Sint-Annaland ai)
Map's
mislukte jaren
MET GOEDE BELANGSTELLING
VIERDE VOSMEERSE LUSTRUMRONDE
De Ambachtsheerlijkheid
Ootje Teur en de wenshandschoenen
24e JAARGANG No. 38 EENDRACHTBODE 8 augustus 1968
TWEEDE BLAD
Winnaar adspiranten
Nieuwelingen
Amateurs
J. Helleman, Halsteren
R. Romeijn, Kwadendamme
Cees van Dorst Roosendaal
Ruim duizend mensen hebben van twaalf tot vijf uur bij prachtig
weer kunnen genieten van de twintigste jubileumronde van Oud-
Vossemeer.
Een jubileum met drie wedstrijden, voor amateurs, nieuwelingen
en adspiranten. De prestaties van de vijf renners uit de streek
vielen wat tegen. Alleen bij de adspiranten reden Dirk van Driel
uit Oud-Vossemeer en Wim Stoutjesdijk uit Sint-Maartensdijk
de wedstrijd uit.
De drie coursen werden alle beslist in de sprint. Cees van Dorst
uit Roosendaal deed dat bij de amateurs, Rinus Romeijn uit
Kwadendamme bij de nieuwelingen en J. Hellemans uit Halsteren
bij de adspiranten.
„Wie had kunnen denken, dat uit de buurt
en straatrondes in 1948 deze ronde zou
voortvloeien? Daar is een comité voor nodig
geweest, die met inzet van alle krachten elk
jaar de Ronde organiseert. Een comité die
het ideaal voor ogen heeft het Groene Kruis
te steunen. Ik ben blij dat we dit nog kunnen
organiseren, en nog niet zijn opgeslokt door
een andere eilandgemeente, zei de centrum
figuur Thomas Hage.
Deze ronde is gelukkig nog opgenomen
in het Breda-Bier klassement, zodat we elk
jaar op een goede deelnamen kunnen rekenen.
Ook zonder de steun van de vele premiege
vers zouden we het nooit zo ver gebracht
hebben. Verder denk ik aan de jury, waarbij
de heer C. A. M. Mattheussen al voor de
negentiende en de heer S. Suykerbuyk reeds
voor de achttiende keer aanwezig is. Jam
mer dat de burgemeester nu hier wegens ziek
te niet kan zijn. Samen met ons zieke comité
lid wens ik hem beterschap. De aanwezig
heid van wethouder de Leeuw stellen we op
deze middag bijzonder op prijs.. Ik hoop
dat deze ronde een succes wordt en een sti
mulans voor het comité om door te gaan.
Wij verwachten een sportieve strijd van u
renners."
Dat zei de voorzitter van het wielercomité,
de heer Hage, voor de start van de amateurs
De naam van de beer Hage is al jaren met
de Ronde verbonden. Vele jaren was hij
microfonist, maar de laatste jaren heeft de
heer W. Hendriks uit Middelburg die taak
overgenomen.
ADSPIRANTEN
Om twaalf uur startten de adspiranten
nadat eerst d:e kampioen van, Nederland
1968 Jan Akkermans uit Nieuw Vossemeer
door de heer Hage gehuldigd was. De 36
renners bleven goed bij elkaar, en ook bij
de finish waren er slechts enkele achterblij
vers.
Jan Leijten uit Chaam en J. Luijsterburg uit
Nieuiw Vossemeer sleepten wel verschillen
de premies weg, maar konden toch niet
wegkomen. A. Dubbeld uit Middelharnis, die
door een lekke band een flinke achterstand
had opgelopen, wist weer mooi bij 'het pele-
ton te komen.
Toen er nog twee rondes moesten worden
verreden kwam Dirk van, Driel aan de kop
van het pekton langs de Dorpsweg en
probeerde te demarreren.
Het lukte echter niet, en hoewel hij niet
achteraan eindigde, kon hij zich niet bij de
eerste tien klasseren.
Ook Jan Akkermans lukte dat niet. Hij
werd in de sprint verslagen door Jan Hel
lemans uit Halsteren en Tonnie Huijsen uit
Ellewoutsdijk, die tweede werd. De 32 kilo
meter iwerd gereden in 53 minuten en 22
seconden.
