyère meenden deze ge
dachte toch te moeten aanvallen. Ik zet een
vraagteken bij dat rampeffect, zei dokter
Menger. Ik betwijfel of de ramp na zoveel
jaren nog doorklinkt. Van onze leden heb
ik nooit gehoord dat de ramp zoveel meer
meespeelt. Er zijn gemeenten die meer van
de ramp geleden hebben en meer geld van
het Roode Kruis gekregen hebben. Toch is
daar het resultaat van de collecte minder.
Via radio, televisie en pers ziet en hoort
men echter veel meer over de benarde po
sitie van de naaste, zoals in Biafra, Dat
werkt bizonder prikkelend. Het gaat om onze
naaste te helpen, wie dat ook moge zijn.
GOED SAMENSPEL
Via het Roode Kruis kan dat in een goede
gekanaliseerde vorm gebeuren. De compe
titiegeest die de heer Van der Weel in zijn
toespraak heeft willen kweken, is hier niet
onbekend. Toch is dat echter geen reden
voor ons krampachtig te gaan doen. Als
Bergh in Gelderland wint, komt dat toch ook
het Roode Kruis ten goede, en daar gaat het
bij ons om, aldus dokter Menger.
Ook de heer A. Labruyère, die na vijftien
jaar als bestuurslid van de Fliplandse af
deling afscheid nam, bestreed de mening van
de heer Van der Weel.
Ik betwijfel het ten zeerste, zei hij, dat de
ramp enige invloed gehad heeft op het werk
van het Roode Kruis. In de afgelopen vijf
tien jaar hebben de bestuursleden de inwo
ners echter Roode-Kruis „minded" gemaakt.
Door het samenspel van beiden zijn we tot
prachtige resultaten gekomen, zo zei onder
wijzer Labruyère.
Het hoofdbestuur is, wat uw acties betreft,
erg pessimistisch, zei de heer Van der Weel
gekscherend. Op de wimpel die u heeft, is
namelijk niet veel ruimte om in de toekomst
de tekst van het landelijk record te borduren.
Voorlopig kunt u echter vooruit tot 1972.
DOEL VOORNAAMSTE
Hierna reikte dokter Menger Landsteiner-
plaquettes en Landsteinerpenningen uit aan
adv. ing. med.
mensen die twintig of vijf keer bloed gegeven
hebben. Verschillende waren niet aanwezig
om hun beloning in ontvangst te nemen. Dit
is weer eeen bewijs dat men het doel in ogen
houdt, en niet zozeer het resultaat. Dat mag
ik graag zo zien. De Landsteinerplaquette of
penning is een mijlpaal op de Roode Kruis
weg, een aansporing om verder te gaan. Bij
na de helft van de plaquettes en penningen
is aan jonge mensen uitgereikt. Dat doet ">e
genoegen. Ik hoop dat de jongeren achter
in de zaal die nogal een grote mond hebben
de energie opbrengen een volgende keer ook
bloed te geven, aldus dokter Menger.
TROTS EN FIERHEID
Op deze feestelijke bijeenkomst in het ver
sierde hotel De Druiventros werd van twee
mensen afscheid genomen. Eerst van de heer
A. D. Constandse ,die op 1 maart afscheid
nam als secretaris van de kring Zeeland. Hij
was het, aldus dokter Menger, die onze af
deling vijftien jaar geleden weer op gang
bracht. De aktiviteiten waren gedaald en er
waren maar twee bestuursleden meer. U hebt
ons toen uit de brand geholpen. Het is spij
tig dat u weggaat, vanwege het bereiken van
de pensioen gerechtigde leeftijd. Als blijk
van waardering kreeg de heer Constandse
een tuinstoel met zonnekap.
Sinds het nieuwe bestuur, vijftien jaar ge
leden, is het cresendo gegaan met uw afde
ling, zei de heer Constandse in zijn dank
woord. Ik heb altijd een zwak gehad voor
Sint-Philipsland. Met trots en fierheid kan
ik nu terugzien op de resultaten van deze
afdeling. De prettige samenwerking is mij
altijd een waar genoegen geweest. Llw vele
activiteiten zitten allemaal goed. Zover ik
weet heb ik geen enkele avond zoals nu ge
mist. Ik hoop dat de afdeling Sint-Philipsland
Anna Jacobapolder tot in lengte van dagen
moge bloeien, aldus de scheidende kring
secretaris.
ONGEZOUTEN
Een ander afscheid betrof bestuurslid en
leider van het jeugd Roode Kruis, de heer A.
De premie-aanvrage is weg na een ont
werp van architecten H. Nelissen uit Hoeven
tot de bouw van negen als zodanig zelfs
riante bejaardenwoningen aan de van den
Bosstraat, tegenover de vorig jaar gereed
gekomen bejaardenratiobouw, aan de kant
dus van de nieuwe woning L. A. Goedege-
buure. Een wat luxe opzet, al blijft het
hoofddoel daarvan huisvesting bejaarden.
De tekening laat duidelijk zien, dat deze
bouw wat meer mogelijkheden biedt o.a. ten
aanzien van een te bouwen logeerkamer op
de verdieping. De zes meter lange en 3.60
meter brede woonkamer komt uit op een ter
ras aan de voorzijde. Achter rechts een
slaapkamer van 3 x 3.90, w.c. en douche,
gang, keuken en schuurtje. In deze woningen
komt centrale verwarming. Een fraai ont
werp waaarvan na de nodige goedkeuringen
de bouw wellicht nog dit jaar kan beginnen
Inmiddels is er ook al weer liefhebberij voor
zij het dat ze in huur wat duurder zullen
zijn, dan de tot dusver gebouwde bejaarden
woningen. Het Wezen Armbestuur heeft dit
initiatief genomen, vooral met het oog op
gewenste doorstroming.
Labruyère. In Anna Jacobapolder was al
officieel afscheid genomen, waarbij hem het
boek Zeeland in beeld werd overhandigd.
Op de feestavond werd meester Labruyère
nogmaals in het zonnetje gezet. Jarenlang
was hij secretaris en later leider van het
jeugd Roode Kruis. Na vijftien jaar zeer
actief meeleven, meewerken en stimuleren
heeft hij nu gemeend te moeten stoppen,
zei dokter Menger. Onder uw leiding heeft
de jeugd prachtig materiaal kunnen maken
dat zelfs naar België, Engeland en Ierland
is gegaan. Nogmaals dank.
De heer Labruyère wilde een geheim ver
klappen. Dat mag, nu ik afscheid neem, zei
hij. In het bestuur heb ik altijd prettig kun
nen werken maar het is soms behoorlijk hard
gegaan. Het geheim van dit bestuur is on
gezouten je mening geven. Daardoor hebben
we zulke goede dingen kunnen doen. U,
dokter Menger, u bent de man geweest die
alles bij elkaar heeft gehouden.
Over het werk van het Jeugd Roode Kruis
vertelde de heer Labruyère neg dat de prach
tige boerderij de Fliplandhoeve, die onder
leiding van de heer Roggeband gemaakt is,
nu in het zeehospitum in Katwijk staat. Nu
had hij ook iets aan te bieden, een bokkewa-
gen. Hoofdbestuurslid mej. Geldens nam het
prachtige werkstuk in ontvangst voor de
stichting voor zwakzinnigen in Druten. De
bokkewagen is door een aantal jongens ge
maakt, onder leiding van de heren Labruyère
en Roggeband.
KUSSEN VOOR KAATJE
Na de koffie in de pauze volgde de ver
loting van de Welfare-artikelen en nog en
kele andere prijzen. Mevrouw Wagemaker-
Tichem .Kaatje, won de eerste prijs, een kus
sen met de geborduurde Henry Dunant. Een
prachtig werkstuk van Marie Labruyère, die
vorige week zelf een tocht met het Roode
Kruisschip maakte.
Kaatje was „ziek" van het kussen, zo
graag wilde ze het kunstwerk hebben. Ieder
een vond dat ze het ook verdiende. Tevoren
was zij immers door dokter Menger nog har
telijk toegesproken vanwege haar vele werk
voor het Roode Kruis. Samen met haar man
Bes verzorgde zij de ledenwerfactie. Bij de
inzamelingscampagne had zij de grootste wijk
Na de verloting werden nog twee films
vertoond, Bloemen en Mooi Friesland. Dok
ter Menger sloot tenslotte de feestelijke pro
paganda-avond. Behalve kring commissaris
mr. J. J. van der Weel waren nog aanwezig
de lieer D. van Kleef, directiesecretaris van
het Nederlandsche Roode Kruis, kringsecre
taris H. Minderhout en burgemeester G .van
Velzen.
door
MAARTJE ZELDENRIJK
Toen had er een ernstig onderhoud plaats tussen
vader en zoon. Dat gedonder met dat messteken moest
nu maar eens afgelopen zijn. Gebruik je poten, je hebt ze
ervoor gekregen. Geef hier dat mes en wee je gebeente,
als ik hoor, dat je toch weer aan het steken bent. Dan zal
ik persoonlijk eens een paar van je ribben in elkaar tim
meren, begrepen?
Ja, Evert had begrepen, dat het allemaal bittere ernst
was. Nog één keer dreigde hij ermee. Dat was op de
avond in Beets, dat Willem Keesom hem tegen de vloer
sloeg, toen hij met Griet Plas danste. Maar men kon
hem in bedwang houden en sindsdien was hij zijn mes
kwijt .Iemand had het doodleuk in zijn zak gestoken in
de consternatie van het moment.