De uitslag is verder als volgt:
1 J. Hellemans uit Halsteren
2 T. Huijsen uit Ellewoutsdijk
3 J. Akkermans uit Nieuw Vossemeer
4 E. Meylemans uit Ossendrecht
5 J. Leijten uit Chaam
6 A. Verkerk uit 's Gravendeel
7 J. van Dijk uit Ulvenhout
8 J. Voesenek uit Prinsenbeek
9 R. Vink uit Lunteren
1,0 A. Hopmans uit Bergen op Zoom
NIEUWELINGEN
De zestig nieuwelingen begonnen om
één uur aan de vijftig kilometer. Vanaf het
begin waren er al achterblijvers en na zeven
ronden, moesten verschillende renners die
strijd staken door een valpartij. Na half
i cours kon Jan Reijngoudt uit Sint Philips-
j land bet tempo niet meer volgen en stapte
j enkele ronden daarna af.
j Rinus Romeijn en Kees Bal uit Kwaden
damme wisten bij half cours ,een kleine voor
sprong te krijgen, maar dat duurde niet lang
Enkele ronden later probeerde J. Cooremans
uit Breda het nog eens, maar ook hij werd
teruggehaald. Het pekton werd daarna flink
uiteen getrokken bij twaalf ronden voor het
eind was er een kopgroep van zes man, die
bestond uit Rinus Romeijn en Kees Bal uit
Kwadendamme. W. Smeekens uit Gilze, C.
van Bostelen uit Halsteren, K. Fiktorie uit
Bergen op Zoom en Piet Romeijn uit Goes.
Deze groep kon de voorsprong echter niet
tot het einde behouden. Onder leiding van
Jan Cooremans zetten enkele renners de
achtervolging in naar de kopgroep, en in de
laatste ronde werd de kop ingelopen. Peter
Romeijn had daarvoor nog geprobeerd om
weg te komen, maar dat mislukte. In de
sprint was hij tenslotte wel de snelste.
„Het is een groot genoegen voor mij dat
een Zeeuw deze wedstrijd heeft gewonnen"
zei de heer Hage bij zijn derde huldiging
van deze middag.
Schetsen over het begin en de oudste ontwikkeling
der Sint-Annalandse gemeente
Door Han Dekker
DOOR DONKERHEID NAAR DE
BURGERLIJKE EEUW DER ROMANTIEK
„Doch de dampen
Dezer rampen,
Doch de nevels dezer nacht
W. Bilderdijk
Het is met de wereld en haar historisch bekende, achtereen
volgende stadia van maatschappelijke ordening, als de vlucht van
een meertrapsraket. Telkens wanneer een ,,trap" verschiet, ontstaat
een nieuwe dimensie, een weer geheel ander tijdperk. Zo een be
slissend ogenblik is thans gekomen, als middellijker wijze door
Napoleon de ingeluide periode der bourgeoisie haar breder beslag
krijgt, een wereldorde die uiteraard in 1939 via Hitier zal worden
verstoord.
De 2e december 1804 kroont Napoleon zich zelf tot keizer.
Door steeds nieuwe overwinningen wordt zijn macht voortdurend
groter. Parijs is natuurlijk nummer een, Rome is de tweede en als
derde hoofdstad van het jonge keizerrijk staat op de nominatie
Amsterdam. In 1810 worden we bij Frankrijk ingelijfd. De 72-jarige
Lebrun, hertog van Plaisance, wordt stadhouder over het failliete
koninkrijk Holland (1806-1810). Het zijn zwarte jaren, vooral ook
economisch. In Amsterdam blijkt in 1805 de helft der bevolking
armlastig. Rotterdam en Den Haag tellen dan resp. 17 en 13 procent
bedeelden en iets van deze nationale armoede klinkt zeis door
in de plaatselijke historie.
Op St. Annaland is in deze jaren gemeentebode, de heer Adriaan
Leune, en zijn taak is er veelzijdig. Drie keer per week komt in
Stavenisse een zeilboot aan uit Zierikzee, o.a. ambtelijke stukken
aanvoerend voor de eiland gemeenten, waarvan het gedrukte brief
hoofd luidt: „Département des Bouches de l'Escaut. Arrondissement
de Zierikzee Monsieur, Wekelijks stapt onverdroten drie
maal bode Leune op zijn klompen Stavenissewaarts, vice versa, voor
het eventueel afhalen en bezorgen der gemeentepost, waarvoor hij
een jaarlijkse gratificatie ontvangt, althans dient te ontvangen, van
,,21 gulden, 12 stuivers en 4 duiten Vanaf 1810 tjm 1812 moet
echter zelfs hier „bij gebrek aan fondsen" St. Annaland in gebreken
blijven zodat in 1816 de weduwe der inmiddels overleden
heer Leune, Mevrouw Johanna Leune-Gaakeer, via Middelburg
alles in het werk doet stellen, om deze rechtmatige vordering op de
gemeente alsnog gehonoreerd te krijgen, want ook de pensioen
voorziening laat in die dagen veel te wensen over
Het meest berucht en gevreesd was de ingevoerde conscriptie,
de verplichte militaire loting. Lootte men er in, dan volgde inlijving
bij 's keizers legioenen voor een tijdvak van tenminste vijf jaar I
Bijzonder onzeker is het soldatenleven, vooral in 1812, wanneer
Napoleons Garde d'honneur naar Rusland trekt. Een Sint-Anna-
landse kanonnier treft voor alle zekerheid dit jaar van uit Goes
een erfenisregeling met de schout zijner gemeente, en schrijft:
„Ik, Pieter Leune, Geef last aan Abraham van der Bel, om indien
eens
De uitslag van deze barre veldtocht is bekend, evenals het
vervolg. Holland bloeit weer en blijft vele van de eertijds door
de ex-keizer bekrachtigde civiele wetten handhaven. Bonaparte
had over een staf van uiterst bekwame, staatkundige adviseurs
beschikt, die zijn tijd ver vooruit was. Napoleon s verdienste was het
uiteraard geweest, de diverse staatsorganisatorische voorstellen,
onverwijld te maken tot wettelijke verordeningen. Elke Nederlander
had een geslachtsnaam gekregen, die was ingeschreven bij eveneens
nieuwe burgerlijke stand. Nieuwe begraafplaatsen werden aange
legd, de rechtspraak geregeld in algemene wetboeken voor straf- en
burgerlijk recht. Het belastingwezen werd hervormd; personele- en
grondbelasting deden haar intree, en om het laatste effectief te
kunnen uitvoeren was nodig een betrouwbaar kadaster.
Op 11 februari 1816 bepaalt de wet: „En zal niemand eenigen
handel, beroep, bedrijf of nering vermogen uit te oefenen, ten zij
voorzien van een patent De patenten zullen worden gedrukt
op zegels ten bedrage van twee en halve stuiver Een soort
„vakgroepbijdrage" of ondernemingsbelasting dus voor de midden
stand. Dit jaar (1816) zijn benoemd tot zetters ter regeling der
Belasting binnen de Gemeente van St.-Annaland: Johannes Heijboer,
herbergier; Willem Hoogkamer, chirurgijn en Abraham van der Bel,
Eerste Lid van het Gemeente-bestuur Voor het volgend jaar
zijn de eerste twee namen vervangen door resp. Kornelis Steijn en
Jacob Geluk.
Napoleon ontsnapte van Elba; de slag bij Waterloo werd er het
gevolg van. Veel Nederlanders vochten te Quatre Bras onder de
prins van Oranje. De gemeenten zullen hen schadeloos stellen en
volgens soldaat W. Rijnberg heeft de Sint-Annalandse gemeente
daar al veel te lang mee gewacht: „Ik hebbe de Eer UEd. met
Dezen te verzoeken om mij met de meeste spoet te willen doen
geworden een wissel van Vijftig Francen, omdat ik als Vrijwilliger
voor de Gemeente ben opgegaan De heer Rijnberg motiveert
zijn verzoek dan nader, en verzucht beleefd doch dringend: „Dewijl
het tegen de zomer gaat, moet ik eenig wit goed aan laten maken
en dies ik het voor mijn onmogelijk het zelve langer te ontbeeren
(wordt vervolgd)
Het meest berucht en gevreesd (en later plezierig) was de verplichte militaire
loting ingevoerd door Napoleon in het begin van de negentiende eeuw
Ook na de Napoleontische tijd was lotingsdag iets bizonders.
Laat opa er maar eens over vertellen.
Op dit weer unieke plaatje van de Sint-Annalandse oude haven
wordt lotingsdag besproken.