Nadat Evert Pereboom bemerkte, dat Grietje Plas
voor hem verloren was gegaan, iets waarover hij
niet al te veel treurde, hoewel hij haar graag mocht
in die tijd, zocht hij een ander. Tijdens de Fokvee-
dag in Avenhorn ontmoette hij een slank, rustig meis
je, wier vader een boerderij bleek te bezitten in de
Schermer, zo tegen Oostgraftdijk aan. Hij wandelde
met haar het terrein rond, trakteerde haar op limonade
en zei aan het eind van de middag, dat hij haar nog wel
eens wilde ontmoeten. Ze spraken af elkander de komen
de zondag in De Rijp te ontmoeten, dat was van beide
steeën ongeveer even ver.
Evert was er, stapte met haar in de tram, die toen
nog door de Beemster reed en ging met haar uit in
Amsterdam. Terug in de Rijp bracht hij haar tot dicht
bij huis, nam haar in zijn armen en zoende haar. Binnen
een maand kwam Evert bij boer Kieft over de vloer.
Deze kende zijn vader, maar ook de zoon. Toen het
menens bleek te zijn, bracht de oude Kieft de jongen
onder vier ogen aan het verstand, dat hij geen bezwaar
had tegen omgang met zijn dochter. ,,Maar denk er om,
Evert, de eerste de beste keer, dat ik hoor van nieuwe
vechtpartijen, waar jij bij betrokken bent, schop ik je
zelf de stee af en dan moet je es proberen er opnieuw op
te komen. Is dat goed begrepen?"
Dat was het. Evert beterde zijn leven, want hij was
in korte tijd stapelgek geworden op de slanke boeren
dochter, die zich graag door hem liet liefkozen. Dus
werd het een huwelijk, een half jaar nadat Willem Kees-
om met Grietje Plas naar het gemeentehuis was gegaan.
Een goed jaar later werd er een zoon geboren, die naar
de oude Kieft werd vernoemd: Barend. Maar zijn moe
der noemde hem al spoedig Bart en dat werd het voor
de rest van zijn leven.
Hoewel Jannie Kieft een boerendochter was en ze
altijd alles had kunnen krijgen, wat haar hartje be
geerde, was ze niet sterk. Ze bleef na de geboorte van
haar zoon sukkelen.
De dokter werd vaste klant op de boerderij in de
Beemster en tenslotte stuurde hij haar voor een half
jaar naar een Sanatorium, waar ze aardig opknapte.
Terug op de boerderij had Evert een flinke meid aan
genomen, die met de dienstbode alle werkjes in en om
de boerderij verrichtte. In de hooitijd trok ze mee naar
het land en als het nodig was, zat ze ook onder de koe.
Daardoor kreeg Jannie het erg makkelijk. Het wei
nige werk, dat haar toegestaan was, deed ze rustig.
Voor de rest zat ze buiten in de zon, als het weer
aanlokkelijk was en anders voor het grote raam in de
opkamer en keek naar het schaarse verkeer langs de
weg.
In die jaren groeide Bart op tot een stevige jongen,
die op school in de klas weinig presteerde, maar op
het schoolplein des te meer. In veel opzichten leek hij
op zijn vader, was gauw driftig en sloeg er dan op
los. In de derde klas kreeg hij een keer straf voor iets
wat hij niet had gedaan. Het was een kleinigheid.
Iemand had een prop papier gegooid en dat kwam won
derwel op de lessenaar van meester Vink terecht. Deze
keek verstoord, zag het lachende gezicht van Bart
Pereboom dus achtte hij die de schuldige. Zonder meer
liep hij op de jongen toe en gaf hem een draai om de
oren. „Dat is de beloning voor je propje papier," zei
hij kwaad. Daarover ontstak de kleine Bart in een dus
danige woede, dat hij zijn liniaal nam en deze stuksloeg
op het hoofd van de meester. Deze stond geschrokken
en verbaasd te kijken, wat zijn ongeluk werd, want
Bart had zijn woede nog niet bekoeld. Hij nam zijn
tekendoos en sloeg die eveneens op het hoofd van de
meester aan brokken.
Bovenmeester Van Ginkel bracht de boosdoener zelf
naar de boerderij, vertelde wat de knaap had uitge
spookt, waardoor meester Vink momenteel met zware
hoofdpijn in bed lag en deelde vader Pereboom mede,
dat zijn zoon niet meer terug hoefde te komen. „Zoekt
u voor hem maar een andere school."
Vader Pereboom's eerste reactie was zijn zoon over
de knie te leggen, maar hij hield zich in en vroeg, wat
er precies was voorgevallen.
Bart vertelde, wie het propje had gegooid. „En mij
sloeg hij", besloot de jongen, „terwijl Piet van der Star
het deed".
Evert knikte begrijpend. Zelf had hij eenzelfde recht
vaardigheidsgevoel, en als dat geweld aangedaan werd,
werd hij nog altijd driftig. Zijn zoon was in dit opzicht
zijn evenbeeld.
Toch nam hij hem duchtig onderhanden. „De eerste
de beste keer, dat je weer zoiets uitkuurt, zal ik je een
pak slaag geven, dat je rest van je leven zal heugen,
begrepen?" (wordt vervolgd)