36. EEN GOEIE MOP
„Hebt u misschien een dikke man voorbij zien komen in een
auto?'1 vroeg Ootje Teur, nadat hij de vriendelijke groet van de
boer had beantwoord.
genome hè. En toen gaf die me een goudstuk. En laat ie nou de
eerste weg rechts nemeHahahahahaha 1" De landbouwer sloeg
iich op de knieën van de pret.
„Haha zei Ootje Teur nu ook, die wilde delen in de vrolijk
heid, „dat was een goeie mop, niet Haha, jai, het is een eigen-
„Of ik die gezien hê antwoordde de landman. „Ja zeker hê'k'aardige vent. Het is een vriend van mij, ziet u en we hebben "een
die zien En een rare kwast was 'et ok, een echte gekke stads-1 weddenschap, dat ik hem zal inhalen eh nou, goeiedag verderl"
kerlHij zei teuge mij: Aster een klein mannetje langs komt met| Ootje Teur gaf weer een bende gas en reed als een pijl uit de
een raar autootje, man móje zeggen, asdat ik de eerste weg links boog weg, de boer hoofdschuddend achterlatend.
De 50 kilometer werd1 gereden in 1.12.05.
1 R. Romeijn, Kwadendamme
2 P. Romeijn, Goes
3 C. Bal, Goes
4 C. van Bostelen, Halsteren
5 J. Cooremans, Breda
6 H. Huijps, Sint Kruis
7 W. Smeekens, Gilze
8 K. Fiktorie, Bergen op Zoom
9 T. Damen, Ulvenhout
10. G. v. d. Velde, Zoeterwoude
11 B. ter Harmsel, Lage Zwaluwe
(op 14 sec.)
12 J. Rijnvos, Hoeven
13 A. Suijkerbuijk, Huijbergen
14 P. van Est, Dinteloord
AMATEURS
De 76 amateurs begonnen om half drie aan
de laatste wedstrijd in deze jubileumronde,
over een afstand van honderd kilometer.
Adrie Wouters uit Zundert zorgde in deze
wedstrijd voor heel wat spanning door al
vroeg uitlooppogingen te doen.
Bij half cours hadden een zestal renners
een voorsprong. Leen Poortvliet uit Dirks-
land trok echter flink aan het peleton om
de 'koplopers in te halen. Ook Kees van de
Berg uit Sint Maartensdijk probeerde een
Elk jaar opnieuw krijgt men de Ronde van Oud Vosspmeer voor eikjaar. Zaterdag
3 augustus 1968 gebeurde dat voor de twin-tigste maal. Nog altijd weet men dan de
periode Wim van Est, Wout Wagtmans en andere cracks uit de eerste jaren te herin
neren.
door
MAARTJE ZELDENRIJK 36
Zo, nog vijf en vijftig kilometer. Wat een afstanden.
Bij Rouen moest ze via een breed verkeersplein naar
links en daar zag ze eindelijk het bord „Le Havre".
Van Purmerend af was het tegen de zeshonderd kilo
meter. Je verrekent je altijd op zulke afstanden.
Hoe dichter ze bij de havenstad kwam, des te drukker
werd het. Ze passeerden dorpen en kleine stadjes en kon
soms niet harder dan veertig rijden, omdat men in deze
streken schijnbaar nergens haast had. Als ze in de verte
een voerman naast zijn hoge franse wagen zag sjokken,
gaf ze meteen al een signaal, want ze wist, dat ze maar
uiterst langzaam aan de kant gingen. Waarom reeds
iedereen hier midden op de weg
Tegen half zeven bereikte ze de eerste huizen van de
voorstad; grauw en verveloos. Op straat speelden have
loos geklede kinderen en mannen en vrouwen, al even
slecht gekleed, stonden voor hun huizen met elkaar te
praten en naar het verkeer te kijken. Hier was niet veel
te bemerken van de welvaart.
Bij het begin van de eigenlijke stad zat ze midden
in een file. Op de trambaan durfde ze niet in te halen,
hoewel ze nog geen tram had gezien. Nu ja, ik ben er.
Ik ben vlak bij m'n schat. Zal die straks even grote
ogen opzetten als ik met m'n wagen bij z'n schip stop
Zul je z'n verraste gezicht zien. Ik 'hoor hem al zeggen:
„Nee, maar, Map, helemaal uit Holland gekomen voor
m'n verjaardag Meid, dat is even geweldigKom
gauw mee naar de officiersmess, want je zult wel dorst
hebben
Bij een kruispunt, waar ze moest wachten voor de
stoplichten, vroeg ze aan een motorrijder die naast haar
stond, in haar schoolfrans zo goed en zo kwaad als
het kon de weg naar de haven. De man probeerde het
haar zo duidelijk mogelijk uit te leggen, maar Map be
greep hem maar half. Woorden als l'eglise haut en rue
troisiéme bleven in haar hangen. Gelukkig zag ze na
enkele minuten een hele hoge kerktoren. Hier moest ze
linksaf. Aan het eind van de straat zag ze een bord, dat
naar de haven wees. Op goed geluk reed ze verder,
tot ze een water bereikte en in de verte wat grotere
schepen zag liggen. Ergens daar tussen moest de Argo
naut liggen, dacht ze met kloppend hart.
Een torenklok sloeg zeven uur. Langzaam zocht Map
naar de hoge aanlegkade der zeeboten, maar na wat
rond rijden bleek ze aan de overkant te moeten zijn.
Hoe kom ik daar
Ze vroeg het opnieuw, ditmaal aan een politieagent,
die heel behulpzaam was. Toen het niet wilde vlotten
en Map zich verontschuldigde: „Je suis une hollandaise,
monsieur," knikte de man en vroeg op een gegeven
ogenblik: „Sprechen Sie vielleicht Deutsch Map's
gezicht klaarde op. Jawohl, jedenfalls besser." Heel
rustig, zoekend naar woorden, beduidde de agent, dat
ze terug moest rijden, eerste straat links, steeds langs
het water, dan bij een kromming naar rechts, naar de
brug. Die over en dan weer naar beneden, eerste straat
links, die helemaal uitrijden en dan schuin links naar
de kades, waar de zeeschepen allemaal liggen.
Map bedankte hem vriendelijk en draaide om. Na
enig zoeken zag ze de brug over de binnenhaven, reed
naar beneden en sloeg links af. Door al dat gezoek was
het toch later geworden dan de bedoeling was. Nu ja,
maakten ze er een leuke avond van. Ze hadden nu de
tijd. Al wilde hij de hele dag doorfeesten. Ze zou wel
meedoen, veel te blij, dat ze nu toch op z'n verjaardag
bij hem was.
Vlak bij de oprit naar de eigenlijke havenkade, stopte
ze. Er kwamen enkele zeelieden aan, die nogal druk
waren en de hele breedte van de kade nodig schenen te
hebben, Niet helemaal meer brandschoon, was Map's
conclusie. Ze zette de wagen een eindje opzij. Ze hoe
ven me niet te zien, dacht Map, want een vrouw is voor
dergelijke zeelieden in de regel niet veilig. Ze maar even
laten voorbijgaan.
Ze stak een sigaret op en tuurde in de schemering
naar de mannen. De motor van de wagen lag nu stil.
Ze hoorde hen zingen. Die hadden vast al aardig wat
op. Kijk nou, er waren ook vrouwen bij. Ja, nu hoorde
ze ook de hoge schelle stemmen.
Map trok aan haar sigaret en zag de mannen de hoge
kade afdalen, ondersteund door de vrouwen. Vier
vrouwen en vier mannen.
Opeens ging er een trilling door haar heen. Haar
hand begon te beven. Als bij instinct zocht ze steun aan
het stuur en tuurde door de door dode vliegen bevuilde
ruiten. Nee, dat kon toch niet dat bestond toch niet...
Het achttal kwam steeds dichterbij. Op een tiental
meters van haar wagen vandaan zag ze de mensen
passeren. De sigaret viel uit haar bevende hand. Dat
dat Ze keek de zwaaiende en lallende mannen na en
hoorde de felle lach van een der vrouwen, ze stond even
stil en legde haar armen om de hals van een der mannen,
die ze naar zich toetrok en lang kuste. „Vive le second
C'est son fête aujourd' hui
Langzaam zakte Map's hoofd op het stuur. Want in
één der zwaaiende mannen had ze Wiechert herkent.
In zijn uniform als eerste stuurman. En als er nog reden
tot twijfel overgebleven was, had de schelle stem van
de franse slet 'haar die laatste hoop wel de bodem in
geslagen. Terwijl de vrouw Wiechert kuste, had ze het
uitgeroepen: „Leve de stuurman, die vandaag jarig is
(wordt vervolgd)